Endocrien systeem PDF

Title Endocrien systeem
Author Amber Thijs
Course Biologie
Institution UC Leuven-Limburg
Pages 11
File Size 451.6 KB
File Type PDF
Total Downloads 54
Total Views 127

Summary

Download Endocrien systeem PDF


Description

Endocrien systeem Algemeen Het endocrien systeem staat in voor het regelen van de hormonen; klieren die afscheiden aan bloed. Organen, die hormonen afgeven worden endocriene klieren genoemd. Exocriene klieren, zoals de traanklier, leveren hun producten af buiten het lichaam. Exocriene klieren worden ook wel afvoerklieren genoemd. Endocriene klieren hebben geen afvoerbuis. Endocriene klieren bevinden zich door het hele lichaam en kunnen velerlei vorm hebben. Exocriene klieren bezitten een afvoergang waardoor hun producten naar de bestemde plaats worden geleid. De belangrijkste endocriene klieren zijn de hypofyse en de hypothalamus, schildklier, bijnieren en de geslachtsklieren. Een klier die zowel endocrien als exocrien is, is de alvleesklier. Het endocriene gedeelte maakt het hormoon insuline, dat aan het bloed wordt afgegeven, het exocriene gedeelte maakt darmsap.

Klieren Het endocrien systeem of hormoonstelsel bestaat uit een aantal klieren die hormonen afscheiden in het lichaam.De afscheidingsproducten van deze klieren worden opgenomen door het bloed of weefselvloeistof. Dit en het hoofdstuk over het exocriene systeem neem je door. Blijf stilstaan bij de belangrijke onderdelen hypofyse, hypothalamus, thymus, lever en alvleesklier. De klieren zijn in twee groepen te onderscheiden:  

Uitsluitend endocriene klieren Bijschildklieren, produceert parathormoon

De bijschildklieren of glandulae parathyreoideae zijn kleine kliertjes ter grootte van een erwt en bevinden zich aan weerszijden van de schildklier aan de boven- en onderkant (in totaal dus 4 klieren). Sommige mensen hebben echter een ander aantal bijschildklieren. Ze hebben afgezien van de ligging verder niets te maken met de schildklier. De bijschildklieren produceren parathyreoïdhormoon (PTH). PTH verhoogt de calciumspiegel in het bloed, onder meer door de activiteit van osteoclasten te vergroten. Ook wordt de calciumabsorptie in de nier verhoogd. Naast de calciumspiegel wordt ook de

fosfor- en magnesiumhuishouding beïnvloed door PTH. Het parathyreoïdhormoon heeft een antagonistische werking aan het calcitonine, geproduceerd door de schildklier zelf. Bijnieren, produceren adrenaline, noradrenaline, mineralocorticoïden, glucocorticoïden en androgenen.

De bijnieren, glandulae adrenales, glandulae suprarenales of adrenes zijn kleine organen en liggen als kapjes op de nieren, ervan gescheiden door vetweefsel. De bijnieren bestaan uit twee gedeelten die zowel anatomisch als fysiologisch te onderscheiden zijn: 

Binnenste gedeelte Bijniermerg of medulla glandulae suprarenalis, bestaat uit zenuwweefsel. Het bijniermerg wordt alleen geïnnerveerd (zenuwwerking) door het (ortho)sympathische deel van het autonome zenuwstelsel, niet door het parasympathische deel. Het bijniermerg produceert 2 hormonen: – Adrenaline – Noradrenaline



Buitenste gedeelte Bijnierschors of cortex glandulae suprarenalis: bevat drie lagen. Deze lagen hebben verschillende functies: – Buitenste laag (zona glomerulosa) Produceert mineralocorticoïden die invloed hebben op de mineraalhuishouding. De mineralocorticoïden bestaan voor 95% uit aldosteron. Aldosteron reguleert op indirecte wijze de bloeddruk door de nieren aan te zetten tot het vasthouden van water door middel van de balans tussen natrium en kalium. – Middelste laag (zona fasciculata) Produceert de glucocorticoïden die invloed hebben op de glucosehuishouding. Glucocorticoïden bestaan voor 95% uit cortisol; cortisol bevordert o.a. de gluconeogenese.

– Binnenste laag (zona reticularis) Produceert zowel androgenen (mannelijke geslachtshormonen) als oestrogenen (vrouwelijke geslachtshormonen), maar de productie van deze hormonen valt in het niet bij die van de gonaden (geslachtsklieren), en heeft dus maar weinig invloed op het tot uiting komen van primaire en secundaire geslachtskenmerken.

Nieren De nierenzijn twee organen die gelegen zijn in de buikholte achter het buikvlies (peritoneum) links en rechts van de ruggengraat. De nieren hebben als taak de samenstelling van het bloed constant te houden, daarbij verwijderen ze opgeloste ongewenste stoffen, zoals afvalstoffen van de stofwisseling en via het voedsel opgenomen vergiften en geneesmiddelen. Dit gebeurt deels passief en deels actief, waarover meer uitleg hieronder. De nier zorgt ook voor het handhaven van het zuur-base-evenwicht van het lichaam op langere termijn, door het transport van waterstofcarbonaat en waterstofionen. Het product dat de nieren hierbij maken, een oplossing van stoffen die het lichaam niet meer kan gebruiken, heet urine. De nieren zijn enigszins boonvormig, met de holle kant naar het midden wijzend. Nieren zijn 10–13 cm lang, 5 cm dik en wegen ieder ca. 150 gram. Nieren hebben meestal één, maar soms twee, slagaderen.

Opbouw en werking De nier is opgebouwd uit ca. 600.000 tot 1.000.000 nefronen waarin de bloedzuivering plaatsvindt. Het proces kan grofweg in twee delen worden gesplitst, een passief proces en een actief proces. In het passieve proces wordt water met opgeloste stoffen uit poreuze kluwens van haarvaten (zeeflichaampjes of glomeruli) geperst en opgevangen. Bloedcellen en grote eiwitten blijven in het bloed achter. Bij een volwassen mens levert dit dagelijks ongeveer 170 liter voorurine op. De voorurine bevat zowel afvalstoffen als stoffen

die belangrijk zijn om te behouden. Een belangrijke afvalstof is ureum dat door de lever is gemaakt om ammoniak onschadelijk te maken. In het actieve proces worden waardevolle stoffen (zoals natrium en glucose) en veel water weer teruggewonnen. Dit gebeurt in de verschillende onderdelen van de nierbuisjes: de proximale tubulus, de lis van Henle of lus van Henle en de distale tubulus. In het dalende been van de lis van Henle wordt alleen water teruggewonnen, dit wordt passief gedaan. De buis is daar gesloten voor zouttransport. In het dunne stijgende been van de lis van Henle wordt actief zout gereabsorbeerd en is daar gesloten voor het watertransport. In het dikke stijgende deel van de lis van Henle wordt er gebruikgemaakt van het tegenstroomprincipe om zonder water (wederom waterdicht) tegen een zeer grote osmotische gradiënt in te hoeven transporteren toch een hoge concentratie te kunnen bereiken. Bij woestijndieren is het nefron om deze reden verlengd. Daarnaast zijn er enkele stoffen die actief vanuit het bloed in de holte van de nierbuisjes worden uitgescheiden. Uiteindelijk komt de van waardevolle bestanddelen ontdane en geconcentreerde vloeistof die nu urine heet via de nierkelken in het nierbekken, waarna het door de urineleider naar de urineblaas wordt getransporteerd en uiteindelijk via de urinebuis wordt geloosd.

Epifyse

De epifyse, produceert melatonine. De pijnappelklierof epifyse is een endocriene klier in de hersenen. De epifyse bevindt zich onder het corpus callosum (de hersenbalk) en aan de bovenkant van de derde ventrikel. Als orgaan heeft het zich bij “hogere” gewervelde dieren (zoogdieren, waaronder de mens) ontwikkeld uit het zogeheten derde oog, kruinoog of organum pineale, zoals bij vissen, amfibieën, reptielen en vogels. Bij deze dieren is het in de eerste plaats een lichtgevoelig orgaan. Bij kinderen is de epifyse goed ontwikkeld, maar na de puberteit wordt hij kleiner, en bij oudere mensen is de klier vaak verkalkt en niet meer functioneel. De epifyse produceert het hormoon melatonine. Melatonine speelt een rol in het ‘dagelijkse (diurnaal) ritme’ van de mens. Mogelijk remt het de ontwikkeling van de geslachtsklieren af tot de puberteit begint

Hypofyse De hypofyse of het hersenaanhangsel is een klier midden in het hoofd, onder de hersenen, die vele hormonen afscheidt. De hypofyse vervult een belangrijke rol bij de

regulering van een groot aantal hormonen. De klier is ongeveer zo groot als een kikkererwt (doorsnede circa 1 cm) en is gelegen in een holte in de schedelbasis (het zogeheten Turkse zadel of sella Turcica in het Latijn), achter de neusrug. In het menselijk lichaam weegt hij ongeveer 0,5 gram.

De hypofyse scheidt 9 hormonen, waaronder het groeihormoon, af die de homeostase reguleren. De achterkwab van de hypofyse behoort tot het diencephalon. Bij de aanleg in de embryonale fase wordt de voorkwab van de hypofyse gevormd uit een stukje epitheel van het monddak, het zogenaamde zakje van Rathke. De hypofyse is opgebouwd uit 3 delen: 

Voorkwab (pars anterior of adenohypofyse) De voorkwab van de hypofyse is via een poortaderstelsel verbonden met de hypothalamus. Deze reageert op hormonen in het bloed en stuurt hormonen naar de hypofyse wanneer er meer of minder van een hormoon nodig is. Via de hypofysesteel komt onder andere dopamine in de hypofyse terecht dat de afgifte van prolactine remt.



Achterkwab (pars posterior of neurohypofyse) De achterkwab van de hypofyse staat met lange axonen direct in verbinding met de hypothalamus.



Middenkwab (pars intermedia) De middenkwab is bij mensen bijna niet aanwezig. Bij sommige diersoorten is deze echter relatief groter. De middenkwab maakt α-MSH (melanocyt-stimulerend hormoon) uit de neurotransmitter corticotropine.

Voor meer informatie: http://gezondheidsweb.blogspot.be/2010/04/blog-post_29.html

Hypothalamus (= BELANGRIJK!)

De hypothalamus is een onderdeel van de hersenen. De hypothalamus is een onderdeel van het limbische systeem. Hij controleert het autonome zenuwstelsel en het endocriene systeem en speelt een cruciale rol bij de organisatie van gedragingen die zorgen voor de overleving van het individu en de soort: eten, vechten, vluchten, paren. Daarnaast speelt de hypothalamus ook nog een cruciale rol bij de temperatuurregeling. Anatomie De hypothalamus is een klein geheel van structuren onder (hypo) de thalamus. De hypothalamus vormt samen met de thalamus, de epithalamus en de subthalamus het diencephalon (tussenhersenen). De hypothalamus wordt door sommigen beschouwd als onderdeel van het secundair prosencephalon (voorhersenen). De hypothalamus is opgebouwd uit 3 delen te weten:   

Mediaal deel Lateraal deel Periventriculair deel

De hypothalamus reguleert:       

Bloeddruk Hartslag Honger Dorst Slaap-waakritme Seksuele opwinding Lichaamstemperatuur (veroorzaakt bijvoorbeeld bibberen bij kou)

Bijna elke regio van het cerebrum staat in contact met de hypothalamus. Hierdoor is de hypothalamus betrokken bij alle aspecten van de emoties, de voortplanting, het autonome zenuwstelsel en de hormoonhuishouding. De hypothalamus zorgt voor een groot deel voor homeostase, oftewel het vermogen van meercellige organismen om het interne milieu in evenwicht te houden. Ook speelt de hypothalamus een rol bij de drie kerngedragingen te weten:

  

Vecht- of vluchtreactie Voedingsgedrag Voortplantingsgedrag

Input De hypothalamus krijgt signalen uit de volgende hersendelen: 

Formatio reticularis De formatio reticularis krijgt zelf informatie binnen via het ruggenmerg, vanuit de exterosensoren (voor registratie van prikkels uit de buitenwereld; huidzintuigen, smaak-, reuk-, gezicht-, gehoor-), de interosensoren (voor registratie van prikkels binnen het lichaam, in organen (hart, bloedvaten, darmen, longen), in lichaamsholten (urineblaas, uterus) en in bijzondere vorm: nocisensoren ‘pijn’) en propriosensoren (voor registratie van beweging en houding in evenwichtsorgaan, spieren, gewrichten en pezen).



Retina Een paar vezels van de nervus opticus staan in verbinding met de hypothalamus, om precies te zijn de nucleus suprachiasmaticus ervan.



Limbisch en olfactorisch systeem Onder andere de amygdala, de hippocampus en de reukschors (cortex olfactorius) staan in verband met de hypothalamus. Zij helpen waarschijnlijk bij het reguleren van bijvoorbeeld eten en voortplanten.



Nucleus tractus solitarii Deze kern ontvangt informatie over de ingewanden van de tiende hersenzenuw, de nervus vagus.



Circumventriculaire organen Deze kernen zijn uniek in het brein. Zij hebben geen bloed-hersenbarrière en ontvangen hierdoor informatie over substanties die normaliter niet in contact komen met het zenuwstelsel.



Thermoreceptoren en osmoreceptoren Daarnaast heeft de hypothalamus receptoren om de temperatuur en de ionenhuishouding bij te houden, te weten thermoreceptoren en osmoreceptoren.

Output 

Neurale signalen naar het autonome zenuwstelsel Het laterale deel van de hypothalamus zendt signalen naar het laterale deel van de medulla oblongata (verlengde merg), waar zich cellen bevinden die het autonome systeem regelen.



Endocriene signalen naar de neurohypofyse In de nucleus supraopticus en de nucleus paraventricularis van de hypothalamus bevinden zich cellichamen (magnocellulaire neurosecretoire cellen). Deze hebben axonen (uiteinden) in de neurohypofyse (pars nervosa). Deze uiteinden grenzen

vrijwel direct aan capillairen en scheiden daar hormonen uit, met name oxytocine en antidiuretisch hormoon (ADH). Verschil tussen man en vrouw De ontwikkeling van neuronen en dendrieten in de amygdala en delen van de hypothalamus zijn per sekse verschillend. Dit komt doordat deze hersendelen zich tijdens de ontwikkeling van de foetus bij de aanwezigheid van testosteron anders ontwikkelen dan bij de afwezigheid ervan. Het betreft overigens niet de gehele hypothalamus of amygdala, maar slechts bepaalde kernen ervan. Deze kernen noemt men seksueel-dimorfe kernen. Zo is in de hypothalamus de area praeoptica medialis bij mannen over het algemeen groter dan bij vrouwen. In de amygdala is de corticomediale kern ook groter bij mannen. Deze kern is verbonden met de area praeoptica medialis van de hypothalamus. Het lijkt erop dat dit verschil in ontwikkeling zorgt voor de geslachtsgerelateerde verschillen in het denken, seksuele oriëntatie, agressie en cognitieve functies. Men vermoedt dat homoseksuele geaardheid er haar oorzaak in vindt dat er tijdens de embryonale ontwikkeling wél testosteron vrijkomt maar bij de foetale ontwikkeling niet. Dit blijkt mede uit onderzoeken van de Nederlandse neurobioloog Dick Swaab. Volgens Swaab is er ook een duidelijk verschil zichtbaar in de hypothalamus bij transseksuele vrouwen en mannen in vergelijking met mensen die niet transseksueel zijn. Bij transseksuele vrouwen zouden in de hypothalamus vrouwelijke en bij transseksuele mannen, mannelijke eigenschappen aantoonbaar zijn. De hypothalamus functioneert bij een transseksueel net zoals het geslacht dat zij aangeven te zijn. Een man-naar-vrouw transseksueel heeft volgens de onderzoeken van Swaab dus daadwerkelijk vrouwelijke hersenen. Naar de biologische relatie tussen homoseksualiteit/transseksualiteit en de hypothalamus is in Nederland vooral onderzoek gedaan door Dick Swaab. Hij heeft een internationale reputatie op het gebied van hypothalamusonderzoek.

Schildklier

De schildklier, glandula thyroidea of verkort het thyroïd is een klier die hormonen afscheidt, namelijk tri-joodthyronine (T3), thyroxine (T4) en calcitonine. De schildklier komt bij alle gewervelde dieren voor en vertoont daarbij dezelfde structuur.

Bij de mens Bij de mens is de schildklier een vlindervormige (endocriene) klier gelegen aan de voorzijde van de hals, voor het strottenhoofd, tegen de luchtpijp aan. Hij bestaat uit twee kwabben, opgebouwd uit follikels (blaasjes). Tussen de schildklierfollikels liggen de parafolliculaire cellen, de zogenaamde C-cellen. De schildklier wordt van bloed voorzien door vier slagaders en is daarmee een van de best doorbloede organen in het lichaam. Hormonen De schildklier produceert schildklierhormonen uit jodium en tyrosine. Hieruit wordt thyroxine of T4, geproduceerd. Als een joodatoom met behulp van een dejodase in de periferie van T4 wordt afgehaald, ontstaat er T3 (tri-joodthyronine). T3 is actiever dan T4, maar komt in mindere mate voor. Beide hormonen beïnvloeden stofwisselingsprocessen. Stofwisseling en groei Het schildklierhormoon stimuleert de stofwisseling en de groei. De aanmaak van T4 wordt geregeld door de hypothalamus en de hypofyse: TRH (thyreotropinevrijmakend hormoon, thyreotropin releasing hormone) wordt afgescheiden door de hypothalamus. De hypofyse wordt door TRH gestimuleerd om thyreoïdstimulerend hormoon (TSH) af te geven. De schildklier wordt door TSH gestimuleerd om T4 te maken. De hypothalamus registreert tevens de concentratie T4 in het bloed. Hoe hoger deze concentratie, des te minder TRH de hypothalamus afscheidt. Hierdoor wordt er dus ook minder TSH en T4 afgescheiden (zie ook terugkoppeling). De C-cellen tussen de schildklierfollikels produceren het hormoon calcitonine.

Thymus = BELANGRIJK De thymus of zwezerik is een orgaan dat te vinden is tussen het borstbeen (sternum) en de luchtpijp (trachea) in het voorste mediastinum. Het is sterk ontwikkeld bij kinderen, maar verschrompelt na de puberteit. Lange tijd heeft men gedacht dat de thymus een (vrijwel) nutteloos orgaan is. Pas sinds men is gaan experimenteren met het verwijderen van de thymus (= thymectomie) heeft men een idee van de functie van de thymus gekregen. De thymusklier is een van de belangrijkste organen in ons afweersysteem. Een belangrijk deel van de lymfocyten, de zogenaamde “T-lymfocyten”(T van Thymus) worden er “rijp”. Daarnaast speelt de thymus ook een essentiële rol bij de aanmaak van “geheugencellen” die het recept onthouden hoe de afweerstoffen tegen doorgemaakte ziekten moeten worden aangemaakt.

Bij een (mensen)baby waarbij tijdens de embryonale ontwikkeling geen thymus was ontstaan, werden de volgende verschijnselen waargenomen:



Relatief veel infecties. Geen vergroting van secundaire lymfoïde organen (onder andere milt en lever) tijdens infecties, de plaatsen waar zich normaal T-lymfocyten bevinden waren leeg. Iets verlaagde antilichamenconcentratie in de lichaamsvloeistoffen.



Geen T-lymfocyten in het bloed.

 

Deze en andere waarnemingen die men tijdens deze experimenten heeft verkregen, hebben geleid tot het formuleren van de volgende thymusfuncties: 

De thymus zorgt voor de ontwikkeling van lymfocyten tot T-lymfocyten, die gevoelig zijn voor een bepaald antigeen.



De thymus zorgt voor de eliminatie van T-lymfocyten die op lichaamseigen epitopen passen (= autoreactieve klonen).



De thymus produceert hormonen (onder andere thymosine) die de groei en het afweersysteem stimuleren.

De thymus en/of thymosine is nodig bij het eerste contact van het lichaam met een antigeen om de T-cel-respons op gang te brengen. In de eerste levensjaren “ontmoet” de mens bijna alle antigenen die een cellulaire immuunrespons kunnen opwekken. Later wordt het aantal nieuwe “ontmoetingen” dus steeds kleiner, waardoor de thymus minder te doen heeft, en langzaam involueert.

Eilandjes van Langerhans

De eilandjes van Langerhans (genoemd naar hun 19e-eeuwse Duitse ontdekker Paul Langerhans) vormen het endocriene deel van de alvleesklier. Ze produceren hormonale stoffen, die rechtstreeks in de bloedsomloop terechtkomen, niet in de alvleesklier zelf. Ze beslaan maar 1 tot 2% van het gehele pancreasvolume. Er bestaan verschillende soorten cellen in de eilandjes van Langerhans. De zogeheten αcellen (ca. 20%) produceren glucagon, de β-cellen (ca. 80%) insuline en de D-cellen somatostatine. Eilandjes van Langerhans dienen niet verward te worden met de cellen van Langerhans, die een rol spelen bij het immuunsysteem....


Similar Free PDFs