Termen & Larven Dierkunde PDF

Title Termen & Larven Dierkunde
Author Yoko Dieleman
Course Toegepaste dierkunde
Institution Hogeschool Gent
Pages 2
File Size 61.2 KB
File Type PDF
Total Downloads 42
Total Views 146

Summary

Alle moeilijke termen & alle namen van larven uit de cursus van Dierkunde...


Description

Termen Dierkunde  Pseudopodiën  Schijnvoetjes / Uitstulpingen (Amoeba)  Parapodia  Voetstompjes (Borstelwormen)  Zoönose  Ziekte van dier op mens (Trypanosoma)  Amoebocyten  Pigment in hoornsponzen  Endoparasiet  Leeft in dier  Ectoparasiet  Leeft op dier  Monoxeen  1 gastheer  Dixeen  2 gastheren  Cystericose  Ontwikkeling blaasvinnen in mens (Lintworm)  Paesogenesis  Productie dochterblaasvinnen (Lintworm)  Echinococcose  Ernstige infectie door paedogenesis (Lintworm)  Erythrocruorine  Rood bloed (Regenworm Chlorocruorine  Groen bloed  Hirudine  Stof in speeksel dat bloed onstolbaar maakt (Medicinale bloedzuiger)  Ommatidiën / Facetoogjes  Samengestelde ogen (Insecten)  Ocellogen / Puntogen  Enkelvoudige ogen (Insecten)  Pathenogenese  Uit onbevruchte eicellen onstaan nieuwe individuen  Imago  Volwassen dier uit pop (Ruststadium) (Insecten)  Acrosoom  Enzymen aan kop zaadcel voor oplossen van laagje rond eicel (Chordadieren)  Cirri  Lange dunne filamenten voor tast & waterfiltratie (Lancetvissen)  Atrioporus  Opening in achterlijf (Lancetvissen)  Kieuwdarm  Orgaan voor spijsvertering & ademhaling (Lancetvissen & Manteldieren)  Kieuwkorf  Orgaan voor filatratie van water (Larven rondbekken)  Plakoiedschubben  Schubben met dentine & glazuurlaag (Kraakbeenvissen)  Poikilotherm / Ectotherm  Wisselende lichaamstemperatuur (Kraakbeenvissen)  Heterocercale staartvin  Inwendige asymmetrie uitwendig zichtbaar (Beenvissen)  Homocercale staartvin  Inwendige asymmetrie onzichtbaar  Neotenie  Voortplanting in larvaal stadia (Axolotl & Olm)  Ecdysis  Vervelling (Reptielen)  Homoiothermie  Vermogen lichaamst° op zelfde hoogte te houden onafhankelijk omgevingst° (vogels)  Artiodactyle  Evenhoevigen  Perissodactyle  Onevenhoevigen

Soorten Larven

 Planulalarve  Rondzwemmende larve (Zeedraad)  Parenchymula  Vrij rondzwemmende larve (Spons)  Trilhaarlarve (Lancetvis)

 Leverbot 

Miracidium



Sporocyste



Redielarve



Cercarie / staartlarve

 Lintworm 

Hexacantlarve



Blaasvin / Cystericus

 Mossel 

Trochophoralarve  Vrij rondzwemmende trilhaarlarve



Veligerlarve

 Naupliuslarve (Noorse kreeft)

 Insecten 

Primaire larve  Grote gelijkenis adult (Directe ontwikkeling)



Secundaire larve  Matige gelijkenis adult (Hemimetabool / Onvolledige gedaantewisseling)



Tertiare larve  Geen gelijkenis adult (Holometabool / Volledige gedaantewisseling)

 Kikker 

Kikkervisje



Dikkopje...


Similar Free PDFs