Verlengingstechnieken - compensaties PDF

Title Verlengingstechnieken - compensaties
Course Basiskinesitherapie 1
Institution Universiteit Antwerpen
Pages 5
File Size 141.3 KB
File Type PDF
Total Downloads 64
Total Views 114

Summary

BEHANDELING...


Description

Verlengingstechnieken  compensaties M. quadratus lumborum M. trapezius pars descends Statische VLT: Statische VLT:  De schouder aan de kant van de te  Afwijken uit frontaal vlak door naar rekken spier kan eleveren. voor of achter te leunen of een rotatie in de romp uit te voeren.  Patiënt kan mogelijks hoofd  Been aan de homolaterale zijde roteren naar heterolaterale zijde waardoor proc. spinosi dichter mee opheffen waardoor komen en zo origo en insertie bekkenkam omhoog komt en zo de minder ver uit elkaar liggen. origo en insertie dichter bij elkaar komt. Dwarse rek:  Therapeut verliest spiergroep onder de huid, rek is dan onvoldoende. M. pectoralis major Statische VLT:  Lumbale hypolordose  Exorotatie in de arm verliezen  Rotatie in de romp  wordt voorkomen door fixatie op sternum. PNF-methode: idem statische VLT Dwarse rek: / niet mogelijk op deze spier Polsextensoren

M. levator scapulae Statische VLT:  Patiënt kan mogelijks hoofd roteren naar homolaterale zijde waardoor proc. transversarii dichter komen en zo origo en insertie minder ver uit elkaar liggen.

Dwarse rek: idem statische VLT

Dwarse rek: idem statische VLT

M. biceps brachii Statische VLT:  Romp flecteerd ventraalwaarts  Rotatie in de romp naar geteste zijde  voorkomen door behandeltafel vast te nemen  Pronatie thv elleboog verliezen PNF-methode: idem statische VLT Dwarse rek: geen compensaties mogelijk

M. triceps brachii Statische VLT:  Lumbale hyperlordose  Rotatie in de romp naar geteste zijde  voorkomen door behandeltafel vast te nemen  Anteflexie thv schouder verliezen PNF-methode: idem statische VLT Dwarse rek: / niet mogelijk op deze spier

Polsflexoren

M. extensor carpi ulnaris M. extensor carpi radialis brevis M. extensor carpi radialis longus M. extensor digitorum M. extensor digiti minimi M. extensor indicis M. extensor pollicis longus Statische VLT door therapeut:  Elevatie van de schouder  Elleboog flecteren Statische VLT door patiënt: idem statische VLT door therapeut PNF-methode door therapeut/ door patiënt: idem statische VLT door therapeut

M. flexor carpi ulnaris M. flexor carpi radialis M. flexor digitorum superficialis M. flexor digitorum profundus M. flexor pollicis longus M. palmaris longus

IDEM polsextensoren

Uitgangs-/ stretchhoudingen M. quadratus lumborum Statische VLT:  Spreidstand met arm boven hoofd lateroflexie uitvoeren.

M. trapezius pars descendens Statische VLT:  Patiënt zit op behandeltafel met arm in endorotatie onder het zitvlak, therapeut staat achter de patiënt en fixeerd de homolaterale schouder.  kan ook in ruglig uitgevoerd worden.



Dwarse rek:  Halve-maan-houding: schouders en bekken liggen op 1 lijn met kussen onder de lenden en voetrol.  Zijlig: behandeltafel thv de lenden omhoogplooien of kussen plaatsen onder lenden en de niet-steunarm boven het hoofd hangen om zo maximale rek op te zoeken.

Heterolaterale lateroflexie van de CWZ en een homelaterale rotatie. Dwarse rek:  Zithouding: therapeut staat achter de patiënt, brengt de spier op rek en voert dan dwars op de spiervezels een dwarse rek uit met de duim en handwortel naar ventraal en een trekkende beweging naar dorsaal met de vingertoppen.  Buiklig: hoofd patiënt naar geteste zijde geroteerd en arm aan de homolaterale zijde in endorotatie brengen (handpalm naar plafond) en dezelfde dwarse rek en trek uitvoeren.

M. levator scapulae Statische VLT:  Patiënt zit op behandeltafel, met arm in exorotatie onder het zitvlak of de behandeltafel vastnemen. De rotatie in de arm brengen en onder het zitvlak plaatsen brengt de spier nog meer op rek en belet een elevatie van de schouder.  kan ook in ruglig uitgevoerd worden, dan knieën optrekken.  Heterolaterale lateroflexie van de CWZ en een homelaterale rotatie. Dwarse rek:  Zithouding: therapeut staat achter de patiënt en brengt de spier op rek, vervolgens wordt er een dwarse rek uitgevoerd naar ventraal. Bij deze spier kan geen trekkende beweging naar dorsaal plaatsvinden.

M. pectoralis major Statische VLT:  Patiënt in ruglig met knieën opgetrokken en bovenarm in 180° anteflexie, 135° abductie en een exorotatie.  Therapeut fixeerd de spier thv sternum en een kracht loodrecht naar beneden op de humerus.

M. biceps brachii Statische VLT:  Patiënt in zithouding.  Therapeut staat achter de patiënt om de romp te stabiliseren en brengt de arm naar een retroflexie, met elleboog in extensie en pronatie.

M. triceps brachii Statische VLT:  Patiënt in zithouding.  Therapeut staat achter de patiënt om de romp te stabiliseren en brengt de arm naar een anteflexie,abductie van de schouder en elleboog in flexie.

PNF-methode: idem statische VLT

PNF-methode: idem statische VLT Dwarse rek:  Patiënt zit op stoel naast behandeltafel en brengt spier op voorspanning door extensie in de ellenoog en een pronatie.  Therapeut staat achter de patiënt en voert een dwarse rek uit op de spierbuik met de duim en handwortel.

PNF-methode: idem statische VLT

Polsextensoren Therapeut Statische VLT:  Patiënt zit.  Therapeut staat naast patiënt, brengt de arm in 90° abductie, elleboog in extensie, palmair flexie in de pols en een pronatie.

Polsflexoren Therapeut Statische VLT:  Patiënt zit.  Therapeut staat naast patiënt, brengt de arm in 90° abductie, elleboog in extnsie, dorsiflexie in de pols en een supinatie.

PNF-methode: idem statische VLT

PNF-methode: idem statische VLT

Patiënt Statische VLT:  Patiënt zit, brengt zelfstandig de arm in 90° anteflexie, elleboog in extensie, palmair flexie in de pols en een pronatie. Door extra te trekken aan de hand en de vingers ook erbij flecteren komen de extensoren nog meer op rek.

Patiënt Statische VLT:  Patiënt zit, brengt zelfstandig de arm in 90° anteflexie, elleboog in extensie, dorsiflexie in de pols en een supinatie. Door extra te trekken aan de hand en de vingers daarbij in extensie te brengen komen de flexoren nog meer op rek.

PNF-methode: idem statische VLT

PNF-methode: idem statische VLT

 VERMELD DAT WE PNF BLIJVEN UITVOEREN TOT ER GEEN VERBETERING MEER IS!  DE ANDERE METHODE VOEREN WE TELKENS 3 TOT 5 KEER UIT!  DE DUUR IS STEEDS MINSTENS 15 SEC...


Similar Free PDFs