College B3 Socratische en Platonische liefde PDF

Title College B3 Socratische en Platonische liefde
Author Liam DB
Course De grote stromingen uit de wijsbegeerte
Institution Vrije Universiteit Brussel
Pages 2
File Size 66.2 KB
File Type PDF
Total Downloads 54
Total Views 133

Summary

Socratische en Platonische liefde...


Description

Checklist college B3: Socratische en Platonische liefde

(1) Plato’s manier om Socrates te verdedigen - Socrates is zonder twijfel het liefdesobject van Plato  Meer dan een lichaam, eerder een probleem dat zijn filosofie zin gaf - Deze liefde verwezenlijkt zich in werken zoals de Apologie in zijn vroege literaire carrière - 2-strijd: Werken voor én tegen Socrates - De liefde uit zich in de poging iets te doen aan het imago van de meester : ontkent zijn algemeen slecht imago niet + liegt niet  Ook uiting van liefde

(2) Platonische liefde - Geen uitvinding van Plato  In de Renaissance problemen met vertaling Plato: veel haakse standpunten op chr.dom Mannen waren per definitie heteroseksueel  Idee van Platonische liefde: liefde die niet die “slechte” weg neemt

(3) Socratische liefde - Geen abstracte liefde zoals Platonische liefde, geen gepurifieerde Eros - Het geval van Crito: probeerde Socrates helpen te ontsnappen uit liefde  Crito’s liefde > Atheense waarheid  Egoïstsich, immoreel  MAAR Socrates heeft liefde voor principes, niet voor een man  Ook egoïstisch

 Liefde is egoïstisch, voorbij goed en kwaad, en indien nodig immoreel  CF blijf trouw aan je Eros

(4) De ladder van de liefde - In Plato’s symposium : Liefde als continuïteit: van basis-erotische liefde tot intellectuele liefde als toppunt van erotiek bv. Seksuele driften (op ons niveau, puur lichamelijk) < politiek activisme (algemeen belang)  Toch allemaal uiting van dezelfde Eros - Platonische imperatief: “Blijf trouw aan Eros!”, maar wees niet zo eenvoudig idioot

(5) Geest, ziel, lichaam, taal en liefde - Geest/ziel en lichaam: wij denken abstracter  Wij analyseren beter dan Plato 2000 jaar geleden  Er was nog geen grens tussen lichaam en geest - Relatie lichaam en geest bemiddeld is door taal  Politieke en filosofische problemen zijn gevolg van diepe existentiële angst  bv. Politeia: oude man is bang voor Hades (lichamelijke onrust), ben ik rechtvaardig geweest?  morele/filosofische vraag  Taal heeft de angst veroorzaakt in de vorm van verhalen, en zo ook een filosofische vraag

(6) Aristoteles over ζ ῷονλόγον ἔχον en ζ ῷονπoλιτικόν (mens is politiek dier) - Mens is een politiek dier met taal  geen realiteit buiten de taal : je praat over je lichaam/gevoelens in termen met een betekenis die iedereen begrijpt  De mens heeft zin om morele/politiek toestanden waar te nemen andere dieren  omdat alles wat wij ervaren een betekenis/term/label dankzij taal

(7) A. Badiou’s idee van filosofie - A. Badiou: “de filosoof blijft trouw aan het evenement”...


Similar Free PDFs