Statistiek voor psychologen deel 3, SPSS handleiding PDF

Preview

Summary

SPSS handleiding...

Description

SPSS Opstarten & gegevens inlezen *Inlezen gegevens Via eerste scherm bij opening SPSS of via File; Open; Data. Opletten of namen van variabelen op de eerste rij staan ( Staat √ ) Opm.: Bij .TXT bestand altijd via beginscherm! *Meetniveau & Type Bij Variable view ‘Type’, ‘Measure’ en ‘Decimals’ nakijken. ‘Type’  String voor letters  Voor cijfers Comma (1,000.2), Dot (1.000,2) of Numeric (1000,2) ‘Measure’ Nominaal voor naamgeving, Ordinaal als rangorde (wel mediaan, geen gemiddelde), Scale als interval. Gegevens verkennen *Labels aan variabelen geven Variable View; Labels *Labels aan waarden geven Variable View; Values *Onmogelijke waarden Analyze; Descriptive statistics; Frequencies nagaan waar er onmogelijke waarde zitten Of Data; Sort Cases; Sort By Of Analyse; Descriptive statistics; Explore (geeft stam & looftabel) *Ontbrekende waarden ZoekenData; Sort Cases; Sort By of via op de kolom gaan staan en rechter muisknop; Sort Ascending of Analyze; Descriptive statistics; Frequencies BenoemenVariable view; Missing; Discrete missing values; 999 (Lege cellen worden automatisch herkend bij getallen, bij string ingeven!) *Rijen/kolommen van plaats veranderen Selecteren; Slepen *Sorteer waarden Data; Sort Cases Opm.: Wordt eerst geordend volgens bovenste variabele *Verwijder waarden Definitief verwijderen Selecteren en verwijderen Tijdelijk verwijderen Data; Select Cases; If condition is satisfied; If ... Opm.: Zijn de gegevens die WEL mogen blijven dus opletten met < en >. Beschrijvende statistiek *Conditioneel gemiddelde Via Analyze; Compare Means; Means *Correlatie Analyze; Correlate; Bivariat *Covariantie Via Analyze; Correlate; Bivariat; Options; aanvinken Covariance *Gemiddelde Analyze; Descriptive Statistics; Frequencies; Statistics; Mean Of Analyze; Descriptive Statistics, Descriptive; Options; Mean *Minimum/Maximum Analyze ;Descriptive Statistics ;Descriptive...;Options *Som Analyze ;Descriptive Statistics ;Descriptive...;Options *Standaarddeviatie Analyze ;Descriptive Statistics ;Descriptive...;Options 1

SPSS *Variantie Analyze ;Descriptive Statistics ;Descriptive...;Options Bewerken gegevens *Binning Transform; Visual Binning; Make cutpoints  Equal Width Intervals  Equal Percentiles Based on Scanned Cases (voor median split : Width (%): 50)  Cutpoints at Mean and Selected Standard Deviations Based on Scanned Cases *Jitters Transform; Compute Variable;Variabele+RV.UNIFORM(?,?)(te vinden onder random numbers; Rv. Uniform) *Median split Idem Binning maar bij Make Cutpoints kiezen voor Equal Percentiles *Nieuwe variabelen Transform;Compute Variable *Standaardiseren Analyze; Descriptive statistics; descriptive; onderaan aanvinken ‘Save standarized values as variables’ Figuren *Boxplot Graphs; Chart Builder; Boxplot Of Graphs; Legacy Dialogs; Boxplot Simple & Groups of cases Als … 1 numerische variabele (1 kolom in SPSS) opsplitsen (conditioneel) op een categorische variabele (andere kolom) DUS gelijk # boxplots als categoriëen; BV. Man & Vrouw

Simple & Separate Variables Als … 1 of meer numerische variabelen (niet conditioneel) DUS gelijk # boxplots als kolommen; BV. Verbaal & Performaal IQ

Clustered & Groups of cases Als … 1 numerische variabele (1 kolom) en 2 categorische variabelen (2 kolommen) DUS # categorieen x # categorieen= aantal boxplots; BV. Lengte (numerisch) en geslacht (man/vrouw) en leeftijd (kind/volwassen)  2x2=4 boxplots

Clustered & Separate Variables Als … Meerdere (minimum 2) numerische variabelen (verschillende kolommen) conditioneel op 1 categorische variabele DUS # variabelen x # categorieen = aantal boxplots; BV. Verbaal & performaal IQ op geslacht  4 boxplots (2x2)

Opm.: Als je in je figuur in de chart editor de uitbijters selecteert, de rechtermuisknop indrukt en ‘go to case’ selecteert, lichten de uitbijters op in je databestand *Histogram Graphs; Legacy Dialogs; Histogram *Rotating Plot Graphs; Legacy Dialogs; Scatter; 3D; Set markers by … (zorgt voor verschillende kleuren) Rotatie via dubbel klik voor Chart Editor; Edit; 3-D Rotation *Scatterplot Graphs; Legacy Dialogs;Scatter Figuren/Tabellen bewerken *Binning Chart editor; Options; Bin element *Loess-Smoothing 2

SPSS Dubbel klik op scatter voor Chart Editor; Elements; Fit line at total; LOESS; Gaussiaanse verdeling; % instellen. *Referentielijn Op figuur klikken voor Chart editor; Op symbool ‘add a referenceline to the X/Y axis’ klikken; Waarde/plaats ingeven Opm.: Als je 2 lijnen moet tekenen eerst Chart editor sluiten, dan pas 2e lijn tekenen Referentielijn kleuren *Regressielijn Dubbel klik op scatter voor Chart Editor; Elements; Fit line at total; Linear *Schaal aanpassen Op figuur klikken voor Chart editor; Op schaalverdeling klikken; Properties; Scale; Major Increment *Veranderen decimalen in tabel Selecteer het gewenste getal; rechter muisknop; cell proportions; format value; aantal decimalen aanpassen Analyses *Cronbach’s Alpha Analyze; Scale; Reliability Analysis; Model= Alpha & Statistics; Scale if item deleted *T-Test # 1 gemiddelde, variantie niet gekend Analyze;Compare Means;One-Sample T Test Test Value: waarde van gemiddelde van nulhypothese invullen Options: betrouwbaarheidsinterval gegeven dat nulhypothese waar is, is p de kans om steekproef te observeren met waarde van t of kleiner # 2 gemiddelden, varianties niet gekend, onafhankelijke steekproeven Analyze;Compare Means;Independent-Samples T Test Options: betrouwbaarheidsinterval Levene’s Test significant: kijk voor resultaat t-test bij Equal Variances Not Assumed niet significant: kijk voor resultaat t-test bij Equal Variances Assumed gegeven nulhypothese waar, p is kans om steekproef te observeren met waarde ≤t of ≥-t puntschatting van het verschil # 2 gemiddelden, varianties niet gekend, afhankelijke steekproeven Analyze;Compare Means; Paired-Samples T Test Paired Differences: Mean: puntschatting van verschil tussen de gemiddelden # 2 varianties, onafhankelijke steekproeven Analyze;Compare Means;ndependent-Samples T Test… resultaten: Levene’s Test (nulhypothese: gelijke varianties)

Interpretatie *Cronbach’s Alpha Het is zinvol een globale maat te gebruiken als α groter is als .70 Via Scale if item deleted kan men zien hoe hoog de α zou zijn indien die waarden verwijderd zouden worden Maat voor interne consistentie van de items. *Hoofd & interactie- effect

3

SPSS

Y A

B

AB

C AC

D BD

CD

X

Figuur 1. : Interactie effect van C en B op A Figuur 2. : Hoofdeffect van B op A Figuur 3. : Hoofdeffect van C op A Figuur 4. : Hoofd & interactie effect met 3 boxplots Figuur 5. : Hoofdeffect van X op Z ALS... AB≠CD Van Y op Z ALS ... AC≠BD Interactie effect van C en B op A ALS ... A-B ≠ C-D OPM; bij een figuur met 3 boxplots  Per kleur kijken op de y-as wat x gemiddeld is ALS ... 2 van de 3 gemiddelden verschillen = Hoofdeffect *Interpretatie boxplot Gemiddelde, spreiding, mediaan en scheefheid *Jitters Verrijken van gegevens. Bv. Als alle data op dezelfde punten vallen: data doen afwijken +/- X. Opm.: Opletten dat oorspronkelijke punten duidelijk blijven! Bv. +/- .4 *Loess-Smoothing In tegenstelling tot de regressielijn wordt bij LOESS slechts rekening gehouden met een beperkt aantal van de data (verarming/gladstrijken) *Scheefheid Positief scheef: stuk boven mediaan is langer dan stuk eronder Gemiddelde boven mediaan Negatief scheef: stuk onder mediaan is langer dan stuk erboven Gemiddelde onder mediaan

SPSS *Standaardisatie Om regressiegewicht (Slope) bij regressie een zinvollere waarde te gegeven *Verwerpen/Aanvaarden hypothese Group Statistics conditie gemiddeldaantal

N

Mean

Std. Deviation

Std. Error Mean

geweld

7

1.7857

.95119

.35952

neutraal

7

4.5714

.67259

.25422

Puntschatter -2.7857 (=1.7857-4.5714)

One-Sample Test Test Value = 2 95% Confidence Interval of the Difference

Mean t gemiddeldaantal

df

2.676

Sig. (2-tailed) 13

Difference

.019

Lower

1.17857

Upper

.2271

2.1301

Toetsstatistiek P-waarde Betrouwbaarheidsinterval 2.2271 – 4.1301 MET P-waarde : Als H0 waar is, is er p (0.019) kans dat men een steekproef observeert die waarde t (2.676) heeft of extremer. Puntschatter : Een toevalsvariabele die één enkele waarde (= puntschatting) oplevert bij een steekproef. Deze waarde is de "beste gok" voor de waarde van de ongekende populatieparameter. Betrouwbaarheidsinterval (BI): Interval dat de meest geloofwaardige waarden (op basis van de steekproef) van de onbekende populatieparameter bevat. Interpretatie bvb. voor gemiddelde: een betrouwbaarheid van 95% betekent dat er 95% kans is dat een willekeurige steekproef een steekproefgemiddelde heeft waarvoor het bijhorende 95% betrouwbaarheidsinterval de ongekende waarde van het populatiegemiddelde bevat. Toetsstatistiek:beschrijft hoever de puntschatter van de parameter verwijderd is van de waarde gegeven in de nulhypothese (meestal in aantal standaardfouten tussen beide). Indien de waarde voor de toetsstatistiek ver van de "nul"-waarde ligt, in de richting die volgt uit de alternatieve hypothese, zegt men dat er voldoende bewijs is tegen de nulhypothese, en voor de alternatieve hypothese.

Independent Samples Test Levene's Test for Equality of Variances

F gemiddeldaantal

Equal variances assumed Equal variances not

Sig. .833

t .379

df

Sig. (2-tailed)

-6.327

12

.000

-6.327

10.800

.000

assumed

5

SPSS

Als sig. boven α (niet significant verschillend) ligt zijn de varianties gelijk en kijkt men in de bovenste kolom, als de sig. kleiner is dan α (significant verschillend; verwerp H0) dan kijkt men in de onderste kolom.

6...