Title | SLV Aanpassing Gew Dier Oogstand Schutkleur |
---|---|
Author | marie elens |
Course | Vakstudie natuurwetenschappen 2 |
Institution | Arteveldehogeschool |
Pages | 5 |
File Size | 246.2 KB |
File Type | |
Total Downloads | 88 |
Total Views | 134 |
lesvoorbereiding...
Lesvoorbereiding Naam
Jan Van Gent
Onderwijsvakken
Biologie- Engels
Academiejaar
2017-2018
Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs Kattenberg 9, BE-9000 Gent Tel. 09 234 82 70 - Fax 09 234 80 01 E-mail: [email protected]
Stageschool
Stageles
Naam
Middenschool ‘De Tuin’
Datum
29 november ‘17
Gemeente
Bloemendaal
Vak
Natuurwetenschappen
Naam vakmentor
Mevr. A. Veldeghem
Lesonderwerp
Aanpassingen van gewervelde dieren aan hun levenswijze: oogstand Aanpassingen van gewervelde dieren aan hun leefomgeving: schutkleur
Graad, afdeling…
1ste graad
Lesuur
van
Leerjaar
1A
Lokaal
D0.07
Aantal lln
16
9:15 u
tot
10:05 u
Beginsituatie Leerling Klasgroep groepsdynamisch
Beschrijving van relevante kenmerken voor deze les
Concrete acties in functie van de opgenomen kenmerken van de beginsituatie
Er is 1 leerling die slechthorend is en een hoorapparaat draagt
Een speciaal microfoontje dragen dat de LL zelf meebrengt. Goed articuleren
Leergierige , geïnteresseerde LLn. Werken goed mee.
Voldoende uitdagende oefeningen voorzien.
Klasgroep inhoudsgebonden
Basisonderwijs : wet van eten en gegeten worden Vorige les(sen) : Definitie gewervelde dieren en hoofddelen. Aanpassingen ivm voortbeweging. Voortaak: Foto’s van leerwerkblaadjes blz 6 uitknippen en in omslag meebrengen.
Schoolse en/of situationele gegevens
In klaslokaal is dataprojector + pc + internetverbinding + projectiescherm, krijtbord (niet magnetisch).
Bronnen
Bijlagen
VVKSO (2010). AV Natuurwetenschappen eerste graad 1ste- 2de leerjaar (D/2010/7841/001). Opgeroepen op 25 augustus 2017 van http://ond.vvkso-ict.com/vvksomainnieuw/leerplanpubliek.asp?NR=2010/001
B1: Bordplan B2: Vraagstelling en OLG B3: Powerpointdia's (hand-outs) B4: A3- afbeeldingen oogstand
Devoldere L., e.a. (2017-2018). Natuurwetenschappen praktijk 1. Gent: Arteveldehogeschool. De Lamper, A. e.a.(2016) Explo 1- Leerwerkboek natuurwetenschappen. Kalmthout: Pelckmans
De lesvoorbereiding BIO/NW
1
De Scheemaeker, K. e.a. (2010) NW voor jou 1 - onderzoekeditie. Organismen in hun biotoop (katern 1). Wommelgem: Van In.
B5: Leerwerkblaadjes (LWB), ingevuld B6: Beschrijving videofragmenten B7: Bronnenlijst afbeeldingen LWB
D'Haeninck , L., e.a. (2010). Biogenie +1. Antwerpen: De Boeck.
LESONDERWERP: Aanpassingen van gewervelde dieren aan hun levenswijze: oogstand Aanpassingen van gewervelde dieren aan hun leefomgeving: schutkleur LEERPLANDOEL(EN) B10 In gegeven concrete voorbeelden aangeven hoe gewervelde dieren op verschillende manieren aangepast zijn aan hun omgeving en leefgewoonte. AD5 Onder begeleiding resultaten uit een waarneming [, een experiment, een meting of een terreinstudie] weergeven.
KERNIDEE De oogstand van gewervelde dieren is aangepast aan hun voedingsgewoonten (vleeseter/jager vs. planteneter/prooi), de kleur van de lichaamsbedekking aangepast aan hun leefomgeving. VAKOVERSCHRIJDENDE EINDTERMEN (enkel voor het secundair onderwijs) Omcirkel de context(en) waarbinnen je lesonderwerp gesitueerd wordt en motiveer (verwijzen naar lesdoelen, leerinhoud…). (lichamelijke gezondheid en veiligheid - mentaal welbevinden - sociorelationele ontwikkeling - omgeving en duurzame ontwikkeling - politiek-juridische samenleving - socio-economische samenleving socioculturele samenleving) Motivatie: De interesse en bewondering voor de natuurlijke omgeving en de aanpassing van dieren kan aangewakkerd worden met deze les.
Omcirkel minstens twee sleutelcompetenties uit de stam die van toepassing zijn in de les en motiveer (verwijzen naar lesdoelen, leerinhoud…). . (communicatief vermogen - creativiteit - doorzettingsvermogen - empathie - esthetische bekwaamheid - exploreren - flexibiliteit - initiatief - kritisch denken - mediawijsheid - een open en constructieve houding – respect - samenwerken - verantwoordelijkheid - zelfbeeld - zelfredzaamheid - zorgvuldigheid – zorgzaamheid) Motivatie: LLn moeten voor de experimentjes samenwerken en zorgvuldig te werk gaan (waarnemingen noteren, tijd opmeten)
REALISEREN VAN EEN KRACHTIGE LEEROMGEVING – INTEGREREN VAN DIDACTISCHE PRINCIPES Omcirkel de didactische principes die geïntegreerd worden in de les. - aanschouwelijkheidsprincipe - geleidelijkheidsprincipe - andere didactische principes: Onderzoekende aanpak Plaats volgende codes in je lesvoorbereiding:
De lesvoorbereiding BIO/NW
D
- activiteitsprincipe - integratieprincipe
Op het moment dat je differentieert
- differentiatieprincipe - motivatieprincipe
LL
Op het moment dat je aandacht hebt voor ‘leren leren’
2
LESDOELEN
LEERINHOUD
De leerlingen kunnen…
WERKVORMEN/MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
Lesbegin Instap
Probleemstelling: Hoe zijn gewervelde dieren (jagers en prooien) aangepast aan hun levenswijze ?
Werkvorm: Vraagstelling Media: filmpje ‘Kattenclips.mp4’ Organisatie: Vertonen filmpje. - Welke missers maken de meeste katten in deze filmpjes? - Waaraan ligt dat volgens jullie? - Wat deed ‘succesvolle’ kat? - Waaraan ligt het dat ze succesvol is? - Waarom doet ze dat?
5
Lesuitwerking 3.2.2 Aanpassingen van gewervelde dieren aan hun levenswijze - uit voorbeelden afleiden dat gewervelde dieren vooraan, zijwaarts of bovenaan geplaatste ogen kunnen hebben,
LESFASE 1
Verband tussen de oogstand en levenswijze. WV: Opdracht, vraagstelling Gewervelde dieren kunnen vooraan of zijdelings geplaatste ogen hebben. Media: A3-foto’s van dieren op bord + tekeningen kopjes met zelfklevende ogen Org. Klassikaal ordenen foto’s in groepen volgens oogstand. 2 LLn mogen oogjes komen kleven . - Kijk goed naar de stand van de ogen. Waar zijn ze geplaatst ?
4
Overgang: Wat levert deze oogstand nu op als voordeel voor deze dieren? We gaan dit nu onderzoeken. - de waarneming van de grootte van het gezichtsveld bij zichzelf schematisch weergeven op een cirkel, - verwoorden dat dieren met vooraan geplaatste ogen een gezichtsveld hebben ter grootte van een halve cirkel,
- de waarneming van de grootte van het gezichtsveld bij zijdelings geplaaste ogen , nageboostst door 2 LLn, schematisch weergeven op een cirkel, - verwoorden dat dieren met zijwaarts geplaatste ogen een gezichtsveld hebben ter grootte van een cirkel,
De lesvoorbereiding BIO/NW
OV 1: Wat zien dieren met vooraan geplaatste ogen? Gezichtsveld: deel van de omgeving dat een organisme ziet wanneer het de kop niet beweegt. Het gezichtsveld van dieren met vooraan geplaatste ogen strekt zich uit over een halve cirkel
OV 2: Wat zien dieren met zijdelings geplaatste ogen? Het gezichtsveld van dieren met vooraan geplaatste ogen strekt zich uit over een bijna volledige cirkel
WV: Opdracht Media: Leerwerkblaadjes OV 1 blz 1, PPT dia’s 2-6 Org.: OV op bord schrijven. LLn LLn lezen in stilte werkwijze en voeren per 2 dit experiment uit. Klassikaal bespreken en vastzetten. WV: Doceren ‘gezichtsveld’ Vastzetting: Invullen LWB WV: Demonstratie Media: LWB OV 2 blz 1, PPT dia’s 7 - 9 Org.: OV op bord schrijven.. 2 LLn voeren dit experiment vooraan in klas uit, terwijl 1 andere LL werkwijze voorleest. Klassikaal bespreken en vastzetten. Vastzetting: Invullen LWB
5
5
Overgang: Er is dus verschil in grootte gezichtsveld. Welk voordeel levert dit nu op? We gaan dit onderzoeken bij vooraan geplaatste ogen.
3
LESDOELEN
LEERINHOUD
De leerlingen kunnen… - uit de reeks waarnemingen (tijden) afleiden dat het het best lukt om met 2 ogen open een draad door het oog van de naald te krijgen, - in eigen woorden zeggen dat je met 2 vooraan geplaatste ogen goed afstanden kan inschatten, - dit inschatten van afstanden met 2 vooraan geplaaste ogen benoemen als ‘dieptezicht’,
OV 3: Welk voordeel hebben dieren met vooraan geplaatste ogen? Dieren met vooraan geplaatste ogen kunnen goed afstanden inschatten. Ze hebben dieptezicht.
- predator opgeven als synoniem voor jager, - in eigen woorden het verband uitleggen tussen de oogstand en de levenswijze bij predatoren en prooien, - in eigen woorden het voordeel van de oogstand uitleggen bij predatoren en prooien,
Jagers/predatoren hebben meestal vooraan geplaatste ogen en kunnen zo goed de afstand tot de prooi bepalen. Prooien hebben meestal zijdelings geplaatste ogen en kunnen zo goed de omgeving in het oog houden.
- in een stukje tekst (besluit) de gepaste kernwoorden selecteren en aanduiden,
gewervelde dieren hebben een oogstand die aangepast is aan hun levenswijze
LL
WERKVORMEN/MEDIA/ORGANISATIE WV: Opdracht Media: LWB OV 3 blz 2, PPT dia’s 10-13, bord Org.: OV op bord schrijven. LK deelt naald + draad uit. LLn lezen in stilte werkwijze en voeren per 2 dit experiment uit. LK noteert resultaten op bord. Klassikaal bespreken en vastzetten. WV: Doceren ‘dieptezicht’ Vastzetting: Invullen LWB
TIJD 10
Overgang. Nu moeten we nog op zoek gaan naar het verband tussen de oogstand en de levenswijze. We gaan vooral kijken naar hun voedingsgewoonten.
Gewervelde dieren kunnen ook bovenaan geplaatste ogen hebben. Ze leven meestal in water.
WV: OLG 1 Media: A3-foto’s van dieren op bord, tekeningen kopjes met zelfklevende ogen + extra foto krokodil en kikker, LWB opdracht blz 3, PPT dia ‘s 14-17 Org. Foto wegnemen van ‘mens’ - Wat eten deze dieren? - Hoe komen ze aan hun voedsel? - Wat is verband tussen oogstand en ‘predator’ / ‘prooi’ zijn? - Wat is het voordeel voor elk? - Waar moet ik krokodil en kikker hangen? Waarom? D introductie ‘bovenaan geplaatste ogen’ Vastzetting + synthesemoment: Invullen alg. besluit na OV3 in LWB. Kernwoorden met fluo markeren. Verklaren gedrag in kattenclips - PPT dia’s 18-22
7
Overgang: Gewervelde dieren zijn niet alleen aangepast aan de manier waarop ze aan voedsel komen, hun levenswijze. Ze zijn ook aangepast aan de omgeving waarin ze leven. We bekijken zo één ‘aanpassing’ van dichterbij…. LESFASE 2 3.2.3 Aanpassingen van gewervelde dieren aan hun leefomgeving - in eigen woorden uitleggen wat een schutkleur is. OV 1: Hoe zijn gewervelde dieren aangepast aan hun leefomgeving? Veel dieren hebben een schutkleur: daardoor vallen ze minder op in hun - in eigen woorden het voordeel van de schutkleur natuurlijke omgeving. Predatoren kunnen daardoor zonder op te vallen hun prooi besluipen. uitleggen bij predatoren en prooien, Prooien zijn hiermee moeilijker te vinden door hun predatoren. Sommige dieren vallen net op door hun kleur. Hiermee willen ze aangeven dat ze giftig zijn.
WV: Opdracht, OLG 2, doceren ‘schutkleur’ Media: LWB OV 1 blz 4, Uitgeknipte foto’s (voortaak), PPT dia’s 23-29 Org.: OV op bord schrijven. LLn lezen in stilte de opdracht. Individueel uitvoeren, maar ze mogen met elkaar overleggen. Klassikaal bespreken en vastzetten. - Waarom heb je dier bij deze omgeving geplaatst? - Welke dieren moeilijk te vinden ? Waarom? - Hoe verklaar je verschil in vacht tussen winter en zomer? - Welk voordeel heeft kleur van blauwe kikker? D Vastzetting: Invullen LWB
9
Overgang: Gewervelde dieren zijn met hun lichaamsbedekking aangepast aan de omgeving waarin ze leven. Om eens te kijken of jullie de hoofdzaken van vandaag beet hebben, volgen ter afsluiting nog enkele uitdagingen De lesvoorbereiding BIO/NW
4
LESDOELEN De leerlingen kunnen…
LEERINHOUD
WERKVORMEN/MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
Lesafsluiting Gewervelde dieren zijn aangepast aan hun levenswijze en leefomgeving, dankzij onder andere de oogstand en de kleur van lichaamsbedekking. Deze aanpassingen bieden hen een voordeel en zijn er door evolutie gekomen.
De lesvoorbereiding BIO/NW
Terugblik op de probleemstelling, evaluatie. Media: PPT dia’s 30-36 Org.: - Wat is de oogstand van dit dier? Welk voordeel levert dit op bij de levenswijze/voortbeweging? - Waar zit het dier? (laten aanduiden met laserpointer) Agenda invullen
5
D
5...