Dienstenzorg semester 2 textielzorg - vezels- bloemschikken PDF

Title Dienstenzorg semester 2 textielzorg - vezels- bloemschikken
Author ayco claes
Course Dienstenzorg
Institution UC Leuven-Limburg
Pages 35
File Size 1.2 MB
File Type PDF
Total Downloads 53
Total Views 108

Summary

samenvatting Dienstenzorg over textielzorg, handwas, bloemschikken, vezels, wassen...


Description

DIENSTENZORG 1.2 LES 1 1. Kwaliteitsbewust handelen P 21 tot 31 1.1 Duurzaamheid: People, planet en Profit Duurzaamheid is voorzien in behoeften van hedendaagse generaties zonder toekomstige generaties onmogelijk te maken in hun behoeften te voorzien. Kinderen willen prettig leven → beste vinden tussen People, Planet en Profit. Moeten balans vinden tussen belangen van mensen en een gezonde economie. De balans is deze tijd uit evenwicht → zoeken manieren om duurzaam voldoende voedsel, energie, drinkwater en grondstoffen te kunnen creëren.

1.1.1

Het Vlaamse beleid voor duurzame ontwikkeling. Duurzame ontwikkeling voorziet in de behoeften van de huidige generaties zonder de mogelijkheden tot behoeftevoorziening van toekomstige generaties in gevaar te brengen, waarbij aandacht gegeven wordt aan de integratie van de synergie tussen de sociale, ecologische en de economische dimensie.

1.1.2

het Vlaamse beleid voor duurzame ontwikkeling

1.1.3

Grondstoffen Probleem → produceren en consumeren zonder voldoende rekening te houden met de impact op de natuurlijke rijkdommen van de planeet. Oplossing → meer doen, met minder. Nut en Noodzaak Door een toenemende bevolking, welvaart en complexiteit hebben we steeds meer materialenhonger. Door maatschappelijk verantwoorde oplossingen te kiezen kunnen we de afhankelijkheid van primaire grondstoffen verkleinen: - Beperk het verbruik van grondstoffen o Efficiëntere machines en productieprocessen o Energiebesparende maatregelen, zoals isolatie en bewegingssensoren. o Energiezuinige apparatuur zoals machines, koeling en verlichting. - Circulair ondernemen: hergebruik grondstoffen en producten in een gesloten kringloop - Duurzame alternatieven vinden voor schaarse materialen. - Andere voordelen zijn lagere kosten, minder uitstoot en minder afval. Milieu impact

Impact op: het milieu, natuurlandschap, leefbaarheid van een gebied - Voorbeeld: Erosie, water- en bodemvervuiling, landrechten, ontbossing, verlies van biodiversiteit en uitputting van landbouwgrond. Uitdrogen van bronnen - Voorbeeld: nieuw- hernieuwbare grondstoffen zoals fossiele brandstoffen. Ernstige verstoring van de productie van hernieuwbare grondstoffen - Voorbeeld: door een te grote vraag, uitputting van de bodem of door de gevolgen van klimaatverandering. Besluit → de economie vergroenen op een sociaal rechtvaardige manier, dat is waar we dagelijks onze energie in moeten steken. Schaarste ➢ Oorzaken o Grondstoffen raken fysiek op o Winning geografisch of economisch niet langer haalbaar is. o Politieke schaarste ontstaan. o Veranderde wetgeving gevolgen voor het gebruik van grondstoffen. ➢ Gevolgen o Prijzen stijgen en fluctueren o Impact op de continuïteit van bedrijfsvoering: inkoop onberekenbaar, kosten moeilijk voorspelbaar. Gedragsverandering Wijzigingen gedrag en consumptiepatronen: - Verandering van de ondernemen, medewerkers, consument Onderscheid tussen: routinegedrag en investeringsgedrag. - Routinegedrag is het licht uitdoen als iemand de kamer verlaat - Investeringsgedrag is kiezen voor een investering als het laten plaatsen van dubbel glas. Voorbeelden van efficiënt grondstoffenbeleid: ➢ Keuze papier 100% gerecycleerd en wordt apart ingezameld wat recyclage mogelijk maakt. ➢ Gebruiken milieuvriendelijke artikelen → herbruikbare pennen, luiers,.. ➢ Koop tweedehands ➢ Leen of huur in plaats van te kopen. ➢ Kledingruilparties over heel de wereld. ➢ Kapotte stoelen krijgen ene nieuw leven door herstoffering. ➢ Herwinnen en recycleren van materialen. Levenscyclusanalyse De studie van de impact van een product gedurende zijn hele levensduur. Onderscheid in - Productie grondstoffen - Vervaardiging product - Distributie - Verkoop - Gebruik en hergebruik - De recyclage - De vernietiging van het product Wat is circulaire economie? Een economie waarin grondstoffen uit producten weer terug gaan naar de fabrikant. ⬧ Methodes o Efficiënt en slim materiaalgebruik zoals herbruikbare grondstoffen

Fundamenteel herdenken van producten en systemen: slim design, levensloopverlening, herbruikbaarheid, demonteerbaarheid voor herstel en vervanging. Voorbeelden o Oude tapijten recupereren tot een nieuwe vloerbedekking o Oude meubels recupereren tot nieuwe meubels. o



Wat betekent Cradle- to- cradle? Een milieulabel voor herbruikbare producten

Wordt beheerd door een internationale ngo die producten promoot die herbruikbaar en veilig zijn gedurende de volledige levenscyclus van het product. Vindbaar op breed gamma van producten. Garantie voor goede omstandigheden voor materiaalgebruik. Werkt met progressieve criteria op vijf verschillende niveaus: ⬧ Basic ⬧ Bronze ⬧ Silver ⬧ Gold ⬧ Platina Garanties? Milieulabel Vlak van materiaalgebruik → verbod op zeer schadelijke stoffen tot een verbod op aanwezigheid van stoffen die een risico voor de gezondheid inhouden en niet recyclebaar, biologisch afbreekbaar of hernieuwbaar zijn. Vlak van energie → variëren de criteria van meten van energieconsumptie tot gebruik van volledig hernieuwbare energie of volledig compenseren van de CO2- uitstoot van product. Vlak van water → bepalen van de impact van waterconsumptie in de productie en opstellen van een actieplan tot zuiveren van alle afvalwater naar drinkwater.

1.1.4

Wat zijn duurzame materialen Net als bij energie ben je duurzaam bezig als je: - Zoveel mogelijk materialen besparen - Gebruik van hernieuwbare bronnen of bronnen in de cirkels - Materialen efficiënt inzetten en hergebruiken. - Niet giftige materialen. Niet vervuild voor: water, bodem of de lucht niet vervuilen. - Werk schoon. Duurzame materialen: - Putten de bodem niet uit. - Tasten de natuur niet aan. - Bevatten geen schadelijke stoffen - Hebben aandacht voor de mens - Komen liefste uit de omgeving - Kunnen worden hergebruikt - Zijn tot stand gekomen met zo min mogelijk energie. Hout van bomen kan eerst worden omgezet in meubels , huizen of fineer. Als die hun tijd gehad hebben kan hout omgezet worden in hardboard. Na verloop nog gebruikt worden als isolatiemateriaal en als laatste vergisten of verbranden. Dit moment verbranden we

alles → omdat we met giftige stoffen werken kan niet zomaar alles in het bos gestrooid worden. 2. Materialen P54 tot72 2.1 Vormvasten materialen 2.1.1 Situering Onder materie verstaan we: - Levende materie van mens, plant en dier - Levenloze materie van de bodem, voorwerpen, apparaten,… 2.1.2 Begripsomschrijving De stoffelijke wereld om on heen bestaat uit materie. In de natuur en door het ingrijpen van de mens wordt materie → materiaal. Voorbeeld: Materiaal zo gevonden in de natuur bv. Hout van bomen - Afgezonderd uit de natuur en bewerkt o Bomen afhakken en hout zagen tot planken ▪ = bewerking tot halfproduct - In een gewenste vorm gebracht voor gebruik o Van planken tafels en stoelen maken ▪ = verwerking tot eindproduct Onder VORMVAST MATERIAAL verstaan we materie: -

Met een zekere samenhang waardoor vast vorm ontstaat.

-

In de natuur gevonden of door de mens gemaakt.

-

Door techniek in vorm gebracht G b ik d l vroeger, nu en in de toekomst de ontdekking en gebruik nieuw materiaal → belangrijke stap in de evolutie.

2.1.3

Nood aan nieuwe materialen Zoektocht nieuwe materialen zal zich in de toekomst zeker verder zetten. o Natuurlijke grondstoffen zijn beperkt. o Gebruik van bepaalde materialen is zeer nadelig voor het leefmilieu en voor de mens. o Bepaalde grondstoffen zijn slechts in bepaalde geografische streken voorhanden. o Belangrijkste reden → feit dat er steeds hogere eisen worden gesteld aan de materialen. ▪ Voorbeeld: lichter en tegelijk sterker zijn. En tegelijkertijd bestand zijn tegen vrieskou en tegen hoge hitte. Ontwikkeling van nieuwe materialen Ontwikkeling is gevolg van het kwaliteitsbewust en probleemoplossend denken en BESLUIT -

100 000 verschillende materialen: belangrijk geschikt materiaal kiezen.

Hiervoor : Eisen kennen in functie van toepassing Eisen kennen van materiaal

2.1.4

Indeling Vormvaste materialen onderscheiden in 3 grote groepen: 1) KERMAMISCHE MATERIALEN OF KERAMIEKEN Voorbeeld; aardewerk – glas- glazuur 2) METALEN Voorbeeld: ijzer, goud,… 3) POLYMEREN Voorbeeld: hout- katoenvezels- natuurrubber, alle kunststoffen Begrippen Molecule → opgebouwd uit atomen, die vaste rangschikking van chemische binding met elkaar verbonden zijn. Molecule kleinste deel van een moleculaire stof dat chemische eigenschap van stof bezit. Atoom → kleinste, nog herkenbare bouwsteen. Eigenschappen = atomen bepalen de eigenschappen van de materie. Atoom bestaat uit kern en elektronen. Kern is positief geladen en elektronen is negatief geladen. Elektron → klein deeltje van atoom dat negatief geladen is. elektronen kunnen van het ene naar het andere atoom springen. = geleiding. Ion → elektrisch geladen Atoom, molecule of andere groep gebonden atomen, positief of negatief geladen. Soorten chemische bindingen

2.1.5

Structuur Begrip → schikking van verschillende moleculen ten opzichte van elkaar. - Kristallijne structuur: o Moleculen liggen in een vast geordend stamien. o Groei o Beter bestand tegen chemicaliën ▪ Voorbeeld → Magma - Amorfe structuur o molecuulketens liggen als spaghetti o minder hard, minder bros o transparant, hogere slagvastheid ▪ voorbeeld: glas Toepassingen Eisen - Behoefte aan bescherming o Wonen: bouwmaterialen, isolatiematerialen o Kleden: textiel, schoenen - Behoefte aan verzorging en onderhoud o Verzorgingsproducten, geneesmiddelen - Behoefte aan voeding o Kookgerei - Behoefte aan energie o Materialen voor verwarmingsapparatuur - Behoefte aan transsport o Materialen voor de bouw van wegen, fietsen,… - Behoefte aan communicatie o Papier, inkt,.. - Behoefte aan ontspanning o Materialen voor speelgoed - Behoefte aan decoratie van onze woonomgeving o Materialen voor wooninrichting Eisen gesteld aan materialen om aan bovenstaande behoefte te voldoen: - Functie: waar moet het voor dienen - Sensorische eigenschappen: zintuigelijk waarneembare eigenschappen - Fysische eigenschappen: waterdicht, druk, temperatuur - Chemische eigenschappen: oxideren, zuren - Levensduur, onderhoud en milieuvriendelijkheid - Kostprijs

LES 2 1.2 Duurzame kleding en textiel p 33 tot 37 1.2.1 De wereld verandert, de kledingsector ook Businessmodel van ‘take-make-waste’: negatieve invloed op mens en natuur. - Vervuilende industrie - Slechte werkomstandigheden

1.2.2 Dierenwelzijn Dieren leiden in lagelonenlanden vaak een erbarmelijk leven. Dierenwelzijn ambities in Convenant ‘Duurzame kleding en textiel’ vraagt dat alle grondstoffen van dierlijke oorsprong getraceerd en gecertifieerd kunnen worden. Beter voor dieren Voorbeelden ⬧ MYUZE → tassenmerk gebruikt alleen traceerbaar leer van biologische gehouden koeien. ⬧ Global Tracable Down Standard → wol en dons ⬧ Ducky Dons en Ausping → donsproducten met RDS- Cergtificering. 1.2.3 Duurzame textiel innovaties Overmatig water en chemicaliën, overproductie en het onvermogen om met reststoffen om te gaan → niet milieubewustzijn Grondstof besparende alternatieven voor katoen, vezels op petroleum-basis zoals acryl, polyester, nylon en spandex. Vezels met zelfherstellende kracht, die volledig kunnen worden afgebroken.

Alternatieven van Katoen Hennep ⬧ Snelgroeiende plant ⬧ Hennepteelt verbetert gezondheid van bodem ⬧ Doden bacteriën ⬧ Voorkomt de plant bodemerosie ⬧ Goede warmtecapaciteit ⬧ Eenvoudig te mengen met kleurstoffen

Lotus ⬧ ⬧

Luxueuze stof Voelt aan als combinatie van zijde en linnen ⬧ Licht en zacht ⬧ Mediterend effect Brandnetels ⬧ Veelzijdig gebruik ⬧ ’s zomers koel en ’s winters warm ⬧ Hebben veel minder water en pesticiden nodig om te groeien

Alternatieven voor leder Appels, Ananas en paddenstoelen ⬧ Afval voortkomt uit de sapproductie van appels ⬧ Bladeren van ananassen kunnen worden getransformeerd tot een natuurlijke, nietgeweven textiel. ⬧ Lederachtige substantie uit paddenstoelen: paddenstoelenleer is organische, gluten en chemicaliënvrij en heeft een zeer gemarmerd, fluweelachtig oppervlak.

Koffie en bananen Koffiedik ⬧ Garen met natuurlijke geureigenschappen ⬧ Diverse producten zoals outdoor en sportkleding Bananenschillen ⬧ Divers producten zoals theezakjes en autobanden. Textiel alternatieven Kapok: kelp en inktvissen ⬧ Natuurlijke cellulosevezel ⬧ Meest duurzame vezel ⬧ Antomot, antimijt en isolerende eigenschappen ⬧ Zijdezachte en droge tectuur Inktvisgenen ⬧ Zelfherstellende eigenschappen ⬧ Ontdekken thermoplastische vezels uit genen die later verwerkt tot een biologisch afbreekbaar en volledig recyclebaar weefsel. ⬧ Vezel dezelfde werking als lijm. 1.2.4 Kledingproductie met minder Chemicaliën, water en energie. Textielindustrie:

⬧ Watervervuiling ⬧ Mensen in de productielanden: vervuild drinkwater ⬧ Water om de gewassen te laten groeien Consument ⬧ Risico voor de gezondheid ⬧ EU-reglement REACH bepaalde textielverven verboden. Voorbeelden ⬧ OEKO- TEX ⬧ Ondergoedmerk Saint Basics ⬧ Bayer ⬧ Tersus Clean ⬧ Interface 1.2.4.1 Ethisch shoppen Probeer te weerstaan aan Fast Fashion ▪ Kenmerken o Goedkope kleren waarvan elke week nieuw stuk in de winkel hangt. o Kwaliteit is van ondergeschikt belang o De consument koopt zoveel mogelijk stuks. ▪ Negatieve gevolgen o Katoen vraagt 25% van wereldwijde insecticidengebruik o 2/3 van katoen produceerde landen gebruikt chemicaliën die door de Wereldgezondheidsorganisatie als gevaarlijk wordt bestempeld. o Katoen vraagt erg veel water. o Arbeiders sloven zich uit in slechte werkomstandigheden. Kiezen voor slow fashion ▪ Kenmerken o Een slow fashion is duurder en hangt maar 1 stuk van o Duurzame kledij en gaat lang mee. Voordelen hergebruik van kledij ▪ Vermijden van verspillende productiematerialen ▪ Besparen van water ▪ Makkelijk vindbaar van tweedehandswinkels ▪ Goedkoop ▪ Moderne variant van ruilhandel

Check het label

1ste → Fair Wear Foundation 2de → Fairtrade International 3de → Ecolabel 4de → Global Organic Textile Standard 5de → OEKO-TEX 100

Kiezen voor materialen met een lage impact Alternatieve milieuvriendelijke stoffen ▪ Biologisch katoen o Gebruik geen chemische pesticiden en kunstmeststoffen o Gewasrotatie ▪ Natuurlijke gelooide variant van leer o Natuurlijke looiprocessen met bv. Visolie ▪ Hennep o Groeit snel o Langer meegaan o Biologisch afbreekbaar ▪ Bamboe o Snelle groei zonder chemische stoffen o Nadeel → bamboe vaak via een chemische methode tot textielvezels omgezet wordt. ▪ Lyocell o Vervaardigd van houtcellulose op pulp o Productie geen toxische middelen o Recycleerbaar als biologisch afbreekbeer o Wassen lage temperaturen Ethisch shoppen: Synthese ▪ Vaak duurder ▪ minder chemische stoffen ▪ betere gezondheid van boeren ▪ stoffen gaan langer mee ▪ gemakkelijker te onderhouden Ethisch shoppen: de Schone Kleren Campagne Wat? ▪ Groepering die zich inzet voor arbeiders in de wereldwijde mode-industrie ▪ Moedigt kledingketens en politici aan hun verantwoordelijkheid te nemen en de werkomstandigheden van textielarbeiders te verbeteren. ▪ Geeft informatie aan de consument ▪ Leden ervan → Oxfam, vakbonden,… 1.2.4.2 Circulaire mode Begrip → ▪ Best mogelijke manier ontwerpen en produceren ▪ Tegengaan verspilling ▪ Vezels opnieuw ingezet ▪ Gebruikte product niet weggooien, maar weggeven of doorverkopen. ▪ Recyclage vormt de laatste optie. Is geen ideale oplossing omdat de toegevoegde waarde van het product teniet wordt gedaan, zodat alleen de waarde van de grondstoffen overblijft. Voorbeelden → Circulaire jeans = 7,50 € per maand lease je een spijkerbroek. Na gebruik inruilen voor een nieuwe. Versleten exemplaren worden gerecycled tot nieuwe en zijn daar ook op ontworpen.

2.2 Textiel en mode p77 tot 94 2.2.1 Herkomst en mode Polymeren: poly = veel, meros= deeltjes → aan één schakeling van vele deeltjes. Bouw → textielproducten uit vezels. Bepaalt de eigenschappen van vezels.

Weefsels → manier van rangschikking van vezels staan. Bepaalt de eigenschappen van vezels bv = Sterkte, rek, elasticiteit, vormvastheid en andere eigenschappen die voor een duurzaam gebruik van deze levende weefsels noodzakelijk zijn. Niet geweven → bont en leder Weven → verspinnen van in de natuur voorkomende of van zelf gekweekte vezels tot garens en het weven of vervlechten van deze garens tot weefsels een mogelijkheid tot het maken van kleding

2.2.2

Indeling van vezels volgens herkomst 3 verschillende manieren tot stand komen: Rechtstreeks uit de natuur Met grondstoffen uit de natuur Synthetische manier vervaardigd en volledig synthetisch tot stand gekomen. Natuurlijke vezels door de natuur gevormd als: → plantaardige vezels opgebouwd uit cellulose - zaadpluis: katoen - bast of stengelvezel: vlas - bladvezel: sisal, manila - vruchtvezel: kokos → Dierlijke vezels opgebouwd uit eiwitten - haar en wol: angora, mohair, kameelhaar - afscheidingsproduct: zijde - huis: leer → minerale vezels - er bestaan anorganische en organische vezels KUNSTVEZELS → kunstmatige weg gemaakt uit natuurlijke grondstof - cellulose: viscose - proteïnes: Vicara -Mineralen: glasvezels → volledige kunstvezels door kunstmatige weg geproduceerd uit synthetische grondstof - polyester: Terlenka,… - polyamide of nylon: kousen,…

- polypropyleen: touw,… - elastaanvezel: Lycra - polyurethaan: zwemkledij, sportkledij,.. - polyvinylchloride: kreukherstellende vezel - polyacrylnitril: boven en onderkleding, bedrijfskleding

Chemische reacties ▪ Synthetische vezels: Polymerisatie o Symbolisch: A-A-A-A-A o Basismoleculen of monomeren van één soort worden samengevoegd. o Voorbeeld → polyacril ▪ Synthetische vezels: polycondensatie o Symbolisch: A-B-A-B-A-B + afsplitsing o Aaneenkoppeling van verschillende soorten monomeren met een afsplitsing o Voorbeeld: polyester ▪ Synthetische vezels: polyadditie o Symbool: A-B-A-B-A-B-A o Aaneenkoppeling van verschillende soorten monomeren zonder afsplitsing o Voorbeeld: glasvezels Indeling van vezels volgens eigenschappen ➢ soepelheid o de plantaardige, de dierlijke en de meeste kunstvezels zijn geschikt voor de confectie ➢ fijnheid o een dikkere vezel biedt meer weerstand tegen buigkracht en is minder soepel. o Grog, normaal, fijn, tot micro en supermicro. ➢ Vezellengte: belangrijkste technische eigenschap van een vezel voor het spinnen. Hoe langer de vezels, hoe fijner de draad kan worden gesponnen, dus hoe beter de kwaliteit. o Continuvezels: vezels van onbeperkte lengte. ▪ Monofilament → afkomstig van één gaatje van een spindop ▪ Multifilament → vezel gevormd door de mono filamenten uit één spindop samen genomen. o Stapelvezels: beperkte lengte: wol katoen en linnen.

➢ Elasticiteit- veerkracht o Mate waarin vezel zijn oorspronkelijke toestand terug aanneemt na het aanbrengen van een vervorming o Hoe veerkrachtiger de vezel hoe beter kreukherstellend. ➢ Brandbaarheid ➢ Milieuaspecten o Grondstoffen voor synthetische vezels: aardolie en aardgas o Kost energie o Afstand die de materialen moeten afleggen, heeft een nefaste invloed op je ecologische voetafdruk. ➢ Gezondheidsaspecten: o Productie van synthetische vezels: schadelijke stoffen voor mens en milieu. Verwerking van vezels ➢ Als vezels o In vulmateriaal o Niet geweven stoffen bv. Vilt en vezelvliezen. ➢ Tot garens door spinnen ➢ Spinnen in een vezelmassa tot draad vormen o Methode 1: in de mechanische spinnerij worden vezels van een bepaalde lengte machinaal om elkaar gedraaid o Methode 2: in de chemische spinnerij worden de spinvloeistoffen door kleine openingen van spindoppen geperst. Zo ontstaan draden die verharden. ➢ Spinnen komt neer op 2 bewerkingen: o De vezelmassa omzetten in een dikke lont, deze lont noemt men het voorgaren. o Het ineendraaien van deze vezels: om glijden van de vezels te voorkomen worden ze bij het spinnen om elkaar heen gedraaid. Dit is twisten. ➢ Nummer dikte gesponnen garen o Gewichtsnummering: hoe groter het nummer, hoe grover het garen o Lengtenummering: hoe groter het nummer, hoe fijner het garen. ➢ Twijnen is twee of meer draden in elkaar draaien waardoor men sterk en re...


Similar Free PDFs