Hoofdstuk 12 – Diepte-interview PDF

Title Hoofdstuk 12 – Diepte-interview
Course Methoden en technieken van het sociaal-wetenschappelijk onderzoek
Institution Katholieke Universiteit Leuven
Pages 5
File Size 94.9 KB
File Type PDF
Total Downloads 28
Total Views 136

Summary

Download Hoofdstuk 12 – Diepte-interview PDF


Description

Hoofdstuk 12 – Diepte-interviews Les 17 5/12/’17 - Basisidee Conservatie tussen onderzoeker en geïnterviewde(n)  Survey context, zie hfd 11 Voor- en nadelen diepte-interview? - diepte-interview is minder gestructureerd en meer open, voordeel en nadeel? Voordeel: geen question constraint, minder artificiële situatie (grote externe geldigheid), grotere inbreng respondent, mogelijkheid om door te vragen. Nadeel: minder gestandaardiseerd (en dus minder betrouwbaar) antwoorden van respondenten kan je moeilijk vergelijken, kleine aantallen respondenten, je kan niet iedereen gaan interviewen.

 Dagelijkse conversatie - diepte-interview is onderzoeksmatig en vereist daarom een specifieke methodologie. Een diepte-interview is heel nuttig in 2 situaties - Mijnwerker: diepere betekenissen te achterhalen, hoe beleven mensen het, welke betekenis geven ze daaraan. - Bergbeklimmer; exploreren: nieuwe onderzoeksterreinen te exploreren Als mensen spreken over liefde, waar rapporteren ze dan over, gebruiken we dan bepaalde elementen uit onze taal die afkomstig zijn van cultuurproducten. Vertrek hier vanuit een dynamische visie: iets wat constant verandert en niet altijd consistent hoeft te zijn.  Kwantitatief benaderen, welke woorden gaan mensen gebruiken om over liefde te spreken.  Steekproef: 88 mannen en vrouwen, kleine steekproef, niet de bedoeling de resultaten te generaliseren naar de gehele bevolking, de bedoeling is om in een bepaald aspect een dieper inzicht te krijgen.  Wisseltijd in tijd van een interview 90 minuten tot 3u > gevolg van de lage standaardisering. Fragmenten Veel verschillende manieren om over liefde te spreken, elke respondent drukt dat uit in zijn eigen woorden > hoe analyseer je zo’n tekst?  Bepaalde elementen eruit halen - Romantisch repertoire - Realistisch repertoire Naargelang de situatie putten mensen uit verschillende repertoires. Bij een survey interview zou dit heel moeilijk zijn, omdat je deze repertoires nog niet kent.

- Epistemologische grondbeginselen (ingebed in wetenschappelijke tradities) 1. Belang van interpretatie (kernwoord > kijken naar de interpretaties die mensen zelf geven aan een bepaalde situatie)  Ingebed in het constructivisme: heel duidelijk ingebed in het constructivisme= mensen construeren hun eigen realiteit, geen een realiteit als objectief gegeven, maar meerder sociale realiteiten die sociaal geconstrueerd zijn. De wereld kennen door de begrijpen eerder dan verklaren.  Nadruk op interpretatie: geen object gesprek, objectiviteit is geen doel dat we nastreven, ook niet haalbaar, je hebt empathie/ subjectiviteit nodig om informatie los te weken. Als iemand iets zegt tegen ons, geven we daar gelijk een interpretatie aan, we moeten dit in een diepte-interview niet vermijden, maar je moet je hier wel bewust van zijn. Vb. Collinwood; hij zit een lijn op een boot > denkt dat het een waslijn is > alles moet een doel hebben. Dit vb. toont aan dat ons brein aan alles in onze omgeving een betekenis geeft/interpreteert. Vb. Vrouwelijke body-builders Hoe interpreteren die hun lichaam zelf? (in survey met gestandaardiseerde vragenlijsten komen zulke interpretaties veel minder goed naar boven). - Ze hechten er zelf veel belang aan om er toch vrouwelijk te blijven uitzien. - Interpretatie van buitenstaander > willen eruit zich als mannen Vb. racisme en discriminatie op school - via administratieve data > object vaststellen > kwantitatief - survey-aanpak > al iets kwalitatiever Methode hier gebruikt > kwalitatief Combinatie van veldwerk en diepte-interview > binnen kwalitatieve design vaak combinaties van verschillende designs. Ook binnen kwantitatieve > survey-onderzoek en daarbinnen experimenten. Quote > objectief kijken naar wat de meest racistische uitspraak is Constructivisme > welke interpretatie geven ze daar zelf aan? 2. Nadruk op theorievorming en –ontwikkeling -Sterk inductief karakter eerder dan hypothese-toetsend Van concrete observaties > concrete theorie.  Nuttig bij explorend onderzoek waar nog weinig theorieën over beschikbaar zijn. Vb. Schuilen in de schaduw (Devillé, 2008).  onderzoek naar mensen zonder papieren, welke overlevingsstrategieën ontwikkelt die groep? > zelf theorie opbouwen.  Gebruik van diepte-interviews, geanalyseerd m.b.v. grouned theory approach (kwalitatieve meting  Moeilijk > moeilijk te bereiken, geen steekproefkader etc. Open coderen:

De informatie uit de interviews > daar wordt een code aangegeven, hetzelfde maar met andere woorden geformuleerd krijgt dezelfde code. Axiaal coderen: verschillende codes toewijzen aan een bepaalde as (‘allemaal racisten’, ‘België gedoogt zwartwerk’, ‘bureaucratisch land’, zeggen allemaal iets over het beeld wat zij hebben van België. Selectief coderen: op zoek gaan naar de assen die cruciaal zijn om bepaalde situatie te begrijpen (arbeidssituatie, sociaal kapitaal en in welke mate afhankelijk van hulpverlening.  Zo is zij tot vier overlevingsstrategieën gekomen. ZEER INDUCTIEF > nadruk op theorievorming Structuur > hoe verloopt zo’n onderzoek in de praktijk Volgen een script > maakt duidelijk wat de rollen van de interviewer en de geïnterviewde zijn > ligt niet helemaal vast - Continuüm van meer open naar meer gestructureerd  In welke mate liggen volgende zaken vast? - Onderwerpen - Volgorde van onderwerpen/vragen - Formulering van vragen Gestructureerd interview (survey interview) Semi-gestructureerd interview= vragen liggen vast, maar het zijn open vragen, mogelijkheid om om verduidelijking te vragen. Ongestructureerd interview= vragen liggen niet op voorhand vast, heel veel aandacht voor het perspectief van de geïnterviewde.  De positie die je kiest op het continuüm hebben grote gevolgen voor de rest van je onderzoek. Voor- en nadelen? De verwerking is makkelijker bij gestructureerd, moeilijker bij ongestructureerd interview > daarom ook met kleiner steekproef aantallen. -Soorten vragen Inhoudelijke dynamische dimensie (zien als twee tabellen) Sleutelvragen: echt de informatie peilt, over informatie waarover je inzicht wilt bekomen. Door de spelen met verschillende inhouden/dynamische componenten > tot interview komen. Valstrikken -Leidende of sturende vragen (door de vraag zelf het antwoord al in de mond leggen van de respondent) Bij een ongestructureerd onderzoek laten we ons eerder meesleuren in sturende vragen. - Waarom-vragen: leidt tot speculatie over eigen motieven, complexe redeneringen die niet veel vertellen over wat de geïnterviewde nu werkelijk denkt of hoe hij zaken interpreteert.

Focus groepen: ipv een geinterviewde, zetten we groepen bijeen. Om te bepalen over een bepaald onderwerp, groep is samengesteld op bepaalde kenmerken. Zelfde principes van het diepte-interview zijn ook van toepassing op focus interview > maar in grotere groep. Sterkte van focus-groepen? -Groepsdynamiek! Betekenissen komen tot stand tijdens sociale interactie, door mensen bij elkaar te zetten > sociale interactie stimuleren. (Wordt ook vaak gebruikt bij marktonderzoek) Je hebt geen interviewer, maar moderator > moet dat gesprek wel in goede banen leiden. Het gesprek moet over het bepaalde onderwerp gaan, iedereen moet aan bod komen. -

De moderator is van groot belang! Types van deelnemers: experten en zogenaamde experten (monopoliseren tijd), storende participanten, uitweidende deelnemers, verleggen participanten.

De samenstelling van de focusgroep Homogeniserend heterogeniserend (groep samen stellen die divers is, in sommige situaties zorgt dat voor meer Ruimtelijke organisatie nog belangrijker bij focus groep Mogelijke valstrikken: -Oneerbiedige opmerkingen of persoonlijke aanvallen -Persoonlijke onthullingen vermijden (doordat mensen in groepscontext zitten) > sociale wenselijkheidsvertekening is hier groot!  Vaak gebruikt voor marktonderzoek, brainstorms Vb. “Destination image” Mensen kiezen hun bestemming door het beeld wat ze hebben. Begonnen met literatuurstudie > focusgroepen afgenomen > theorie over de “Destination image” vormen. Wat is de structuur, kunnen we daar bepaalde categorieën rondom opbouwen. Informatie gecodeerd > ‘destination image’ gecategoriseerd in 40 categorieën.  Geeft weer hoe de inductieve aanpak verloopt, hoe focus groepen nuttig kunnen zijn > namelijk brainstormen over bepaalde onderwerpen. Analyse Stap 1: van gesproken woorden naar geschreven tekst > woordelijke transcriptie gemaakt. Probleem: niet enkel de woorden zijn van belang, maar ook de context waarbinen deze gezegd zijn, communicatie verloopt niet enkel verbaal (snelheid waarop je spreekt, volume) Hoe gedetailleerd doe je dat? (pauzes, volume etc.)  Conversatie-analyse: vereist heel gedetailleerde transcripties (zie ppt). - maar dus ook heel arbeidsintensief.

Hoe gaan we uit die tekst conclusies trekken > “1000-pages question” Beschrijven -------------------------------------------------------------------------------- Interpreteren (diepere betekenissen achterhalen > constructistische visie/ hermeunitiek). 1. Condenseren van betekenis - Verkort en kernachtig naar voor brengen - Aamenvatten (Nog niet veel interpretatie, doe je eigenlijk te min aan de mogelijkheden van een diepteinterview). 2. Categoriseren van betekenis – inhoudsanalyse - Definiëren van categorieën > daar zit al een bepaalde interpretatie bij. - Tellen hoe vaak uitspraken van geïnterviewde binnen deze categorieën vallen (Nog steeds redelijk beschrijvend) 3. Narratieve analyse - Proberen te begrijpen welke informatie er in een veel tekst zit , door op zoek te gaan naar een verhaallijn (narratief). N - Nuttig omdat mensen heel gewoon zijn om te denken in termen van verhalen. (bevat al veel interpretatie) 4. Diepere interpretatie – hermeneutiek -Respondenten geven wel antwoorden, maar daar zitten diepere betekenissen in. Je moet deze diepere betekenissen zelf achterhalen, niet enkel letten op wat er expliciet gezegd is. 5. Ad hoc interpretatie - Vorige technieken combineren (vaak in de praktijk)...


Similar Free PDFs