Indicatieve tabel voor het opmaken van een schadeclaim PDF

Title Indicatieve tabel voor het opmaken van een schadeclaim
Author Lorenzo Risack
Course Aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht
Institution Arteveldehogeschool
Pages 6
File Size 162.8 KB
File Type PDF
Total Downloads 8
Total Views 156

Summary

Indicatieve Tabel voor het opmaken van een schadeclaim...


Description

Indicatieve tabel 2012 Hoofdstuk I. Schade aan voorwerpen en kosten Voertuigschade 1.1. Basisbedrag  Zie proces-verbaal deskundige: restwaarde wagen en verlies  Bijzondere omstandigheden: extra forfaitaire vergoeding 10% wegens waardevermindering na herstelling o Oldtimer o Nieuw voertuig o Gaat om een zwaar gehavend voertuig Voorbeeld: De waarde van een voertuig wordt geschat op €12.500 voor het ongeval. Het gaat om een totaal verlies. De in aanmerking genomen waarde is €12.500. (aangenomen dat het wrak geen waarde meer heeft) Een voertuig is betrokken bij een ongeval. De herstellingskosten bedragen €1.250. De in aanmerking genomen waarde is €1.250. Voorgaand voertuig is echter een nieuwe wagen, net aangekocht voor €27.800 en is zwaar gehavend. Bovenop de herstellingskosten, zijnde €1.250, kan een aanvullende vergoeding gevraagd worden wegens waardevermindering na de herstelling: - Indien de waardevermindering aangetoond kan worden: dit bedrag - Anders: forfaitair 10% (zijnde €2.780) 1.2. De btw  Niet btw-plichtige  Totaal verlies: altijd recht op btw, zelfs indien je niet vervangt  Herstelling: altijd recht op btw, zelfs indien je niet herstelt  Btw-aanslagvoet: deze op het ogenblik van vervanging / herstelling, zelfs als je niet vervangt of herstelt Voorbeeld: De waarde van een voertuig wordt geschat op €12.500 voor het ongeval. Het gaat om een totaal verlies. De in aanmerking genomen waarde is €12.500. De btw bedraagt €2625, zelfs als hij niet vervangt. Indien de auto echter 50% beroepsmatig gebruikt wordt, zal slechts de helft gevorderd kunnen worden.

1.3. Takel-en stallingskosten  Moeten aangetoond worden  Periode: o Periode in afwachting van deskundige o Periode in afwachting van uit te voeren herstellingen of nodig voor verkoop o  Niet buitensporig lang!

1.4. Gebruiskderving A) Benadeelde huurt geen vervangwagen 1.4.1. Wachttijd = De tijd nodig om de voertuigschade te begroten

 Voertuig niet buiten gebruik: 1 dag  Voertuig bij herstelling geïmmobiliseerd: de dag waarop de benadeelde kennis krijgt van de kostprijs van de herstelling  Totaal verlies: de dag waarop de benadeelde in kennis wordt gesteld van het totale verlies en de waarde van het wrak 1.4.2.

Herstellingsduur

= De tijd die nodig is om de herstellingen uit te voeren ( let op: deskundig verslag -> garagist moet binnen die periode herstellen) 1.4.3. Vervangings-of mutatieduur = De tijd die nodig is om het vernielde voertuig te vervangen

 Aan te tonen  Anders forfait 15 dagen 1.4.4. Vergoeding wegens gebruiksderving Wachttijd Herstellingsduu r Mutatieduur +

……………… dagen ……………… dagen ……………… dagen = ……………… dagen

Afhankelijk soort voertuig Vergoeding wegens gebruiksderving

X

…………………….. €/dag

= € ………………………………………….

B) Benadeelde huurt een vervangwagen  Recht op terugbetaling: 90% factuur  Vervangwagen moet van zelfde type zijn  Rechtspraak: zelfs indien dure wagen toch goedkopere huren cfr. Schadebeperkingsplicht C) Benadeelde huurt een vervangwagen, maar niet voor alle dagen - Dagen vervangwagen: recht op terugbetaling 90% factuur - Andere dagen: forfait conform A) 1.5. Financiering

 Kosten voor financiering herstelling of vervanging (lening) = vergoedbare schade Verplaatsingskosten  Precies overzicht aantonen: …. Km aan €…. / km  Anders forfait: €0.33/km, ongeacht type voertuig  Ook hier schadebeperkingsplicht: niet zomaar naar kinesist 100km verder Administratiekosten  Forfaitair : €100  Wel voldoende administratie, correspondentie en telefoonkosten aantonen: anders mindering rechter Kledijschade  Schade aantonen  vaak niet mogelijk  vaak vals bekomen bonnetjes  Niet aantoonbaar: begroting ex aequo et bono €375  Enkel als alle kledij beschadigd is, anders mindering Medische kosten voor en na de consolidatie  Consolidatie : moment waarop men genezen is of waarop men door de huidige stand van de medische wetenschap niet meer beter kan worden  Kosten voor consolidatie = schade  Kosten na consolidatie = geen schade o  Tenzij: De expert schrijft een voorbehoud van x aantal behandelingen : deze worden wel in aanmerking genomen  Slachtoffer moet een volledig overzicht verschaffen van de medische en farmaceutische kosten Hoofdstuk II. Schade aan personen Tijdelijke schade 2. De hulpmiddelen 2.1. Materiële hulpmiddelen  Orthesen, prothesen, aanpassingen aan de woning en aan het voertuig : schadebeperkende middelen  Vergoeding op basis van stavende stukken 2.2. Hulp van derden  Stavende stukken  Anders forfait (bv. Hulp familielid): €10/gepresteerd uur 3. De persoonlijke ongeschiktheid (morele vergoeding)  Hospitalisatie: €31/dag (vermoeden 100% ongeschikt)  Tijdelijke ongeschiktheid: €25/dag/100% 4. Huishoudelijke ongeschiktheid  Totaalbedrag €20/dag tijdelijke ongeschiktheid aan 100% +€5/kind ten laste o Vermoeden: 65% huishouden vrouw en 35% huishouden man  Vermoeden weerleggen: bv. Huisvrouw is 100% 5. Economische ongeschiktheid 5.1. Verlies van inkomen  In concreto bewijzen (nettoloon) : moet om echt verlies gaan o Werkgever kan loon door betalen o Uitbetalingen door ziekenfonds in mindering brengen

o

Etc.

5.2. Verhoogde inspanningen = Je bent tijdelijk ongeschikt maar gaat toch werken

 €20/dag indien 100% ongeschikt 6. Specifieke schade 6.1. Pijn Pijn zorgt voor een verhoging van de morele persoonlijke ongeschiktheidsvergoeding (3) vanaf dat de pijn hoger is dan 4 op de schaal van 7 Pijnschaa l 4/7 5/7 6/7 7/7

Tijdelijke ongeschiktheid

Hospitalisatie

€25+ (€2.5 x4) = €35 €25+ (€3x5) = €40 €25+ (€3.5 x6) = €46 €25+ (€4 x7) = €53

€31+ (€2.5 x4) = €41 €31+ (€3 x5) = €46 €31+ (€3.5 x6) = €52 €31+ (€4 x7) = €59

6.2. Esthetische schade  Geen vergoeding 6.3. De seksuele schade  Mogelijks vergoeding: geen bedragen in indicatieve tabel 6.4. De genoegenschade (bv. Niet kunnen meedoen aan een bepaald sportevenement, moet al opgenomen staan in verslag deskundige)  Mogelijks vergoeding: geen bedragen in de indicatieve tabel 7. Het verlies van een schooljaar  Schade aantonen (bestaande uit materiële schade, morele schade, financieel verlies)  Indien niet aan te tonen: forfaitair o Bedragen per schooljaar: indien je een semester verliest: delen door twee  Mogelijkheid om de achterstand in loopbaan ook door te rekenen o Schade: actuele waarde van het eerste jaar beroepsinkomen 8. Schade geleden door de naastbestaande  Indien deze uitgaven heeft gedaan in causaal verband

Blijvende schade 9. De hulpmiddelen 9.1. De materiële hulpmiddelen: conform 2.1 9.2. Hulp van derden: conform 2.2. 9.3. De persoonlijke, huishoudelijke en economische ongeschiktheid minder dan 15%  Forfaitair o Onderscheid: ongeschiktheid minder dan 6% en vanaf 6% tot 15% o Onderscheid: leeftijd  Let op: forfaitaire bedragen rekenen persoonlijke, huishoudelijke en economische ongeschiktheid samen ( elk 1/3) per %-punt!

Voorbeeld: Jef, 32 jaar, is blijvend: - 2% persoonlijk ongeschikt - 8% huishoudelijk ongeschikt - 11% economisch ongeschikt Ongeschiktheden minder dan 6% 32 jaar €1.245

Ongeschiktheden vanaf 6% €2.835

1. Bepalen forfaitair bedrag persoonlijke ongeschiktheid = (€1245/3) x 2 = €830 2. Bepalen forfaitair bedrag huishoudelijke ongeschiktheid = (€2835/3)x8 = €7560 3. Bepalen forfaitair bedrag economische ongeschiktheid = (€2835/3)x11 = €10.395

9.4. De persoonlijke, huishoudelijke en economische ongeschiktheden meer dan 15%: niet te kennen 10. De specifieke schade 10.1. De pijn: vergoeding 10.2. De esthetische schade: vergoeding conform schaal van esthetische schade (/7) 10.3. De seksuele schade: vergoeding mogelijk ( niet opgenomen in indicatieve tabel) 10.4. De genoegenschade: vergoeding mogelijk ( niet opgenomen in indicatieve tabel) 11. Schade door weerkaatsing = Schade die nabestaanden lijden ( psychisch, fysisch, mentaal) Overlijden 12. Begrafeniskosten  Buitensporige uitgaven worden herleid  Dit is mogelijks een vervroegde betaling 13. Schade ex haerede = een schade die het geheel van de morele en materiële nadelen omvat die het slachtoffer lijdt tussen de datum van het ongeval en deze van zijn overlijden  Forfait: €75/dag (morele schadevergoeding) 14. Schade van naastbestaanden 14.1. Morele schade: afhankelijk van wie het overleden slachtoffer is (bv. Inwonend kind, inwonende ouder) en wie de begunstigde is (ouder, niet-inwonenden grootouder,…) 14.2. Materiële schade  Schade wegens het verlies van inkomsten van de overledene: aanspraak deel inkomen o Berekening op basis van gemeenschappelijk inkomen

 Schade geleden door verlies van huishoudelijke taken geleverd door het slachtoffer: zie ook 4.

Hoofdstuk 3. Interest en provisie De vergoedende interest = Vergoeding voor de schade voortvloeiend uit de vertraging van de betaling van de schadevergoeding als vergoeding voor muntontwaarding  Periode tot aan het vonnis  Niet wettelijk vastgelegd: wel matigingsbevoegdheid rechter (2-2.5% lijkt redelijk) De moratoire interest = Interest vanaf de dag van het vonnis tot de datum van de algehele betaling  Wettelijk vastgelegd o 2015: 2.5% o 2016: 2.25%...


Similar Free PDFs