Geert Noels - Boek Gigantisme PDF

Title Geert Noels - Boek Gigantisme
Course RZL
Institution Arteveldehogeschool
Pages 15
File Size 317.7 KB
File Type PDF
Total Downloads 96
Total Views 140

Summary

Boek Gigantisme ...


Description

Geert Noels: Gigantisme Hoofdstuk 1: Gigantisme? = reuzengroei, macrosomie, hypersomie en acromegalie. Organismen die te groot worden. Dit geldt niet enkel voor levende wezens, maar ook voor ondernemingen, instituten, ngo’s, internationale organisaties. Deze worden te groot en dit brengt een ongezonde situatie voor de economie voort. Daarom moet dit voorkomen worden. De diagnose voor economisch gigantisme kan men op drie manieren objectief vaststellen: 1. Abnormale grootte; vergelijken met historische observaties 2. Hoge marges of excessen; de gedragingen die wijzen op excessen van bedrijven die te groot zijn geworden in hun sector of activiteit 3. Concentratie  Excessieve grootte, concentratie én te hoge winstmarges duiden op gigantisme Grote bedrijven palmen de economie in Groter worden is een trend geworden voor ondernemingen. Bedrijven willen groter worden omdat ze er een belangrijk voordeel in zien: groot zijn geeft meer macht, wat uiteindelijk resulteert in meer winst. Vooral de toename van de beurskapitalisatie van grote concerns valt op, de totale waarde van aandelen van een onderneming volgens de beurskoers. Big business wordt almaar bigger Niet alleen technologiebedrijven zoals Apple, Google… zijn erg omvangrijk aan het worden, ook de farmaconcerns en banken zijn gigantisch in termen van beurskapitalisatie, aantal wn’s, balansen of omzet. De omvang van de ondernemingen in de VS vandaag zijn dus uitzonderlijk groot. Maar dit geldt ook voor Aziatische ondernemingen die bijna dezelfde techgiganten heeft als de VS.  De 6 grootste Amerikaanse techbedrijven zijn even groot als de 94 volgende Amerikaanse technologiebedrijven samen De omvang van de Europese bedrijven is kleiner. Dit komt doordat Europa blijven hangen is in de oude sectoren en de nieuwe economie grotendeels heeft gemist. Een andere belangrijke reden is dat het Europese antikartelbeleid veel strenger is. Hierdoor hebben we bedrijfsdwergen in grote sectoren. Er bestaan uitzonderingen nl. de financiële branche en de farmasector. Europa blinkt wel uit in gigantisme van de overheid. We produceren ongeveer 25 % van het wereldwijde BBP en financieren ongeveer 50% van de wereldwijde sociale uitgaven. Concurrentievervalsing = Chinese bedrijven zijn letterlijk staatsgesponsord en kunnen in Europa concurrenten opkopen in sectoren waar overheidssteun verboden is. Scholen geven lesje in grootheidswaanzin Ook andere sectoren zoals onderwijs, gezondheidszorg en administraties zijn in de afgelopen decennia sterk gegroeid.  Evolutie: kleine scholen verdwijnen en het aantal middelgrote en vooral zeer grote scholen neemt toe. Voordelen grote scholen: ze kunnen meer specialisme aanreiken, topleraren delen op grotere schaal. Nadelen grote scholen: meer incidenten, pestgedrag en vereenzaming.  Evolutie: algemene ziekenhuizen zijn wereldwijd groter en complexer geworden. Voordelen grote ziekenhuizen: moderne technologie, meer expertise. Nadelen grote ziekenhuizen: patiënt komt in een industriële omgeving terecht, minder persoonlijk en vertrouwd kader. Gigantisme in de ziekenhuissector Returns to scale = schaalopbrengsten

Economies of scale = schaalvoordelen Management wordt belangrijker dan de focus op de patiënt. Ngo’s (niet-gouvernementele organisaties) waren 30 jaar geleden meestal kleine entiteiten, maar ontwikkelen zich tot heuse multinationals bv. Artsen Zonder Grenzen. De eurozone kende eenzelfde soort vergroting. De drang naar uitbreiding nog voor er een stabiele convergentie was bereikt, bleek toen al sterk. Ondanks die historische lessen, zal de eurozone in principe nog uitbreiden. Ook internationale evenementen hebben een niet te stoppen drive om in alle dimensies te groeien bv. Olympische Spelen. Deelnemen is belangrijker dan winnen, is jammer genoeg minder en minder te sprake. Het gaat om veel geld en heel veel prestige. Er is nog maar weinig respect bij de sporters voor de olympische waarde van fair play.  De mens was al in de oudheid gefascineerd door gigantisme. Ze geven de mens het gevoel machtig te zijn, dichter bij god te staan en onoverwinnelijk te zijn. Mag het iets groter We bouwen steeds waanzinniger dingen, groter, indrukwekkender, uitdagender. Niet alleen onze gebouwen groeien, hetzelfde geldt voor onze machines of voertuigen bv. Airbus A380. Groot stimuleert groter: als je grote dingen maakt, heb je grote machines nodig bv. Big Bertha. Ongezonde concentratie in veel sectoren Iets kan gigantisch groot worden in een niche, en daar het gedrag van de hele sector overstemmen.  Concentratie kan een indirecte indicator zijn voor scheefgroei. Europa vertoont minder concentratie. Dit komt door de sterke deregulering, en het strengere antikarteloptreden in de EU. Conclusie: De economische gevolgen reiken ver en beïnvloeden de winstmarges, aandelenkoersen, machtsverhoudingen tussen de regio’s en de verhoudingen tussen lonen en kapitaalinkomen. Ze leiden ook tot minder innovatie en minder doorgroei van kleine bedrijven. De VS en China stimuleren en Europa bestrijdt eerder. Europa heeft weinig multinationals, maar een cultuur van steeds meer overheid. De overheid institutionaliseert nu diensten die vroeger efficiënter, goedkoper en menselijker gebeurden. Schaalvoordelen helpen ons nog altijd, maar de balans is volledig doorgeslagen en er wordt onvoldoende rekening gehouden met de nadelen. Ppt Les: In medische termen = abnormale groei van het lichaam als gevolg van overproductie van groeihormoon. Metafoor voor de economie: economie wordt gedomineerd door gigantische bedrijven en organisaties. Gigantisme bij bedrijven? • Top 200 bedrijven in de VS zijn goed voor 45% toegevoegde waarde (van 30% in 1947) • Ontstaan van mega bedrijven: vb. Appel sinds kort meer dan en biljoen aan beurskapitalisatie • 6 grootse Amerikaanse technologiebedrijven zijn even groot als de volgende 94 • China kent een aantal gigantische bedrijven die (deels) in staathanden zijn Gigantisme van overheid? • Overheden geven grote subsidies en doen sociale uitgave • Nauwe link tussen privé bedrijven en overheidsbeleid: overheden worden vaak ingeschakeld om bedrijfsbelangen te beschermen Gigantisme bij instellingen? • Economische logica ook meer en meer toegepast op anderen sectoren economies of scale steeds meer de norm • Onderwijs: trend naar grotere scholen en fusies

• Gezondheidzorg: trend naar gigantische ziekenhuizen • NGO’s • Eurozone • Olympische spelen Gigantisme in onze omgeving? • Apple ‘spacestation’ • Airbus A380 • Jeddah Tower • Bagger 293 Winstmarges van gigantische bedrijven zijn opvallend veel hoger dan kleine bedrijven. Gevolg: grote bedrijven duwen kleine bedrijven uit de economie of slokken ze op. Duidelijke trend naar concentratie in economische sectoren: sectoren worden meer en meer gedomineerd door handvol bedrijven (oligopolie). Grootte leidt tot concentratie, concentratie leidt tot verminderde concurrentie en grotere machtspositie. Gevolg: grotere marges en winst. Daling van arbeidsaandeel: meer en meer toegevoegde waarde komt terecht bij bedrijven en aandeelhouders, minder en minder bij arbeid. Vermenging: farmabedrijven die onderling en met overheden afspraken maken. Gevolg: socialisering kosten. Gevolgen voor de economie? • Afnamen aantal nieuwe ondernemingen • Afname concurrentie • Afname innovatie:  Fundamentele technologische ontwikkeling is grotendeels stilgevallen sinds de jaren 70.  Meeste fundamentele innovatie komt uit publieke sector, en de investering in publiek onderzoek is in dalend lijn in ontwikkelde landen.  Stagnatie van fundamenteel onderzoek door steeds grotere concentratie rijkdom in kleine groep bedrijven.  Antibiotica crisis Economie komt van de Griekse woorden oikos en nomos = Economie is een verhaal en een taal, geen onwrikbare wetmatigheid; wij hebben het verhaal geschreven en kunnen het ook weer herschrijven.

Hoofdstuk 2: groeihormonen van gigantisme Adam Smith vond dat machtige ondernemingen een gevaar betekenden voor de goede werking van de economie.  Kapitalisme is blijkbaar vergeten om tegen zijn eigen grootste vijand te vechten: een gebrek aan concurrentie en te veel macht bij slechts enkele bedrijven. 4 decennia dalende rente De dalende rente was én is het gevolg van andere belangrijke trends zoals de dalende inflatie, rentepolitiek. Als de rente daalt, kan je gemakkelijker lenen. Bedrijven en overheden kunnen ook meer investeren bij lagere rente (positief, tenzij dit overcapaciteit veroorzaakt). Goedkoop geld kan ook leiden tot nietproductieve investeringen bv. spooksteden. Lage rente werkt als doping Lage rente heeft ook neveneffecten: bedrijven, gezinnen en overheden verhogen hun schulden sterk (meer lenen). De rentevoeten voor grote concerns liggen stelselmatig lager dan voor kleinere bedrijven. Kleine ondernemingen (kmo’s) worden beschouwd als risicovoller.

Het aantal overnames en fusies is in de afgelopen decennia sterk toegenomen bv. AB InBev, Facebook. Grote firma’s zijn continu bezig met grote en kleine overnames.  De meeste sectoren kunnen in een greep komen van een prijzenslag door een gigant, die eerst de marges kapotmaakt, bedrijven uit de markt drijft en vervolgens de economische woestijn inpalmt. Globalisering Gigantisme wordt ook sterk in de hand gewerkt door de toenemende globalisering. De wereldeconomie is op dit moment een globale economie waarvan China en de Aziatische landen en ook geheel Oost-Europa de dimensies compleet hebben gewijzigd. Bedrijven, vooral de grote, betalen steeds minder belastingen Het gemiddelde tarief van de vennB. In de OESO-landen is sinds het einde van WO II bijna gehalveerd. De multinationals zijn de verschillende landen tegen elkaar beginnen uitspelen toen ze beslisten waar ze hun grote, nieuwe investeringen zouden doen. Geleidelijk is er een grote kloof gegroeid tussen belastingen voor grote en kleine bedrijven. Conclusie: Bedrijven groeien uit tot megaondernemingen die activiteiten, sectoren en de mondiale economie domineren en dus intens bepalen. Er zijn verschillende factoren waarom de groei de voorbije decennia is doorgeslagen. Grote organisaties hebben zo veel disproportionele voordelen tegenover kleinere. Ondernemingskolonisatie = kleintjes die omzet willen halen, zijn in veel gevallen verplicht om commissies te betalen. Uiteraard hebben de grote bedrijven heel wat toegevoegd aan onze moderne economie, maar ze zijn te dominant geworden door hun eigen excellentie, maar ook door omstandigheden, de regelgeving en het beleid. Ppt les: Mobile School = mobiele scholen voor straatkinderen met emancipatorische focus. StreetwiZe vertaalt de ‘street skills’ van de straatkinderen naar vernieuwde leiderschapstrainingen, workshops en keynotes voor bedrijven. De winst uit StreetwiZe wordt geherinvesteerd in Mobile School. Economie = zijn de veelzeggende verhalen van mensen over mensen aan mensen. Zelfs het meest geavanceerde wiskundige model is eigenlijk een verhaal, een allegorie, onze poging om de wereld om ons heen rationeel te begrijpen. Vier decennia dalende rente: • Internationale rente: van 13% in 1980 naar minder dan 2% in 2018 • Lage rente=goedkoop geld • Hoe lager de rente, hoe meer schulden je aankan • Moedigt investering, maar ook overproductie en bubbels aan • In de praktijk betekent rentedaling vooral toename schulden • Grote bedrijven profiteren hier weer het sterks • Moedigt overnames, fusies en grote expansies aan  fusies leveren zelden een brede meerwaarde op  Fenomeen van Silicon valley en de techbubbel  Gevolg: gigantische speculatie en investering in “disruptieve” techbedrijven  Stimuleert grote monopolistische experimenten die lang met verlies kunnen draaien gevolg: Bedrijven als uber, wework, amazon,… “Platform kapitalisme” • In de VSA alleen al 130 miljard dollar venture kapitaalinvestering (vroege investering in startup) 10 jaar geleden was het 53 miljard wereldwijd • Spray and pray: investeerders hebben zoveel geld dat ze gerust willen investeren in 60 bedrijven en hopen dat één ervan het volgende monopolie zal vinden



Onderliggende oorzaak: niet alleen veel geld in omloop door lage rente, maar ook gigantische concentratie van kapitaal

Hoofdstuk 3: het Champions League-effect Niet-deelnemers of vroege verliezers kunnen geen aanspraak maken op de gigantische prijzenpot, waardoor er een kloof komt met topclubs. De winnaars hebben meer middelen en kunnen daardoor betere spelers kopen. Hun winstkansen nemen dus toe. De verdeling van de gelden leidt tot een the winner takes it all-scenario, waarbij enkele clubs en competities zich ontwikkelen tot een superstatus. Het Champions league-effect: kleine landen scoren niet meer Kleine clubs zijn wellicht blij met grote sommen voor hun jonge spelers, maar beseffen niet dat ze daardoor eeuwig onbeduidend zullen blijven.  Groot stimuleert nog meer groot De langdurige effecten van de Champions League-spelregels vallen niet te onderschatten en zijn een mooie metafoor voor het gigantisme. Het oplopen van jong talent bij potentieel concurrerende ploegen komt overeen met de overnames die grote concerns doen van snelgroeiende of beloftevolle kleine bedrijven. Het Champions League-effect legt een mooie link tussen oorzaak (de spelregels) en het gevolg (grote clubs worden groter, kleine kleiner). De kloof zal nog groter worden!!! Dit effect vinden we overal zoals in de scheepsvaart bv. havens als Rotterdam, Singapore die superhavens worden. Maar ook in de luchtvaart, steden, gebouwen zien we dit fenomeen.  Gigantisme dient niet de mens, maar de macht. Biermarkt: AB InBev heeft 30% van de wereldwijde markt. Gigantisme in de biermarkt heeft ervoor gezorgd dat lokale bieren verdwijnen. De Belgische biercultuur is zelf jammer genoeg enorm verschaald. Killer-acquisitie = potentiële concurrenten uit te schakelen door een overname. Mainstream wordt ook uw smaak Grote voedingsbedrijven spelen sterk in op de drang naar veiligheid van de consument: als het van een groot concern komt, zal het wel oke zijn. Onze voedingsgewoonten zijn ontspoord en hebben op mondiaal vlak tot een obesitasepidemie. In het buitenland hebben we weinig vertrouwen in de lokale bereidingen en gaan we snellen naar een McDonalds. Onze voedingsgewoonten zijn ontspoord en hebben op mondiaal vlak tot een obesitasepidemie geleid. Onze smaken worden mainstream, het aanbod verschraalt, en one fits all is meer en meer de norm op wereldwijde schaal. Walmartisatie van de retail Het rapport ‘Walmarts Economic Footprint’: elke niewe Walmart in NYC vernietigt meer jobs dan hij zou creëren. Het verdwijnen van veel onafhankelijke winkeltjes zou ook de belastingsdruk uiteindelijk verhogen. Standaardisering vervangt het menselijke contact, gemeenschappen ontrafelen, lonen en producten worden junk. ‘Bestelwagenjockeys’ = tegen hongerlonen alle pakjes dumpen en de consument wordt overspoeld met rommel, aangevoerd uit 4 windstreken. De ecologische voetafdruk van deze vorm van retail is enorm en brengt grote schade toe aan het milieu. Big Pharma: ziekten zijn business Enerzijds is dit een branche waar groot zijn noodzakelijk is om voldoende middelen te hebben voor O&O, en om een wereldwijd verkoopnetwerk uit te bouwen. Maar anderzijds is de concentratiebeweging binnen de farmasector wel heel hard geweest en is het een branche waar de grote spelers de markt bepalen. Bv. Pfizer kan in euro’s geld lenen tegen 1% rente. Geld is bijna gratis dus.

Voordelen gigantisme farmasector: meer onderzoeksmiddelen, meer efficiëntie, meer mogelijkheden voor patiënten om goedkopere medicijnen aan te schaffen… Evolutie: overconsumptie van geneesmiddelen zoals pijnstillers, slaapmiddelen, anti-depressiva… Gevolg: medicijnverslaving. Dit is niet de oorzaak van gigantisme binnen de farmasector, maar de grote farmabedrijven zijn niet rouwig om de groei van het langdurige medicijngebruik. Big tech: ieder zijn monopolie De grote techgiganten mijden liever de directe confrontatie. Zo ontstaan grote conglomeraten die door talloze overnames almaar dominanter worden in hun ‘niche’ bv. Facebook, Microsoft, Google… zijn nauwelijks concurrenten voor elkaar, want ze hebben elk hun eigen imperium opgebouwd. Op die manier zijn er bijna-monopolieposities onstaan en zijn de barries to entry voor potentiële concurrenten even hoog geworden als de Burj Khalifa. Conclusie: Voetbal is geïndustrialiseerd geraakt net zoals andere sectoren zie je vandaag een Champions Leageu ontstaan: in voeding, bier, technologie, consultancy, derivaten, farma, autobanden, kredietbeoordeling of film. Een Champions Leageu is een de-facto-oligopolie. Voordeel: topkwaliteit. Nadelen: minder concurrentie, minder of tragere echt grensverleggende innovatie, meer geïndustrialiseerde producten en diensten afleveren (leidt in het ergste geval tot onmenselijking van de economie)… Ppt les: De kern van de onderneming zijn de wn’s. Effect Champions Leageu: • Sinds1992: kleine landen vallen uit de ranking • “Winner takes all” maakt dat grote clubs en landen middelen en contracten naar zich toe trekken • Spelregels zelf maken grote spelers dominant en consolideren hun positie zelfversterkend mechanisme Champions Leageu-effect in de economie: • Bv. AB inbev: grote bieren, minder smaken • Goed voor 30% van de biermarkt • Andere vb’en: Nestlé, Unilever, Kellogg’s, Pepsico, Coca-Cola… • Tien grote voedselbedrijven zijn goed voor 47% van de fastfoodmarkt Walmart: • Korte termijn: meer werkgelegenheid en toename koopkracht? • Langere termijn: ondermijnt lokale economie op termijn minder jobs en koopkracht • Meeste Walmart jobs zijn bovendien van lage kwaliteit: lage lonen, slechte werkomstandigheden, … • Brede impact: meer verkeer (auto), transformatie infrastructuur, klimaat… Amazon: • Online versies gigantische Retail • Gigantische ecologische impact • Zeer lage kwaliteit jobs Conclussie: “Je kan aanbellen, maar je raakt nooit binnen”; de-facto-oligopolie dat zichzelf steeds meer versterkt.

Hoofdstuk 4: gigantisme brengt de mens in verdrukking Personalisme als tegengewicht tegen het ongebalanceerde kapitalisme. Walmartisatie leidt tot… obesitas De jongste jaren heeft de e-commerce tikken uitgedeeld aan megaretail, maar toch is hij nog altijd dominant. Bv. Walmart heeft 1% van de beroepsbevolking in dienst, grootste importeur van het land, 70-

80% van de goederen komt uit China. Die massale profileratie heeft een grote impact gehad op de werkgelegenheid. Uit een studie blijkt dat supermarkten de helft van de kleine, onafhankelijke zaken die in familiehanden waren hebben doen verdwijnen. Dat stopt de maatschappelijke impact niet, er zou een directe link bestaan tussen de opkomst van hypermarkten en de toename van obesitas. De walmartisatie is welvaartsverlagend, ook de misdaadcijfers verhoogd en de werkgelegenheid en belastingsopbrengsten zijn gedaald. Grote supermarkten hebben de keuze voor de consument enorm uitgebreid, terwijl de prijzen lager zijn geworden. Er zijn ook managementfuncties gecreëerd die in kleine winkels niet nodig waren. Maar deze voordelen worden onvoldoende afgewogen tegen de sociaal economische nadelen, die zich maar na een langere periode manifesteren.  Een land verarmt wanneer de maaksectoren (industrie, software…) verdwijnen, een bevolking verarmt wanneer ze aan consumeren meer plaats geeft dan aan creëren. De middenklasse verdwijnt Jobs hebben niet alleen een economische functie, maar ook een maatschappelijke functie. Misschien zijn kleine winkeltjes ‘economisch niet zo waardevol’, maar ze vervullen wel een maatschappelijke rol (contact met lokale verkoper, contact met klanten). Grote winkels zijn minder geïnteresseerd in deze interacties en hebben vooral oog voor transacties. Een ander belangrijk fenomeen: de polarisatie van jobs en de druk op de middenklasse (verdwijnen van de middenklasse).  Arbeidsmarkt in Europa: toename van slechtbetaalde jobs, terwijl aan de andere kant ook het aantal er goedbetaalde boomt. De ongelijkheid in Amerika is immers scherper door de fiscaliteit en het gebrek aan uitgebreide transfers. 3 oorzaken voor polarisering: de globalisering, delokalisatie en de technische veranderingen (‘het sneuvelen van routine-based jobs’) Welvaartsziekten Burn-outratio in grote techbedrijven: de helft tot bijna 70% van de wn’s rapporteerde een burn-out door de hoge druk in de bigtechindustrie.  Er zijn deeltstudies die aantonen dat ‘grootte’ een impa...


Similar Free PDFs