IND Zwemmen PDF

Preview

Summary

Download IND Zwemmen PDF

Description

Zwemmen H2: bewegingsbeschrijving Schoolslag Ligging: Horizontaal, gestroomlijnd, ontspannen voeten Beenbeweging Tegenbeweging: Knieën buigen langzaam, heup buigt zo laat mogelijk, knieën op schouderbreedte gespreid, ontspannen voeten. Duwen: voeten gehoekt en naar buiten gedraaid Sluiten: voeten naar binnen gedraaid, benen gestrekt, voeten bewegen versnellend tot benen samenkomen. Armbeweging Spreiden: bovenarm draait naar binnen, ellebogen naar buiten, ellebogen buigen. Samenbrengen: handen bewegen versnellen ellebogen worden naar elkaar toegebracht. Tegenbeweging: handen snel naar voor brengen tot ze volledig gestrekt zijn. Ademhaling Hoofd uit water op moment dat armen samen worden gebracht, inademen vanaf samenbrengen armen tot halverwege tegenbeweging, uitademen vanaf armen naar voor tot benen aan het stuwen zijn. Coördinatie Beweging van benen begint op als armen bijna gestrekt zijn (en omgekeerd), 90/90 positie ( elleboog en knie =90°)

Enkel beenbeweging Doelstelling Afstoot van de kant, pijlfase en beenslag maken

Afstand opvoeren

oefening Na afstoot nog 3 tellen wachten voor beenbeweging. Eerst maar 1 zwemslag na afstoot, dan meerdere Meer en meer zwemslagen Afstoten en zwemmen tot een pion, aantikken en terug verder zwemmen

Didactische Aanwijzingen Geef een voorbeeld, ligging= zo horizontaal mogelijk, hoofd in water.

Beenslag corrigeren, blijf oefenen tot de beenslag is geautomatiseerd, combineer met andere vaardigheden.

Je leert ze eerst de beenbeweging, eerst zonder (met plankje) daarna met ademhaling. Hierna leer je de combinatie armen-benen, eerst zonder (hoofd in water) daarna met ademhaling.

Armen en benen Doelstelling Globale schoolslag met ademen

Aanvoelen timing beenbeweging met ademen

oefening Geef voorbeeld en laat ze zelf proberen Steeds meer slagen, de lln die het niet goed doen moeten een stap terug. Afstoten, pijlfase een beenbeweging met ademhalen.

Didactische Aanwijzingen Laat lln demonstreren, differentieer

Inademen bij intrekken benen, uitademen bij sluiten duwen en sluiten.

Keerpunt Afstoot met zwemslag onder water Afstoot, armen zijwaarts brengen tot heup, armen dicht tegen lichaam naar voor brengen Keren Draaien oefening: afzetten van bodem, naar de kant drijven, aantikken, klein maken en draaien, gaan staan. aantikken oefenen naar kant drijven, aantikken, afduwen, met de armen, benen naar de muur brengen en rugwaarts afstoten. Aantikken met draai oefenen: afzetten van de bodem, krachtige zwemslag, tegen de kant duwen en draaien. Aanzwemmen, keren en afstoot

Borstcrawl Armbeweging Insteken: handpalm naar buiten gedraaid, arm ¾ gestrekt Steunen: verste punt zoeken, elleboog hoger dan hand, arm beweegt afwaarts, hand steunt op het water. Trekken: armen gebogen, hand in verlengde onderarm, elleboog hoger dan hand, hoek elleboog afh van armkracht. Duwen: arm gestrekt, versnellende beweging Uithalen: elleboog eerst uit water, hand ontspannen aan het einde van de duwfase. Overhalen: arm blijft gebogen, elleboog hoogste punt, onderarm en hand ontspannen, thv schouderlijn arm strekken. Ademhaling Hoofd draait zijwaarts, ademen in golfdal

Coördinatie Armen-ademhaling: als arm omhoog word gebracht moet je inademen Arm-benen: gekruiste coördinatie; linkerbeen neerwaarts als rechterarm in steunfase is, 6-takt; 2:6  2 arm 6 been (korte afstanden) of 2-takt; 2:2  2 arm 2 been (lange afstanden). Beenslag Doelstelling Afstoot kant, pijlfase en beenslag

oefening Geeft vb en laat ll na doen. Spatten maken, geen spatten maken, veel geluid, geen geluid

Dida. Aanwijzingen Kijk naar ligging, na afstoot 3 tellen voor beenbeweging. Voeten blijven zo veel mogelijk onder water. Je leert ze eerst de beenbeweging, eerst zonder (met plankje) daarna met ademhaling. Hierna leer je de combinatie armen-benen, eerst zonder (hoofd in water) daarna met ademhaling.

Armen-benen Doelstelling Afstoot van de kant, pijlfase en combinatie zonder ademen Afstoot van de kant, pijlfase met ademen Beenbeweging met ademen

afslag

oefening Geef vb, laat ll na doen Eerst 1 dan meerdere zwemslagen Geef vb, laat ll na doen Eerst 1 dan meerdere zwemslagen 1 arm voor heup en 1 arm aan heup, zijwaarts ademen. Om de 3 slagen ademen

Dida. Aanwijzingen Armbeweging niet te kort

Hoofd draait zijwaarts, ander oor in water. Langs kant van lesgever ademen. Hoofd draait zijwaarts, onderste oor in water. Langs kant van lesgever staat ademen. Arm niet te hoog en gestrekt worden overgehaald, uitademen onderwater.

Keerpunt crawl aanleren 1e fase 1. 2. 3. 4.

Pak noodle met 2 handen vast en hou hem voor je. Adem in boven water en adem uit onderwater Duw af op de bodem Voorwaartse salto in de noodle

Aandachtspunten: Ga rechtdoor, laat noodle niet los, duw noodle niet naar beneden  gebruik je handen niet. Doe dit een aantal keer, hoe beter het lukt hoe sneller je probeert. 2e fase 1. Zwem rustig naar de muur 2. Hoe noodle achter jou vast met beide handen. 3. Voorwaartse salto in de noodle, voeten tegen de muur

Aandachtspunten: Strek je armen voor de hele beweging, denk niet aan een stevige afstoot, focus op gewichtsloze armen. Als het goed gaat probeer je met een pull boy ipv noodle. 3e fase 1. 2. 3. 4.

Zwem naar de muur, armen naast lichaam Voorwaartse salto, armen naast lichaam Breng je armen in stroomlijn voor het lichaam Duw af tegen de muur

Aandachtspunten: Gestrekte armen, niet denken aan stevige afstoot, hou handen hoog, hoe lager handen hoe meer je naar beneden afstoot. 4e fase 1. Zwem al iets sneller, gestrekte armen, ogen naar beneden gericht 2. Trek armen om de beurt naar het lichaam 3. Breng je hoofd als eerst naar beneden in de salto, na salto zijn armen boven hoofd Aandachtspunten: Ogen tikken knieën bijna aan 5e fase 1. Kijk naar de plaats waar je je voeten wilt zetten 2. Voeten op 11u/1u 3. Duw af (op je zij) Aandachtspunten: Ogen tikken knieën bijna aan, draai je voeten naar 11u/1u

Keerpunt borstcrawl afstoot, snelheid maken Afstoten, tot 3 tellen en beenslag maken Keren Draai bij de kant oefenen: Afzetten van de bodem, op buik naar kant drijven, koprol vlak voor de muur, voeten tegen muur op 11u/1u, tot stand komen. Idem met snellere draai naar 11u Idem met afstoot tegen de muur Aanzwemmen met draai oefenen: komen aanzwemmen, koprol met, 11u. Idem, meer zwemafstand, of draai al vroeger inzetten

Startduik 1e lange signaal: plaatsnemen op startblokken en blijven staan “op uw plaatsen”: starthouding aannemen ( 2 handen aan blokken, 1 voet voor en 1 achter) 2e korte signaal: start Uithalingshouding: Romp voorwaarts buigen, voeten op schouderbreedte, benen lichtjes gebogen, handen vooraan aan startblok, hoofd ontspannen naar beneden, zwaartepunt boven bal van voeten. Evenwichtsverlies- uithaalbeweging: zo vlug mogelijk reageren, aan armen trekken, buigen in heup, knieën en enkelgewricht vergroot. Afstoot: begint bij hoek van 90° bij dijen, blik voorwaarts gericht, heup, knieën en voeten krachtig gestrekt. Zweeffase: armen naar water gericht, lichaam gestrekt. In water en eerste zwembeweging: lichaam komt gestroomlijnd in het water, als de snelheid gelijk is aan de zwemsnelheid word de eerste zwembeweging gemaakt.

H3 methodische en didactische uitgangspunten Aanleren van zwemslag Je moet rekening houden met… als je een nieuwe zwemslag wil aanleren. -

De doelstellingen Het niveau De leeftijd

Beginslag: rug of buik? Voordelen

Nadelen

Rug Stabiele ligging, link met overleven, gemakkelijke ademhaling, ademhaling beïnvloed ligging niet

buik Goede visuele oriëntatie, gemakkelijk contact met lesgever, geen grote watervrijheid nodig

Matige visuele oriëntatie, je moet watervrij zijn anders is het ongemakkelijk, moeilijk contact met lesgever

Labiele ligging, moeilijker ademhalen, ademhaling beïnvloed de ligging negatief en zorgt voor meer weerstand

Enkelvoudige rugslag/schoolslag vs rug-/borstcrawl

Voordelen

nadelen

Enkelvoudige rugslag/schoolslag Bewegingsverwantschap basiselementen, lang vol te houden door uitdrijffase, link overleven en reddingszwemmen, Snel aangeleerd, goed gekleed uit te voeren, gemakkelijk uit te voeren op oudere leeftijd Voetenstand is moeilijk, geen hulpvinnen mogelijk, veel weerstand bij schoolslag die spanning van lage rug- en nekspieren veroorzaken.

Enkelvoudige rug-/borstcrawl Grove vorm is snel aangeleerd, coördinatie armen-benen gaat vanzelf, snelle succeservaring, vinnen als hulpmiddel mogelijk, goede voorbereiding op vrijetijdsbesteding en recreatie. Stelt hoge conditionele eisen, geen rustmomenten, moeilijke ademhaling, grote lenigheid nodig in schouder en enkel, beenbeweging geeft weinig voorstuwing

Aan de hand van de voordelen die je nodig hebt kan je bepalen welke slag je leert, vb: kind wil kunnen spelen in water  rug-/borstcrawl of: oudere mens wil leren zwemmen maar is niet zo lening meer  rug-/schoolslag. In het kader van efficiënt leren is het meest voor de hand liggende te beginnen met de rugslagen.

Leren zwemmen met of zonder hulpmiddelen? Voor we starten met aanleren van zwemslag moet een kind op de rug en buik kunnen drijven. Kurken en zwemvleugeltjes zijn drijfmiddelen. We proberen deze zo veel mogelijk te vermijden. Nadelen: Kurk zorgt voor een vaste ligging, het ervaart hierdoor dus niet wat er gebeurd bij een bepaalde draaiing, het kind ontwikkeld een verkeerd lichaamsbesef. De kans dat foute bewegingen worden aangeleerd is groter. Bij het zwemmen in diep water is het haast onvermijdelijk. Als je de afstand verlengt ook. Om geen foute bewegingen aan te laten leren kan je beste direct na de oef met hulpmiddelen dezelfde oef doen zonder hulpmiddelen. Een zwemplankje word vaak gebruikt Voordelen van te zwemmen zonder plankje: natuurlijke lichaamshouding in water, minder frontale weerstand, beenbeweging word uitgevoerd zoals in een volledige beweging, grote concentratie op de beweging aangezien men op zichzelf is aangewezen, mogelijkheid om onder water naar de beenbeweging te kijken. Zwemvliezen worden ook vaak gebruikt, zij beïnvloeden de ligging positief.

De didactische uitgangspunten -

Lesgever speelt belangrijke rol in leerproces Band ll-lk is van groot belang Kinderen hebben natuurlijke drang op te spelen, onderdruk die niet Als je speelt in het water doe dit dan met veel materiaal Kinderen van 6-8j zijn gemotiveerd om te leren, stimuleer ze door veel ervaringen te laten oplopen Kinderen leren van elkaar en imiteren elkaar Laat ze veel succeservaringen beleven

H6 volmaking zwemslagen Observatiefase Verre obs  algemeen beeld -

Ligging en bew van romp Snelheid Reglementaire beperkingen

Dichte obs  gedetailleerd -

Bewbaan van stuwvlakken Positie stuwvlakken Ritme Hoofpositie Hoofdbew Tijdens ademen Coördinatie arm-arm, armen-benen, armen-ademen

Correctiefase  fouten verbeteren op een logische manier Obs kaart en foutenanalyse p151-162...