Begrippenlijst ex voor geschiedenis antieke middeleeuwse filo PDF

Title Begrippenlijst ex voor geschiedenis antieke middeleeuwse filo
Author Dr_Chessrage
Course Geschiedenis van de antieke en middeleeuwse wijsbegeerte
Institution Universiteit Antwerpen
Pages 4
File Size 145.6 KB
File Type PDF
Total Downloads 22
Total Views 150

Summary

wijsbegeerte documenten van colleges en examenswijsbegeerte documenten van colleges en examenswijsbegeerte documenten van colleges en examenswijsbegeerte documenten van colleges en examenswijsbegeerte documenten van colleges en examens...


Description

Begrippen ethiek 2020 1. Genus: naar welke categorie van dingen verwijst het begrip? 2. Differentia: binnen de genus, wat zijn de specifieke eigenschappen van het ding waarnaar het begrip verwijst? 3. Beperk je toelichting tot 2 zinnen. (Je krijgt een tekstkader.) Bijvoorbeeld: “Plato is een filosoof [genus] die (1) in het oude Griekenland leefde [differentia 1; onderscheidt Plato van Middeleeuwse of modern filosofen], (2) was leerling van Socrates, (3) staat vooral bekend om zijn ideeënleer. [differentia 2 en 3 onderscheiden Plato van andere oud-Griekse filosofen].”

Begrippen Aretê

Een begrip (genus) uit de deugdenethiek van Aristoteles (1) waarvan de letterlijke betekenis uitmuntendheid of deugd is (2) , maar ook verwijst naar overtuigend kunnen argumenteren (3). Differentia 2 was cruciaal binnen de atheense directe democratie en werd onderwezen door sofisten (4).

Sofist

Een leraar (genus) die rondreist (1) en arête onderwijst (2). Gezien de afwezigheid van scholen waren ze van groot belang (3) en werden goed betaald (4).

Akademia

Een school (genus) opgericht door Plato (1) die verwijst naar de plaats Akademos waar hij zelf les gaf (2). Hedendaags spreken we nog steeds van academia (3).

Technê

Deskundigheid of wetenschap (genus), een term gebruikt door Socrates en Thrasymachus

Moreel geluk

Machiavelli; indien we moreel handelen is dit voor een groot deel te wijten aan gunstige omstandigheden

Het trolleyprobleem

Een ethisch dilemma (genus) waarbij er een hypothetische situatie wordt voorgesteld: men moet kiezen om de trein meerdere personen te laten doodrijden of 1 hele dikke persoon.

De normatieve ethiek

Type ethiek (genus) waarin de centrale vraag is volgens welke principes iemand goed kan handelen en dus goed leven (differentia) (deugdenethiek, deontologische ethiek & utilitarisme.)

De meta-ethiek

Type ethiek (genus) waarbij de centrale vraag is of er wel zoiets is als objectief goed leven (1). Is er morele kennis, morele waarheid? (Plato, De Waal)

Rationeel realisme (Meta-ethisch standpunt)

Standpunt binnen de evolutionaire ethiek (genus) die stelt dat de oorsprong van een cognitieve capaciteit niets te maken heeft met rationele rechtvaardiging van oordelen.

Veneer theory

Een standpunt binnen de evolutionaire ethiek (genus) die stelt dat de mens de moraal zelf en als enige soort heeft uitgevonden (1), die dient als een dun laagje om de eigenlijke slechte natuur te verbergen (2) Geïntroduceerd door De Waal (3)

1

Begrippen ethiek 2020

Deontologische ethiek

Eén van de drie benaderingen binnen de normatieve ethiek die zich bezighoudt met handelen om onze morele plichten na te komen. De morele waarde van een handelingen moet liggen in het autonome subject zelf, andere invloeden hebben hier geen impact op. (Kant, Hume, Mendelssohn)

Deugdenethiek

Eén van de drie benaderingen binnen de normatieve ethiek die zich bezighoudt met handelen volgens het ideaal van wat een deugdige mens zou doen. (Aristoteles)

Utilitarisme

Vorm van het consequentialisme dat zich bezighoudt met hoe de morele mens op een bepaalde manier handelt zodat de gevolgen zo gunstig mogelijk zijn voor iedereen. Bij het utilitarisme is het zo gunstig mogelijk gelijk aan het zoveel mogelijk bijdragen aan geluk. Deugden of plichten op zich worden als onbelangrijk bezien als ze niet bijdragen aan geluk. (Bentham)

Eudaimonia

Een term van Aristoteles’ ethiek dat staat voor het stadium van ontplooiing, deugdzaam zijn dat in ieders natuur ligt. Men kan dit bereiken door deugdzaam te handelen en hiervoor te kiezen.

Phronesis

Een term dat voorkomt in Aristoteles’ ethiek dat de praktische wijsheid betekent. Dit houdt in de geschikte reactie kiezen in een uitdagende situatie en laat de ontplooiing van de mens toe.

Het gulden midden

Een term dat voorkomt in Aristoteles’ ethiek dat wijst op de juiste keuze maken in een uitdagende situatie. Het is de juiste keuze dat centraal ligt tussen twee slechtere keuzes. (verstandelijke mens vindt dit niet toevallig maar door gebruik van phronesis)

Megalopsychos

De mens met megalopsychos (fierheid, grootmoedig, met grote ziel) is het morele voorbeeld voor Aristoteles, het voorbeeld van de eudaimonia, het equivalent voor de mens van wat een grote eik is voor een eikel. De grootmoedige mens is niet rancuneus en vergeet zelfs wat anderen hem hebben aangedaan.

Het categorisch imperatief (Moreel imperatief)

Doe x als je x op zich kunt willen. Een handeling op zich willen is die handeling tot algemene wet kunnen laten gelden. Want indien niet, dan wil je die handeling niet, maar eerder de gevolgen van die handeling.

De autonomie

Term dat dat bij de ethiek van Kant voorkomt. Betekent het morele ideaal nl. jezelf de wet van de rede opleggen. Mens is autonoom wanneer hij handelt volgens de wet.

Het nutsprincipe

Term dat hoort bij de 2e stap in de utilitaire redenering nl. de axiomatische aanname. Het Benthamiete nutsprincipe is een principe dat een handeling als moreel goed oordeelt indien de handeling bijdraagt aan het geluk van de betrokken persoon.

Kwalitatief hedonistisch utilitarisme

Deel van het hedonistisch utilitarisme, een gelijke consideratie van pijn en plezier. Het focust op waaraan je plezier beleeft.

2

Begrippen ethiek 2020

Kwantitatief hedonistisch utilitarisme

Deel van het hedonistisch utilitarisme, een gelijke consideratie van pijn en plezier. Het focust op hoeveel geluk/plezier je beleeft. (Benthamiete utilitarisme)

Voorkeursutilitarisme

Stroming van het utilitarisme dat een plaats behoudt voor rechten die niet mogen overschreden worden en op een hogere plaats staan dan geluk/plezier. Het houdt zich bezig met een gelijke consideratie van belangen ongeacht afkomst, gender ...

Rationeel egoïsme

Het utilitarisme zet zich af tegen het rationeel egoïsme. Hierbij kiezen wij voor ons eigen nut, of die van onze naaste vrienden en familie, in plaats van het grootste nut voor het grootste aantal.

Kringen van morele betrokkenheid

Grafisch model van overlappende cirkels waarbij elke laag een ander geheel van onze morele betrokkenheid illustreert. De lagen lopen van een kern (onszelf) naar de grootste groep/laag (alle ecosystemen op de aarde)

Contractarianisme

Of contract theorie. Contracten zijn wetten en verdeling van sociale voordelen die zijn overeengekomen geweest. Rechtvaardigheid wordt hier opgevat als de soeverein zich aan het contract houdt, als hij ervan afwijkt is hij geen legitieme leider meer. Hobbes en Locke zijn voorstanders van deze theorie. (Rawls’ theorie van rechtvaardigheid als billijkheid is een type hiervan.)

Natuurstaat

De toestand van de mensheid zonder contract (nl.puur conflict, omdat mensen eenmaal egoïstisch zijn)

Natuurwettheorie

Een theorie waarbij de wetten en verdeling van sociale voordelen de natuurlijke rechten weerspiegelen die vaak goddelijk bepaald zijn. Rechtvaardigheid wordt hier opgevat als de soeverein de natuurwetten respecteert. Aristoteles en Aquino zijn voorstanders van deze theorie.

Rechtvaardigheid als billijkheid

Dit is Rawl’s concept van rechtvaardigheid waarbij rechtvaardigheid de spelregels inhoudt die volgens Rawls eerlijk zijn. Deze spelregels zijn de beginselen van rechtvaardigheid die worden overeengekomen. Het is een type van contract theorie.

Oorspronkelijke positie

Een gedachtexperiment van Rawls dat hij gebruikt om zijn contracttheorie van rechtvaardigheid te onderbouwen. Het gaat uit van een hypothetische situatie nl de oorspronkelijke positie waarin een groep mensen moet beslissen over hoe men de samenleving moet inrichten. Geen van deze individuen weten welke positie ze zelf zullen innemen in deze samenleving (sluier van onwetendheid)

Sluier van onwetendheid

Een gedachtexperiment van Rawls dat hij gebruikt om zijn contracttheorie van rechtvaardigheid te onderbouwen. Het gaat uit van een hypothetische situatie nl de oorspronkelijke positie waarin een groep mensen moet beslissen over hoe men de samenleving moet inrichten. Geen van deze individuen weten welke positie ze zelf zullen innemen in deze samenleving, dit is de sluier van onwetendheid.

3

Begrippen ethiek 2020

Reflectief evenwicht

Een term bij de ethiek van Rawls waar hij rechtvaardigheid als billijkheid opvat. Bij het overeenkomen van de spelregels die de beginselen van rechtvaardigheid zijn is het niet gemakkelijk om tot akkoord te komen rond wat eerlijke spelregels zijn.

Ningen Rinri Gelijke considerate van belangen

Een principe dat aan de basis ligt van het voorkeursutlitarisme, dat een stroming is binnen het utilitarisme. Het houdt in dat als een wezen belangen kan hebben, ze in overweging gebracht moeten worden.

Sentience (gevoel)

Een term van de dierenethiek, meer specifiek van die van Singer. Het betekent de capaciteit om gevoel te hebben. Dit is een voorwaarde om morele status te bezitten.

4...


Similar Free PDFs