Samenvatting H2 paradigma\'s PDF

Preview

Summary

Samenvattende tabel paradigma's en ontologie, epistemologie en axiologie....

Description

Ontologie = de aard van de sociale realiteit, zijnsleer

Epistemologie = hoe kunnen we de realiteit kennen? Wat telt als kennis? Hoe wordt kennis vergaard en theorieën opgebouwd? Kennisleer

Axiologie = de rol van waarden in onderzoek, waardenleer

Realisme: er bestaat een realiteit buiten de mens om, extern aan de mens Sociaal constructivisme: betekenis ontstaat/wordt geconstrueert door sociale interacites, symbolen en activiteiten Nominalisme: de externe realiteit bestaat doordat we ze benoemen met labels --> verschilt van persoon tot persoon, wat maakt dat betekenis fluïde en varieerbaar is

Objectivisme: sociale fenomenen verklaren (Erklären) in functie van associaties , causale verbanden, universele wetten en algemene patronen . Dit door dé wetenschappelijke methode te hanteren (theorie > hypothesen > empirie). Kennis over de realiteit en kennisopbouw is cumulatief. Onderzoeker en onderzoeksobject zijn strikt gescheiden van elkaar, zo min mogelijk interactie tussen beiden, onderzoek moet waardenvrij zijn. Subjectivisme: sociale fenomenen begrijpen (Verstehen). Kennis is situationeel, contextueel en persoonlijk. Sociale werkelijkheid enkel kenbaar vanuit standpunt onderzoekspersoon DUS interactie en dialoog tussen onderzoeker en onderzoeksobject nodig (insider view!). Geen één waarheid, enkel meerdere waarheden . Dé wetenschappelijke methode is hierbij onmogelijk.

Positie 1: Onderzoekscontext zal nooit volledig waardenvrij zijn, maar men moet wel proberen om het onderzoek zo waardenvrij mogelijk uit te voeren. Positie 2: Onmogelijk om waarden los te zien van onderzoekscontext in eender welk deel van het onderzoeksproces (owv context, cultuur.. --> niet neutraal) Positie 3: Onwenselijk om waarden los te trekken van onderzoekscontext. Onderzoeker moet zich een activistische rol aanmanen om zo sociale verandering te proberen teweeg brengen.

POST-POSITIVISME -

Er is een meetbare, objectieve realiteit Positivisme: nominalisme  postpositivisme: sociaal constructivisme

INTERPRETATIEF PARADIGMA -

Ontologie

Epistemologie

Modified objectivism - Zoeken naar wetmatigheden en causale relaties (generaliseren) mét kanttekening, namelijk onderzoeker en onderzochte zijn strikt gescheiden (hoewel moeilijk houdbaar) - Kennis bouwt verder op eerder verworven inzichten (cumulatief) - Doorgaans kwantitatief onderzoek (vb. surveys, experimenten)  dé wetenschappelijke methode

Streven naar waardenvrij, objectief onderzoek (ideaalbeeld)

Subjectivisme - Altijd in context: lokaal begrip van de werkelijkheid - Objectieve realiteit is onmogelijk, enkel de subjectieve werkelijkheid, vanuit het standpunt van de onderzochte, is te kennen - Kennisproductie volgt dus uit interactie tussen onderzoeker en onderzochte  ze zijn niet van elkaar gescheiden, maar gaan in dialoog - Doorgaans kwalitatieve methoden (vb. participerende observatie, diepteinterviews) -

Axiologie -

Verklaren, controleren en voorspellen

Doel

Wijst realistische ontologische interpretatie af Doorgaans sociaal constructivistisch of nominalistisch o Eén waarheid bestaat niet, enkel meerdere o Er moet gekeken worden naar de sociale en mentale processen om de constructie van de sociale realiteit te begrijpen.

Onderzoek is nooit waardenvrij Persoonlijke ervaringen van de onderzoeker dragen bij tot een beter begrip van de werkelijkheid Erkennen dat waarden een rol spelen in onderzoek

Begrijpen (Verstehen) ipv verklaren

KRITISCH PARADIGMA -

-

-

-

-

-

Meerdere mogelijk, maar sociaal constructivisme dominant Realiteit lijkt objectief, maar is in feite gestructureerd (cf. complexe relatie structure & agency; structuratietheorie Giddens) Basis in Marxisme en Frankfurter Schule

Kennisopbouw vanuit verschillende standpunten mogelijk, wetenschappelijke methode is daar slechts één van Kritisch-emancipatorisch: obv historische kritiek en historische reflectie machtsprocessen en processen van ideologie proberen blootleggen (cf. hegemonie) Methoden zoals vb. politieke economie, kritische tekstuele analyse…

Sociale fenomenen bestuderen om ze te kunnen bekritiseren en te veranderen - Waarden en normen als leidraad om onderzoek te sturen - Onderzoeker als hefboom voor verandering Blootleggen van processen als vorm van maatschappelijke kritiek + alternatieven voorstellen. Emancipatie en empowerment....