Documentatiemap inclusief leefklimaat examentaak PDF

Title Documentatiemap inclusief leefklimaat examentaak
Course Positief leefklimaat creëren
Institution Arteveldehogeschool
Pages 16
File Size 575.3 KB
File Type PDF
Total Downloads 28
Total Views 116

Summary

examentaak: documentatiemap inclusief leefklimaat. Voorbeelden van elk onderdeel eentje....


Description

Iedereen is top, iedereen heeft een unieke kant!

Amber 2C1 2020-20

Argumenterende tekst Dat een kleuter zich welkom en geliefd voelt in mijn klas later vindt enorm belangrijk, als juf wil ik een open en liefdevolle relatie hebben met mijn kleuters. Dit is natuurlijk hoe ik het graag zou willen, en om dit te bereiken heeft het vak inclusief leefklimaat een grote rol gespeeld. Ik heb veel geleerd over hoe je de kleuters zich beter kan laten voelen in de groep en hoe ze zichzelf leren kennen, maar ook waar je op moet letten waar het fout kan gaan. In het onthaal wil ik later elke kleuter apart goedemorgen wensen en een knuffel geven. Dit helpt om even de tijd te nemen om elk kind apart te begroeten. Zo krijgt elke kleuter affectie van de juf, want kleuters verschillen hier hard in. De ene kleuter komt om een knuffel vragen terwijl de anderen misschien niet durven. Op deze manier begroet je elke kleuter en geef je hun ook de kans om jouw een knuffel te geven. Zo werk je aan een stevig en positief zelfbeeld van de kleuter. Tijdens het slot in mijn stageklas laat mijn mentor de keuze of de kleuters een zacht knuffel, een kriebel knuffel of een high five willen. De kleuters hebben hier in het begin van het jaar met de juf over gepraat hoe ze de dag willen afsluiten en deze drie opties zijn eruit gekomen. Dit vind ik zelf een mega tof idee en wil ik zeker meenemen voor later. Je merkt dat de kleuters altijd heel enthousiast zijn als dit moment komt. Dit is een voorbeeld van participatief werken is de klas, je merkt dat de kleuters voor lange tijd enthousiast en betrokken zijn omdat er naar het geluisterd werd. In mijn stageklas merk ik dat elke kleuter echt zichzelf kan zijn, later hoop ik ook dat dit ook in mijn klas zo kan zijn. Het welvinden van de kleuters speelt hier een grote rol. Hoe voelen de kleuters zich? Zijn ze allemaal betrokken bij het onthaal? Dit zijn vraagjes die je, jezelf kan stellen om te kijken hoe het is met het welbevinden van de kleuters. Zelf vind ik dit een belangrijke factor dat een kind zich goed voelt. Later wil ik de brede basiszorg zo breed mogelijk maken voor alle kleuters. Je doet een aanpassing met het oog op één kleuter maar je introduceert het voor heel de klas. Bijvoorbeeld je merkt dat er een kleuter altijd een beetje verdwaalt erbij loopt als de kleuters hun jas aan de kapstok moeten hangen, zijn/haar jas blijft dan ook meestal op de grond liggen. Je besluit om hier iets aan te doen, je gaat symbooltjes hangen boven de kapstok. Nadat je hebt uitgelegd aan de kleuters en ze mogen dit testen merk je dat iedereen zijn jas aan de kapstok heeft gehangen. Dit kan je ook linken aan het APEmodel. Je pakt het probleem aan, tijdens het proces werk je aan het welbevinden en betrokkenheid van elke kleuter en het effect is doel dat je bereikt hebt. Werken vanuit een inclusieve houding aan een positief en participatief leefklimaat geeft jouw klas een goede sfeer. Je laat de kinderen hun zelf zijn, en laat merken dat dat oké is. Samen probeer je een zo rijk mogelijke omgeving te creëren zodat iedereen iets bij leert. Het welbevinden en betrokkenheid van elke kleuter probeer je als leerkracht zo hoog mogelijk te maken. De brede basiszorg probeer je zo breed mogelijk te maken voor alle kleuters. Mijn leerkrachtenstijl is democratische opvoedingsstijl.

VOORBEELDEN Voorbeelden Je illustreert met goede en doordachte voorbeelden hoe vanuit een inclusieve houding werk kan maken van een positief en participatief leefklimaat in een klas/school. Deze voorbeelden haal je bij je mentoren, stagescholen, stage-ervaringen (dingen die je zelf gedaan/uitgevoerd hebt), literatuur, cursus, workshop Studio Globo, international days, studiebezoeken in het kader van het opleidingsonderdeel ‘Krachtige leeromgeving: Meer-talig', Je voorziet minstens acht voorbeelden. Je houdt je hierbij aan de volgende richtlijnen. Elk voorbeeld (max. één A4 achterkant en voorkant) dient de volgende elementen te bevatten:  



  

Een foto, tekening, prent, … die een concreet beeld geeft. Kernachtige uitleg bij elk voorbeeld waarbij je kort het voorbeeld situeert en argumenteert waarom het voorbeeld tegemoet komt aan het werk maken van een ‘positief en participatief leefklimaat’. Je maakt hierbij actief gebruik van de inhouden die je aangereikt kreeg in het opleidingsonderdeel. Je linkt met de (specifieke) onderwijsbehoeften en de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen van je klas. Maak hierbij gebruik van je brede gegevensverzameling. Ga hiervoor tijdig in overleg met je mentor zodat je zicht krijgt op de (specifieke) onderwijsbehoeften van de klasgroep. Formuleer passende leerdoelen en bijhorende ontwikkelstappen uit een leerplan (bv. Zill, GO of OVSG) Geef aan welke differentiatiestrategieën je inzet en waarom. Gebruik een correcte bronvermelding volgens de APA-normen.

Kies twee voorbeelden waarbij je nagaat wat dit betekent voor de kleuter uit de casus die je aangereikt krijgt tijdens de lessenreeks. Kom je voldoende tegemoet aan zijn/haar specifieke onderwijsbehoeften? Welke redelijke aanpassingen kan je doen? (= verhoogde zorg) Op welke manier, met welke betrokkenen en waarom ga je hierover in gesprek? Leg daarna opnieuw de link met je brede basiszorg: wat kan zinvol zijn voor alle kleuters?

Voorbeeld 1 Werken aan een stevig en positief zelfbeeld van élk kind. De Buck, A. (z.d.). Nieuwe vriendjes in de klas. peuterklas GBS Nevele. Geraadpleegd op 18 december 2020, van https://peuterklasgbsnevele.weebly.com/nieuwe-vriendjes-in-deklas.html

In de gang de jas aan de kapstok hangen bij het juiste symbooltje. Dit geeft de kleuters structuur zodat ze weten waar hun jasje moet hangen. Identiteitsdoelstelling: het geeft de kleuter een goed gevoel als hij zijn jas aan de juiste kapstok heeft opgehangen. Ik ben oké Empathiedoelstelling: als ze het goed doen is de juf blij, en de andere kindjes ook want iedereen heeft zijn jas goed kunnen ophangen. En jij ook. Structuur, veiligheid en gezelligheid: Afspraken en regels. De regel is dat de jas aan de kapstok moet hangen. Een afspraak die ze maakten is dat iedereen zijn jas bij zijn eigen symbooltje hangt. Soms gebeurt het dat een kleuter zijn jas verkeerd hangt en dan ontstaat er tussen twee kleuters een botsing als je juf moet je dan ingrijpen. De grijpt dan in als de baas want er is een regel overtreden. Door regels te maken werk je ook aan groepsbinding, de eerste vier weken van het schooljaar zijn hier cruciaal in. (gouden weken) Na de kerstvakantie worden de meeste regels nog eens herhaald en gekeken of ze moeten aangepast worden aan de noden/ behoeften van de kleuters of de leerkracht. (zilver weken) Omdat ze elkaar zo’n lange tijd niet gezien hebben en ze moeten terug gewent geraken aan de regels en afspraken. Ook boven de kapstok hangt een foto van hoe we onze jas aan de kapstok moeten hangen, dit helpt ook voor de kleuters die de taal niet spreken zo zien ze visueel hoe het moet. Persoonlijke aandacht en geloof in elk kind: Relatie bevorderende interactie: als de kleuter het goed dat en geeft hun een schouderklopje of een glimlach, zo moedig je hen aan om het de volgende keer ook weer goed te doen. Bij anderstalige kleuter werkt dit zeer goed je kan ook je duim opsteken om duidelijk te maken dat hij het goed gedaan heeft. Bij anderstalige kinderen is belangrijk dat je vaak duidelijk maakt met een gebaar dat ze het goed gedaan hebben. Want vaak verstaan ze niet wat ze moeten doen. Onderwijsbehoefte: Yulis heeft nood aan bevestiging op vlak van ontwikkeling van initiatief en verantwoordelijkheid. ni t i at i efnemen.Eenei geni dee,bewegi ng,pr oj ec tofact i vi t ei tent hous i astenv ol har dendv or m eni nhoud I Voz1 I gev en

Voorbeeld 2 Werken aan een stevig en positief zelfbeeld van élk kind.

Dit is de familie muur met foto’s van het gezin van de kleuter in mijn stageklas. Als ze de eerste keer de Nelli en Ceasar tas meenemen naar huis, zit er in boekje in met de vraag of ze een foto willen afdrukken of willen doorsturen naar de juf. Zo wordt dan de volgende dag de foto in de kring besproken en mag de kleuter zijn familie voorstellen. Identiteitsdoelstelling: herkenbaarheid van thuis, kan ook troost brengen bij het gemis van niet thuis te zijn. Empathiedoelstelling: leefwerelden van iedereen wordt in beeld gebracht Structuur, veiligheid en gezelligheid: Gezelligheid als je rondkijkt in de klas ziet de kleuters dingen van thuis wat hen een goed gevoel kan gegeven. Hij/ zij voelt zich ook geaccepteerd in de klasgroep door dat iedereen zijn familie heeft gezien en weet hij is. Herkenbaarheid link met thuis: Je overloopt in de kring wie er allemaal op de foto staat, daar kunnen de andere kleuters zich ook in herkennen. Best vertel je eerst alle gelijkenissen en dan kan je de verschillen bespreken. Bv: gescheiden ouders: uitleggen aan de kleuters wat dit betekent. Of twee mama’s of twee papa ‘s. De juf houdt rekening met kinderen in kansarmoede die geen printer hebben, ze stelt voor dat ze het op school afdrukt. Let wel op dat je niet te veel nadruk legt op de verschillen toerisme, of dat je helemaal geen aandacht geeft aan de verschillen: kleurenblindheid. Max heeft nood aan erkenning op vlak van sociaal – emotionele ontwikkeling. i j khedenom,i nr es pectv oorz i chz el fendeander ,aanei genbehoef t enendi ev an SEgb3 Zoekennaarmogel ander ent egemoett ek omen

Voorbeeld 3 Werken aan een empathische omgang om met de kinderen. 1. Minstens één voorbeeld van relaties tussen kinderen: sociale competentie Kakelbont, V. (z.d.). Bewegingskaart doos | Thema, Bewegingsactiviteiten, Dozen. Pinterest. Geraadpleegd op 17 december 2020, van https://www.pinterest.com.au/pin/388294799105715315/

De fruitbak halen doen ze altijd met 2 ze moeten dan samen afspreken wie als eerste door de deur heen gaat en wie welke kant neemt. Ze moeten rekening houden met elkaar. Eens de bak in de kring staat moeten ze ook helpen het doosje aan het juiste kindje te geven. Zo leren ze elkaar symbooltje ook kennen. Botsingen: Volgens Piaget zijn botsingen kansen voor kinderen om regels en meningen van anderen te leren kennen. Het egocentrisme kan hierdoor overwonnen worden. Drie rollen voor de juf: De beschermer De baas De bemiddelaar: helpt kinderen om samen een oplossing te vinden. Hij verbindt verzoent en stimuleert de ontwikkel van sociale vaardigheden. De drie o’s: oog hebben voor elkaar, oplossingen bedenken, opnieuw vrienden maken.

Behoeften van kinderen: Kinderen hebben behoeften aan Affectie en tederheid Veiligheid en structuur Erkenning en bevestiging Aanvaarding en waardering zingeving en morele waarde Deze behoeften kan je als leerkracht goed inzetten bij een botsing: als een kleuter aan het wenen is kan je deze troosten affectie en tederheid komt hier dan in de aanmerking. Ook biedt je veiligheid en structuur door er op te wijzen dat de regels/ afspraken zijn overschreden. Het omgaan met regels en afspraken: Afspraken en regels. De regel is dat ze samen de bak vanuit de gang naar de kring moeten dragen. Een afspraak die ze maakten is dat ze voorzichtig moeten zijn en samenwerken met de andere kleuter. Soms loopt er eens een keertje iets mis dan kan de juf erbij komen als bemiddelaar om te

kijken wat er fout liep en aan de kleuters te vragen hoe ze het kunnen oplossen. Door regels te maken werk je ook aan groepsbinding, de eerste vier weken van het schooljaar zijn hier cruciaal in. (Gouden weken) Na de kerstvakantie worden de meeste regels nog eens herhaald en gekeken of ze moeten aangepast worden aan de noden/ behoeften van de kleuters of de leerkracht. (Zilver weken) Omdat ze elkaar zo’n lange tijd niet gezien hebben en ze moeten terug gewent geraken aan de regels en afspraken. Noah heeft nood aan structuur op vlak van initiatief en verantwoordelijkheid. I Voz3 Nodenenui t dagi ngendet ect er enenermogel i j khedeneni nnovat i ev eopl ossi ngenv oorbedenk en

Voorbeeld 4 Werken aan een empathische omgang om met de kinderen. 2. Minstens één voorbeeld omtrent het werken rond gevoelens.

R. (z.d.). Pin op gevoelens. Pinterest. Geraadpleegd op 18 december 2020, van https://www.pinterest.com/pin/562950022147987818/

In onze klas hebben we een magneet bord waar alle symbooltje op hangen tijdens het onthaal wordt er gevraagd hoe de kleuters zich voelen vandaag. En dan mogen ze hun symbooltje ernaast hangen. Tijdens het slot herhalen we dit nog een keer of het, hetzelfde is gebleven of dat ze zich anders voelen. De kleuter Liv heeft behoefte aan bevestiging van de juf als haar mama weggaat anders begint ze te wenen. Maar als de juf iets tegen Liv zegt dan weent ze niet en gaat ze spelen met de andere kindjes. Er zijn twee anderstalige kleuter, zij begrijpen dus nog niet alles wat we zeggen daarom is het ook belangrijk dat het visueel zichtbaar is en als je dan veel de emotie met de foto linkt. Gaan zo deze kleuters zelf ook deze emotie linken aan elkaar. En als dan een keer wenen kan je met hen naar de foto gaan en aanduiden en zeggen dat ze verdrietig zijn. Kansen om emotie na te bootsen: als ze naar de prenten kijken kunnen ze de emotie nadoen. Ook wordt er in het begin als de prenten worden geïntroduceerd stilgestaan bij hoe het kindje kijkt. Naar de mond, de ogen en de wenkbrauwen. En dan gaan ook alle kinderen dit zelf eens proberen nadoen. Verankering door verhaal situatie prenten die empathie stimuleren: tijdens een verhaal wordt ook altijd stilgestaan bij hoe het personage zich voelt (als dit duidelijk is in een prent) dan moet de kleuter van de dag proberen aan duiden op de figuurtjes hoe het personage zich voelt. Er wordt leeftijdsadequaat gewerkt, bij de jonge kleuters worden de vier basisemoties uitgewerkt bij de oudere kleuters word hier uitgebreider aan gewerkt. Julien heeft nood aan tederheid op vlak van ontwikkeling van innerlijk kompas. I Ki d1

Bas i sv er t r ouwenont wi kk el en

Voorbeeld 5 Werken aan een empathische omgang om met de kinderen. 3. Minstens één voorbeeld van interactie tussen kind(eren) en kleuterleid(st)er.

Lian, S. (z.d.). Picto Knuffel | Pictogram, Pictogrammen, Sociale vaardigheden. Pinterest. Geraadpleegd op 18 december 2020, van https://www.pinterest.at/pin/367958232041181984/? amp_client_id=CLIENT_ID(_)&mweb_unauth_id={{default.session}} &from_amp_pin_page=true

Bij ons in de klas wordt tijdens het onthaal elke ochtend een knuffel uitgedeeld tussen de juf en elke kleuter, maar als de kleuter niet wilt ook goed. Zo heeft de juf even oog voor elke kleuter. Sommige kleuters bij ons in de klas hebben een grote behoefte aan affectie en komen dit vragen aan de juf, maar sommige kleuters durven dit ook niet. Via dit voorbeeld geeft de juf elke kleuter de kans om affectie te krijgen als hij/zij dit wil. Ook bevorderend dit de relatie tussen de juf en de kleuter, je komt tegemoet aan de behoeft van de kleuter zo krijg je een dichtere band. Behoefte aan structuur is er ook de kleuters weten dat ze in het onthaal en in het slot om een knuffel kunnen vragen. Een democratische opvoedingsstijl is dit je staat open naar je kleuters maar ze weten dat ze de regels niet mogen overtreden. De kleuters weten dat ze naar jou kunnen komen als er iets is, ze weten dat je echt naar hen luistert. Aandacht en geloof in elk kind: Door een relatie te hebben met elk kind zorgt ervoor dat ze optimaal kunnen ontwikkelen in de klas. Je verbinden met kinderen door te spelen, te spiegelen en met hen te praten, maar via concrete gedragingen van opvoeders kan er ook een positief effect zijn op de ontwikkeling van kinderen. MISC of met andere woorden de ABC of love. Aanrakingen, beurtnemen, fysieke nabijheid, glimlachen, oogcontact maken, vreugde delen en het stemgebruik. Door apart even met een kleuter een knuffel te delen werk je ook aan de sociaal -emotionele ontwikkeling van die kleuter. Je neemt de tijd om te kijken of hij oké is. Maakt hem ook duidelijk dat hij erbij hoort doordat ze niemand vergeet. Elise heeft nood aan affectie op sociaal- emotioneel vlak. oel ensenbehoef t enbi j z i chz el fenander enbel ev en,aanv aar den,her k enneneni nt aal ui t dr ukk en SEgb1 Gev

Voorbeeld 6 Rond verbondenheid. Begroetingen aan de klasdeur. (z.d.). KlasCement. Geraadpleegd op 19 december 2020, van https://www.klascement.net/downloadbaarlesmateriaal/94316/begroetingen-aan-de-klasdeur/

Aan de deur hangen 4 prentjes zoals hierboven op de foto. De juf staat er dan naast en de kleuter mag dan het prentje aanduiden hoe die begroet wil worden. Een knuffel, een hand geven, een high five of eens zwaaien naar elkaar. Zo geef je elke kleuter apart een begroeting. Empathiedoelstelling: de kleuter weet dat de andere ook graag begroet worden en dankt na over hoe dat het beste kan. Identiteitsdoelstelling: de kleuter weet op welke manier hij begroet kan worden en welke hij leukt vindt. Ook dat de juf hem persoonlijk begroet helpt bij het opbouwen van zijn zelfbeeld Linken aan scheppen van momenten van verbondenheid Je neemt de tijd om een dichtere band met de kleuters te creëren door hen apart te begroeten. Jij leert de kleuter beter kennen en kleuter voelt zich goed bij jou. Als leerkracht luister je naar wat de kleuter je vertelt over hoe die begroet wil worden, hier werk je dus aan het kinderrecht: kinderen hebben het recht hun eigen mening te hebben. Je geeft zelf het goede voorbeeld door iedereen te begroeten zoals die wilt. Zo kan je de kleuters de kans geven om nauwer met jouw verbonden te geraken. Je stimuleert de kleuters hierbij in hun waardeontwikkeling want je geeft hun de keus wat zij belangrijk vinden in een begroeting. Je leert samen met hen zoeken naar hun waarde in begroeten. Wout heeft nood aan ontwikkeling innerlijke kompas. I Ki d1

Bas i sv er t r ouwenont wi kk el en

Voorbeeld 7 Een participatief leefklimaat.

Dit is een deel van de foto’s van het dag verloop in mijn stageklas. De juf heeft dit samen met de kleuters gemaakt in de eerste weken van het schooljaar. Samen hebben ze de foto’s getrokken op sommige foto’s staat de juf maar op andere foto’s staan ook de kleuters. Dit valt binnen niveau 6 bij de theorie van Hart. De juf komt met het idee en in overleg werkt ze het samen uit met de kleuters. (geen niveau 5 omdat daar alleen om de menig word gevraagd) Kinderrechten: Kinderen hebben het recht hun mening te geven, dat volwassen naar hen luisteren en ernstig worden genomen. (Unicef, 2019) Dit is een recht dat de scholen en leerkrachten uitdaagt om na te denken hoe ze de stem van het kind een plaats kunnen geven in hun visie en de dagelijkse prakrijk. Stem aan kinderen geven ook wel voicing genoemd of democratie in actie, een voorbereiding op hun toekomstig burgerschap.    

Kinderen hebben het recht hun menig te uiten Kinderen hebben recht op spel en vrije tijd Kinderen hebben recht op onderwijs Kinderen hebben recht op eten

Leefomgeving: Ze hebben structuur en weten wat ze wanneer gaan doen. Dit geeft hun veiligheid omdat ze weten wat er gaat komen. (Positief leefklimaat) Alle kinderrechten. (z.d.). kinderrechten.nl. Geraadpleegd op 20 december 2020, van https://www.kinderrechten.nl/kinderrecht/alle-kinderrechten/ Unicef (z.j.)kinderrechten. Geraadpleegd op 20 december 2020, van https://www.unicef.be/nl/overunicef/onze-inspiratie/kinderrechten/ Finn heeft nood aan structuur op vlak van ontwikkeling innerlijk kompas.

I Ki d2

Eenposi t i ef ,r eal i s t i s chz el f beel dopbouwen

Voorbeeld 8 Een participatief leefklimaat.

Dit is een deeltje van de kring in mijn stageklas. Op het einde van de dag tijdens het slot herhalen we kort wat we die dag gedaan hebben. Wat we van de activiteiten vonden en wat we morgen zeker nog een keer willen doen en wat we niet meer willen. En we vragen ook aan de kleuters wat ze de volgende een keer willen doen, we maken dan soms een brainstorm. Of de juf heeft een aantal ideeën en daar mogen ze dan uit kiezen. Dit valt binnen niveau 6 van de theorie van Hart de juf vraagt wat ze leuk vonden en minder leuk en de kleuters geven hun mening. Kinderen hebben het recht hun mening te geven, dat volwassen naar hen l...


Similar Free PDFs