Normale Postpartum PDF

Title Normale Postpartum
Course Normale postpartum
Institution Thomas More
Pages 43
File Size 838.3 KB
File Type PDF
Total Downloads 75
Total Views 160

Summary

Download Normale Postpartum PDF


Description

Het Normale Postpartum

Baarmoederinvolutie en lochia Baarmoederinvolutie Normale baarmoederinvolutie

 



 

Het terugkeren van de baarmoeder fundushoogte naar de toestand van voor de graviditeit noemt men involutie Het hormoon dat instaat voor het samentrekken van de baarmoeder is oxytocine ( liefdeshormoon ) : Baarmoedercontracties :  Verhinderen bloeding  Bevorderd baarmoederinvolutie  Verkleint aanhechtingsplaats van placenta Stimuleert de toeschietreflex Moeder - kind binding Na de geboorte van het kind trekt de baarmoeder samen onder hormonale invloed = Ze reikt dan ongeveer tot navelhoogte en voelt hard aan = Dit noemt men de veiligheidsbol Bij de baarmoederinvolutie observeren we zowel de hoogte en lokalisatie van de baarmoeder, als mate van contractietoestanden eventueel pijngevoel bij palpatie. De baarmoeder involueert progressief onder invloed van onder andere verminderde bloedtoevoer en hormonale werking

Tijdspunt Vlak na de bevalling Na 24 uur 5 dagen 10 - 14 dagen Na 2 weken 



Stand uterus Tussen navel en symfyse Ongeveer op navelhoogte Tussen navel en symfyse Ter hoogte van de symfyse Niet meer voelbaar ( extern )

Rekening houdend met een verschillend tempo van involutie bij iedere individuele kraamvrouw is het steeds blijven exploreren en correleren van bijkomende informatie met betrekking tot baarmoederinvolutie van groot belang Na 6 tot 8 weken heeft de baarmoeder haar normale grootte van voor de zwangerschap terug

Het Normale Postpartum

Subinvolutie



   

Als de involutie te traag verloopt spreekt men van subinvolutie : De fundusstand is te hoog en dit kan komen door :  De vulling van de baarmoeder met bloed / klonters  De verplaatsing van de baarmoeder door een overvolle blaas of een vol rectum  Een overrokken uterus VB : bij vrouwen met polyhydramnion ( teveel vruchtwater ) , bij een tweeling of een groot kind  Een oververmoeide uterus VB : door een langdurige bevalling  Placentaresten  Endomitritis of baarmoederinfectie : o Komt voor ten gevolge van de besmetting van het cavum uteri met micro - organismen tijdens de bevalling o Het myometrium dat goed doorbloed is kan snel besmet worden, dit kan leiden tot een veralgemeende ontsteking, ook septicaemie of puerperiumkoorts genoemd Het is niet altijd duidelijk wanneer men kan spreken van een subinvolutie Meestal zijn er bijkomende problemen bij palpatie, maternele koorts en verandering van lochia wat betreft geur, hoeveelheid en uitzicht In deze gevallen kan een uterotonicum toegediend worden Volgende uterotonica worden veel gebruikt : Syntocinon :  Werkend bestanddeel = Synthetisch oxytocine  Aangewezen bij ontoereikende uterus contracties en preventie en behandeling van postpartumbloedingen  In hoge dosis : o Antidiuretisch effect



o Bij IV bolusinjectie ( direct hoge dosis, hoeveelheid of meer toedienen ) o Hypotensie en tachycardie Voorkomen : o Ampul van 1 ml met 10 IE / ML

o Theobald infuus :  1 liter glucose 5% + 10 IE Syntocinon  1 liter NACL + 10 IE Syntocinon Methergin :  Werkend bestanddeel = Methylergometrine  Moederkoornalkaloïd dat postpartum gebruikt word voor de preventieve of de behandeling van uterushypotonie en bloedingen

Het Normale Postpartum   



Bijwerkingen : Misselijkheid en braken, hypertensie Nooit toedienen bij verhoogde bloeddruk, tijdens de zwangerschap en geboorte hoofd Voorkomen : o Ampul van 1 ml / 0.2 mg o Druppels van 10 ml 0.25 mg / ml ( 1 ml = 25 druppels ) Aandachtspunten : o Methylergometrine gaat over in de moedermelk o Dit middel kan de melkproductie beïnvloeden door verlaging van het prolactinegehalte :  Onvoldoende groei van de baby  Te weinig melk  Uitgestelde lactogenese  Risico op intoxicatie van de pasgeborene ( Verhoogde bloeddruk , brady of tachycardie , braken, diarree, rusteloosheid en chronische krampen )  Risico's zijn klein

Prostin :  Prostaglandines  Geeft ritmische contracties  Bijwerkingen : Gastro - inestale effecten, hyperthermie, veneus erythreem  Nooit toedienen bij astma  Toediening : o Intra cervicaal o Intra vaginaal o IV o Oraal 

Voorkomen : o Comprimé 0.5mg o Comprimé 3 mg o ampul 0.75 mg / 0.75 ml o ampul 5 mg / 0.5 ml

Bepalen van de baarmoederstand   

In het onmiddelijke postpartum word de baarmoederstand om de 15 minuten nagekeken Nadien word de baarmoederstand gemiddeld 1 tot 3 x per dag na blaaslediging bepaald Onmiddelijk na de bevalling ligt de baarmoeder fundus ter hoogte van navel

Het Normale Postpartum

  

Deze stand word meestal 1 - 2 dagen behouden daarna gaat de uterus geleidelijk aan verder involueren De stand van de fundus uteri daalt progressief Een goed gecontraheerde baarmoeder met een graduele verkleining is gunstig Opgelet = Een volle blaas en een vol rectum hebben een negatieve invloed op de stand van fundus uteri en de involutie Contractietoestand :  Direct na de partus trekt de baarmoeder zich hard samen onder hormonale invloed  De baarmoeder zal dus hard ( goed gecontraheerd ) aanvoelen, men noemt dit de veiligheidsbol of bol van zekerheid

Bloedverlies / Lochia    

Lochia is de bloederige afscheiding uit de vagina na de partus De involutie van de baarmoeder staat nauw in verband met de lochia Lochia hebben een typische kleur, geur en hoeveelheid naargelang het tijdstip in het postpartum Lochia is de spiegel van wondheling

Kleur 





Rode lochia :  Is het lochiaal verlies onmiddelijk na de bevalling en de eerste dagen postpartum uitgestoten word  Deze lochia zijn rood omdat ze voornamelijk bloed en deciduaweefsel bevatten, maar ook fragmenten chorion, amniumvocht, lanugo, vernix en meconium Sereuze lochia :  De kleur van het lochiaal verlies gaat over in rood - bruin naar rozig : ze worden bleker en sereuzer  Dit houd aan tot de 7 - 8ste dag postpartum  Sereuze lochia bevatten hoofdzakelijk sereus vocht, deciduaweefsel, erytrocyten , leucocyten en micro - organismen Lochia alba :  Worden uitgestoten vanaf de 10de dag postpartum  Ze zijn crèmig wit en bestaan uit leucocyten en deciduacellen

Het Normale Postpartum

Tijdspunt Dag 1 - 3

Kleur Helder rood

Benaming Lochia rubra

Tweede helft 1ste week

Bruinrood - bruin

Lochia fusca

Einde 2de week Einde 3de week

Vuilgeel Waterig - sereus

Lochia flava Lochia alba

Na 4 - 6 weken

Afnemen van lochia

/

Baarmoederwonde Bloedstelping onvolledig Bloedvaten sluiten , Hoeveelheid lochia nemen af , Vermengen met serum en leucocyten Uitstoten celmateriaal Toenemende wondheling, volume verminderd Wondheling afgesloten

Geur  

Lochia hebben een typische geur = Zwaar , flets maar niet afstotend De geur is het sterkst in de periode van de sereuze lochia en word nog sterker indien vermengd met transpiratiegeur, maar moet toch onderscheiden worden van een zwaarriekende geur ( stinkend ) die een aawijzing is voor infectie

Hoeveelheid   

Normale hoeveelheid bloedverlies tijdens een partus = 200 - 400 ml Meteen na de bevalling is lochiaal bloedverlies vrij overvloedig Het is normaal dat een kraamvrouw minder lochiaal verlies heeft als ze in bed ligt en meer als ze op staat Indien minder onderscheiden we :  Gering bloedverlies = wanneer opvallend weinig bloedverlies is opgetreden  Matig bloedverlies = Wanneer de hoeveelheid zich aan de lage kant van het gemiddelde bevind Indien meer onderscheiden we :  Ruim bloedverlies = Wanneer de hoeveelheid bloedverlies zich eerder aan de hoge kant van het gemiddelde bevind  Postpartumhemorragie of fluxus = Het bloedverlies groter of gelijk aan 500 ml  Ernstig Postpartumhemorragie = Het bloedverlies bedraagt , is groter of gelijk aan 1000 ml  Primaire postpartumbloeding = De bloeding vind plaats de eerste 24 uur postpartum  Secundaire postpartumbloeding = De bloeding vind plaats na de eerste 24 uur tot 6 weken postpartum

Het Normale Postpartum

    

 

Symptomen van vermeerd bloedverlies :  Plots en veel bloedverlies  Bleek  Duizeligheid  Syncope  Koud klam zweet  Zwakke , snelle pols ( tachycardie )  Daling bloeddruk  Hartkloppingen Risicofactoren vermeerd bloedverlies :  Manuele verwijdering placenta  Multiple zwangerschappen  Keizersnede  Leeftijd > 35 jaar  Hoge bloeddruk  Roken Het schatten van het bloedverlies is individueel verschillend en berust meestal op een visuele beoordeling Verloskundigen hebben de neiging het bloedverlies te onderschatten We gaan de hoeveelheid bloedverlies schatten in een maandverband Er mogen bloedklonters voorkomen ( zeker de eerste dagen ) toch controleren of het geen placentaresten of vliesresten zijn Indien de veiligheidsbol zich niet innestelt :  Masseren  Leegduwen  Zuigeling aanleggen aan de borst  Weeënstimulerende medicatie Controle hoeveelheid en stolbaarheid Sijpelend bloedverlies mag niet :  Stoornis in stollingsmechanisme  Gescheurd bloedvat  Cervix ruptuur

Controle fundus uteri en lochiaal verlies 

Het is belangrijk om de controle van de baarmoederinvolutie altijd te combineren met volgende parameters : Pols  Niet meer dan 100 slagen / min

Het Normale Postpartum Temperatuur  Opgelet met subfibriele temperatuur = 37 - 37.9 °C ( endomitritis ) = stimuleren met contracties  Indien de temperatuur meer dan 38 °C = controle na 4uur  2de meting > 38°C + pijn fundus + weinig lochia = actie Stand baarmoeder Tonus Observatie lochia aspect + geur Algemene toestand van de kraamvrouw

Het Normale Postpartum

Bekkenbodem       

De bekkenbodem bestaat uit vlechtwerkachtige lusvormige spieren die vast zitten aan de bekken Ze vormen de musculaire afsluiting van de buikholte naar beneden toe en dragen en steunen als een soort trampoline de organen van het kleine bekken Ze houden ook de er doorheenlopende uiteinden van de urinebuis, vagina en endeldarm gesloten Openen bij ledigen blaas, stoelgang en een bevalling Het zijn vooral de diepe bekkenbodemlagen die ervoor zorgen dat er zowel voor de man als voor de vrouw een beter gevoel is tijdens seksuele betrekkingen Koppels geven aan behoefte te hebben aan meer informatie over seksbeleving tijdens de zwangerschap en de periode erna Er heerst nog altijd een taboe rond om hierover te spreken of een kennis tekort

SYMPTOMEN

      

Ontlasting en urine klachten Houding : kraamvrouwen herkennen we aan een open lichaamshouding : lichte rond rug en voorover gebogen houding Zachter en opener gevoel ter hoogte van de vagina Lost penis Syndrome: vagina is zodanig verwijd dat de penis enkel bij het binnendringen word gevoeld Gevoel zwaarte in het bekken met drukgevoel richting vagina bij het heffen Algemeen slap gevoel gekoppeld aan verslapping van organen en bekkenbodem musculatuur Rugklachten

OBSERVATIES

 

Na het afnemen van een grondige anamnese word de cliënte grondig onderzocht Volgende elementen komen hierbij aan bod :

1. Inspectie en onderzoek  Het observeren van de houding en ademhaling 2. Lokale inspectie  De cliënte ligt hierbij in rug of zijligging met opgetrokken benen

Het Normale Postpartum De cliënte word gevraagd de bekkenbodem aan te spannen even vast te houden en weer los te laten, de bekkenbodem bewegingen worden hierbij beoordeeld 3. Opvangen van de buikdruk  Cliënte blaast op de handrug of hoest  Bij een goede opvang spannen de onderbuik en bekkenbodem hierbij aan 4. Aanraking  Er word gevoeld naar de tonus, weerstand, bewegingsmogelijkheid en sensibiliteit 5. Palpatie  Er kan zowel inwendig als uitwendig gepalpeerd worden  Via uitwendige palpatie verkrijgt men informatie over de bekkenbodem en buik musculatuur, maar niet over organen in het kleine bekken  Er word informatie verkregen over de tonus, bewegingstraject, de duur van de contractie en de ontspanning 

OORZAKEN

    

De bevalling word aangewezen als de belangrijkste oorzaak van de problemen De kunstverlossing is een grote boosdoener De forceps richt meer schade aan dan een vacuümextractie De overrekking van bind - spier en zenuwweefsel, vooral tijdens de eerste partus kan schade veroorzaken die moeilijk te herstellen is Veroudering speelt ook een grote rol

PREVENTIE



Preventie moet zich richten op zwangere en barende vrouwen

BEHANDELING

  

Goede counseling is nodig om cliënten de kans te geven hun perianale problemen te bespreken Bekkenbodemoefeningen = bekkenbodemspieren steviger maken en behandelen urine incontinentie Relaxine bij borstvoeding

Het Normale Postpartum

De normale mictie Het mictiemechanisme is onder te verdelen in 2 fasen :            

Tijdens de vullingsfase gebeurt het volgende : Door de elasticiteit van de blaaswand kan de blaas de urine opslaan zonder dat er drukverhoging optreed en zonder dat er sprake is van aandrang Tijdens deze fase is de druk in de urethra hoger dan in de blaas De interne sfincter is aangespannen en de uitwendige sfincter is ontspannen De eerste aandrang word gevoeld bij een vulling van 150 - 200 cc blaasinhoud De werkelijke aandrang ontstaat bij een vulling van 300 - 400 cc De interne sfincter gaat iets open zodat er een beetje urine in het bovenste deel van de urethra komt en waardoor er een dringende drang tot urineneren ontstaat De bekkenbodemspieren kunnen vanuit de hersenen bewust worden aangespannen om de urine een tijdje op te houden Tijdens de ontledigingsfase zorgt de blaas voor contractie De druk in de blaas word groter dan de druk in de urethra De bekkenbodemspieren ontspannen De urine verlaat het lichaam = Mictie

Normale urine :  Hoeveelheid : Afhankelijk van het concentratievermogen van de nieren 1500 2000 ml over 24 uur 30 ml per uur moet minimum uitgescheiden worden  PH : de zuurtegraad van ochtendurine is 4.5 - 8  Densiteit : 1003 - 1030  Kleur : lichtgeel tot citroengeel afhankelijk van de concentratie  Helderheid : helder en doorzichtig  Geur : reukloos tot licht amoniakaal  Voedingsstoffen kunnen een invloed hebben op de geur  Mictie : vlot en pijnloos en gecontroleerd. Per mictie word 200 - 500 ml urine uitgescheiden door middel van een krachtige straal zonder nadruppelen Afwijkingen :  Hoeveelheid : o Oligurie : zeer weinig en geconcentreerd < 500 ml / 24 uur door te weinig vochtopname, oedeemvorming, veel vochtverlies, nierziekte o Anurie : Zeer weinig tot geen urine < 50 ml / 24 uur VB : bij preeclampsie o Polyurie : Veel , weinig geconcentreerd > 2500 ml / 24 uur bij te grote vochtinname, diabetes , diuretica

Het Normale Postpartum 

Kleur : o Helder ,waterig o citroengeel + polyurie + oligurie o Donkergeel o Donkerbruin met geel schuim o Rood - rood bruin



o Groen, blauw, oranje ( afhankelijk van medicatie ) VB : vitamine B12 = oranje Helderheid : o Troebele of vlokkerige urine bij :     

Cystitis ( ontsteking blaas ) Pyurie ( etter ) Haematurie ( bloed ) Steengruis Troebel wanneer de urine lang blijft staan



Geur : o Aceton of appeltjesgeur bij diabetespatiënten o Visachtig bij infectie o Fecale geur bij fistel tussen uro - genitale stelsel en darmen



Mictie : o Nycturie ( vaak 's nachts gaan plassen ) o urineretentie o pollakisurie ( vaak kleine beetjes plassen )

Het Normale Postpartum

Afwijkingen

Urineretentie DEFINITIE 

Onder urineretentie verstaan we de blaas onvoldoende kunnen ledigen

OBSERVATIES  De cliënt kan niet wateren ondanks de drang  De cliënte heeft het gevoel een volle blaas te hebben  Een volle blaas kan een pijnlijke zwelling veroorzaken en het urineren onmogelijk maken met een verhoogd risico van urineretentie tot gevolg OORZAKEN  Als gevolg van de baring zijn de blaas en de urethra en de blaashals vaak oedemateus, de blaaswand is hypotoon, de bekkenbodem is gevoelig en het perineum is soms pijnlijk, vooral na een vaginale kunstverlossing  Daardoor kan de kraamvrouw de eerste dagen soms moeilijk haar blaas legen en voelt zij geen aandrang om te urineren  De mictie kan branderig en pijnlijk zijn door perineumlaesies  Vooral de eerste dagen moet de mictie goed geobserveerd worden : die moet in ieder geval binnen uur postpartum zijn opgetreden  De eerste keren moet er op gelet worden dat de hoeveelheid urine normaal is  urineretentie kan leiden tot een postpartumbloeding omdat de baarmoeder niet kan contraheren ten gevolge van een volle blaas  Overloopblaas : telkens de druk in de blaas hoger is dan de druk in de obstructie loopt er een beetje urine af = lijkt op incontinentie maar is retentie  Omgevingsfactoren : gebrek aan privacy , schaamte, liggende houding, gebruik van bedpan  Pathologische oorzaken : belemmering van afvoer ten gevolge van een strictuur, narcose die de blaasspier nog verlamt, stoornis in de bezenuwing, stoornis in de sfincter

Het Normale Postpartum Urineweginfectie DEFINITIE  

De aanwezigheid van meer dan 105 kolonievormende eenheden per ml in een midstroomurinemonster Het meest voorkomende pathogeen dat urineweginfecties veroorzaakt is Eschirichia Coli

OBSERVATIES  Symptomen zijn frequente mictiedrang , aandrang , dysurie, voorbijgaande incontinentie, subprabische pijn ( pijn boven schaambeen ) zonder koorts, troebele of slechtruikende urine en hematurie OORZAKEN  In het onmiddelijke postpartum is er een toename van de blaascapaciteit en vermindering van de normale reactie op blaasvulling en blaasdruk  Door overrekking van de blaas, verlaagde sensibiliteit en neiging tot residuvorming is de kans op ontstaan van een blaasinfectie in het postpartum dan ook toegenomen PREVENTIE  Het drinken van voldoende vocht is noodzakelijk  Het drinken van veenbessensap voorkomt urineweginfecties  Cranberry verhinderd de aanhechting van de bacterie E. Coli aan de urinewegen

Het Normale Postpartum Incontinentie DEFINITIE      

Een toestand waarin onvrijwillig verlies van urine sociale en hygiënische problemen tot gevolg heeft Er zijn verschillende soorten incontinentie De ernst is afhankelijk van de frequentie het urineverlies, de hoeveelheid en de mate waarin de incontinentie invloed heeft op het welbevinden van cliënten Jong volwassenen : 20 % - 30 % Middelbare leeftijd : 30 % - 40 % Bejaarden : 30 % - 50 %

OBSERVATIES  Voor een accurate beoordeling zijn een grondige incontinentieanamnese en een volledig lichamelijk onderzoek noodzakelijk  Het zelf bewaken van mictieklachten is een nuttig aspect van het beoordelingsproces  VB : het bijhouden van een dagboek 1. 24 uurs incontinentieverbandtest  Een padtest is een methode om informatie te verkrijgen over de hoeveelheid urine die een individu verliest  Hierbij draagt de cliënte een incontinentieverband en word verzocht verschillende taken uit te voeren waaronder wandelen, hoesten na het consumeren van een grote hoeveelheid vocht  Het vooraf gewogen verband word 2 uur gedragen en vervolgens opnieuw gewogen om objectief het urineverlies te meten 2. Urineanalyse  Een urinestaal  Er word onderscheid gemaakt tussen een steriel staal dat via midstream opname of sondage kan worden bekomen of een niet steriel staal, wat bekomen word door het opvangen van spontane urine 3. Genitaal onderzoek  Palpatie en inspectie is nog steeds de meest eenvoudige en betrouwbare klinische evaluatie voor de bekkenbodem  Hiermee kan nagegaan worden in welke mate de bekkenbodemspieren een rol spelen in het incontinentie probleem

Het Normale Postpartum OORZAKEN  Het optreden van mechanisch letsel ter h...


Similar Free PDFs