Assessment geriatrie (hoofdstuk 5). PDF

Title Assessment geriatrie (hoofdstuk 5).
Course Ergotherapie in de geriatrie 3
Institution Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Pages 3
File Size 61 KB
File Type PDF
Total Downloads 98
Total Views 174

Summary

Assessment Geriatrie (hoofdstuk 5)....


Description

Assessment Geriatrie (Hoofdstuk 5) Basale ADL 1. Katz-schaal Zorgbehoevendheid van Patiënten, i.v.m. ADL, te meten. Formulier wordt door behandelende geneesheer of door verpleegkundige ingevuld. 6 belangrijke elementen:  Zich wassen  Zich kleden  Zich verplaatsen  Toiletbezoek (met of zonder hulp)  Incontinentie  Eten • Score geven naargelang de hulp die patiënt daarbij nodig heeft. • Bijkomende metingen: oriëntatie in tijd en ruimte, rusteloosheid, woonsituatie, etc.

• • •

Instrumentele ADL 2. Lawton-schaal Om de IADL (=Instrumentele Activiteiten van het Dagelijks Leven) te scoren. Deze schaal wordt gebruikt voor de evaluatie van meer complexe activiteiten die een beroep doen op de cognitieve functies. • Iedere activiteit een score van 1 tot 3 geven. De maximumscore is 27. • Activiteiten zoals kan patiënt de telefoon gebruiken, kan de patiënt boodschappen doen, kan de patiënt zelf de was doen, kan de patiënt zijn eigen maaltijden klaarmaken, etc.  Score 1 = niet in staat de activiteiten te doen (afhankelijk)  Score 2 = met gedeeltelijke hulp  Score 3 = zonder hulp (onafhankelijk) !!! Hoe hoger de score, hoe beter

• •

Gecombineerde ADL 3. Barhel – index Een invullijst die wordt gebruikt als meetinstrument om te bepalen in hoeverre iemand de ADL zelfstandig kan uitvoeren. • Elk item een score geven van 0 tot 2 (waarbij 0 afhankelijk/hulpbehoevend betekent en 2 onafhankelijk/zelfstandig betekent) • De minimumscore is 0 en maximumscore is 20 0-4: volledig hulpbehoevend 5-9: ernstig hulpbehoevend 10-14: wel hulp nodig, maar kan veel zelf 15-19: redelijk tot goed zelfstandig 20 volledig ADL-zelfstandig • Richtlijnen:  Deze index moet gebruikt worden als een evaluatie van hetgeen de patiënt reëel doet, niet van wat hij zou kunnen.  Doel: niveau van onafhankelijkheid vaststellen los van enige fysieke of verbale ondersteuning.  Zelfs als er toezicht nodig is, moet men dit beschouwen als afhankelijk.  Gebruik van hulpmiddelen is toegelaten. •

4. FIM-score = Functional Independence Measure Geeft een omschrijving van de capaciteiten van de patiënt en de evolutie van de functies. Wordt vooral gebruikt in de revalidatiesector. Het is een ordinale schaal met 18 items. 13 items voor de beoordeling van de motorische capaciteiten en 5 items voor de cognitieve evaluatie. • De beoordeling gebeurt op een schaal van 7 niveaus (1= totale hulp vereist en 7 = totale onafhankelijkheid) • Maximumscore is 126. • Meet prestaties in de dagelijkse activiteiten op vlak van:  Persoonlijke verzorging (eten, wassen, etc.)  Controle over de sluitspieren  Mobiliteit (transfer)  Voorbeweging (stappen, verplaatsen, etc.)  Communicatie (begrijpen, expressie, etc.)  Sociaal leven (sociale interactie, geheugen, probleemoplossing, etc.) • Dit is geen schaal voor zelf- evaluatie. • De beoordeling gebeurt door observatie. • • •

Cognitieve screening 5. MMSE

• •

• •

= Mini-Mental State Examination Globaal beeld krijgen van het cognitief functioneren van ouderen. Wat wordt er in kaart gebracht:  Oriëntatie in tijd en ruimte (in welk jaar zijn we? Welke dag is het vandaag? Ik welke provincie bevinden we ons nu? Etc.)  Inprentingvermogen /korte termijn geheugen (3 woorden die onthouden moeten worden: sigaar,deur en bloem)  Aandacht ( van het getal 100, telkens 7 aftrekken => 93, 86, 79, etc. en een woord van achteren naar voren spellen bv. kamer)  Geheugen (welke 3 woorden heeft u moeten onthouden)  Taal: - Benoemen (wat is dit? Bv. een horloge) - Herhalen (volgende zin herhalen: “Geen al, en of maar”) - Begrip (neem dit papier met rechterhand, vouw het in twee en leg het op de grond) - Lezen (leest wat op het papier staat en doe wat er gevraagd wordt: ‘sluit uw ogen’) - Schrijven ( laat de patiënt een zin opschrijven)  Constructieve vaardigheid ( een figuur nateken) Totaalscore: tel alle goede antwoorden op Maximumscore is 30

6. CAMCOG

• •

= Cambridge Cognitive Examination Oorspronkelijk ontworpen voor de diagnose van primaire degeneratieve dementie. Bevat 67 items onderverdeeld in 7 domeinen:  Oriëntatie in tijd en ruimte  Taal  Geheugen



 Praxis  Rekenen  Executieve functies  Perceptie Maximumscore is 107 met een drempelscore van 80. Als de score...


Similar Free PDFs