Werkstuk/essay kunstfilosofie: Michelangelo Pistoletto: Art as a generator of change in society PDF

Title Werkstuk/essay kunstfilosofie: Michelangelo Pistoletto: Art as a generator of change in society
Author Martha Claeys
Course Kunstfilosofie
Institution Universiteit Antwerpen
Pages 6
File Size 63.3 KB
File Type PDF
Total Downloads 107
Total Views 138

Summary

Michelangelo Pistoletto: Art as a generator of change in society...


Description

Martha Claeys

De lezing van de Italiaanse kunstenaar Michelangelo Pistoletto wordt aangekondigd met de titel Art as a generator of change in society. Hilde Van Den Bulck stelt Pistoletto voor als een geëngageerd kunstenaar. Zijn engagement is zowel politiek als sociaal, en komt onder andere tot uiting in Cittadellarte, het kunstenaarshuis dat hij in 1996 oprichtte. Ook in Pistoletto’s werken wordt zijn engagement duidelijk. Zo integreert hij vaak spiegels in zijn creaties om het publiek zelf een plaats en een verantwoordelijkheid te geven in het kunstwerk. Verder beschrijft Pistoletto de sociale rol van het kunstwerk in de ‘terzo paradiso’-theorie.

1. Michelangelo Pistoletto – the third paradise: kunst en engagement Pistoletto stelt dat kunst en politiek hand in hand gaan. Politiek is niet de professie van de kunstenaar, maar kunst moet wel een verantwoordelijkheid kunnen opnemen. Om dit te illustreren verwijst hij naar zijn eigen kunstwerk ‘Love Difference’, dat het plafond van het gebouw de Meerminne siert. In het werk zijn de contouren van verschillende binnenlandse zeeën zichtbaar, waarvan de Middellandse zee onmiskenbaar de grootste is. Door niet het land af te beelden, maar wel de zee die het land verbindt, wil Pistoletto de verscheidenheid aan culturen symboliseren. Mediterraan betekent letterlijk ‘tussen de aarde’, de zee is die plek waar de culturen elkaar raken, leren kennen, handel drijven. Michelangelo Pistoletto wil met dit werk pleiten voor een inter-mediterrane politiek. Hij stelt dat kunst de verwerkelijking van cultuur in politiek mogelijk maakt, kunst is als het ware het kanaal voor dialoog tussen beide. Een tweede uitdrukking van de band tussen kunst en de samenleving komt naar voren in Pistoletto’s ‘terzo paradiso’-theorie en symbool. Het eerste paradijs definieert Pistoletto als de periode waarin de mens opgenomen was in de natuur. In de periode die daarop volgt neemt de mens een houding van afstand aan tegenover de natuur. In de plaats bouwt de mens een artificieel paradijs op, onder impuls van de voortschrijdende technologie en ontdekkingen. Naar deze periode refereert Pistoletto als het tweede paradijs. Voorlopig heeft de mensheid volgens Pistoletto deze twee paradijzen doorgemaakt. Het eerste paradijs is ingeruild voor het tweede paradijs, en in dat tweede paradijs blijft de mensheid doorgroeien. Dit heeft enkele positieve gevolgen: de wetenschap blijft informatie verzamelen en ontdekken over de mens en de wereld rondom ons, de algemene levensstandaard verhoogt door de nieuwe toepassingen van de technologie. Toch leidt het tweede paradijs ons tegelijkertijd rechtstreeks naar een crisis: er staat immers een houdbaarheidsdatum op onze planeet en door ons toenemend verbruik van grondstoffen komt 1

Martha Claeys

die datum dagelijks voelbaar dichterbij. Pistoletto meent dat iedereen zich hier ondertussen al lang bewust van is. Het probleem is dat de mens doorheen heel zijn geschiedenis vervreemd is van de natuur, waar ze oorspronkelijk wel vandaan komt (eerste paradijs). We hoeven echter niet alle verworvenheden van het tweede paradijs af te zweren. Het komt er op aan een connectie te vinden tussen deze twee paradijzen. Waar natuur en het artificiële samenkomen, is er ruimte voor een nieuw evenwicht, een toekomst. Dit noemt Pistoletto het derde paradijs. Om uit te leggen wat dit derde paradijs inhoudt en wat het van de mensheid verwacht, verwijst Pistoletto naar de oorspronkelijke betekenis van het woord ‘paradijs’. In het Perzisch betekent paradijs ‘beschermde tuin’. Pistoletto stelt dat we dit concept moeten overbrengen naar onze aarde. Net zoals de Perzen hun tuinen bedreigd zagen door de omringende woestijn, zo moet de mensheid de aarde koesteren binnen de grootsheid van de kosmos. Hiermee wijst Pistoletto op de wederzijdse afhankelijkheid van mens en aarde en de enorme verantwoordelijkheid van de mens binnen die verhouding. Voor het ontwerp van het symbool voor het derde paradijs vertrekt Pistoletto van het oneindigheidsteken. Hij creëert een nieuw symbool met drie lussen in plaats van twee. De derde lus symboliseert het derde paradijs, een fysiek paradijs tussen de uitersten van oneindigheid. De twee uiterste lussen kunnen ook geïnterpreteerd worden als de twee polen waaraan de energie voor het derde paradijs ontspringt. Letterlijk is een nieuwe benadering van energie in het derde paradijs een ecologische noodzaak. Ook figuurlijk moeten we volgens Pistoletto op zoek naar een hernieuwing van de mentale energie, een omkeer van de algemene ingesteldheid. Uit deze noodzaak voor andere energie volgt een nieuwe verantwoordelijkheid voor de mens. De transformatie die moet leiden tot het derde paradijs heeft namelijk betrekking op ons allen, en zal uiteindelijk de middenweg zijn tussen vrijheid en verantwoordelijkheid. In het derde paradijs kent Pistoletto een belangrijke plaats toe aan de kunst. Zij vormt immers de basis van alle menselijke creativiteit. Pistoletto stelt zelfs dat kunst als praktijk aan de grondslag ligt van alle menselijke intelligentie. Ze vormt de noodzakelijke basis voor de ontwikkeling van wetenschap en technologie. Een van de allereerste kunstpraktijken bestond erin een afdruk van de eigen hand te maken op de wanden van grotten of rotsen. Volgens Pistoletto ontstaat het concept ‘hand’ pas bij deze act. De uitvoerder begint zich dan pas vragen te stellen over de ruimtelijkheid van zijn hand (is mijn hand hier of op de rots?). Anno 2013 biedt Pistoletto eigenlijk een moderne herinterpretatie van deze primitieve kunstvorm door de spiegel centraal te plaatsen in zijn werken. Tegelijk representeert de spiegel ook het belang van de context van het kunstwerk. De spiegel biedt zo voor de mens een moment van 2

Martha Claeys

reflectie, en schouwing van de wereld, een moment van oordeel. Ze toont de noodzaak van het derde paradijs, een project dat beroep zal doen op alle mensen tegelijk. 2. Gert Verschraegen – een hedendaagse demopraxis Gert Verschraegen is socioloog en benadert Pistoletto’s kunst en filosofie dan ook vanuit dit standpunt. Hij zet zijn respons in met een reflectie over de plaats waar de lezing plaatsvindt: het was de Griekse Agora die model stond voor de architectuur van de grote hal in de Meerminne. De Agora werd beschouwd als de plek waar de meest oorspronkelijke vorm van democratie werd beoefend. Deze ontmoetingsplaats was voor iedereen toegankelijk en stimuleerde zo het publieke debat, waarin de diversiteit en de verschillen binnen de stad duidelijk naar voren kwamen. In plaats van een plek van onenigheid bood de Agora juist de ruimte waarbinnen men met verschillen leerde om te gaan. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Pistoletto binnen deze interpretatie van de Agora in het universitair gebouw zijn kunstwerk ‘Love Difference’ brengt. De afgebeelde zeeën representeren immers eenzelfde omarming van diversiteit. Verschillen hebben steeds te maken met identiteit, maar verschil betekent ook dat men verschillend handelt. Het Griekse ideaal van de democratie zag zich verwezenlijkt op de Agora, waar diversiteit tot uiting kwam in zowel identiteit als in het beoefenen van diverse praktijken. Pistoletto toont zich duidelijk erfgenaam van dit Griekse ideeëngoed wanneer hij de term ‘demopraxis’ gebruikt. Hij interpreteert democratie als het beoefenen van verschillende praktijken te midden van de diversiteit om op deze manier onze eigen samenleving opnieuw te denken en ze een nieuwe, meer leefbare vorm te geven. Hier alludeert Pistoletto duidelijk op het derde paradijs. De demopraxis zet Pistoletto in de praktijk om in zijn eigen stichting Cittadellarte, een kunstlaboratorium dat verschillen stimuleert en een plaats biedt om samen te komen. In Cittadellarte tracht Pistoletto tot kennisverwerving te komen door kunst en wetenschap te vermengen. Pas met deze verzamelde kennis kan het derde paradijs tot stand komen. Als socioloog en professor vraagt Verschraegen zich af waarin deze gezamenlijke zoektocht afwijkt van de activiteiten op een universiteit. Het grootste verschil ziet Verschraegen in het leerproces: in de demopraxis is kennis geen kant-en-klaar pakket dat slechts overgeleverd hoeft te worden door een autoriteit zoals een professor. Leren is eerder een kwestie van praktische kennis en begrip, ontwikkeld in het handelen. Pas wanneer men toelaat dat de kennis praktisch gestalte krijgt, wordt de kennis deel van ons als mens. Werkelijke kennis in de demopraxis is transformational. Op de universiteit zouden we dus 3

Martha Claeys

ook de context moeten bieden waarin studenten de kennis op zichzelf kunnen ontdekken. In de praktijk volgen de universitaire instituten deze demopraxis echter zelden. Binnen het academische kader wordt de waarheid als autoriteit onthuld en overgeleverd. De rede wordt boven de intuïtie geplaatst, de expertise krijgt voorrang op de common sense en de alledaagse ervaring is ondergeschikt aan de wetenschappelijke feiten. Deze academische praktijk staat dus lijnrecht tegenover de co-praktijk van Cittadellarte, waar de wereld zelf de universiteit is, met allerlei soorten mensen als professoren. Hier worden we niet alleen over iets onderwezen, maar leren we ook van en met het studieobject zelf. Zo wordt kennis niet van buitenaf opgebouwd, maar groeit ze van binnenuit. De demopraxis zoals hier beschreven is een open, kritische, collectieve zoektocht. Verschraegen noemt ze utopisch, ze is een ideaal voor hoe het leven zou kunnen zijn. Tegelijk zijn we ons zeer bewust van de hedendaagse manier van kennisverwerving. Demopraxis gaat over wetenschap, evenzeer als over verbeelding en kunst. Waar wetenschap wil bloeien, moet zij gevoed worden door de verbeelding en samenwerking met verschillende soorten mensen. Deze insteek vinden we ook bij Cittadellarte terug. 3. Arthur Cools – de betekenis van kunst in een veranderde samenleving Filosoof Arthur Cools vertrekt in zijn respons vanuit de titelvraag van de lezing: wat is de plaats van kunst in onze samenleving, en op welke manier genereert ze verandering? Cools verwijst in dit verband naar de relatie tussen Pistoletto’s vroege periode, die gekenmerkt wordt door het gebruik van de spiegel, en de meer recente oprichting van Cittadellarte. Het is een misvatting de spiegel bij Pistoletto te begrijpen volgens haar gangbare, klassieke interpretatie.

Ze wil niet louter een reflectie bieden, heeft geen metafysische

betekenis en wil ook geen exacte kopie bieden van de werkelijkheid. Welke betekenis kan Pistoletto dan nog toeschrijven aan de spiegel in een postmodernistisch tijdperk? In Pistoletto’s werk wordt de spiegel een evenement waarbij de toeschouwer ook steeds geïmpliceerd wordt in het schouwen zelf. Het werk belichaamt meerdere relaties in tijd en ruimte tegelijkertijd: tussen de spiegel, de reflectie, de toeschouwer en het geschilderde. Het kunstwerk wordt op deze manier een soort ontmoeting. In dit concept van ontmoeting ziet Cools een continu thema dat de spiegels en Cittadellarte als een rode draad aan elkaar rijgt. Cittadellarte wordt immers gekenmerkt door een uitwisseling die ook ontmoeting impliceert. Als we in de ontmoeting de rode draad herkennen, waar ligt dan precies nog het verschil tussen de spiegelkunstwerken en Cittadellarte, zo vraagt Cools zich af. Met andere 4

Martha Claeys

woorden: wat is er intussen veranderd? De samenleving is op zo’n wijze veranderd door de toepassing van nieuwe technologie en moderne middelen dat de vraag naar de betekenis van kunst plots zeer pregnant wordt. Cools verwijst hier naar de idee van de Kulturindustrie bij Horkheimer

en

Adorno.

Vrijheid,

zingeving

en

betekenis

worden

vanuit

een

efficiëntiepolitiek ondergeschikt aan winst en consumentisme. Cittadellarte komt net voort uit deze cultuurpessimistische vaststelling. Pistoletto tracht op deze manier een plaats bieden waar ruimte is voor artistieke creatie en uitwisseling. Kunst is voor Pistoletto immers de rode draad die alle menselijke activiteiten verbindt. De maatschappelijke veranderingen dwingen ons echter tot het herdefiniëren van kunst en kunstproductie. Ze brengen verschillende spanningen aan het licht, Cools werkt er drie uit: ten eerste is er de spanning tussen de klassieke ‘technè’, verstaan als kunde of talent, en de hedendaagse technologie, die past in het plaatje van de efficiëntiecultuur. Vervolgens vermeldt Cools de spanning tussen beeld en representatie. De representatie staat voor reproductie en impliceert daarmee ook standaardisatie, de productie van het beeld kan dit doorbreken door een vervreemdende perceptie tot stand te brengen. Ten slotte plaatst Cools ook participatie en esthetische distantie tegenover elkaar in het spanningsveld. Waar esthetische distantie net de relatie tussen de kunstenaar en de toeschouwer benadrukt, nodigt participatie de toeschouwer uit tot een actieve relatie met het kunstwerk en de kunstcreatie. Deze drie spanningen geven uitdrukking aan een onderliggend conflict tussen de interpretatie van het kunstwerk als het resultaat van een proces of als een veranderlijke uitwisseling. Ten slotte stelt Cools de vraag naar de plaats van kunst in onze moderne samenleving. Hij kent drie mogelijke plaatsen toe aan de kunst en stelt dat ze misschien wel alledrie belichaamd worden in Pistoletto’s Cittadellarte. Ten eerste kan de kunst verwijzen naar een utopische wereld, van waaruit ze op de echte wereld reageert terwijl ze een kritische distantie behoudt. Anderzijds kan kunst ook een heterotopie creëren (naar een term van Foucault), dan verwijst ze naar een echte plaats, maar ze vervormt de bekende structuren en relaties. Er is echter nog een derde mogelijkheid: kunst kan ook symbool zijn voor protest tegen de standaardisatie. Kunst begint dan vanuit existentieel verzet en is diep geworteld in het persoonlijke leven. Aan het einde van de lezing bleef het publiek nog met enkele relevante vragen zitten. Zo wilde iemand weten hoe Pistoletto zijn kunst kan kaderen in een bredere ethiek. Veel van de vragen bleven echter onbeantwoord, of Pistoletto’s poging tot antwoord riep nog meer bijkomende vragen op. Een debat of discussie tussen Pistoletto en de respondenten bleef eveneens uit. 5

Martha Claeys

Cools, Arthur, “From the mirror images to Cittadellarte: a one way ticket?”, respondent op: Art as a generator of change in society, Universiteit Antwerpen , 05.11.2013. Pistoletto, Michelangelo, “Art as a generator of change in society”, hoofdspreker op: Art as a generator of change in society, Universiteit Antwerpen, 05.11.2013. Pistoletto, Michelangelo, Omnithéisme et Démocratie, traduit de l’Italien par Matthieu Barneule, Arles cedex : Actes sud, 2013, 66 p. (oorspronkelijke uitgave : Omniteismo e Democrazia, Biella : Cittadellarte Edizioni, 2012) Verschraegen, Gert, “A response to Michelangelo Pistoletto’s lecture ‘Art as a generator of change in society’”, respondent op: Art as a generator of change in society, Universiteit Antwerpen, 05.11.2013.

6...


Similar Free PDFs