Extra info rond de 10 beroepsdimensies PDF

Title Extra info rond de 10 beroepsdimensies
Author Silke Vanneste
Course methodisch handelen
Institution Hogeschool West-Vlaanderen
Pages 5
File Size 62.1 KB
File Type PDF
Total Downloads 12
Total Views 145

Summary

uitleg 10 beroepsdimensies;...


Description

o Adviseren  Een mevrouw met een geschiedenis van recidiverend vallen, een recente dynamische heupschroef en artrose ter hoogte van de knie verblijft bij ons in kortverblijf. Ze kan alleen uit een stoel rechtstaan als die hoog genoeg is en als ze haar tijd neemt. Ik ging bij haar langs omdat haar relaxzetel in de kamer te laag was. Ik dacht na of ik voor haar het beste een opstahulp voorzag, blokken om de relax te verhogen of een kussen. Uiteindelijk bleek het kussen voor mevrouw de oplossing te zijn. Ik liet mevrouw drie types uitproberen en observeerde hoe ze rechtstond. Uiteindelijk kozen we samen een kussen waarop ze comfortabel kon zitten en waarbij de transfer vlot verliep. Daarna bekeek ik haar zithouding in haar rolstoel, gaf haar informatie over een correcte zithouding. Tenslotte liet ik haar stappen met haar eigen plooibare vierwielsrollator en een steviger model uit onze reserve. Waarna ik haar adviseerde om de plooibare rollator niet te gebruiken omdat haar gangpatroon hiermee niet goed was. Mevrouw was zeer tevreden met de interventies die ik bij haar deed. Ze ervoer meer comfort en zelfstandigheid. Mijn advies stem ik zoveel mogelijk af op de noden van de persoon. Het is een kwestie van uitproberen. o Begeleiden  Ik werk als ergotherapeut in een woonzorgcentrum, dus het grootste deel tijd gaat naar het begeleiden van bewoners en advies geven. De focus ligt minder op behandelen. Bijna twee weken geleden was het herdenkingsviering van alle overleden bewoners van afgelopen jaar. Ik sprak met de familie van een overleden bewoner. Zij bedankten mij voor het levensboek dat ik met hun vader had gemaakt. Want meneer had dementie. Meneer had er deugd van om over zijn leven te praten en om naar foto's van zichzelf van vroeger te bekijken. De familie vond dat hij dankzij het levensboek terug meer zijn identiteit kon ervaren en de man zelf voelde zich terug meer gerespecteerd omdat er zo'n aandacht werd geschonken aan zijn levensverhaal. Heel het zorgteam probeerde aanknopingsknopingspunten te zoeken door naar meneer zijn levensverhaal te luisteren en dat apprecieerde meneer zelf en de familie enorm. Meneer hechtte zelf ook veel aandacht aan het afscheid nemen als er iemand dood ging. Dus de familie had zelf enkele foto's toegevoegd van meneer en zijn familie tijdens zijn laatste dagen. Op zijn begrafenis ging het boek ook rond bij de kinderen en kleinkinderen. Het was de eerste keer dat een familie zo actief aan de slag ging met een levensboek, maar het gaf hen ook steun als ze afscheid moesten nemen van hun vader.

o Behandelen  Een meneer die bij ons in het woonzorgcentrum verblijft heeft geen uitgesproken fysieke problemen, maar is wel af en toe verward. Meneer deed zijn ochtendzorg altijd zelf, maar de verpleegkundige merkte op dat hij zijn handelingen niet in de juiste volgorde deed. Ze vroeg of ik ADL bij hem wou gaan doen. Dus vorige week maandag ging ik meneer zijn ADL observeren. Ik merkte al snel dat hij problemen had met zijn korte termijn geheugen. Hij legde zelf zijn kleren klaar, maar hij liep telkens heen en weer van de badkamer naar zijn kamer omdat hij vergat wat hij wou nemen. Ook waste hij eerst zijn intiem toilet en dan zijn borst. Hij deed zijn ochtendtoilet rechtstaand, wat een extra valrisico was. Dus deed ik de dag zelf een aantal omgevingsaanpassingen. Ik zette een stoel in de badkamer. Ik zette zijn schoonheidsproducten op een vaste plaats en labelde de plaatsen met de naam van het product. Ik maakte een stappenplan die ik op zijn spiegel hing en vroeg aan het zorgteam om zijn kleren 's avonds op een vaste plek klaar te leggen. De dag erna ging ik kijken hoe het ging en dankzij deze aanpassingen kon hij zich zelfstandig wassen. Enkel het stappenplan moest ik aanpassen want ik had te veel deelhandelingen genoteerd waardoor het niet overzichtelijk was voor meneer. In plaats van 10 stappen, maakte ik er 4 stappen van en dat was voor meneer duidelijker. Gisteren kwam de verpleegkundige zeggen dat hij nu zijn ochtendzorg zelfstandig kan doen dankzij de aanpassingen. Meneer is ook zeer tevreden dat hij geen extra hulp nodig heeft. Binnen kort ga ik zelf nog eens evalueren hoe het gaat. o Coachen  Een tweetal jaar geleden ontwikkelde ik in een ondersteuningsgroep valpreventie een programma voor een gespreksgroep over valpreventie. De opzet van de gespreksgroep was dat bewoners van een woonzorgcentrum in een aantal sessies met elkaar babbelen over vallen, tips geven en elkaar motiveren om eventuele problemen aan te pakken. Ik was als ergotherapeut de moderator van de verschillende gesprekken. Ik zorgde ervoor dat iedereen zijn verhaal kon delen en aan het woord kon komen. Ik begeleidde ook enkele opdrachten die deelnemers meer inzicht lieten verwerven in hun sterktes en capaciteiten om hun valangst te overwinnen. Ik stimuleerde de deelnemers om oplossingsgericht te denken, zonder zelf te veel aan het woord te zijn. In 2019 zet ik de gespreksgroep terug op het programma omdat het een aangenaam moment is waar bewoners hun ervaringen kunnen delen.

o Communiceren  Communiceren is de lijm van alles want het is essentieel om een goede interventie uit te voeren. Het lijkt evident en eenvoudig. Maar communiceren als ergotherapeut, hoe doe je dat? Vandaag ging ik toevallig langs bij een bewoner omdat ze om hulp riep om een koffietas weg te zetten. Het kwam ter sprake dat mevrouw haar elektrische rolstoel kapot is en ik vond dat de ideale moment om haar rijstijl aan te kaarten. De laatste tijd rijdt ze erg onveilig en is ze er zelfs eens met achterover gevallen. Dit weet ik doordat ik de online dagboek lees en hierover in gesprek ga met mijn collega's Op een respectvolle manier bracht ik dit ter sprake. Ik zei dat ik wist dat haar vrijheid erg belangrijk is en dat ik ook wou zoeken naar alternatieven om deze zoveel mogelijk te behouden. Zo stelde ik voor om een standaard rolstoel met dubbele hoepel te proberen want ze verplaatst zich enkel binnenshuis in het woonzorgcentrum. Mevrouw gaf ook aan dat haar bezoek de joystick van haar elektrische rolstoel soms bediende in haar plaats, waarop ik inpikte dat dit het nut van de elektrische rolstoel deels wegnam. Mevrouw zei dat ze er eens over ging nadenken en dat ze haar zoon eens naar mij zou sturen zodat ik meer informatie kan geven. Achteraf briefte ik de andere ergotherapeuten, kinesitherapeuten en (hoofd)verpleegkundigen. Op deze manier zijn ze ook op de hoogte. Nu is het afwachten wat mevrouw beslist en gaan we haar als team zoveel mogelijk ondersteunen om haar zelfstandigheid te behouden.

o Diagnosticeren  Een handelingsprobleem in kaart brengen is een essentiële stap vooraleer je doelstellingen bepalen en een behandelplan kunt opstellen. Maar diagnosticeren als ergotherapeut, hoe doe je dat? Enkele weken geleden was er een dame die een mengvorm van Parkinson en Alzheimer heeft. Ze herhaalde steeds dezelfde zinnen en had ook nachtelijke onrust. Omdat ze een valrisico heeft werden er voor 's nachts een verlaagd bed en een ballendeken voorzien. Maar we wilden toch advies van een geriater om als team onze begeleiding nog beter af te stemmen op noden van de bewoner. Tijdens het gesprek met de geriater waren de directie van het WZC, sociale dienst, de dochter van mevrouw, een verpleegkundige en een ergotherapeut aanwezig. Ik nam een MMSE af om een zicht te krijgen op mevrouw haar cognitieve mogelijkheden. Ik nam een verslag mee van mevrouw haar levensverhaal dat bij intake bevraagd werd door mij. Verder vulde ik nog een subjectieve welbevinden schaal (SWS) in. Zo kon ik vanuit ergotherapeutisch standpunt het handelingsprobleem in kaart brengen. Mevrouw haar medicatie werd na het gesprek aangepast en mevrouw haar favoriete muziek zal ook op een Mp-3 gezet worden zodat ze zich even kan terug trekken. Want uit levensverhaal kwam naar voor dat ze van muziek houdt en nog in twee koren heeft gezongen. Verder kan mevrouw de prikkels van in een groep niet goed filteren, waardoor er afgesproken werd om haar af en toe in een prikkelarme omgeving te laten vertoeven als ze daar nood aan heeft. o Innoveren  Vijf jaar geleden nam ik deel aan een werkgroep over multi sensory storytelling bij personen bij dementie. Dat was een methodiek die toen nog niet werd toegepast bij personen met dementie. Met enkele ergotherapeuten uit het werkveld en docenten van een hogeschool verzamelden we hierover wetenschappelijke inzichten, brainstormden we hierover en werkte het uit in onze praktijk. Op mijn werk vertelde ik deze verhalen aan bewoners met dementie waarbij ik de zintuigen prikkelde. Ik zag bewoners ontspannen, ze namen de materialen vast, ze keken naar de voorwerpen. Het gaf een goed gevoel dat de methodiek een positief effect had op hen. Tijdens vijf bijeenkomsten met de werkgroep vertelden we over de methodiek, waarna we deze konden bijschaven. Elke innovatie, hoe klein ook, start met na te denken over je praktijk als ergo en nieuwe tendensen uit te proberen. Op deze manier blijf je als ergo up-to-date en evidence based werken.

o Managen  Raar maar waar, ik deed als ergotherapeut geen ADL-training tijdens de ochtendzorg in het woonzorgcentrum waar ik werk. Nochthans zijn we als ergotherapeuten expert in het dagelijkse leven. In het verleden vonden er wel een aantal ADL-interventies plaats, maar niet geïntegreerd in het ochtendgebeuren van afdelingen. Mijn directie vroeg of ik het toch kon implementeren. Met als uitgangspunt dat het echt een ergotherapeutische observatie moet zijn waarna er doelstellingen opgesteld worden die in een korte periode getraind worden. Waarna de ergotherapeut advies en tips geeft aan het zorgteam om de methodeveranderingen te implementeren in de ochtendzorg. Maar hoe pak je dat aan? Mijn idee was om dit op alle drie de afdelingen van het woonzorgcentrum te implementeren. Ik managede het project en schreef een plan van aanpak uit met een timing. Ik lichtte alle betrokken diensthoofden over het project. Ik selecteerde samen met de verschillende zorgteams bij welke bewoners ik ADL-interventies ging uitproberen. Ik maakte zelf ook een bijscholing over ADL en presenteerde die op elke teamvergadering van elke leefgroep. In totaal testte ik het uit bij 6 bewoners van alle verdiepen. Collega's maakten kennis met deze expertise van een ergotherapeut en waren enthousiast. Ze komen nu spontaner vragen of ik een ADL- interventie wil doen. Dit project gaat zeker verdergezet worden. o Onderzoeken  Onderzoeken, dat klinkt ingewikkeld en groots. Maar een Evidence Based praktijk is au fond. Hoe kan je dat toepassen als ergotherapeut? Je kan wetenschappelijk onderzoek lezen, als externe promotor fungeren voor een eindwerk, naar een studiedag gaan, een boek lezen... Maar je kan ook actief participeren met een PWO. Onlangs nam ik deel aan focusgroep van studenten toegepaste psychologie over intergenerationele activiteiten bij personen met dementie. Er namen ergo's deel, orthopedagogen, een klinisch psychologe en een directeur. Ik drukte samen met mijn collega onze ergostempel op de focusgroep. We zeiden dat het belangrijk was om rekening te houden met de levensgeschiedenis van de persoon, maar dat het ook belangrijk is om rekening te houden met huidige interesses. Ik deelde ook met de groep dat het belangrijk is om de persoon met dementie te betrekken in heel het proces en niet enkel met het eindproduct. Wij hebben een unieke kijk op het handelen van personen. We moeten niet bang zijn om onze visie te delen in praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek. Het is een grote meerwaarde als we onze gefundeerde mening interdisciplinair delen....


Similar Free PDFs