Afw 6 - College-aantekeningen 1 PDF

Title Afw 6 - College-aantekeningen 1
Course Vastgoedrecht 1
Institution Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen
Pages 28
File Size 450.7 KB
File Type PDF
Total Downloads 3
Total Views 137

Summary

Afw 6...


Description

6. Vloerafwerking Materialen die zowel gebruikt worden voor vloer- en muurafwerking, worden samen behandeld bij vloerafwerking. Er zijn heel veel verschillende vloer- (en muur)afwerkingen. We gaan het hier hebben over de meest voorkomende en/of die afwerkingen die speciaal gemaakt werden als vloer- en/of muurafwerking. In principe kan je natuurlijk alles op de vloer leggen of tegen de muur plaatsen, maar dan moet je er wel de eventuele ongemakken bij nemen natuurlijk. Zo wordt om de prijs te drukken soms gebruik gemaakt van OSB ‘semi- parket’. Dit is natuurlijk mogelijk, maar oorspronkelijk niet voorzien als vloerafwerking. Het heeft dan ook niet de vlakheid, slijtweerstand e.d. van ‘normale’ vloerafwerking. Echter ook daarin zijn kwaliteitsverschille n. 6.1. Tegels Hier gaan we het enkel hebben over keramische tegels, cementtegels en natuursteen tegels. In de bredere zin zouden we het ook kunnen hebben over kurktegels, rubbertegels, tapijttegels e.d.. Echter deze materialen worden in afzonderlijke hoofdstukken behandeld. 6.1.1. Keramische tegels Onder keramische tegels rekenen we terracotta (cottotegels), faience, gres, porcellanato en biscuit. Keramische tegels kunnen: Verglaasd of onverglaasd zijn: Verglaasde tegels hebben een toplaag van gekleurd glazuur. Hierdoor ontstaan belangrijke design karakteristieken zoals kleur, glans, decoratie, nuancering, ... en technische eigenschappen als hardheid, dichtheid, .... Al deze eigenschappen hangen af van het type glazuur en kunnen zeer uiteenlopen. Onverglaasde tegels hebben een universeel karakter zowel in oppervlakte als in dikte, meestal hebben deze tegels geen decors of patronen. Compact, dicht of een poreus zijn: Tegels kunnen compact, dicht zijn of zoals men in de industrie zegt ondoordringbaar zijn. Of de tegels hebben poriën die met elkaar verbonden zijn. Er is een bijzonder sterke microscoop nodig om de karakteristieken van tegels te kunnen 'zien'. Om de mate van porositeit te kunnen meten is de hoeveelheid opgenomen water in bepaalde omstandigheden vastgesteld. Met andere woorden de vochtopname is in een norm vastgelegd. Hoe hoger de vochtopname hoe poreuzer de tegels zijn. Geperst of geëxtrudeerd zijn: Keramische tegels kunnen gevormd worden door persen of extruderen. Geperste tegels worden verkregen door een compact kleimengsel in poedervorm te persen onder hoge druk. Geëxtrudeerde tegels worden gevormd door het kleimengsel in een pastavorm door speciale spuitmonden te persen of te trekken. Een rode body of witte body hebben: Afhankelijk van de gebruikte grondstoffen is de body van de tegels, ook wel scherf genoemd, gekleurd of wit. De kleur kan uiteenlopen van geel tot roodbruin. De kleur van de body is relatief onbelangrijk en geeft geen kwaliteitsverschil, voor bepaalde onverglaasde tegels kunnen verschillende kleuren Afwerking 2 p80/185 gemaakt worden door toevoeging van kleurpigmenten. Verschillende vormen en afmetingen hebben: De meest voorkomende afmetingen zijn vierkant en rechthoekig, er zijn ook meer complexe afmetingen voorbeelden hiervan zijn hexagoon, octogoon, Provençaalse en Moorse patronen. Afmetingen gaan van 1cm x 1cm mozaïek tot 60 cm x 120 cm porcellanatotegels waarbij een zich steeds verder ontwikkelende technologie telkens meer mogelijk maakt. De oppervlakte van vloertegels kan vlak, gestructureerd, gewelfd, gepolijst of semi-gepolijst zijn. De mate waarin dit mogelijk is sterk afhankelijk van de type tegels. De randafwerking kan haaks, ongekant of met een facetrand geslepen zijn. De meest voorkomende type tegels:

Bicottura tegels: Letterlijk tweemaal gebakken, dit zijn verglaasde tegels waarbij eerst de klei gebakken is en later na het opbrengen van de glazuurlaag de tegels nogmaals gebakken worden. De tegels zijn gevormd door persen, hebben een poreuze body en indien van gekleurde klei gebruik gemaakt is, spreken de Italianen van cottoforte. Indien in hetzelfde proces witte klei gebruikt is spreekt men van terraglia. Monocottura tegels: Letterlijk éénmaal gebakken, dit zijn verglaasde tegels waarbij het bakken en verglazen in één procesgang gedaan wordt. De body kan zowel wit als gekleurd zijn. De tegels worden gevormd door persen. Er zijn compacte en poreuze types, de laatste worden ook wel aangeduid met de term monoporosa. Speciale vormen binnen de monocottura werkwijze zijn 'dust pressing', waarbij het glazuur in poedervorm op het moment van persen toegevoegd wordt en 'glazing on incandescent base' waarbij het glazuur in korrelvorm tijdens het bereiken van de hoogste oventemperaturen op sinterende klei versmolten wordt. De laatstgenoemde techniek wordt ook wel firestream genoemd. Splijttegels: Splijttegels worden gevormd door extrusie, hebben een kenmerkende compacte body en zijn zowel onverglaasd als verglaasd te leveren. De kleimassa wordt onder hoge druk geperst door een spuitmond die de vorm van twee tegels heeft. Na droging worden de tegels machinaal gespleten. Er zijn technieken waarbij men door het trekken van de kleimassa door een vormstuk de vorm van de tegels maakt, men noemt dit getrokken tegels of trafilato. Beide technieken geven kwalitatief zeer hoogstaande producten welke veelal industriële of technische toepassing vinden. Cottotegels: Cottotegels worden geproduceerd door persing en extrusie. De grondstoffen worden gewonnen in een beperkt gebied ten zuiden van Florence. De tegels hebben altijd een rode body en dienen in verband met de porositeit speciaal behandeld te worden. Er zijn tegenwoordig voorbehandelde soorten leverbaar. Dit wordt aangegeven door de term trattato. Cottotegels zijn vrijwel altijd onverglaasd, verglazen is echter wel mogelijk. Afwerking 2 p81/185 Figuur 72: cottotegels Dubbelhard gebakken of DHG tegels: Dubbelhard gebakken tegels zijn geperste, onverglaasde tegels welke bij temperaturen tot 1250 graden gebakken worden. De term dubbelhard gebakken is ontstaan doordat in het verleden tegels bij temperaturen van 600 graden gebakken werden. Door de hogere temperaturen ontstaat er meer krimp en een betere verdichting waardoor de tegels dichter van structuur zijn. Porcellanato tegels: Porcellanato tegels zijn voornamelijk onverglaasde tegels op een witte of door pigmenten gekleurde body. Door de wijze van produceren, zeer hoge drukpersing tot 525 kg per cm2 en het gebruik van porseleinaarde, zijn deze tegels extreem compact. Kenmerkend is dan ook de zeer geringe vochtopname met waardes onder de 0,04%! Door sterke, geforceerde ontwikkelingen is men momenteel via applicatie- en glazuurtechnieken in staat tegels te produceren die de voordelen van zowel verglaasde als onverglaasde tegels in zich hebben. Porcellanato tegels kunnen ook gepolijst geleverd worden waardoor de mogelijkheden in de utiliteits sector vele zijn. Bron: http://www.vinckier-nv.be/tegels/keramiek-nl.htm Tegels worden beoordeeld op verschillende eigenschappen: Waterabsorptie: hoe minder hoe beter Calibermaat: afwijkingsgraad van de afmetingen, hoe minder hoe duurder en hoe dunner de voegen kunnen zijn. Tint Puntbelasting Buigsterkte: tegels zijn van nature bros Slagvastheid Krasvastheid

Hardheid Slijtvastheid Vlekbestendigheid Bestendigheid tegen chemicaliën / zuren / alkaliën / vocht / temperatuurverschillen Uitzettingscoëfficiënt Antislip weerstand De slijtvastheid van een tegel van een tegel wordt uitgedrukt door aan de tegel een sleetgraad categorie te geven. Deze gaat van 1 tot en met 4 (5) en wordt bepaald met behulp van de PEI- test. Klasse 1: Vloerbedekking op plaatsen waar men voornamelijk op schoeisel met zachte zolen dan wel blootsvoets loopt en waar geen krassend vuil voorkomt. (Bijvoorbeeld bad- en slaapkamers in de huishoudelijke sector en die niet direct van buitenaf toegankelijk zijn). Klasse 2: Vloerbedekking op plaatsen waar men loopt op zacht gezoold dan wel normaal schoeisel en waar bij uitzondering een geringe hoeveelheid krassend vuil aanwezig kan zijn. (Bijvoorbeeld kamers in de woonsfeer van het huis, maar met uitzondering van keukens, ingangen en andere ruimten die tamelijk intensief kunnen worden gebruikt). Klasse 3: Vloerbedekking op plaatsen waar men wat frequenter en met normaal schoeisel loopt terwijl er een geringe hoeveelheid krassend vuil kan zijn. (Bijvoorbeeld hallen, keukens, balkons). Afwerking 2 p82/185 Klasse 4: Vloerbedekking op plaatsen waar een zodanig verkeer bij aanwezigheid van krassend vuil plaats vindt dat de omstandigheden behoren tot de zwaarste waarvoor geglazuurde keramische vloertegels nog geschikt zijn. (Bijvoorbeeld ingangen, werkruimten, horecabedrijven, tentoonstellings- en verkoopruimten, zowel als andere ruimten in openbare en private gebouwen die niet zijn genoemd bij de klasse 1, 2 en 3). De definities zijn geldig voor de gegeven toepassing onder normale omstandigheden. De vloeren dienen door het aanbrengen van vuilvangers (matten, roosters) bij de ingangen van gebouwen naar behoren te worden beschermd tegen inlopen van krassend vuil. In gevallen waar geglazuurde tegels niet geschikt zijn vanwege zeer zwaar verkeer en ook vanwege het niet kunnen vermijden van krassend vuil, kunnen ongeglazuurde, hardgebakken tegels worden gebruikt. In de praktijk zullen de aanduidingen 1 tot en met 4 op de markt gebrachte geglazuurde vloertegels corresponderen met de hierboven omschreven kwaliteitsaanduidingen. Sommige fabrikanten hebben de neiging een klasse 5 toe te passen. Dit is verwarrend aangezien de PEI-test uitsluitend van toepassing is op de geglazuurde vloertegels. Je kan ook tweede keuze tegels tegen komen. Dit zijn tegels die een afwijking hebben. Meestal is dit een afwijking op de afmetingen. Tegels van tweede categorie kan men dus nooit ‘zonder’ voeg leggen. Om tegeleigenschappen te verduidelijken maakt men soms ook gebruik van de UPEC classificatie. Waarbij U staat voor slijtsterkte, P voor ponsweerstand, E voor waterabsorptie en C voor weerstand tegen chemicaliën. De hardheid van de tegels kan uitgedrukt worden met de schaal van Mohs’. Glazuren krijgen hierbij een hardheid van 5-6; biscuit heeft meestal een hardheid van 6-7. Om een idee te hebben van wat dit betekent kunnen we een vergelijking maken met volgende materialen: Talk = 0; kwarts (zand) = 6; diamant = 10. 6.1. Vloer- of muurtegels Wanneer spreken we nu van vloertegels en wanneer hebben we muurtegels? In principe worden de tegels met een grote slijtvastheid, kwaliteit, sterkte, krasvastheid op de vloer geplaatst en de anderen op de muur. Ook verglaasde tegels (email) worden meestal op de muur geplaatst. Muurtegels worden in principe geplaatst op een cementbepleistering. Wat ook vaak voorkomt, maar

niet aan te raden is zijn tegels die geplaatst worden op een gewone bepleistering of op gipskartonplaten/gipsvezelplaten. Tegels rechtstreeks tegen de muur plaatsen is (meestal) uit den boze. De lijm is hier niet op voorzien, de muur is meestal niet vlak genoegen, te poreus.... In het volgende hoofdstuk komen we echter wel muurtypes tegen waarbij dit wel zou kunnen. Tegels worden vaak gebruikt in natte ruimtes omdat ze gemakkelijk afwasbaar zijn, waterdicht en relatief slijtvast. Het nadeel van tegels tegen de muur is dat kwaliteitsvolle tegels aan de dure kant zijn en dat het een nogal definitieve bekleding is die men niet zomaar even om de paar jaar gaat veranderen. Of de tegel tegen de muur geplaatst kan worden is vaak ook een kwestie van gewicht en/of dikte van de tegels. Zo worden cementtegels in principe niet tegen de muur geplaatst. Ook Afwerking 2 p83/185 niet-geglazuurde keramische tegels (terracotta) worden niet tegen de muur geplaatst. Deze tegels dienen immers op regelmatige basis behandeld te worden met lijnolie of dergelijke om ze vuil- en waterafstotend te maken. Dit is niet praktisch als ze tegen de muur gekleefd worden. Gres tegels kunnen in principe, als hun gewicht het toelaat zowel op muren als op de vloer geplaatst worden. De dikte kan hierbij soms wel verschillen. Voor en nadelen van tegelafwerking staan hier nog even op een rij. VOORDELEN Hard Sterk Hygiënisch Makkelijk onderhoud Niet ontvlambaar Vuurbestendig Trekken niet krom Figuur 73: voor- en nadelen van tegelafwerking vloeren 6.1.1. Keramische tegels 6.1.1.1. Biscuit en Faience Faiencetegels (verglaasd aardewerk) bestaan uit terracotta met daarover een waterdicht email. Tegels van 5 tot 8mm dik die een eerste maal onafgewerkt gebrand worden op hoge temperatuur (+1020°C). Bij deze temperatuur ‘verglaasd’ de klei. Deze ‘onafgewerkte’ tegel wordt Biscuit genoemd. Deze tegel wordt in principe met (wit) ondoorschijnend tin glazuur afgewerkt. Meestal wordt hier dan met de hand een (blauwe) beschildering op gemaakt. De tegel kan ook met loodglazuur worden afgewerkt. Het is dan geen faience meer maar ‘majolica’. Dit glazuur wordt op de tegel gefixeerd door middel van een tweede brand op iets lagere temperatuur (±1000°C). Het glazuur is gevoelig voor krassen en de tegels zijn over het algemeen niet echt geschikt voor vloeren. (verschillende klassen). Het is een hardere tegel dan terracotta en door haar glazuur waterdicht. De traditionele tegels worden ambachtelijk schuin afgesneden. Soorten faience zijn onder andere Delfts blauw: fries aardewerk; Zelliges: gemaakt van speciale bleke klei rond de stad Fez; Azulejos: ambachtelijk gemaakt uit Portugal. 6.1.1.2. Gres Gres wordt gemaakt van kleisoorten die bestand zijn tegen hoge temperaturen. Na eventuele toevoeging van mineralen wordt de klei geperst en gebakken (versinterd/verglaasd) tussen 1150 tot 1350°C. NADELEN Definitief Relatief grote dikte (verbouwing) Hebben een stabiele ondergrond nodig Afwerking 2 p84/185

De tegels zijn helemaal niet poreus, bestand tegen zuren, zeer sterk, slijtvast en krasvrij. Ze worden ook al eens afgewerkt met zoutglazuur wat hen die typische bruine kleur geeft die je ook bij keramische rioleringsbuizen e.d. terugvindt. De tegels kunnen zowel voor binnen als voor buiten gebruikt worden. Ze zitten in een hogere prijsklasse dan Faience en worden daarom vooral op vloeren gebruikt daar voor muren de kwaliteit van Faience meestal meer dan volstaat. Onverglaasde gres is niet bedekt door een email laag. De tegels hebben dus een industriëler uitzicht en je hebt er niet zo’n groot kleurengamma in. Hoewel ze in principe iets steviger zijn dan verglaasde grestegels, moeten ze de duimen leggen voor de verglaasde grestegels die veruit het grootste marktsegment voor hun rekening nemen wat betreft de tegelvloeren. Qua uitzicht zijn ze niet te onderscheiden van faiencetegels, maar ze zijn veel steviger. Getrokken gres is gemaakt van iets ruwere klei en daardoor niet zo fijn afgewerkt als andere grestegels. De nieuwe generatie imitatie natuursteen bestaat uit zorgvuldig behandelde gres om tot het gewenste resultaat te komen. 6.1.1.3. Porcellanato Porcellanato heeft zijn naam te danken aan het gebruik van porseleinaarde. De tegels zijn zeer compact door een zeer hoge drukpersing. De tegels zijn niet verglaasd en polijst baar. 6.1.2. Natuursteen Voor de eigenschappen van deze tegels wordt verwezen naar de cursus bouwmaterialen. De plaatsing ervan is gelijkaardig aan deze van keramische tegels mits enkele bijkomende maatregelen. Er bestaan ook tegels van gereconstrueerde natuursteen bestaande uit fijn gemalen natuursteen, vermengd met bepaalde cementsoorten en eventueel mineralen, bovenaan een beschermende coating. Dit noemen we composiettegels of granitotegels (zie ook verder). Geschikt voor binnen en buiten. Maar niet altijd voor wanden. Onder optimale omstandigheden houdt natuursteen generaties lang stand en volstaat een schrob- of boenbeurt om hem terug in zijn oude glorie te herstellen. Tegen een slecht onderhoud of een verkeerd gebruik is echter ook een natuursteen niet bestand, waardoor het noodzakelijk kan zijn om toevlucht te nemen tot meer drastische ingrepen Voorafgaandelijke reiniging De vloer wordt ontdaan van alle ongewenste indringers zoals cementsluier, groene aanslag, kalkresten, ..Deze grondige reiniging wordt uitgevoerd met een éénborstelmachine en een Afwerking 2 p85/185 waterzuiger. Bij vloeren die er niette erg aan toe zijn volstaat deze behandeling. Na de reiniging wordt de vloer behandeld met een verzadigende natuurzeep. Kristallisatie Wanneer de vloer zijn glans verloren heeft, zal een kristallisatie wellicht de juiste oplossing zijn. Nadat de vloer grondig gereinigd is, wordt met behulp van opnieuw een éénborstelmachine de vloer aan de oppervlakte met een zuur behandeld. Hierdoor ontstaat er een chemische reactie waardoor de structuur van de steen gaat veranderen. Het calciumcarbonaat verandert in calciumfluaat. Hierdoor krijgt de vloer terug zijn glans en wordt hij harder en minder poreus. Krassen kunnen er niet mee verwijderd worden, maar wel enigszins verminderd of 'gecamoufleerd'. Kristallisatie kan goede resultaten opleveren bij een renovatie of op een vloer die niet goed gepolijst werd, maar mag niet te dikwijls uitgevoerd worden. Als een vloer te vaak gekristalliseerd wordt, bestaat het gevaar dat er putjes uit de tegels zullen springen. Herslijpen De kristallisatietechniek is niet aangewezen bij sterk beschadigde vloeren. In dit geval zal het nodig zijn om de vloer te herslijpen. Deze techniek is enigszins te vergelijken met het afschuren van een oude parketvloer. Er wordt een dunne laag van de vloer afgehaald zodat u terug een mooi, vlak geheel krijgt zonder krassen of oneffenheden. Er is dan ook geen niveauverschil meer tussen de

tegels onderling. Dit slijpen gebeurt met diamantschijven of slijpstenen afgekoeld met water. Tegels die er te erg aan toe zijn, worden best uitgebroken en vervangen door andere. Voor kleine beschadigingen kan men gebruik maken van reparatiepasta's op basis van hars en steenstof waarmee vrij goede resultaten kunnen geboekt worden. Problemen met natuursteen Er zit nog cementsluier op de vloer: wanneer men onvoorzichtig te werk gaat bij het opvoegen, bijvoorbeeld door niet genoeg te spoelen, kan er na de plaatsing cement achterblijven op de vloer. Als men wacht tot hij helemaal verhard is, is hij nog moeilijk te verwijderen. Voor zuur- bestendige stenen zoals graniet kan een zure cementsluierverwijderaar soelaas bieden. Dit mag echter niet toegepast worden bij kalkhoudende vloeren, die kunnen niet tegen zuren. Bij deze tegels is het verstandiger om de vloer grondig te reinigen met een éénborstelmachine. Kleine cementresten kunnen met de hand verwijderd worden met nat slispapier zoals voor een autocarrosserie. Er komen geel-bruine vlekken op de witstenen vloer die enkele weken geleden gelegd werd. Indien het probleem van boven de steen komt, bijvoorbeeld door vlekken van meubelpoten, peuken of lijm, kunnen deze wellicht verwijderd worden door licht te schu- ren of met bv. waterstofperoxyde (uiterst corrosief !). Als het probleem van onder de steen komt (bijvoorbeeld een reactie van het uitdrogende mortelbed met de natuursteen, te vochtig, slecht cement, een onoordeelkundige plaatsing), zal men moeten wachten tot de vloer volledig uitgedroogd is om dan, als de vlekken niet verdwenen zijn, de vloer te behandelen met enzymen (door een vakman). Jammer genoeg kan het probleem terug opduiken wanneer er water door de vloer dringt en terug in het mortelbed komt. Daarom kan een impregnatie van de vloer aangewezen zijn. Afwerking 2 p86/185

Er komen roestkleurige vlekken op de witte carraravloer die ongeveer een half jaar geleden geplaatst werd. Deze typische reactie van de carraravloer is een reactie van de ijzerzouten in het marmer met water tijdens de plaatsing en alkaliën in het mortelbed. Vroeger was dit een onoplosbaar probleem en moest de volledige vloer uitgebroken worden. Sinds kort bestaat er een product in de handel dat in meer dan 80 % van de gevallen het probleem uit de weg helpt. Nadien doet men er goed aan de vloer te impregneren zodat onderhoudswater niet opnieuw voor oxidatie kan zorgen. Na een geval van waterschade is er schuim op de vloer gekomen dat telkens na reiniging terugkomt, deze reactie noemt men sulfatering of verzouting. Het komt vooral voor op jura en witsteen. Overtollig water dat onder de vloer terecht is gekomen, vormt hier meestal de oorzaak van. Meestal eindigt de reactie na enkele dagen of weken. Als dat niet het geval is en die sulfatering regelmatig opnieuw optreedt, wil dat zeggen dat er een bijkomende watertoevoer onder de vloer in het mortelbed is. Dat kan het gevolg zijn van een lek, infiltrat...


Similar Free PDFs