TAF origo, insertio en functie PDF

Preview

Summary

alle origo, insertio en functies in 1 document...

Description

TAF – Origo, insertio en functie 1. Spraak en slikken Origo

Insertio Functie M.orbicularis oris: Schijnbare kringspieren, die bestaat uit 4 kwadranten, die gescheiden zijn door een tussenspees. Ook bestaat het uit een oppervlakkig gedeelte (onder de huid) en een diep gedeelte (tegen het slijmvlies) Basis van de snijtandalveolen Mondhoeken 1. Zwakke contractie: lippen sluiten 2. Sterke contractie: stulpen van de lippen M.buccinator: Platte vierhoekige spier, die de musculaire basislaag van de wang vormt. 1. Steun aan de wangen (krachtig Raphe pterygomandibularis, De vezels lopen horizontaal voorlateraal oppevlakte van en mediaalwaarts en voegen zich uitblazen) processus alveolaris van de in de boven-en onderlip en 2. Drukken van de lippen en mondhoeken wangen tegen de tanden maxillae en mandibula (t.h.v. laatste molaren) Trekken de mondhoeken lateraal M.risorius: Lachspier. Fascia die de M.masseter bedekt Mondhoeken Trekken de mondhoeken lateraal M.zygomaticus maior: Krachtige lachspieren, die schuin door de wang afdaalt naar de mondhoeken. Arcus Zygomaticus Mondhoeken, orbicularis oris Trekken de mondhoek naar boven en lateraal M.levator labii superioris: Onder de oogholte, os Bovenlip Opheffen bovenlip zygomaticus en ook maxillae M.levator anguli oris: Diep gelegen, platte driehoekige spier. Fossa canina van de maxillae Mondhoeken en onderlip 1. Trekken mondhoek naar boven 2. Lipsluiting: optrekken van onderlip M.depressor labii inferioris: Kleine, dunne, vierhoekige spier. Lateraal van de kin (basis Huid van de onderlip tot aan de Trekken van onderlip naar mandibula onder foramen lippenrood beneden mentale) M.depressor anguli oris: Driehoekige spier. Voor- en zijkant van de Mondhoeken en bovenlip 1. Trekken van de mondhoeken mandibula naar beneden 2. Lipsluiting M.mentalis Mandibula t.h.v. protuberantia In de huid t.h.v. bovenrand van 1. Verdiepen van de sulcus mentalis de sulcus mentolabialis en enkele mentolabialis vezels op de M.orbicularis oris (speldenkussen) 2. Kanteling van de onderlip naar voor

1

M.masseter: Sterkste kauwspier, bestaat uit een oppervlakkerig en diep gedeelte. De spier is voelbaar doorheen de huid. Ook vormt het samen met de M.pterygoideus medialis (internus) een spierlus waarin de angulus mandibulae rust. Arcus zygomaticus Tuberositas masseterica (aan de Sluiting van de mond (bv om te laterale zijde van de angulus fluiten) mandibulae) M.temporalis: Waaivormige spier die voelbaar is doorheen de huid. Pars squamosa van het os Processus coronoideus 1. Sluiting van de mond temporale mandibulae 2. Naar achteren trekken van de mandibulae M.pterygoideus medialis (internus): Vormt samen met de M.masseter een spierlus waarin de angulus mandibulae rust. Mediale zijde van de processus Mediale zijde van de processus Sluiting van de mond pterygoideus van de angulus mandibulae M.pterygoideus lateralis (externus): Tweekoppige spier. Onderste kop: laterale zijde van Fovea pterygoidea van het caput 1. Bilaterale samentrekking: de lamina lateraal van processus mandibulae horizontaal naar voor pterygoideus bewegen van de mandibulae Bovenste kop: ala major van os 2. Unilaterale samentrekking: sphenoidale mond draait naar re/li naar li/re samentrekking 3. Alternerende samentrekking: maalbewegingen (= horizontale kaakbewegingen) M.genioglossus: Een belangrijke extrinsieke en sterkste tongspier, maar heeft indirect ook invloed op de larynxpositie. Hij ziet er ook driehoekig uit. Onderste vezels: voorste deel Spina mentalis van de mandibula Tongpunt van de tong naar beneden Tonglichaam: onderste vezels trekken (tongbasis) en bovenste vezels (tongpunt) M.stylogossus: Processus styloideus Zijrand van de tong tot de 1. Naar achter boven bewegen tongpunt van de tong 2. Optrekken van de tongrand (tonggleuf) M.palatoglossus: Kan beschouwd worden als een verhemeltespier. Vormt de voorste verhemelteboog Aponeurosis palatina Zijrand van de tong 1. Naar boven bewegen van de tong 2. Naar beneden bewegen van het zachte verhemelte (garçon) M.hyoglossus: Een belangrijke extrinsieke tongspier, maar heeft indirect ook invloed op de larynxpositie. Grote tongbeenhoorn en corpus Tongranden van het achterste 1. Tong beweegt naar van het tongbeen deel van de tong beneden/achter Sommige vezels stralen uit in de 2. Tongbeen beweegt naar M.palatoglossus, andere in de boven/voor M.styloglossus

2

M.longitudinalis superior linguae: Spierbundels van de tongbasis aan de bovenzijde van de tong 1. Verkorten van de tong 2. Heffen van de tongpunt 3. Opwaartse beweging vang de tongrand M.longitudinalis inferior linguae: Spierbundels van de tongpunt naar de tongbasis aan de onderzijde van de tong Verkorten van de tong of de tongpunt doen dalen M.verticalis linguae: De vezels vind je terug in de laterale delen van de tong Tongrug Inwendige oppervlak van de tong Afplatten van de tong Zijkant van de tong M.tensor veli palatini: 1. Basis van de lamina Verticaal naar beneden gelegen 1. Opspannen zacht verhemelte pterygoideaus medialis tussen de lamina pterygoideus 2. Openen van buis van 2. Anterolaterale zijde van het medialis en de M.pterygoideus Eustachius (verbinding MOpharynx) tubakraakbeen medialis, de pees draait rond de hamulus en loopt mediaalwaarts, waar de spier insereert in de aponeurosis palatina M.levator veli palatini: 1. Pars petrosa os temporalis Neerwaarts, mediaalwaarts en 1. Opheffen zacht verhemelte 2. Posteromediale oppervlak van voorwaarts in de aponeurosis 2. Helpen openen buis van de tuba palatina Eustachius M.uvulae: De huig De huig naar achter bewegen 1. Spina nasalis van de verhemeltebeenderen 2. Aponeurosis palatina M.palatoglossus: Tongspier Aponeurosis palatina Zijrand van de tong 1. De zachte verhemelte doen dalen 2. Naar boven bewegen van de tong M.palatopharyngeus: Een verhemeltespier en een keelspier tegelijk. Aponeurosis palatina 1. Laterale wand van de keel 1. Vernauwen keelingang 2. Schildkraakbeen 2. Verhemelte doen dalen M.mylohyoidea: linea mylohyoidea 1. Mediaal en naar onder in 1. Opspannen mondbodem, mediane raphe of tussenpees mondbodem ↑, tong ↑ 2. Achterste vezels: onderaan 2. Tongbeen heffen (voor + het corpus van het os boven) hyoideum M.geniohyoideus: In het midden aan de Corpus van het os hyoideum 1. Tongbeen gefixeerd: tong binnenzijde van de mandibula helpen heffen 2. Niet gefixeerd tongbeen: heffen tongbeen (dus ook larynx) 3. Fixeren tongbeen 3

M.digastricus: Tweebuikige spier met tussenpees. 1. Venter anterior :(voorste Tussenspees 1. Volledige samentrekking (2 buik) in het midden aan de buiken): tongbeen naar bove binnenzijde van de mandibula 2. Samentrekking van de 2. Venter posterior : (achterste voorste buik: tongbeen voor/boven OF onderkaak buik) processus mastoideus naar beneden (mastoïd) 3. Samentrekking van de achterste buik: tongbeen achter/boven, fixeren tongbeen M.stylohyoideus: Proc. styloideus De gesplitste insertiepees 1. Tongbeen naar achter/boven 2. Tongbeen fixeren insereert aan de basis van de kleine tongbeenhoorn M.constrictor pharyngis superior: Raphe pharyngis Vernauwen van de pharynx 1. Lamina medialis en hamulus van de processus pterygoideus (os sphenoidale) 2. Raphe pterygomandibularis 3. Linea mylohyoidea (mandibula) 4. Zijranden van de tong M.constrictor pharyngis medius: Kleine en grote tongbeenhoorn Raphe pharyngis Vernauwen van de pharynx M.constrictor pharyngis inferior: Raphe pharyngis Vernauwen van de pharynx 1. Schildkraakbeen M.thyropharyngeus 2. Ringkraakbeen  M.cricopharyngeus M.stylopharyngeus: 1. De vezels schuiven tussen de Opheffen en verwijden van de Mediale zijde van de proc. pharynx styloideus m. constrictor pharyngis superior en medius 2. Sommige vezels versmelten met de m. palatopharyngeus de grote hoorn van het schildkraakbeen

Onderrand van het tubakraakbeen

Aponeurosis palatina

M.salpingopharyngeus: 1. Opheffen van de pharynx Verenigt zich met de vezels van 2. Openen van de buis van de M. palatopharyngeus en Eustachius insereert in de zijwand van de pharynx M.palatopharyngeus: Een verhemeltespier en een keelspier tegelijk. 1. Laterale wand van de keel 1. Vernauwen van de 2. childkraakbeen (thyroid) keelingang waardoor de voedselbolus naar beneden geleid wordt 2. Naar beneden trekken van het zachte verhemelte 4

2. Stem Origo

Insertio

Functie Innervatie M.digastricus: Tweebuikige spier met tussenpees. 1. Venter anterior : Tussenspees 1. Volledige N.trigeminus (voorste buik) in het samentrekking (2 (voorste buik), midden aan de buiken): tongbeen naar N.facialis binnenzijde van de bove (achterste buik) mandibula 2. Samentrekking van de 2. Venter posterior : voorste buik: tongbeen (achterste buik) voor/boven OF processus mastoideus onderkaak naar (mastoïd) beneden 3. Samentrekking van de achterste buik: tongbeen achter/boven, fixeren tongbeen M.stylohyoideus: Proc. styloideus De gesplitste insertiepees 1. Tongbeen naar N.facialis insereert aan de basis achter/boven 2. Tongbeen fixeren van de kleine tongbeenhoorn M.mylohyoideus: Mandibula Os hyoideum Het opheffen van het N.trigeminus tongbeen M.geniohyoideus: Corpus van het os 1. Tongbeen gefixeerd: In het midden aan de N.hypoglossus binnenzijde van de hyoideum tong helpen heffen mandibula 2. Niet gefixeerd tongbeen: heffen tongbeen (dus ook larynx) 3. Fixeren tongbeen M.hyoglossus: Een belangrijke extrinsieke tongspier, maar heeft indirect ook invloed op de larynxpositie. Grote tongbeenhoorn en Tongranden van het 1. Tong beweegt naar N.hypoglossus corpus van het tongbeen achterste deel van de beneden/achter tong 2. Tongbeen beweegt Sommige vezels stralen naar boven/voor uit in de M.palatoglossus, andere in de M.styloglossus M.genioglossus: Een belangrijke extrinsieke en sterkste tongspier, maar heeft indirect ook invloed op de larynxpositie. Hij ziet er ook driehoekig uit. Spina mentalis van de Tongpunt N.hypoglossus Onderste vezels: voorste mandibula Tonglichaam: onderste deel van de tong naar vezels (tongbasis) en beneden trekken bovenste vezels (tongpunt)

5

Diepe achterzijde van het manubrium sterni kraakbeen van de 1ste rib Linea obliqua van het cartilago thyroidea

Diepe achterzijde van het manubrium sterni sternale zijde van de clavicula

M.sternothyroideus: Linea obliqua van het Het naar beneden trekken cartilago thyroidea van schildklierkraakbeen en tongbeen M.thyrohyoideus: Onderrand van de cornu 1. Het naar beneden majus van het os hyoideum treken van het tongbeen 2. Het naar boven trekken van schildkraakbeen, wanneer de tongbeen vast zit M.sternohyoideus: Corpus van het os Het naar beneden trekken hyoideum van strottenhoofd en tongbeen

N.hypoglossus

N.hypoglossus

N.hypoglossus

M.omohyoideus: Een spier dat uit 2 spierbuiken bestaat, verbonden door een tussenpees die boven het sternum en achter de M.sternocleidomastoïdeus ligt. Bovenrand van de sculpa 1. De vezels van de Speelt een rol bij de N.hypoglossus achterste buik insereren eindfase van het slikproces in de tussenpees 2. De vezels van de voorste buik insereren in het corpus van het os hyoideum, lateraal van de M.sternohyoideus M.cricothyroideus: Spier die voor een schommelbeweging van het schildkraakbeen t.o.v. het ringkraakbeen dient. Verder bestaat het uit pars recta en pars obliqua. Anterolaterale deel van 1. Voorste boord van de 1. Pars recta: N.vagus de arcus cartilaginis cornu inferius van het schildkraakbeen (N.laryngeus crricoidea cartilago thyroidea (pars beweegt naar beneden superior) obliqua) 2. Pars obliqua: 2. Binnenste onderrand schildkraakbeen van de lamina beweegt voor- en cartilaginis thyroidea achterwaarts (pars recta) 3. Verandering van de toonhoogte M.thyroarytaenoideus pars thyrovocalis (M.vocalis): Een spier dat uit pars thyrovocalis en pars thyromuscularis bestaat en maakt een verbinding met het ligamentum vocalia. Binnenkant van het Proc. vocalis Opspannen van de N.vagus cartilago thyroidea stemplooien (N.laryngeus recurrens) M.cricoarytaenoideus lateralis: Bovenrand van de arcus Proc. muscularis Schommelbeweging: proc. N.vagus cartilaginis cricoidea muscularis beweegt (N.laryngeus voorwaarts en het cartilago recurrens) arytaenoidea maakt een in- en benedenwaarts beweging  de proc. vocalis mediaal beweegt  sluiting van de stemspleet: 6

pars intermembranacea M.arytaenoideus obliquus: Proc. muscularis van het 1. Apex van het andere 1. Beide bekervormige N.vagus ene cartilago cartilago arytaenoidea kraakbeenderen maken (N.laryngeus arytaenoidea 2. M.aryepiglotticus: vezels een in- en recurrens) die insereren in de benedenwaartse zijrand van de epiglottis beweging  sluiting van stemspleet (pars intercartilaginea) 2. Beweegt de epiglottis naar beneden samen mer de M.aryepiglotticus M.arytaenoideus transversus Laterale en achterste Laterale en achterste rand Beide bekervormige N.vagus rand van het ene van het andere cartilago kraakbeenderen bewegen (N.laryngeus cartilago arytaenoidea arytaenoidea naar elkaar toe  de recurrens) stemplooien bewegen naar elkaar toe  sluiting van de stemspleet (pars intercartilaginea) M.thyroarytaenoideus pars thyromuscularis : Binnenkan van het Facies anterolateralis (fovea Contractie van de mediale N.vagus cartilago thyroidea oblonga en basis) van het vezels zorgt voor (N.laryngeus cartilago arytaenoidea ontspanning en adductie recurrens) van de stemplooien Abductor : M.cricoarytaenoideus posteriori is de enige spier die voor de opening van de stemplooien zorgt. Proc. muscularis Activiteit : beweegt de Lamina posterior N.vagus proc. muscularis naar cartilaginis cricoidea, (N.laryngeus achter  bekervormige naast de crista recurrens) kraakbeenderen bewegen zijwaart  opening: stemplooien

7...