Samenvatting-3-2 PDF

Title Samenvatting-3-2
Author Rosie De L'arbre
Course Psychodiagnostiek
Institution Katholieke Universiteit Leuven
Pages 82
File Size 2.3 MB
File Type PDF
Total Downloads 83
Total Views 124

Summary

alles samengevat met extra notities...


Description

PSYCHODIAGNOSTIEK Samenvatting

PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN 2E BACHELOR

Inhoud Thema 1: Introductie in de psychodiagnostiek.......................................................................................3 Hoofdstuk 1: Wat is psychodiagnostiek?............................................................................................3 1.

Wat roept de term psychodiagnostiek op?.............................................................................3

2.

Gangbare defnities:................................................................................................................3

3.

De psychologische test...........................................................................................................4

Hoofdstuk 2: Waarom hebben we psychodiagnostiek nodig?............................................................5 1.

Belang van systematiek in assessment...................................................................................5

2.

Rol van diagnostiek in het psychologisch/pedagogisch werkveld...........................................6

Thema 2: Psychodiagnostiek in een breder kader..................................................................................7 Hoofdstuk 1: Historiek........................................................................................................................7 1.

oorsprong term psychodiagnostiek........................................................................................7

2.

Voorlopers..............................................................................................................................7

3.

Ontwikkeling van het testen...................................................................................................9

Hoofdstuk 2: Constructie en classificatie van psychodiagnostische testen.......................................19 1.

Classificatie van testen..........................................................................................................19

2.

Testontwikkeling...................................................................................................................24

Hoofdstuk 3: De psychologische test in het psychodiagnostisch proces...........................................28 1.

Van individuele test naar diagnostische cyclus.....................................................................28

2.

Het psychodiagnostisch proces.............................................................................................30

3.

Het psychodiagnostosch rapport..........................................................................................33

4.

Casus - oefening....................................................................................................................34

Thema 3: Diagnostiek van intelligentie & persoonlijkheid....................................................................35 Hoofdstuk 1: Psychometrische theorieën rond intelligentie.............................................................35 1.

Wat zijn psychometrische modellen?...................................................................................35

2.

Algemene intelligentie – unidimensionele benadering.........................................................35

3.

Cattell-horn-carroll (chc) model............................................................................................36

4.

G-VPR model.........................................................................................................................42

5.

Conclusie..............................................................................................................................43

Hoofdstuk 2: Huidige intelligentietesten in Vlaanderen...................................................................44 1.

Ontwikkelingstesten.............................................................................................................44

2.

Klassieker uit de Wechsler-traditie.......................................................................................45

3.

Buitenbeentje uit de Wechsler-traditie.................................................................................47

4.

Non-verbale intelligentietesten............................................................................................48

5.

Theoretische en factoriële intelligentietesten......................................................................50

6.

Hoe selecteren?....................................................................................................................51

Hoofdstuk 3: Huidige persoonlijkheidstesten in Vlaanderen............................................................52 1

1.

Constructiemethoden...........................................................................................................52

2.

Factoranalytische vragenlijsten.............................................................................................53

3.

Empirische Vragenlijsten.......................................................................................................59

4.

Theoretische vragenlijsten....................................................................................................64

5.

Combinatie van methoden...................................................................................................65

6.

PHvragenlijsten gericht op specifieke context......................................................................67

7.

Samenvattend.......................................................................................................................67

Thema 4: Kwaliteitscriteria van de psychologische test........................................................................68 1.

Efficiëntie, standaardisatie en objectiviteit...........................................................................69

2.

Betrouwbaarheid..................................................................................................................71

3.

Validiteit................................................................................................................................74

4.

Fairheid.................................................................................................................................77

5.

Normscores..........................................................................................................................80

6.

Normgroep...........................................................................................................................80

2

Thema 1: Introductie in de psychodiagnostiek Hoofdstuk 1: Wat is psychodiagnostiek? 1.

BASISASSUMPTIES

Mensen hebben herkenbare psychologische trekken of eigenschappen die potentieel belangrijk zijn en waarin mensen individueel kunnen verschillen   

2.

Kunnen gekwantificeerd worden Zekere mate van stabiliteit Belangrijke link met affectief gedrag

WAT ROEPT DE TERM PSYCHODIAGNOSTIEK OP?      

3.

Intelligentietesten Diagnose Denken Psychologisch aspect Persoon Aandoeningen/problemen

GANGBARE DEFNITIES:

“Systematisch beslissingsproces waarin verschillende theoretische en empirische onderzoekslijnen samengebracht worden” - De Bruyn (1988)   

Systematisch: volgens bepaalde procedures/ regels Proces: niet één event, verschillende acties stellen Theorie en empirie: baseren op theorie bij het ontwikkelen van instrumenten, om een test op te stellen moet je een theoretische verwachting hebben (welke vragen stellen?,..)  toetsen aan de empirie

“Individuele verschillen tussen mensen vaststellen om deze kennis toe te passen op het enkele individu, de persoon ten dienste van zijn of haar belang in persoonlijk of maatschappelijk opzicht” De Zeeuw (1983)   

Individu: individuele verschillen bestaan en we moeten deze proberen te meten. ook omgeving is van belang (persoonlijk of maatschappelijk belang) Ten dienste van zijn/haar belang: een test opstellen in het belang van iemand  omgeving is ook belangrijk (maatschappelijk belang)  definitie focust sterk op individu

“Op wetenschappelijk verantwoorde wijze verzamelen van informatie omtrent de persoon en zijn omgeving met het oog op het nemen van beslissingen” - Van Aarle (1990)  

Wetenschappelijk: bepaalde procedure volgens de empirische cyclus Omgeving: niet focussen op een bepaald individu, factoren in de omgeving zijn ook belangrijk

3

“Proces van hulp bieden aan personen met hun vragen en problemen (informatieverzameling, begrijpen van de informatie, integreren van de informatie tot een oordeel en advies, interventie om het probleem op te lossen)” - Walsh & Betz (2001)  

Hulp bieden: mensen verder helpen, begrijpen en integreren van informatie  het hoeft niet te gaan over een diagnose, kan ook gaan over hulp bieden Handelsgericht model: diagnostiek enkel toepassen wanneer het leidt tot bruikbaar advies (vooral in schoolcontext)

“Wetenschappelijke discipline die methoden ontwikkelt en toepast om relevante kenmerken van personen, groepen, situaties, instituties en zelfs voorwerpen vast te stellen, die vervolgens in een oordeel geïntegreerd moeten worden” - Jager & Petermann (1999) 

Het gaat over meer dan enkel de persoon die onderzocht wordt

European Federation of Psychologists' Associations - Board of Assessment: The Board agreed a definition of assessment as “a systematic method or procedure for ascertaining the psychological characteristics of an individual or group of individuals, or the performance of an individual or group of individuals”. The Board emphasizes that it intends a broad view of ‘psychological characteristics’  

4.

Psychologische kenmerken: individu/groep/omgeving Prestaties: op de werkvloer/in onderwijssetting

DE PSYCHOLOGISCHE TEST

Psychologische tests staan vrij centraal binnen de assessment, tests uitvoeren is zeer normaal maar er kan sprake zijn van spel/observatie/interviews  

ook

Assessments zijn wel meer dan enkel de psychologische tests alleen Het is ook meer dan alleen diagnoses stellen

Er zijn 6 kenmerken waaraan deze tests voldoen: Drenth en Sijtsma (2005): Een psychologische test is “een systematisch onderzoek van gedrag met behulp van speciaal geselecteerde vragen of opgaven, met de bedoeling inzicht te krijgen in een psychologisch kenmerk van de betrokkene in vergelijking met anderen” 

  



Systematische werkwijze: niet alleen het proces van diagnostiek maar ook de psychologische tests o Aandacht voor de ruimte, tijd, het volgen van regels en procedures o Niet systematisch = geen psychologische test Inzicht is ook belangrijk De doelen zijn breder dan in deze definitie staan Steekproef van gedragingen o Representatief! o Niet al te uitgebreid, selectie van vragen Doel = uitspraak over individu (voorspelling, classificatie, beschrijving) 4

Niet alleen inzicht maar ook voorspellingen kunnen maken, classificatie en beschrijving o Veel diversiteit tussen doelen, verschillenden aanknopingspunten Vergelijking met andere mensen o Niet enkel beschrijven maar ook relevant vergelijken o Met wie? Met anderen (relatief criterium) of de persoon zelf, een absoluut criterium. o



Anastasi (1988): “A psychological test is the measurement of a sample of behavior obtained under standardized conditions and that has established rules for scoring or interpreting this sample”   

5.

Steekproef van gedragingen o Representatieve opgaven die wijzen naar het gedrag dat je wil meten Gestandaardiseerde condities o Prikkelbare ruimtes Uitgewerkte regels voor scoring en interpretatie o Regels om te voldoen aan een psychologische test (Betrouwbaar? Valide?)

ROL VAN DIAGNOSTIEK IN HET PEDAGOGISCH WERKVELD

Speelt belangrijke rol in veel vakken. Persoonlijkheid en intelligentie zijn de focus.

Hoofdstuk 2: Waarom hebben we psychodiagnostiek nodig? 1.

BELANG VAN SYSTEMATIEK IN ASSESSMENT

N ie t a lle e n te st o p z ic h , m a a r vo lle d ig e p ro c e s d ie n t sy ste m a ti s c h te g e b e u re n

M e e sta l g e e n p a s k la a r a n t w o o rd > d ia g n o s ti c u s m o e t o o rd e le n & b e s liss e n in o n ze ke rh e id

G e e n sy ste m a ti e k > g ro o t r isic o o p fo u te n e n v e rte ke n in g e n

 Geen systematiek leidt tot vertekening Kennis over hoe oordelen en beslissingen tot stand komen (cf. besliskunde) kan benut worden om de diagnostische praktijk te optimaliseren  

5.1.

Pioniers in het veld: Kahneman, Tversky, Ross & Nisbett Inspireerden hele generatie onderzoekers die tot onthutsende bevindingen kwamen over hoe weinig kritisch en rationeel de modale mens denkt

WELKE COGNITIEVE MECHANISMEN ZIJN ONDERLIGGEND AAN DIT ONKRITISCH OORDELEN EN

IRRATIONEEL BESLISSEN ?

2 denkfouten, door wat wordt vertekening veroorzaakt?

5.1.1.

BIAS ( = STEREOTYPE NEIGING , ONBEWUSTE TENDENS OF VERBORGEN OORDEEL )

= kennis over hoe oordelen en beslissingen tot stand komen (cf. besliskunde) kan benut worden om de diagnostische praktijk te optimaliseren

5

 



Vertekenen de conclusies van ons redeneren en beslissen o Bewuste of onbewuste voorkeur Vaak op gericht ons zelfbeeld te beschermen of ons psychisch evenwicht te herstellen na inbreuken op ons zelfbeeld o Een verborgen of impliciet oordeel Cognitieve technieken waarmee we ons comfortabel voelen o Een bril waarmee we onszelf beschermen

Verschillende soorten bias: 







Fundamentele attributiefout o Positieve gebeurtenissen gaan we aan persoonlijke dingen attribueren (ik ben geslaagd, dus ik ben wel best slim  hij is geslaagd, het examen zal wel makkelijk geweest zijn) o Negatieve gebeurtenissen ook (ik ben gebuisd, het examen was te moeilijk hij is gebuisd, hij heeft niet geleerd) o Jezelf beschermen/ je zelfbeeld beschermen Confirmatiebias o Denkfout maken door info te zoeken binnen een proces die je overtuiging (die je al hebt) bevestigd, alle info die je overtuiging tegenspreekt ga je negeren Vals-consensuseffect o Je kiest voor de optie waarvan je denkt dat de meerderheid ook voor gaat kiezen o De neiging hebben om te denken “anderen denken zoals ik” Illusie van controle o Ten onrechte denken dat dingen die toevallig gebeuren toch controleerbaar zijn (Vb.: de lotto)

5.1.2.

HEURISTIEKEN (= COGNITIEVE SHORTCUTS , VUISTREGELS VOOR HET VERWERKEN VAN

INFORMATIE )

  

Laten toe snel en eenvoudig te beslissen, maar leiden vaak ook tot foutief beslissen Nuttig in situaties waarin we moeten kunnen overleven Levensgevaarlijk in contexten waar nauwgezet redeneren en weloverwogen deliberatie noodzakelijk zijn

Verschillende soorten heuristieken: 







Representativiteit o Redeneren a.d.h.v. typische voorbeelden o Oordeel steunen op de mate waarin het representatief is voor de categorie o Illusoire correlaties: je ziet enkel wat je verwacht op voorhand o Je ziet onbestaande verbanden omdat je verwacht dat het zo is o Illusie van controle: als ik een pak aandoe heb ik meer kans op winnen Voorstelling o Zich laten beïnvloeden door de manier waarop iets gepresenteerd wordt o Bijvoorbeeld ‘slaagkans is 80%!’ of ‘de faalkans is 20%!’ Beschikbaarheid o Zich laten leiden door het gemak waar ze voorbeelden van kunnen bedenken o Bijvoorbeeld: zijn er meer woorden die beginnen met een r of als derde letter een r hebben in het Engels? (het is het tweede geval) Verankeren o Vastlopen bij een klein deel van de informatie 6

o

5.1.3.    

6.

Bijvoorbeeld: eerste wat je hoort ga je het beste kunnen onthouden en zo een oordeel vormen

CONCLUSIE : BIAS & HEURISTIEK IN ASSESSMENT Oordeelsfouten zijn snel gemaakt & hebben nefaste impact op denken tijdens diagnostisch proces Oordeelsfouten kunnen vermeden worden door systematisch te werk te gaan Assessment hamert op systematiek bij het afnemen van de psychologische test én op systematiek in het doorlopen van het volledige diagnostische proces Soms denk je logisch te redeneren terwijl je dat niet doet (inductie  te veel veralgemenen, abductie  als je ervan uit gaat dat iemand autisme heeft en die is verlegen, zijn niet alle verlegen kinderen autistisch)

ROL VAN DIAGNOSTIEK IN HET PSYCHOLOGISCH/PEDAGOGISCH WERKVELD   

6.1. 

6.2.

Psychodiagnostiek speelt een centrale rol in (vrijwel) alle toepassingsgebieden van de psychologie en pedagogische wetenschappen Voor veel toepassingsgebieden is diagnostiek van persoonlijkheid en intelligentie relevant Diagnostiek ~ wetenschappelijk onderzoek

PSYCHOLOGENCOMMISSIE Klinisch psychologen o …[schoolpsychologen]…Hun taken omhelzen onder andere: psychodiagnostiek van cognitieve en gedragsmatige vaardigheden of beperkingen, zoals dyslexie of ADHD… o …Klinisch psychologen voeren uiteenlopende taken uit: diagnostisch onderzoek, begeleiding of therapie, psycho-educatie, preventie, etc.

HOGE G EZONDHEIDSRAAD

Thema 2: Psychodiagnostiek in een breder kader Hoofdstuk 1: Historiek 1. OORSPRONG TERM PSYCHODIAGNOSTIEK Afkomst = Grieks: ziel, uiteen, kennis Vroeger: = Psychotechniek: vroeger was het allemaal veel technischer 

Begin 20e eeuw: ontstaan psychodiagnostiek o Nadruk op techniek is sterk afgenomen

2.

VOORLOPERS

1.1.

OUD TESTAMENT 7

Gideon en zijn leger stonden 's ochtends vroeg op en trokken naar de bron Harod, waar zij hun kamp opsloegen. De troepen van Midian waren in het dal beneden hen gelegerd, aan de noordelijke kant van de heuvel Moré. De Heer zei tegen Gideon: "Uw leger is te groot! Ik wil u niet allemaal tegen de Midianieten laten vechten, want anders zouden de Israëlieten er tegenover Mij prat op gaan dat zij zichzelf hebben bevrijd! Zeg maar tegen het volk: 'Wie bang is, mag naar huis gaan." Toen gingen 22.000 mannen naar huis terug en er bleven slechts 10.000 over die bereid waren te vechten.  Verwijst naar eerste persoonlijkheidstest Maar de Heer zei tegen Gideon: "Het zijn er nog steeds te veel! Laat hen naar het water gaan en daar zal Ik u laten zien wie met u zal meegaan en wie niet.” Toen ging Gideon met zijn mannen naar het water en de Heer zei tegen hem: "Verdeel hen in twee groepen op grond van de manier waarop zij water drinken. De ene groep zijn de mannen, die met de hand aan de mond het water opslurpen als een hond. Tot de andere groep behoort ieder die op de knieën gaat zitten om het water te drinken. "Slechts driehonderd mannen behoorden tot de eerste groep; alle anderen gingen op de knieën zitten om water te drinken. "Ik zal de Midianieten verslaan met deze driehonderd man!" zei de Heer tegen Gi...


Similar Free PDFs