Alle stadia - Samenvatting Ontwikkelingspsychologie PDF

Preview

Summary

Stadia van Freud, Piaget en Erikson...

Description

STADIA (FREUD)

STADIA (PIAGET) KERNCONFLICT (ERIKSON)

CONFLICT UITGELEGD

Orale fase: 0-1 j Babytijd

Sensorimotorisch Vertrouwen vs wantrouwen stadium

+ vertrouwen in de verzorger zorgt voor vertrouwen Hoop in de omgeving. è Veilige basis = nodig voor hechting - frustraties van hun behoefte naar liefde, affectie en zorg

EGOSTERKTE

Anale fase: 1-3 j Preoperationeel Peuter & kleutertijd stadium: 1-6

Autonomie vs schaamte & twijfel

+ De omgeving moedigt onafhankelijkheid en exploratief gedrag aan van het kind. - Bij overberscherming of verwaarlozing è exploratiedrag kind: geremd en ontwikkeling loopt schade op

Fallische fase: 3-6 j Preoperationeel Peuter & kleutertijd stadium

Initiatief vs schuld

+ zelf activiteiten ondernemen en taakjes verrichten, Doelgerichtheid zoals het aan- en uitkleden, allerlei activiteiten ondernemen + ondernemingszin - onvoldoende ruimte voor of te weinig veiligheid en structuur of te veel vrijheid è kind voelt zich schuldig ipv te genieten van wat hij heeft bereikt

Latentiefase: 6-12 j Lagere school tijd

Handvaardigheid vs minderwaardigheid

+ vertrouwen in eigen kunnen = belangrijk (zelfvertrouwen) = als het kind aangemoedigd en positief bekrachtigd wordt. è positief zelfbeeld ontwikkelen, gevoel dat hij er mag zijn en de moeite waard is. - Bij onvoldoende positieve bekrachtiging of voortdurende negatieve bejegening è gevoel van tekortschieten & minderwaardigheid en ontwikkelt een laag zelfbeeld

Concreetoperationeel stadium

Wilskracht

Bekwaamheid

STADIA (FREUD)

STADIA (PIAGET) KERNCONFLICT (ERIKSON)

CONFLICT UITGELEGD

EGOSTERKTE

Genitale fase: +12 j Adolescentie

Formeeloperationeel stadium

Identiteit vs identiteitsverwarring

zoeken naar een juist evenwicht + ontwikkeling eigen identiteit, uniek persoon - rolverwarring, bv twijfels eigen seksuele identiteit

Trouw en toewijding

Jonge volwassenheid: 20-30

Formeeloperationeel stadium

Intimiteit & solidariteit vs isolement

Ontwikkelingstaak = wederkerige en intieme relatie opbouwen, kan eenzaam zijn (thuis verlaten) Intimiteit: receptief en expressief openstellen voor een ander Isolement: intieme relaties vermijden

Liefde

Volwassenheid: 30-65

Formeeloperationeel stadium

Generativiteit vs stagnatie

Begin: defintief worden van keuzes è rust + 40: onrust (midelife crisis) Tevereden zijn met eigenwaarden en keuzes è generativiteit Het doorgeven aan de volgende generatie van wat men belangrijk en waardevol vindt aan waarden, normen.

Zorg

Ouderdom: 65 +

Formeeloperationeel stadium

Integriteit vs wanhoop

Moment van reflectie en zelfbeoordeling De wijze waarop men aan zijn leven vorm gaf bepaalt de graad van tevredenheid Ego integriteit: met voldoening op leven terugkijken en wat men bereikt heeft è focussen op gemiste kansen = wanhoop

Wijsheid...