Les 7 - Full costing versus direct costing - College-aantekeningen 7 PDF

Title Les 7 - Full costing versus direct costing - College-aantekeningen 7
Author Lisa Verhoosele
Course Management accounting
Institution Universiteit Gent
Pages 9
File Size 868 KB
File Type PDF
Total Downloads 45
Total Views 119

Summary

Lesnotities van de zevende les (professor Hoozée , doceertaal: Nederlands)...


Description

3de bachelor TEW

Management accounting

Les 7 – Full costing versus direct costing WOENSDAG 6 NOVEMBER 2019 – 8U30 Omzet - Variabele kosten ------------------------= Contributie - Vaste kosten ------------------------= Resultaat

Omzet - COGS (= Cost Of Goods Sold) ----------------------------------------= Brutomarge - Verkoopkosten ----------------------------------------= Resultaat

Overzicht 1) Standaard full costing ▫ H1: De techniek van kostprijscalculatie ▫ H2: Specifieke waarderingsproblemen ▫ H3: ABC ▫ H4: TDABC 2) Historische full costing ▫ H5: Geen examenleerstof ▫ H6: Massaproductie ▫ H7: Ordercalculatie ▫ H8: Geen examenleerstof ▫ H9: Full costing versus direct costing 3) Direct costing

Hoofdstuk 9 – De techniek van kostprijscalculatie 1. Definities In een productiebedrijf zijn alle fabricagekosten productkosten en alle verkoopkosten (in ruime zin) periodekosten (onder de lijn)!

48

3de bachelor TEW

Management accounting

Full costing versus direct costing -

-

-

Full costing: Vaste fabricagekosten worden over de geproduceerde eenheden eindproduct verdeeld ▫ Eerder op langere termijn ▫ Vaste kosten zijn niet zo relevant op korte termijn ▫ Als je spreekt over ‘variable costing’ i.p.v. direct costing, moet je het ook hebben over ‘absorption costing’ i.p.v. full costing Direct costing: Vaste fabricagekosten worden onmiddellijk ten laste van de verkopen genomen ▫ Meer op korte termijn ▫ Het zou veel logischer zijn moest de benaming ‘variable costing’ zijn Fabricagekosten = Productiekosten + Deel beheerskosten

® Eenheden in de periode geproduceerd maar niet verkocht, dragen onder full costing een deel van de vaste fabricagekosten, terwijl dit niet zo is bij direct costing ® Beide methodes leggen de verkoopkosten (geen verschil tussen full en direct costing) integraal ten laste van de verkochte goederen (periodekosten)

49

3de bachelor TEW

Management accounting

Toepassingsgebied -

-

Voorstanders full costing: Voor de productie van een product zijn niet alleen variabele maar ook vaste kosten nodig Voorstanders direct costing: Vaste fabricagekosten hangen samen met de productiecapaciteit en worden niet beïnvloed door de geproduceerde aantallen Beide methoden kunnen zowel worden gebruikt bij het berekenen van een standaardkostprijs (voorcalculatie) als bij het berekenen van een werkelijke kostprijs (nacalculatie) Ook de waardering van de eindvoorraad gereed product kan volgens beide methodes gebeuren ▫ Als je op de balans zo veel mogelijk zicht wil hebben op de echte resultaten (zo weinig mogelijk gefoefel): Werken met ‘direct costing’ Het Belgisch boekhoudrecht schrijft voor om de directe kosten van de gerede producten op te nemen in de waardering van de voorraden van de balans, eventueel aangevuld met een deel van de indirecte fabricagekosten

Terminologie -

-

Verwarrende terminologie ▫ Direct costing heeft niets te maken met de directe of indirecte kosten! ▫ Direct costing betekent immers hetzelfde als variable costing of marginal costing Een andere benaming voor full costing is absorption costing

2. Resultaatbepaling en kostprijscalculatie Resultaatbepaling bij full costing en direct costing

Wanneer welke methode gebruiken? -

-

Onder ‘full cost’ verstaan we de fabricagekostprijs van de verkochte goederen Direct costing ▫ Nadruk op het kostengedrag (variabel versus vast) ▫ Geschikt voor het nemen van kortetermijnbeslissingen Full costing ▫ Nadruk op de managementfunctie (productie versus verkoop) ▫ Levert betere managementinformatie voor langetermijnbeslissingen

3. Uitgewerkt voorbeeld: Verkoop = productie

50

3de bachelor TEW

Management accounting

Basisgegevens -

-

Geen beginvoorraad Productie: 10 000 stuks Verkoop: 10 000 stuks à 2 500 euro Fabricagekosten ▫ Variabel: 12 750 000 euro ▫ Vast: 550 000 euro Verkoopkosten ▫ Variabel: 2 % op de omzet ▫ Vast: 300 000 euro

Full costing (verkoop = productie)

1"330 =

12"750"000 + 550"000 10"000

Variabel = 12 750 000 Vast = 550 000 Totaal # stuks gemaakt = 10 000

Direct costing (verkoop = productie)

Voor de cost of sales nemen we enkel het variabel stuk. 51

3de bachelor TEW

Management accounting

De verkoopkosten schrijven we niet in 1 keer maar splitsen we op in variabel en vast. Het bedrag is in totaliteit hetzelfde. ® De resultaatbepaling levert onder full costing en direct costing eenzelfde winst op

52

3de bachelor TEW

Management accounting

4. Uitgewerkt voorbeeld: Verkoop < productie Basisgegevens -

-

Geen beginvoorraad Productie: 10 000 stuks Verkoop: 9 500 stuks à 2 500 euro ▫ Eindvoorraad: 500 stuks Fabricagekosten ▫ Variabel: 12 750 000 euro ▫ Vast: 550 000 euro Verkoopkosten ▫ Variabel: 2 % op de omzet ▫ Vast: 300 000 euro

Full costing (verkoop < productie)

De omzet is iets lager want we verkopen iets minder. Onder full costing schuift er 500 keer 1 330 naar de balans. De cost of sales is de fabricagekostprijs van de verkoop. Het variabel stuk van de verkoopkosten is iets lager dan in het voorbeeld hiervoor aangezien het nog altijd 2 % van de omzet, maar die is iets lager dan in het voorbeeld hiervoor. De kolom kostprijscalculatie krijgen we door te delen door de verkochte stuks.

53

3de bachelor TEW

Management accounting

Direct costing (verkoop < productie)

We verkopen minder dan we maken. We maken meer dan we verkopen. De voorraad stijgt. Onder full costing, verschuiven we meer (een groter bedrag) naar de balans waardoor we minder aftrekken in de resultatenrekening (want het zijn communicerende vaten). Daardoor wordt het resultaat groter. ® Resultaat full costing > resultaat direct costing

5. Uitgewerkt voorbeeld: Verkoop > productie Voorraadwaardering!

Basisgegevens -

-

-

Beginvoorraad: 700 stuks à 1 625 euro (1 300 euro variabel) Productie: 10 000 stuks Verkoop: 10 500 stuks à 2 500 euro Fabricagekosten ▫ Variabel: 12 750 000 euro ▫ Vast: 550 000 euro Verkoopkosten ▫ Variabel: 2 % op de omzet ▫ Vast: 300 000 euro Voorraadwaarderingssysteem: FIFO

54

3de bachelor TEW

Management accounting

Full costing (verkoop > productie)

Oefeningen: Eerst apart tabelletje maken voor cost of sales Productie + BV - Verkoop -------------= EV De omzet is hier groter omdat we meer verkopen. De beginvoorraad was gegeven.

Direct costing (verkoop > productie)

Let op: Enkel variabele kost (1 300 i.p.v. 1 625) ® Resultaat full costing > resultaat direct costing

55

3de bachelor TEW

Management accounting

Opgelet bij standaard full costing!

Historisch: -

Altijd FIFO/LIFO Geen capaciteitsbezettingsverschil

Standaard: -

Niet FIFO/LIFO maar standaard Capaciteitsbezettingsverschil

56...


Similar Free PDFs