Verslag monocotyl vs dicotyl PDF

Preview

Summary

verslag over verschillen tussen monoctyle en dicotyle planten...

Description

Bio-ingenieurswetenschappen

Practicum plantkunde 2020-2021

Microscopie en vergelijking van monocotyle en dicotyle bladeren Inleiding Bladeren ontstaan uit een bladperimordium gevormd door het apicaal meristeem. Ze zijn omgeven door een epidermis en spelen een belangrijke rol in de fotosynthese. De huidmondjes of stomata bevinden zich in de epidermis en bestaan uit twee cellen die een opening omgeven. Deze huidmondjes staan in voor de gasuitwisseling en de verdamping van water en bevinden zich meer aan de onderzijde . Binnenin het blad bestaat het weefsel grotendeels uit parenchym. Het parenchym aan de bovenzijde van het blad staat in voor de fotosynthese. De angiospermen kunnen we onderscheiden in twee groepen namelijk de monocotylen en de dicotylen. Er is een verschil tussen monocotyle en dicotyle bladeren. Het eerste verschil dat met het blote oog zichtbaar is zijn de vaatbundels die zichtbaar zijn als nerven. Bij dicotylen zijn de bladeren netnervig en bij monocotylen parallelnervig. nerven dicotyl

nerven monocotyl

Zoals reeds vermeld zijn bladeren omgeven door een epidermis. Het weefsel tussen de bovenste en de onderste epidermis wordt het mesofyl genoemd. Bij dicotylen zien we duidelijk twee verschillende types mesofyl , het pallisadeparenchym (aan de bovenzijde) en het sponsparenchym ( aan de onderzijde). Het parenchym aan de onderzijde staat in voor de gasuitwisseling(CO2 en O2) en de verdamping van water. Bij monocotylen is dit onderscheid niet zo duidelijk tussen de bovenzijde en de onderzijde van het blad.

Materialen en methoden Voor onze observaties hebben we de bovenzijde en de onderzijde van een monocotyl (Narcissus cyclamineus Tête-à-tête) en dicotyl ( holleborus x Ericsmithii HGC snowdance) blad bestudeerd. Hiervoor hebben we gebruik gemaakt van een klassieke lichtmicroscoop. Met behulp van collodium in ether hebben we een afdruk gemaakt van de boven-en onderzijde van het blad. We lieten een paar druppels van het mengsel vallen op het vlak. Nadat de ether verdampt was werd er een vliesje gevormd op de epidermis. Het vliesje hebben we met een

Bio-ingenieurswetenschappen

Practicum plantkunde 2020-2021

pincet weggenomen en op een preparaat gelegd. Vervolgens hebben we de afdruk bekeken onder de microscoop (vergroting 10x40x)

Resultaten Er is duidelijk een verschil tussen de onderzijde en de bovenzijde van een blad, nl. in het aantal huidmondjes. Er bevinden zich meer huidmondjes aan de onderkant van het blad. Dit geldt zowel voor de monocotylen als de dicotylen. Bij monocotylen is dit verschil wel veel kleiner. Het verschil tussen een monocotyl en dicotyl blad zien we ook in de nerven. Bij monocotyle bladeren zijn de epidermiscellen langwerpig ( parallelvormige structuur) bij dicotyle bladeren lijken de epidermiscellen op puzzelstukjes.

Zie overzichtstekeningen

Discussie Het verschil tussen de bovenkant en de onderkant van het blad kan verklaard worden door de functie ervan. De bovenzijde staat in voor de fotosynthese en het opvangen van fotonen. Aan de onderkant vindt de gasuitwisseling plaats , dit is de functie van de huidmondjes en daarom zijn ze meer aanwezig aan de onderkant. De reden waarom dit verschil duidelijker is bij de dicotylen komt door de structuur van hun bladeren. Het vulweefsel in dicotyle bladeren bestaat uit twee types parenchymcellen. Het pallisadeparenchym dat instaat voor de fotosynthese ( bovenzijde van het blad) en het sponsparenschym ( onderzijde van het blad, dit zijn cellen met grote openingen ertussen en staan in voor de gasuitwisseling). Bij de monocotylen is dit onderscheid niet zo zichtbaar door de ligging van de parenchymcellen. Het fotosynthetisch actieve parenchym ligt bij monocotylen dichter bij de vaatbundels en het sponsparenchym verder van de vaatbundels.

Bronnen https://nl.natapa.org/Dicot-vs-Monocot-405 https://www.vob-ond.be/resources/Vic/Plantkunde.pdf handboek Biology-raven-johnson -6th-ed...