Samenvatting reader van de geschiedenis van de wereld PDF

Title Samenvatting reader van de geschiedenis van de wereld
Course Látássérült személyek rehabilitációja: tájékozódás- és közlekedéstanítás, mindennapos tevékenységek tanítása
Institution Eötvös Loránd Tudományegyetem
Pages 18
File Size 191.9 KB
File Type PDF
Total Downloads 31
Total Views 137

Summary

een broodje ma piema en patatje ma pang pang...


Description

Big History samenvatting reader Artikel 1: What Is the Difference Between Big History and World History? Met grotere schalen worden verbanden gezien tussen dingen die anders niet verbonden lijken te zijn. Verschillen tussen Big History en World History:  Big History werk met schalen vele malen groter schalen dan die van World History.  Big History werk met 13,8 miljard jaar geleden en World History meestal met iets meer dan 10.000 jaar geleden, dit is een van de voornaamste verschillen.  De betekenis van het woord “history”  WH: de geschiedenis van de menselijk samenleving en het menselijke bestaan. BH: de geschiedenis van alles uit het verleden op alle mogelijke schalen (dus ook andere organismen, planeten en sterrenstelsels). Big History Big History verbindt verhalen over het verleden die in veel verschillende disciplines zijn gegenereerd, en gebruikt deze om een grotere geschiedenis te construeren die de menselijke geschiedenis behandelt als onderdeel van een veel groter verhaal dat alle in het verleden geïnteresseerde disciplines verenigt. Artikel 2: Recordkeeping & History Geschiedenis is te definiëren als gemeenschappelijke kennis uit het verleden. Hoe doen dieren en planten mee aan geschiedenis? Alle levend dingen hebben herinneringen uit het verleden (om in leven te blijven). Ook planten onthouden dingen uit het verleden (denk aan de ringen in een boom). Echter is er één groot verschil: het verleden volgen is niet hetzelfde als een geheugen/herinneringen hebben van het verleden. Alleen mensen zijn in staat hun kennis over het verleden te delen omdat mensen de enige levende wezens zijn met een goed genoeg ontwikkelde manier van communicatie om te delen wat ze weten en leren. De eerste geschiedenis De exacte tijd dat men kennis ging uitwisselen is niet bekend maar de eerste generaties van onze menselijke soort waren al in staat om collectief te leren. Hierbij gaat het niet om waar iets ligt maar over geologische gebeurtenissen uit een (ver) verleden. Het vertellen van origin stories is een manier van het verleden onthouden, volgen en verbeelden. Geschiedenis gebaseerd op geheugen Eersten verhalen zijn gebaseerd op verhalen want het schrift bestond nog niet. Men weet nu dat mensen die informatie niet konden opschrijven, afhankelijk waren van een dergelijke orale traditie (origin stories) en daarbij een krachtige manieren van herinneren ontwikkelen. Ook in samenlevingen met schrift was geheugen en herinneren een verplichte vaardigheid. Geschiedenis gebaseerd op geschreven archieven Tegenwoordig verwachten we dat geschiedenis gebaseerd is op bewijs, geschreven bewijs, i.p.v. op een herinnering. Geschreven geschiedenis verschijnt pas laat in de menselijke samenleving, de eerste geschreven archieven zijn gevonden ongeveer 5.000 jaar gelede in Egypte en Oud Sumer. Wanneer schrift verscheen werd dit gebruikt om rekening van het verleden bij te houden. Schriftelijke documenten begonnen als autoritairder te worden gezien dan mondelinge verhalen, want als iets eenmaal was opgeschreven, was het veel moeilijker om de verhalen te blijven veranderen.

1

Het belang van bewijs Samenlevingen werden steeds meer verbonden, er kwamen verschillende versies van het verleden waarbij men zich afvroeg welke versie correct was. Zodra er meerder versies va een verhaal verschijnen is het van belang om jouw versie met bewijs te onderbouwen. Gebruik bewijs zoveel als mogelijk is, vooral toenemend gebruik vanaf 2.000 jaar geleden. Het idee van op bewijs gebaseerde geschiedenis als de belangrijkste vorm van geschiedschrijving werd meer prominent gedurende de jaren. Archief gebaseerde geschiedenis is wel erg gelimiteerd:  geschreven bewijs reflecteert vaak alleen het leven van rijke en machtige personen (tot tijd geleden konden alleen zij lezen en schrijven)  dagelijks gebruikte voorwerpen vertellen meer over het leven van de doorsneed persoon  geschreven archieven gaan maar tot een paar duizend jaar terug in de tijd Nu nieuwe manieren om een kijkje in het verleden te nemen; denk aan de radioactiviteit van koolstof om voorwerpen te dateren. Zijn wij beter geworden in het bestuderen van het verleden? Tegenwoordig zijn er meer manieren om het verleden te bestuderen dan alleen geschreven bewijzen. Heeft het schrift niet ook negatieve effecten op de geschiedenis? Zijn we niet het levendige, persoonlijke gevoel van betrokkenheid bij het verleden verloren dat bestond in orale culturen waar de geschiedenis altijd als een verhaal werd verteld? Dat spraak en geheugen duidelijke, misschien onvervangbare voordelen hebben ten opzichte van schrijven, maar dat het schrift ons collectieve geheugen zowel heeft verbreed als aangescherpt? Artikel 3: Sapiens: A Brief History of Humankind. (2014) De denkfout achteraf Elke gebeurtenis in de geschiedenis is een kruispunt waarbij mensen die geschiedenis schrijven soms vreemde beslissingen maken. Historici kunnen wel speculeren, maar kunnen geen definitief antwoord geven. Historici kan beschrijven maar niet verklaren waarom sommige gebeurtenissen plaatsvinden. Wat is het verschil tussen beschrijven “hoe” en verklaren “waarom”?  Hoe beschrijven  het beschrijven van “hoe” betekend het reconstrueren van de reeksen specifieke gebeurtenissen die van het ene punt naar het andere leiden.  Waarom beschrijven  het beschrijven van “waarom” betekent het vinden van oorzakelijke verbanden die rekening houden met een andere gebeurtenis van deze specifieke reeks van gebeurtenissen met uitsluiting van alle andere gebeurtenissen. De gouden regel van de geschiedenis is dat wat achteraf onvermijdelijk leek, in die tijd verre van duidelijk was. Niet dat alles mogelijk is. Geografische, biologische en economische krachten scheppen beperkingen. Deze beperkingen laten echter voldoende ruimte voor verrassende ontwikkelingen, die niet gebonden lijken te zijn aan deterministische wetten. Determinisme is aantrekkelijk omdat het impliceert dat onze wereld en onze overtuigingen een natuurlijk en onvermijdelijk product van de geschiedenis zijn Geschiedenis kan niet deterministisch worden uitgelegd en kan niet worden voorspeld omdat het chaotisch is. Er zijn zoveel verschillende krachten aan het werk en hun interacties zijn zo complex dat extreem kleine variaties in de kracht van de krachten en de manier waarop ze samenwerken enorme verschillen in uitkomsten kunnen veroorzaken. Geschiedenis is een “niveau twee” in chaotische systemen:  Niveau één  chaos op niveau één is chaos die niet reageert op voorspellingen erover (denk aan het weer).  Niveau twee  level 2 chaos is chaos die reageert op voorspellingen erover en kan daarom nooit nauwkeurig voorspeld worden (denk aan markten, politiek, revoluties).

2

Geschiedenis is geen middel om nauwkeurige voorspellingen te doen. geschiedenis is er niet om de toekomst te voorspellen , maar om onze horizon te verruimen, om te begrijpen dat onze huidige situatie niet natuurlijk noch onvermijdelijk is en dat we bijgevolg veel meer mogelijkheden hebben dan we ons voorstellen. Artikel 4: An Animal of No Significance Het verhaal over de fundamentele eigenschappen van het universum noemen we de natuurkunde. Het verhaal over atomen, moleculen en hun interacties noemen we de scheikunde. Het verhaal over bepaalde moleculen die combineren tot grote ingewikkelde structuren noemen we organismen. Het verhaal over organismen noemen we de biologie. Het verhaal over de latere ontwikkeling van deze menselijke culturen noemen we de geschiedenis. 3 belangrijke revoluties die de geschiedenis vorm geven:  Cognitieve revolutie (70.000 jaar geleden)  Agrarische revolutie (12.000 jaar geleden)  Wetenschappelijke revolutie (500 jaar geleden) Mensen bestaan ver voor de geschiedenis maar voor ontelbare generaties bleken ze niet te onderscheiden van de talloze andere organismen waarmee ze hun leefgebieden deelden. Mensen waren net dieren, geen bijzondere wezens. Belangrijkste van de prehistorische mens is dat het onbeduidende dieren waren die niet meer impact op hun omgeving leverde dan andere dieren. Het hebben van een grote brein, het gebruik van gereedschap, superieure leervaardigheden en complexe sociale structuren zijn enorme voordelen. Echter heeft de menssoort tot 1 miljoen jaar geleden deze voordelen gehad maar nog steeds geleefd als een dier. Menssoorten (zoals Genus Homo’s) stonden voor tijden in het middel van de voedselketen. Zij jaagden op kleinere dieren en verzamelde wat ze konden maar werden ook gejaagd door grote dieren. Pas sinds 100.000 jaar staan de Homo sapiens bovenaan de voedselketen. Deze sprong had echter grote gevolgen. Normaal gaat die langzaam, over miljoenen jaren, en kan het ecosysteem zich hier rustig aan aanpassen. Maar bij de mens had het ecosysteem niet de tijd om zichzelf aan te passen. Ook mensen zelf hebben gefaald om zich aan te passen, als zo’n verandering over miljoenen jaren gaat creëert men zelfvertrouwen maar nu zit men vol met angsten over onze positie wat ons gevaarlijk en erg wreed maakt. Toen Homo sapiens in Arabië kwam was een groot deel van Eurazië al bezet door andere mensen. Maar wat er met hen is gebeurt is te verklaren vanuit 2 theorieën:  ‘Interbreeding Theory’ (kruising theorie)  vertelt een verhaal van aantrekking, seks en vermenging. Afrikaanse immigranten verspreiden over de hele wereld en broeden met andere menselijk populaties waarna de mensen van vandaag een resultaat zijn van deze kruisingen. De hedendaagse soorten zijn dus niet puur Homo sapiens.  ‘Replacement Theory’ (vervangingstheorie)  vertelt een verhaal over incompatibiliteit, afkeer en misschien zelfs genocide (volkerenmoord). Sapiens en andere mensen hadden verschillende anatomieën en hoogstwaarschijnlijk verschillende paargewoonten en zelfs lichaamsgeuren. Verschillenden soorten hebben maar een kleine kans om interesse in elkaar te hebben en als dat wel het geval is konden ze geen vruchtbare kinderen produceren omdat de genetische kloof tussen die de twee populaties enorm was. De hedendaagse soorten zijn dus puur Homo sapiens. Als de vervangingstheorie correct is, hebben alle levende mensen ongeveer dezelfde genetische bagage, en zijn verschillen in ras onder hen verwaarloosbaar. Maar als de theorie van de

3

kruising gelijk heeft, kunnen er genetische verschillen zijn tussen Afrikanen, Europeanen en Aziaten die duizenden jaren teruggaan. Eerst vooral de vervangingstheorie, later toch de kruisingstheorie door het vinden van DNA overeenkomsten tussen Neanderthalers en hedendaagse mensen. Echter zijn het zulke kleine hoeveelheden dat de kans groot is dat het een soort combinatie is, waarin de Neanderthalers gedeeltelijk werden vervangen en deels kruisten. Biologische realiteit is niet zwart wit, want mensen hebben geen verschillende populaties in dezelfde soort maar zijn ook geen andere soort. Er moet dus een punt zijn geweest waarin de populaties al veel verschilde maar op zeldzame momenten toch in staat waren om seks te hebben en vruchtbare nakomelingen te produceren. De verschillende populaties waren dus al op veel vlakken gescheiden en anders maar konden in een uniek geval toch vruchtbare nakomelingen produceren. De populaties zijn dus niet samengegaan maar de Homo sapiens hebben de Neanderthalers verdrongen door hun goed ontwikkelde technieken of er kwam een strijd om middelden waarna een volkerenmoord het gevolg was. Wellicht waren de populaties te gelijk om te negeren maar te verschillend om te tolereren. Maar stel dat de andere populaties ook nog overleefden. Hoe had de wereld er dan, sociaal, politiek en cultureel uitgezien? Het beantwoorden van zulke vragen is moeilijk omdat Homo sapiens al meer dan 10.000 jaar de overheersende soort zijn en het dus moeilijk is voor te stellen dat er andere mogelijkheden waren. Artikel 5: Foraging De evolutie van jagen en verzamelen Vroeger leefde men door het verzamelen van voedsel (jagen en verzamelen). Foraging = het rekenen op voedsel dat door de natuur is geproduceerd door het verzamelen van planten, kleine dieren, vogels en insecten; ook het gebruiken van dieren gedood door andere roofdieren; en jagen. Men was niet het enige wezen om te foerageren maar dat mensen, door middel van het vermogen om verbaal te communiceren, opgebouwde kennis hebben doorgegeven aan jongere generaties, en hebben samengewerkt ervoor gezorgd dat menselijke foerageren anders was dan die van andere organismen. Je kan zelfs zeggen dat het jagen en verzamelen ons mens maakt door de ontwikkelingen die daardoor zijn opgetreden (bipedalisme). Een van de belangrijkste stappen in foerageren was het kunnen controleren van vuur. Door vuur konden mensen koken waardoor het eten voedzamer was, het minder kauwen vereiste en liet darmen toe om te verkorten, wat allemaal heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van de hersenen. Het eten rondom het vuur heeft wellicht de ontwikkeling van taal gestimuleerd. Mensen hebben geleidelijk hun vaardigheid in jagen ontwikkeld. Eerst van het eten van dieren gedood door andere roofdieren  het zelf doden van dieren  het doden van groepen dieren. De economie van jagen en verzamelen Meeste jagers en verzamelaars verhuisde vaak i.v.m. seizoensgebonden voedsel mogelijkheden. Ze leefden meestal in kleine groepen, 15 à 30 man en splitste op wanneer de voedsel hoeveelheden schaars werden. ALS populaties groeiden ging dit erg langzaam. Blijkbaar waren foeragerende gemeenschappen de meest egalitaire in de geschiedenis van de mensheid. De Bosjesmannen van zuid Afrika

4

5 verschillende groepen van mensen leefden als jagers en verzamelaars op dezelfde plek voor 30.000 jaar. Het leven in zulke omstandigheden was zeer uitdagend, hun overleving heeft de menselijke gemeenschap dan ook een waardevol voorbeeld gegeven. De Bosjesmannen verplaatste zich elke dag in het regenseizoen, in het droogseizoen bouwde ze stabieler “huisjes” en was het zoeken van water hun voornaamste activiteit. Mannen gebruikte een pijl-en-boog met giftige pijlen en vrouwen gebruikte een deken, een draagdoek gemaakt van huid, een mantel om hout en voedsel te vervoeren, kleinere draagtassen en een graafstok. Noten en wortelen vormde het basisvoedsel. 20% van het voedsel door jagen, 80% van het voedsel door verzamelen. Ook was er veel ruimte voor vrijetijdsactiviteiten. Het debat over foerageren Mensen die jagers en verzamelaars bestuderen zijn archeologen en antropologen. Archeologen onderzoeken menselijke samenlevingen door achtergebleven materiële, culturele en milieugegevens. Antropologen bestuderen hedendaagse samenlevingen die nog steeds leven zoals pre-agrarische. Moderne foerageergemeenschappen gebruiken vaak moderne hulpmiddelen en vertrouwen gedeeltelijk op tamelijk recente agrarische en technologische ontwikkelingen. Vroeger werd gedacht dat mannen jaagden en vrouwen verzamelden. Echter blijk uit onderzoek met apen dat vrouwen heel goed voor zichzelf kunnen zorgen en zonder mannelijke hulp vruchtbare nakomelingen kunnen verzorgen. Het huidige beeld zegt dat de taken flexibel waren per gender. De taak die je kreeg was afhankelijk van jouw mogelijkheden. Een tweede punt van discussie heeft betrekking op de fysieke en mentale gezondheid van jagers en verzamelaars, ze werden vroeger gezien als achterlijke holbewoners, nu is deze mening aangevochten. Het derde debat gaat over hoeveel impact zij hebben gehad op het milieu toen ze leefden. Langetijd werd gedacht dat hun leven weinig impact heeft gehad op de rest van de natuur tot ze de landbouw ontdekten. Tegenwoordig denken wetenschappers er anders over aangezien jagers en verzamelaars grote stukken land in brand hebben gestoken. Daarbij bleek dat elke keer als menselijke soorten nieuwe stukken van de wereld ontdekten er uitsterving van ander grote dieren plaatsvond. Het kan echter een combinatie zijn van klimaatverandering, jagen en andere ontwikkelingen die door mensen zijn veroorzaakt die de grote dieren hebben gedood.

Artikel 6: A day in the life of Adam and Eve Om onze geschiedenis, natuur en psychologie te begrijpen moeten we in het hoofd kruipen van een jager en verzamelaar, aangezien onze soort (Homo sapiens) dit voor hun grootste bestaan zijn geweest. Het bloeiende veld van de psychologie beweert dat veel van onze huidige sociale en psychologische kenmerken zijn gevormd tijdens dit lange pre-agrarische tijdperk. Onze eetgewoonten, onze conflicten en onze seksualiteit zijn allemaal het resultaat van de manier waarop onze jager-verzamelaar geesten interacteren met onze huidige postindustriële omgeving, met zijn megasteden, vliegtuigen, telefoons en computers. Hoewel het leven nu langer duurt, er meer geluk is zijn er ook negatieve effecten die worden veroorzaakt door de jager en verzamelaar wereld die we onbewust nog bewonen. Waarom men binged op voedsel met veel calorieën komt ook voort uit de oude leefstijl. Het eten van calorierijk zoet voedsel was erg schaars, kwam je het tegen moest je er zoveel mogelijk van eten voordat het weg of verrot was. De 'gorging-gen'-theorie wordt algemeen aanvaard, andere theorieën zijn veel meer omstreden. Sommige evolutionistische psychologen beweren bijvoorbeeld dat oude foerageerbanden geen kernfamilies waren die zich concentreerden op monogame koppels maar iedereen deed het met

5

iedereen en kon met iedereen een intieme band opbouwen. Veel dieren soorten leven ook in zulke gemeenschappen, zelfs hedendaagse indianen stammen leven op deze wijze. Een kind is dan geen kind van 1 vader maar van verschillende mannen met allemaal verschillende kwaliteiten. Trouwen en scheiden, met de gevolgen van dien, zijn de gevolgen die komen doordat we de kernfamilies willen volgen maar onze instincten dit niet willen. Veel geleerden verwerpen deze theorie heftig en beweren dat zowel monogamie als de vorming van kernfamilies de kern van het menselijk gedrag zijn. Sapiens overwonnen van de andere menselijke soorten alhoewel dit niet in 1 keer ging. De eerste keer dat ze tegenover de Neanderthalers kwamen verloren ze (verschillende redenen mogelijk). Deze sapiens waren echter verschillende aan de huidige sapiens vooral op het gebied van denkvermogen, communiceren en leren. 70.000 jaar geleden gingen de sapiens opeens bijzondere dingen doen en verdreven de Neanderthalers en alle andere soorten van de aarde. De eerste objecten die op kunst kunnen worden genoemd komen uit dit tijdperk, evenals het eerste duidelijke bewijs voor religie, handel en sociale stratificatie (scheiding). De meeste onderzoekers geloven dat deze ongekende prestaties het product waren van een revolutie in de cognitieve capaciteiten van Sapiens. Het verschijnen van nieuwe manieren van denken en communiceren tussen 70.000 en 30.000 jaar geleden vormen de cognitieve revolutie. De meest algemeen aanvaarde theorie stelt dat toevallige genetische mutaties de innerlijke bedrading van de hersenen van Sapiens veranderden, waardoor ze op ongekende manieren konden denken en konden communiceren met een geheel nieuw type taal, dat die bij Sapiens is gebeurt komt door pure toeval. Wat zo speciaal was aan de nieuwe Sapiens-taal dat het ons in staat stelde de wereld te veroveren heeft meerde theorieën:  De eerste is dat onze taal verbazingwekkend soepel is. Er kunnen oneindig veel mogelijke zinnen worden gevormd en daardoor kan een enorme hoeveelheid informatie over de wereld om ons heen worden ingeslikt, opgeslagen en gecommuniceerd.  De tweede is dat onze unieke taal is geëvolueerd als een middel om informatie over de wereld te delen. Onze taal is geëvolueerd tot een manier van roddelen, hierdoor is men aan sociaal dier. De sociale samenwerking is de sleutel tot overleven en voortplanting, het weten wie elkaar wel en niet mag, wie eerlijk is en wie niet, is heel belangrijk. De hoeveelheid informatie die men moet verkrijgen en bewaren om de steeds veranderende relaties van een paar dozijn personen te volgen, is verbluffend. Roddelen is essentieel voor de samenwerking in grote getallen. Betrouwbare informatie over wie wel/niet te vertrouwen was zorgde dat de kleine groepen konden uitbreiden tot grote groepen en Sapiens zouden een strakkere en meer geavanceerde samenwerking kunnen ontwikkelen. In de nasleep van de Cognitieve Revolutie zorgde roddelen ervoor dat Homo sapiens grote en stabieler banden kon vormen, wel tot een maximum van 150 man (tegenwoordig nog steeds zo). Echter zijn er in ...


Similar Free PDFs