NTC5 2-3u lwb vbpg - Oplossingen PDF

Title NTC5 2-3u lwb vbpg - Oplossingen
Author Anonymous User
Course Nederlands 1
Institution Hogeschool Vives
Pages 20
File Size 1.7 MB
File Type PDF
Total Downloads 7
Total Views 131

Summary

Oplossingen...


Description

Leerwerkboek

2/3 u

Gerda Jacobs Hilde Driesen

Kevin Breyne Chris De Commer Elke Stasseyns Marloes Van Damme Ann Vandemaele

inclusief onlinelesmateriaal

5

Aan de slag met Hoe begin ik aan een les? Je vindt de uitgebreide inhoudsopgave van dit leerwerkboek op blz. 4-8. Het leerwerkboek bestaat uit vijf blokken. Bij het begin van elke les vind je een overzicht van de verschillende lesonderdelen.

LES 1 Wat voor lezer ben jij? 1 Speeddaten 2 Leesadvies geven 3 Taalbeschouwing

Word een expert op het vlak van spreken, zakelijk lezen en schrijven, kijken/luisteren, taalbeschouwing, verhalen en gedichten en creatief schrijven! Tips en oranje vastgespijkerd-kaders met kennis helpen je op weg. In Les 3 De vele gezichten van de literatuur hoor je 3 BV’s hun lievelingsboek voorstellen. Zij vertellen waarom zij dat boek bijzonder vinden. Misschien inspireren hun verhalen jou om je leesautobiografie nog interessanter te maken?

Je weg vinden in de chaos van sites is niet zo eenvoudig, maar wie de juiste zoekwoorden intikt, geraakt sneller op zijn bestemming. Kun je de tips aanvullen? Tip 1 (bij vraag 1 en 9) De meest betrouwbare info over een persoon vind je natuurlijk op de site die die persoon over zichzelf maakt, maar je vindt er niet altijd gemakkelijk je weg. In plaats van onmiddellijk naar de site te surfen waar je de info vermoedelijk zal vinden, geraak je met de juiste combinatie van zoektermen vaak sneller waar je moet zijn. Als je zeker bent dat iets op een bepaalde site te vinden is en je kent de exacte URL, dan kun je in het zoekvenster van Google intikken

Icoontjes leiden je naar een opdracht waar je de pc voor nodig hebt bijhoort

of naar een suggestie voor je leesportfolio

of waar een PowerPointvoorstelling

. Je vindt alle nodige informatie op

www.knooppunt.net. In de eerste vier blokken vind je lessen onder de titel ‘De weg naar succes’. Deze lessen scherpen onderzoekscompetenties aan en bereiden je voor op de geïntegreerde proef van het zesde jaar

In de bijlagen achteraan in je leerwerkboek vind je ten slotte extra informatie over verschillende taalonderdelen: 1 2 3 4

2

Communicatiecriteria Spellinggids Tekststructuren Verhaalaspecten

Hoe leg ik dat uit Woordverklaring n die leesgedrag: manier van leze de tekstsoort van is elijk ank afh ld bee bijvoor r leze de en de interesse van

Na de eerste vijf blokken sleutel je aan je taalvaardigheid.

f ctie pe

nt i e que

ers

ns e

Je hebt woorden nodig om te kunnen redeneren, argumenteren, begrijpen. Zonder woorden kun je niet denken. Nieuwe woorden leren houdt nooit op. Als middelbare scholier leer je gemiddeld 3 000 woorden per jaar bij. In deze les herhaal je de woorden die je pad kruisten tijdens de voorbije lessen Nederlands. Je verrijkt je woordenschat vertrekkend vanuit de woorden die je al hebt geleerd.

pseudo

mine

nt

otagonist

Woordenbad 1

niem

De verklaring van moeilijke (schooltaal)woorden vind je in een kader, meestal onderaan de bladzijde.

In de rubriek Woordenbad na elk lessenblok herhaal je de woorden die je pad kruisten tijdens de voorgaande lessen. Je verrijkt je woordenschat en vertrekt daarbij vanuit de woorden die je al hebt geleerd. Je maakt ook opdrachten over het juiste taalgebruik.

Taaltelefoon 1 In de Taaltelefoon herhaal je de spellingregels. Je vertrekt daarbij telkens vanuit een dictee.

Vluchtweg Tijdens mijn laatste reis naar het

werd ik van de illusie

alles steeds Terwijl ik in

– vroeger –

naar de

1

2

ik me nog snel

. Ik nam mijn favoriete krant uit de rekken en liep naar de kassa, waar een

3

4

De spreker overtuigt mij met minstens vijf argumenten. De spreker overtuigt mij met sterke argumenten. De spreker wijkt niet af van de kern van zijn betoog. De spreker spreekt aanvaardbaar Nederlands. Totaal:

.

de luchthaven gewoon op mijn vlucht,

foto hing die vermoedelijk een kersvers fotomodel

Naam spreker:

dat

verloopt op luchthavens. Wat was er

/20

Noteer hier het sterkste argument dat de spreker volgens jou gebruikt heeft. Waarom heeft dit argument jou overtuigd?

5

.

Hoe evalueer ik mezelf en mijn medeleerlingen? Bij spreek- en schrijfopdrachten hoort een uitneembaar evaluatieblad. Voor je aan de slag gaat, kijk je na aan welke evaluatiecriteria je opdracht zal moeten voldoen. Bij het evalueren van je medeleerlingen ga je gestructureerd te werk.

3

Blz.

Les

Taalonderdeel

Wat leer je? Wat oefen je?

B LOK 1

9

19

25

31

36

45

54

Spreken

Speeddaten Leesadvies geven

Zakelijk schrijven

Onderzoeksstructuur Leesprofiel Maatregelstructuur Leesadvies

Taalbeschouwing

Woordenschat i.v.m. lezen Pseudoniemen

Zakelijk lezen

Zoekend lezen: antwoord op concrete vragen zoeken op het internet

Zakelijk schrijven

Tips voor het intikken van zoektermen bij Google Parafraseren

Taalbeschouwing

Synoniemen van abstracte woorden als oorzaak, kenmerk, werkwijze …

Zakelijk lezen

Webquest over zoekresultaten + zelf op het internet zoeken

Taalbeschouwing

Woordenschat: woordbetekenis Bronnen beoordelen

Kijken / luisteren

Kennismaken met onderzoek rond marketing en reclame

Taalbeschouwing

De onderzoeksstructuur

Zakelijk lezen

Globaal lezen: thema en subthema’s in een tekst herkennen en benoemen Zoekend lezen: een thema kiezen, informatie verzamelen en bronnen noteren

Taalbeschouwing

Woordenschat i.v.m. marketing en reclame

Zakelijk lezen

Informatieve tekst over jongerensubgroepen

Kijken / luisteren

Relevante informatie noteren uit een interview met een trendwatcher

Zakelijk schrijven

Schrijven voor een blog

Zakelijk lezen

Kritisch lezen: criteria voor goede poëzie onderscheiden en beoordelen Informatieve tekst over slampoëzie lezen

Literatuur

Poëzie lezen, beluisteren en beoordelen

Creatief schrijven

Een poëtisch zelfportret schrijven

Taalbeschouwing

Werkwoordspelling Schooltaalwoorden

1 Wat voor lezer ben jij?

2 Info verzamelen op het internet

3 Zoekresultaten beoordelen

De weg naar succes 1

De weg naar succes 2

4 Zeg me wat je koopt en ik zeg je wie je bent

5 Dichten zonder regels

67

6 Instructietaal

72

Woordenbad 1

Taalbeschouwing

Woordenschat: betekenis toekennen, inoefenen en controleren + strategieën

75

Taaltelefoon 1

Taalbeschouwing

Spelling: strategieën

B LOK 2 77

85

4

7 Spanning: Luc Deflo Onder de Budabrug

8 Avontuurlijk leven – herhaling tekstdoelen

Literatuur

Spanningsopbouw, spanningstechnieken

Kijken / luisteren

Anticiperen op het verhaalverloop

Zakelijk schrijven

Maatregelstructuur

Zakelijk lezen

Informatieve, persuasieve, activerende, emotieve en diverterende teksten herkennen en benoemen

Blz.

100

Les

Taalonderdeel

Wat leer je? Wat oefen je?

Onderzoekscompetenties

Een onderzoek opzetten en doelen formuleren: - een experiment opzetten, een vergelijkende studie maken, een enquête opstellen - onderzoeksvragen stellen - taken verdelen

Taalbeschouwing

Engelse leenwoorden in het Nederlands

Kijken / luisteren

Kritisch luisteren: invloed van het Engels op het bedrijfsleven, het onderwijs en het dagelijks leven De betekenis van vreemde woorden afleiden uit de context

De weg naar succes 3

104

9 Spanning in de taal

113

Woordenbad 2

Taalbeschouwing

Woordenschat: betekenis toekennen, inoefenen en controleren + strategieën

116

Taaltelefoon 2

Taalbeschouwing

Spelling: strategieën

5

LES 1 Wat voor lezer ben jij?

Nummer:

1 Speeddaten 2 Leesadvies geven 3 Taalbeschouwing

Klas:

1 Speeddaten Je hebt in je leven al heel wat gelezen. In deze oefening willen we te weten komen wie jij als lezer bent en hoe je leesprofiel past binnen de klas. Daarvoor ga je speeddaten rond leesgedrag.

Opdracht 1 1 Maak in je klaslokaal een lange rij van banken waaraan je met het gezicht naar elkaar zit.

2 3 4 5 6 7

Neem plaats tegenover de leerling die dezelfde vragenlijst als jij heeft. Noteer zijn / haar naam en overloop afwisselend de vragen. Vul de gegevens in en stel enkele bijkomende vragen. Het antwoord hoef je niet te noteren. Op aangeven van de leerkracht schuift een rij leerlingen een stoel op. Werk de vragenlijst opnieuw af en herhaal dit tot je opnieuw tegenover de eerste leerling zit. Vul individueel de hele vragenlijst in je leerwerkboek in.

Duid aan welk antwoord / welke antwoorden het meest van toepassing

nooit als het verplicht is soms regelmatig vaak dagelijks

1 Ik lees …

is/zijn op jou.

strips romans gedichten verhalen

Ik luister … audioboeken

Woordverklaring n die leesgedrag: manier van leze de tekstsoort van is elijk ank bijvoorbeeld afh r en de interesse van de leze

Les 1 - Wat voor lezer ben jij?

9

Ik lees graag omdat het … ontspannend is leerrijk is spannend is nodig is

2

Ik lees niet graag omdat het … inspannend is saai is ouderwets is overbodig is

r uit naar … 3 Als ik voor een boekbespreking een boek mag kiezen, gaat mijn voorkeu een waargebeurd verhaal een thriller een psychologische roman een historische roman een sciencef ictionverhaal een liefdesverhaal 4 Noteer een titel, auteur of thema. Ik las … nooit een goed boek

wel eens een goed boek

nooit een goed gedicht

wel eens een goed gedicht

nooit een goede strip

wel eens een goede strip

vaak goede boeken

vaak goede gedichten

vaak goede strips

Het beste boek dat ik ooit las: Het slechtste boek dat ik ooit las: 5 Bij de keuze van een boek ga ik af op … behaalde literaire prijzen de achterflap de mening van anderen over het boek de schrijver dikte de het genre verfi lming de de titel beschik baarheid de ) … letters – kleuren – (kaft het uitzicht

6

Vroeger lazen mijn ouders / oppassers wel eens voor. Vroeger las nooit iemand voor. Ze lazen …

10

sprookjes kinderboekjes telkens een stuk van een verhaal godsdienstige verhalen gedichtjes

Les 1 - Wat voor lezer ben jij?

de opdracht(en) … 7 Wanneer ik tot hiertoe een boek moest bespreken voor school vond ik jk makkeli moeilijk interessant saai een creatieve uitdaging terug te vinden op internet l originee afgezaagd Voorbeeld van een toff e opdracht:

Voorbeeld van een saaie opdracht:

8 Ik lees … in mijn bed op de trein / op de bus / in de auto op het toilet …

in de woonkamer in de bibliotheek eender waar, wanneer ik tijd heb

9 Wanneer ik aan een boek begin … lees ik het meestal in een ruk uit lees ik het in enkele dagen uit doe ik er een week of meer over

doe ik er weken over eer het uit is lees ik het zelden helemaal uit lees ik het nooit uit

10

Ik was als kind lid van een bibliotheek en nu nog steeds. Ik was als kind lid van een bibliotheek, maar nu niet meer. Ik was als kind geen lid van een bibliotheek en nog steeds niet. Ik was als kind geen lid van een bibliotheek, maar nu wel. Ik bezocht het laatst een bibliotheek: (hoe lang geleden?)

11

meestal

soms

zelden

nooit

Ik kan me inleven in het verhaal. Ik herken me in een personage. Ik herken een situatie. Bijvoorbeeld:

12

Voor een boekverslag …

meestal

soms

zelden

nooit

lees ik iets over de auteur. zoek ik een samenvatting op internet. lees ik wat anderen vonden van het boek. kijk ik naar de verfi lming als die bestaat.

Les 1 - Wat voor lezer ben jij?

11

Datum:

Opdracht 2 Verwerk de gegevens van je klasgenoten. Werk samen met de leerling die dezelfde vragen stelde. 1 Ieder van jullie heeft aan de helft van de klas vragen gesteld. Tel de gegevens op en noteer de aantallen op je vragenblad. 2 Bereken per antwoord het percentage. (bv. 16 leerlingen van de 25 in je klas hebben geantwoord: ‘nooit’. Dan deel je 16 door 25 = 6,4. Je vermenigvuldigt met 100 = 64 %)

Naam:

3 Geef kort de resultaten weer volgens de onderzoeksstructuur. (Dit kun je per twee doen.) Wat heb je onderzocht?

Wat zijn de resultaten?

Waarom heb je het onderzocht?

Hoe heb je het onderzocht?

Klas: Nummer:

Wat is de conclusie van het onderzoek? (interpretatie van de resultaten)

4 Deel de resultaten mee aan de klas. 5 Noteer de percentages naast jouw ingevulde gegevens in de vragenlijst op de vorige bladzijden. Verwoord kort een aantal bevindingen van anderen die afwijken van jouw leesgedrag.

12

Les 1 - Wat voor lezer ben jij?

Klas:

Nummer:

6 Komt het profi el van de klasgroep in het algemeen overeen met je eigen leeshouding? Vergelijk (individueel) op minstens drie vlakken. Noteer kort je bevindingen. Wat zijn de overeenkomsten? Waar zijn er verschillen? Wat is de conclusie?

2 Leesadvies geven Opdracht 3 Stappenplan

- Onderzoek het boekenaanbod van 15-18 jaar. Er zijn drie hoofdcategorieën: - Lezen? Natuurlijk! Als je klasgenoot graag leest en niet terugschrikt voor dikke boeken, is dit het geschikte startpunt voor je zoekactie. - Lezen? Surprise me! Als je klasgenoot niet veel leest, maar toch van verrassingen en uitdagingen houdt, vertrekt je zoektocht best hier. - Fahrenheit 451 In deze categorie vind je een rijk aanbod voor jongeren die niet graag en niet veel lezen. - Elk van deze drie hoofdcategorieën is ingedeeld in een aantal subcategorieën, bijvoorbeeld: verhalen over mensen en relaties, de wereld rond, voltooid verleden tijd, lach eens met een boek, informatief …

Naam:

Stap 1 Raadpleeg www.boekenzoeker.org

- In elk van deze subcategorieën vind je heel wat boektitels met vermelding van het aantal pagina’s en een korte toelichting. Onder dit icoon bij elk boek staat er soms commentaar van andere lezers.

Stap 2 Bekijk de resultaten van de speeddating met je klasgenoten nog eens en pik er een ‘slachtoffer’ uit. Kies uit een of meerdere categorieën twee boeken of strips die je aan hem/haar wilt aanbevelen. Gebruik het onderstaande schema om je keuze vast te leggen.

Datum:

-

Naam klasgenoot: Korte samenvatting van zijn/haar profiel:

Woordverklaring g leeshouding: zie leesgedra die op de markt ken boe de : bod boekenaan zijn

Les 1 - Wat voor lezer ben jij?

13

Datum:

Boek 1 Hoofdcategorie: Subcategorie: Titel, auteur, aantal bladzijden: Korte toelichting:

Naam: Boek 2 Hoofdcategorie: Subcategorie: Titel, auteur, aantal bladzijden: Korte toelichting:

Klas: Nummer:

Stap 3 Noteer hieronder in trefwoorden waarom je je klasgenoot aanraadt om (een van) deze boeken te lezen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het leesprofiel van je medeleerling, het thema van het boek, de andere verhaalelementen (spanning, plot, vertelstandpunt, personages, tijd, ruimte, stijl), het aantal bladzijden, de vergelijking met een fi lm, een game, een spel …

Stap 4 Overtuig je klasgenoot in een spetterend kort betoog om de boeken die jij voor hem/haar uitgekozen hebt, te lezen. Hij/zij zal op basis van het evaluatieschema op de volgende bladzijde oordelen of je echt overtuigend uit de hoek bent gekomen. Ook je leerkracht zal je prestatie evalueren (1 = onvoldoende, 5 = uitstekend).

14

Les 1 - Wat voor lezer ben jij?

Naam spreker:

1

2

3

4

5

Nummer:

De spreker overtuigt mij met minstens vijf argumenten. De spreker overtuigt mij met sterke argumenten. De spreker wijkt niet af van de kern van zijn betoog. De spreker spreekt aanvaardbaar Nederlands. /20

Noteer hier het sterkste argument dat de spreker volgens jou gebruikt heeft. Waarom heeft dit argument jou overtuigd?

Klas:

Totaal:

Wat was positief aan het betoog?

Naam:

Wat is een werkpunt voor de spreker?

Opdracht 4 Je kent nu het leesprofiel van je klas. Stel je in de plaats van je leerkracht Nederlands. Wat zou jij aan deze klas als verwerkingsopdracht bij een boekverslag geven? Formuleer je voorstel in een doorlopende tekst waarin je de maatregelstructuur hanteert.

Datum:

Wat is de maatregel? (jouw voorstel) Waarom kies je hiervoor? Hoe zie je dit concreet? Wat zal het resultaat zijn? (veronderstel je) Je deelt de tekst op in alinea’s. Ga op zoek naar opdrachten die veel indruk op jou en je klasgenoten hebben gemaakt en die ze omschrijven als toffe verwerkingstaken. In een aparte top drie noteer je je drie favoriete opdrachten. Je schrijft je tekst voor je klasgenoten. Overloop de criteria nog vooraleer je de taak inlevert. Duidelijkheid

Is je boodschap logisch opgebouwd?

Gepastheid

Heb je rekening gehouden met je publiek?

Correctheid

Heb je spelling, zinsbouw en woordenschat gecontroleerd?

Aantrekkelijkheid

Heb je op je stijl gelet?

Woordverklaring p het criterium: datgene waaro gebaseerd wordt

oordeel

Les 1 - Wat voor lezer ben jij?

15

Datum:

3 Taalbeschouwing Opdracht 5 Zoek woorden die betrekking hebben op het thema ‘lezen’ bij de omschrijvingen en vul ze in. 1 Engelse term die we gebruiken voor de ontwikkeling van het verhaal 2 Schuilnaam die een auteur aanneemt 3 Zich herkennen in een personage of situatie

Naam:

4 Wordt stelselmatig opgebouwd zodat je absoluut wilt verderlezen 5 Hoe vaak je leest, drukt men uit als lees… 6 Hoofdrolspeler in een verhaal 7 Vanuit welk oogpunt het verhaal gezien wordt 8 Soms open, soms ‘happy’ 9 Wanneer een auteur over zijn eigen leven schrijft 10 Het hoogtepunt van de spanningsopbouw 11 Nederlandse term voor de knoop, verwikkeling van het verhaal 12 Literaire soort (bv. thriller, psychologisch drama, oorlogsverhaal …) Horizontaal krijg je een begrip dat je dit jaar hopelijk stevig uitbreidt. 5 9

Klas: 2

3

10


Similar Free PDFs