Inleiding tot het recht deel 2 PDF

Title Inleiding tot het recht deel 2
Author Hung Fei Chan
Course Bedrijfsbeleid
Institution Universiteit Antwerpen
Pages 4
File Size 81.9 KB
File Type PDF
Total Downloads 63
Total Views 140

Summary

Download Inleiding tot het recht deel 2 PDF


Description

Inleiding tot het recht deel 2 Deel 5: Goederen- en zakenrecht

Hoofdstuk 1: Indeling van de goederen 1. Indeling van goederen: - Lichamelijke goederen: zichtbare/grijpbare goederen - Onlichamelijke goederen: goederen die je niet kan zien, recht erkend de goederen wel (vb. auteursrecht) 2. 

Onderscheid roerende en onroerende goederen: Roerende goederen: verplaatsbare goederen Onroerende goederen: niet verplaatsbare goederen (vb. huis, grond, …) Verschil waarop je roerende en onroerende goederen kan overdragen, verschil waarborg voor de goederen

Onroerende goederen categorieën: -

Onroerend uit hun aard Onroerende goederen door incorporatie: goederen die in wezen verplaatsbaar zijn maar onroerend worden door vereniging met een onroerend goed Onroerende goederen door bestemming: roerende goederen die als bestemming verenigd te worden met een onroerend goed

Roerende goederen categorieën: -

Roerende goederen naar waard: uit hun wezen is roerend Goederen die roerend zijn omwille van wetsbepaling: door de wet bepaald Goederen die roerend zijn door anticipatie: goederen die niet roerend zijn maar we weten dat ze roerend worden (vb. appelen en peren aan de bomen)

3. 

Verbruiks- en gebruiksgoederen Verbruiksgoederen: goederen die na gebruik op zijn Gebruiksgoederen: goederen die je meerdere keren kan gebruiken Voor teruggave juridisch belangrijk

4. 

Domeingoederen goederen die behoren tot de overheid Publieke domein goederen: voor taken van algemeen belang, niet voor beslag vatbaar Private domein goederen: niet voor taken van algemeen belang, voor beslag vatbaar Voor beslagbaarheid van de goederen

5. Zakelijke rechten en zakelijke zekerheidsrechten - Zakelijke rechten: rechten die van niets afhankelijk is, je krijgt heerschappij over een zaak - Zakelijke zekerheidsrechten: recht bestaat omwille van andere juridische relaties die al bestaat, je krijgt heerschappij over een zaak (vb. hypotheekrecht: je geeft bank recht op verkoop van appartement  zekerheid voor lening, wanneer lening terugbetaald  hypotheek valt weg)

Hoofdstuk 2: zelfstandige zakelijke rechten 1. Kenmerken Recht met betrekking tot een zaak en bestaat op zich zelf -

Geeft onmiddellijk macht op een zaak, onmiddellijk heerschappij over een zaak Tegenstelbaar een derden: derden moet dit aanvaarden Hebben een vrij absoluut karakter: maar toch nog wel beperkingen Limitatief beperkt: zakelijke rechten bestaan alleen omdat wetgever dit bekend

2. Het eigendomsrecht Recht om over een zaak heerschappij te hebben maar je mag niks doen dat strijdig is met wetten en vorderingen -

Genotsrecht: je kan de vruchten van plukken beheers recht: je kan kiezen wat je ermee doet, hoe je het aanwendt beschikkingsrecht: je kan het vervreemden/verkopen

hoe eigendom verwerven?  Afgeleide verwerving: goed behoort eerst aan iemand anders en gaan dan van eigenaar over o Via overeenkomst o Door overlijden o Door eenzijdig overheidsoptreden: eenzijdig optreden kan overheid eigenaar worden van uw eigendom  Onteigenen: afnemen eigendom tegen vergoeding  Opeising: als overheid eigendom neemt en zonder vergoeding (meestal in oorlogsgebieden)  Oorspronkelijke eigendomsverwerving: uitzondering o Toe-eigening: iets toe-eigenen dat niet van u is (vb. vissen) o Verloren voorwerpen o Achtergelaten voorwerpen: voorwerpen die men achterlaat o Natrekking: eigendom van roerende of onroerende  figuur van natrekking wordt ook eigenaar van alles wat kunstmatig mee verenigd wordt  Onroerende goederen: alles wat op de grond en onder de grond zit Bezit en detentie Onderscheid bezit en detentie: -

Bezit: bezit de zaak voor uzelf Bezit een zaak maar niet voor uzelf: vb. bewaarneming

Het eigendomsvermoeden: wie is eigenaar van wat? -

Onroerende goederen: registers van wie eigenaar is Roerende goederen: lastiger Eigendomsvermoeden: bezit geldt als titel, is een weerlegbaar vermoeden, als je goed bezit neemt men aan dat goed van hem is maar tegenpartij kan dit weerleggen

Beperkingen van het eigendomsrecht -

-

Beperkingen afkomstig van privaatrecht o Erfdienstbaarheden: met betrekking tot onroerende goederen, beperking dat onroerend goed moet aanvaarden, notaris kijkt naar erfdienstbaarheden o Fout aansprakelijkheid o Rechtsmisbruik: rechten uitoefenen tot een ander doeleinden, uitoefenen dat dit kennelijk onredelijk zijn Evenwichtsleer/burenhinder: eigendom uitoefen zodat je burenhinder creëren zonder dat je een fout maakt  beperking uitoefenen eigendomsrecht Beperkingen afkomstig van publiekrecht o Onteigening en opeising o Erfdienstbaarheden van openbaar nut: vb.: aanleggen van nutvoorzieningen

Mede-eigendom Wanneer er meerdere eigenaars zijn Bepalen wie van wat mede-eigenaar is Deel van eigendom bepalen via een breukdeel: iedereen bezit evenveel door eigendom te splitsen 2 situaties -

Vrijwillig Door externe omstandigheden: vb.: overlijden

3. Vruchtgebruik Recht op zaak waarvan een ander eigendom heeft, genot te hebben zoals de eigenaar zelf maar onder verplichting om de zaak zelf in stand te houden -

-

Naakte eigenaar: bezit eigendom van goed Vruchtgebruiker: is persoon die het totale genot heeft Vb.: overlijden van een van de ouders: gezinswoning van beide  stuk naar langst levende partner en ander deel gaat naar u als kind (als de andere partner dan overlijdt, dan gaat alles naar de kinderen) o Kinderen naakte eigenaar o Overblijvende ouder: vruchtgebruiker Is een tijdelijk recht

4. Het recht van opstal Is uitzondering van recht van natrekking Erkend als zakelijk recht, recht om bezit te hebben op onroerend goed van iemand anders (vb.: vooral bij appartemensbouw)

Hoofdstuk 3: de zakelijke zekerheden 1. De zekerheden in het algemeen Gaat op juridische relatie die tot stand komt naar aanleiding van andere juridische relaties Voor waarborgen andere juridische relaties (schuldvordering, lening) Soorten: -

-

Zakelijke zekerheden: zaak als waarborg geven o Voorrechten: waarborgen/zekerheden die door de wet worden bepaald  Bijzondere voorrechten: welk specifiek goed voor waarborg van terugbetaling  Vb.: onbetaalde verkoper van roerende goederen  Algemene voorrechten: waar wetgever zegt dat persoon waarborg staat maar niet zegt op welk goed  Vb.: stuk van loon dat werknemers niet krijgen: opbrengst gaat naar werknemers o Hypotheek o Pand Persoonlijke zekerheden: je krijgt een extra schuldenaar die garant staat voor terugbetaling...


Similar Free PDFs