Thema 6 & 7 (Magnetische kracht + Magnetisch veld, veldvector en veldlijnen) PDF

Title Thema 6 & 7 (Magnetische kracht + Magnetisch veld, veldvector en veldlijnen)
Course Fysica
Institution ASO
Pages 4
File Size 93.5 KB
File Type PDF
Total Downloads 102
Total Views 129

Summary

Dit is een samenvatting waarin lesnotities zij verwerkt over thema 6 en 7....


Description

Thema 6: Magnetische kracht 1. Magnetische kracht Permanente magneten en elektromagneten oefenen een magnetische kracht uit op sommige voorwerpen. 2. Kracht van een permanente magneet op een ander voorwerp Proef 1: Houd een staafvormige magneet in de buurt van enkele stoffen. Wat zie je? Wat gebeurt er als ik de afstand vergroot. Waarneming: Niet alle stoffen worden aangetrokken door de magneet en hoe groter de afstand tussen het voorwerp en de magneet hoe kleiner de aantrekkingskracht van de magneet op het voorwerp. Besluit: Het  is afhankelijk van de stof of die wordt aangetrokken door de magneet sommige stoffen zijn magnetisch en andere niet

Proef 2: Leg een magneet op een stukje isomo in een waterbak, wat zie je? Waarneming: In het begin draait het stukje isomo met de magneet rond op het water. Totdat de magneet in een bepaalde richting wijst Besluit: magneten richten zich tot de magnetische noordpool als ze zich op het noordelijk halfrond bevinden het geografische noorden is het magnetische noorden Proef 3: Breng twee staafmagneten bij elkaar in de buurt met de verschillende polen. Waarneming: De magneten trekken elkaar aan Besluit: magneten met tegengestelde polen oefenen een aantrekkingskracht op elkaar uit

Proef 4: Test noord- en zuidpool van een magneet bestaande uit twee stukken door er een andere magneet bij in de buurt te houden. Test nu elk stuk apart. Wat valt je op? Waarneming: De 2 stukken van een magneet draaien nog altijd naar de andere magneet toe Besluit: Magneten hebben altijd een noord en zuid pool als je een magneet in 2 breekt dan krijgt dat 1 ne stuk een eigen noord en zuidpool, alleen n of z pool bestaat niet Proef 5: Hang een paperclip aan een staafmagneet. Probeer aan de eerste paperclip een tweede te hangen. Dit proces noemen we magnetische influentie. Waarneming: De paperclips die elkaar eerst niet aantrokken hangen nu allemaal aan elkaar aan de magneet Besluit: magnetisme kan worden doorgegeven door sommige metalen

3. Kracht van een stroomvoerende geleider op een magneet Proef 6: a) Houd een kompasnaald in de buurt van een geleider waar een stroom door loopt. !Let op! De stroom mag niet te lang ingeschakeld zijn of te groot zijn. Schakel de stroom uit wanneer je een brandlucht of rook waarneemt. b) Verander de stroom van richting. Waarneming: de stroom wordt hoger Besluit: er is een verband tussen elektriciteit en magneten= elektromagnetisme je kan met magnetisme stroom opwekken en omgekeerd

Thema 7: Magnetisch veld, veldvector en veldlijnen 1 . Het magnetisch veld + 2 Magnetische veldvector De magnetische inductie in een punt P van een magnetisch veld heeft: ● ● ●

als aangrijpingspunt het punt P de richting van de kompasnaald in P dezelfde zin als deze waarin de noordpool van de kompasnaald wijst

De grootte van vector geeft de sterkte van het magnetisch veld in punt P aan. Ze wordt uitgedrukt in Tesla (T). Proef 7: Houd het uiteinde van een staafmagneet tegen een bakje met meerdere kleine magneetjes. Waarneming: de staafjes draaien zich met een kant naar de magneet toe Besluit: de ijzerstaafjes worden aangetrokken door de magneet er is een invloed van de staafjes op de ruimte daarrond= magnetische veld Proef 8: Strooi wat ijzervijlsel op een wit blad. Houd onder het wit blad een staafmagneet. !LET OP! Het ijzervijlsel mag niet op de magneet terecht komen. Dit noemen we een dipoolveld. Waarneming: het ijzervijlsel schikt zich volgens de veldlijnen Tekening:

Besluit: magneten hebben een magnetische veld magneten hebben een positieve en een negatieve kant

Proef 9: Strooi wat ijzervijlsel op een wit blad. Houd onder het wit blad een Hoefijzermagneet. Dit noemen we een homogeen veld. !LET OP! Het ijzervijlsel mag niet op de magneet terecht komen. Waarneming: evenwijdige  veldlijnen tussen hoefijzer Tekening:

Besluit: een  hoefijzermagneet heeft geen pos en neg pool Afspraken en eigenschappen van veldlijnen: - Veldlijnen van een permanente magneet verbinden altijd de noordpool en de zuidpool. - De zin is deze van de magnetische inductievector in een punt van de veldlijn. Veldlijnen wijzen daarom altijd van noordpool naar zuidpool. - In elk punt van het veld kun je een veldlijn tekenen. Aan de uiteinden van de magneet is het veld het grootst, daar tekenen we de veldlijnen dichter bij elkaar. Verder weg van de polen is het veld kleiner, daar tekenen we de veldlijnen verder uit elkaar. - Een veldlijn die loodrecht op een vlak staat en naar boven komt stellen we voor door een cirkel met een punt. Gaat een veldlijn naar achteren dan stellen we deze voor door een cirkel met een kruis....


Similar Free PDFs