Opdracht 4 micro economie marktvormen PDF

Preview

Summary

Dit werkstuk gaat over Marktvormen...

Description

Opdracht 4: De voorkomende marktvormen in Suriname beschrijven en verklaren In de economie zijn er verschillende marktvormen bekent. In dit stuk ga ik in op de verschillende marktvormen die voorkomen in Suriname. Het woord marktvormen kunnen we opdelen in twee woorden namelijk markt en vormen. Het woord markt heeft verschillende betekenissen. Ik geef hieronder drie betekenissen weer van het woord markt. Markt: plein of publieke plaats voor koop en verkoop; bijeenkomst voor koop en verkoop; vraag en aanbod; uitwisseling van producten1. Het begrip markt in economische zin betekent: het geheel van vraag en aanbod van een goed of dienst, waarbij een prijs tot stand komt. De markt in abstracte zin wil zeggen geheel van vraag en aanbod met betrekking tot een goed, zonder dat er een bepaalde (concrete) plaats is waar vraag en aanbod elkaar ontmoeten Een concrete markt is een plek waar producenten en consumenten elkaar ontmoeten om producten of diensten te verkopen en of te kopen. Nu wij weten wat een markt is, gaan we kijken naar het begrip marktvorm. Een marktvorm is het geheel van omstandigheden waaronder ondernemingen met elkaar concurreren. Binnen de economie kennen we verschillende marktvormen, deze zijn: volkomen concurrentie, oligopolie, homogene oligopolie, heterogene oligopolie monopolie en monopolistische concurrentie. Als we kennen naar de economie van Suriname kunnen de verschillende marktvormen herkennen. Volkomen Concurrentie: Bij deze marktvorm is sprake van veel vragers en aanbieders van een product of dienst. We nemen als voorbeeld de supermarkten in Suriname. De toetreding tot deze markt is vrijwel makkelijk. De prijs wordt bepaald door de collectieve vraag2 en de collectieve aanbod3. Bij deze marktvorm gaat het om een homogeen product 4. Er zijn veel aanbieders en veel vragers. Een voorbeeld hiervan in Suriname zijn aandelen van Asuria N.V. Oligopolie: dit is een marktvorm waar producten in de markt. Een bekend voorbeeld hiervan is de rijst markt. Er is wel een onderscheid tussen een homogene oligopolie en een heterogene oligopolie. Bij een homogene oligopolie bieden veel producenten nagenoeg hetzelfde product aan, terwijl bij een heterogene oligopolie er diverse productvarianten zijn. Zo kan je brandstof als homogeen product zien, maar zijn varianten als diesel, unleaded en super unleaded juist heterogeen.

1 Van Dale Online Woordenboek 2 Dit is de gevraagde hoeveelheid door consumenten bij verschillende prijzen van een specifiek goed of dienst. 3 Dit is de hoeveelheid goederen en diensten die door ondernemingen bij verschillende prijzen worden aangeboden. 4 Een homogeen product, is een product waarvan elke eenheid in de ogen van de afnemer precies hetzelfde is.

Omdat de concurrentie binnen een oligopolie doorgaans behoorlijk aanwezig is kunnen producenten concurreren op verschillende manieren: dit kan door middel van een prijzenoorlog (dit wordt price competition genoemd) of bepaalde producteigenschappen waarbij de prijs geen doorslaggevende factor speelt (non-price competition). In geval van price competition gaat een bepaalde aanbieder van een product stunten met de prijs waarna de concurrentie vaak zal volgen omdat zij in hun afzetcurve een knik kunnen gaan zien: doordat een concurrerend product goedkoper is zal de producent minder van haar eigen producten gaan verkopen. Om dan toch de gewenste afzet te behalen zal de producent daarom mee gaan zakken in de prijs die de concurrent hanteert. De afzetcurve wordt in dit geval naast de vraagcurve gelegd om zo tot het juiste prijs voor een product te komen. Doorgaans worden prijzenslagen door de marktleiders ingezet, in een poging om een nóg groter marktaandeel te bereiken. Zij zijn dan de prijsleiders (price leader). Concurrenten die minder marktaandeel hebben zullen dan doorgaans hetzelfde doen en dit noemt men dan prijsvolgers (of price follower). Bij non-price competition speelt niet de prijs maar juist andere factoren een rol. Dit wordt door middel van de marketingmix gedaan, zoals het creëren van een bepaald imago (door reclames) of bijvoorbeeld het toevoegen van extra’s bijvoorbeeld punten sparen op een customer card van Dojo. Monopolie: Er is sprake van een monopolie wanneer in een bepaalde markt slechts één onderneming actief is. Dit kan op twee manieren: door middel van een overheid monopolie of een feitelijke monopolie. Het is moeilijk tot onmogelijk voor ondernemingen om toe te treden tot deze markt. De prijs wordt bepaald door de aanbieder. Het gaat om een homogeen product bijvoorbeeld water en er zijn veel vragers naar het product. Bij overheid monopolie komt de overheid in door middel van een wet of een overheidsmaatregel. Enkele voorbeelden van overheid monopolies zijn: Surinaamse Waterleiding Maatschappij, Staatsolie en Energie Bedrijven Suriname. Bij feitelijke monopolie is het voor andere aanbieders of producenten lastig om in een bepaalde markt binnen te dringen en marktaandeel te verwerven. Dit zie je bijvoorbeeld bij Surismiles en Suriname Alcoholic Beverages. Bij monopolistische Concurrentie is er sprake van een markt met een heterogeen product waarbij veel aanbieders actief zijn. Het onderscheid hier in de markt is wat de aanbieder naar zich toe trekt: vaak heeft iedere aanbieder een eigen klantenkring of probeert hij deze te vormen. Bij monopolistische concurrentie is dus een voortdurende verandering van marketinginstrumenten gaande met als doel een eigen klantenkring op te bouwen en het marktaandeel te vergroten. Enkele voorbeelden hiervan in Suriname zijn: Kirpalani’s met huishoudelijke artikelen en Combe Markt.

Bronnen -

Yohe en Mansfield, EersteInitiaal. (2004). Microecomics (eleventh edition). London, Verenigde Staten van Amerika: W.W. Norton & Company Inc.Internet bronnen Odink & Schoorl Van Dale online Woordenboek geraadpleegd op 28 december 2017 http://www.vandale.nl/gratis-woordenboek/nederlands/betekenis/probleem#.WmC__ajiaDI...