Samenvatting Inleiding tot het vak journalistiek PDF

Title Samenvatting Inleiding tot het vak journalistiek
Course Inleiding tot het vak journalistiek
Institution Hogeschool West-Vlaanderen
Pages 23
File Size 187.7 KB
File Type PDF
Total Downloads 9
Total Views 151

Summary

Download Samenvatting Inleiding tot het vak journalistiek PDF


Description

1 Hoofdstuk 1 – De journalistieke context Een journalist opereert niet op een eiland, veel journalisten werken graag autonoom en doorgedreven aan hun projecten. Hij maakt geen online-, krant- of tijdschrift artikel voor zichzelf. Hij maakt afspraken met een hoofdredacteur of in teamcontext en werkt in eerste instantie voor zijn publiek. Dat publiek is in de loop van de jaren veel wispelturiger geworden, ze worden verwend aan een grote keuze aan media en zijn gewend aan gratis nieuws. Daarnaast worden ze constant verleid door allerlei promotieacties. De lezer, kijker of luisteraar moet in een concurrerende markt voortdurend gewonnen worden. Wat is journalistiek?  Alles wat morgen minder belangwekkend is dan vandaag (Volgens André Gide)  Het verslag uitbrengen over de actualiteit (de essentie)  Het via de media regelmatig verstrekken van in – en voorlichting omtrent het dagelijks gebeuren (volgens Van Dale)  Het in woord, geluid en/of beeld verslag doen van gebeurtenissen en situaties in de wereld. (Volgens Prisma)

1.1 Van verzuiling naar commercialisering Verzuiling is de maatschappij die onderverdeeld is in politieke zuilen. Commercialisering zijn bedrijven die zaken doen, winst maken

1.1.1 Dagbladpers Tijdens de laatste twintig jaren van de negentiende eeuw beleefde de krantenindustrie een grote bloei. Het klimaat was bijzonder gunstig voor de kranten:  De zegelbelasting was afgeschaft  Bedrijven toonden zich vrijwillige adverteerders  Nieuwe zet – en druktechnieken  Goedkoper papier.  Meer en meer mensen konden lezen De kranten leunden aan bij de grote politieke zuilen van katholieken, liberalen, of socialisten. Het was toen nog niet aan de orde dat een krant objectief en pluralistisch moest zijn. Het doel van de krant was toen om de openbare opinie van Vlaamse en katholieke overtuiging te beïnvloeden. Kranten stelden zich op als spreekbuis voor hun zuil, zeker in het commentaar of redactioneel, dat een voorname plaats innam. Net zoals de pastoor in der tijd eens preekte, durfde de hoofdredacteur zijn lezers ook wel eens de les te spellen. Gaande weg namen kranten op ideologisch vlak meer afstand van hun politieke families. De politieke ontvoogding van de kranten ging hand in hand met de ruimere ontzuiling in de samenleving. Het publiek maakte een emancipatiebeweging door en wenste niet meer bij het handje van de hoofdredacteur genomen te worden. Deze ontzuilingsbeweging in de jaren ’70, is de oprichting van De Morgen. Deze ontstond uit het samenvloeien van de twee tanende socialistische kranten: De Volksgazet en Vooruit.

Kranteneigenaars waren gaandeweg meer bekommerd om het winnen van een groot publiek en het maken van winst dan om het verwoorden van een bepaalde levensbeschouwelijke opinie. Vandaag de dag moet een lezer zijn krant heel erg kritisch en grondig doornemen om nog een link te vinden met een politieke familie. Ze hebben wel nog een soort ideologisch DNA, maar willen deze uiten los van gelijk welke partij, en mijden absoluut geen kritiek meer op de politieke familie waaruit ze ooit ontstonden. Een keerzijde was dat kranten voor financiële ondersteuning niet langer beroep konden doen op hun politieke familie. Ze waren, naast een beperkte overheidssteun, van nu af aan uitsluitend aangewezen op verkoops- en adverteerdergelden. Met de concurrentie en de ontvoogding van kranten tegenover de politieke partijen was de commercialisering van de dagbladmarkt, even laat ook voelbaar in het televisielandschap ingezet. De economische logica spoorde krantenbedrijven aan tot fusies en schaalvergrotingen. De first copy cost, (de kost voor het eerste exemplaar van de dagkrant) zijn voor alle kranten ongeveer even groot. Het gaat vooral om personeelskosten en om investeringen in technische apparatuur. Maar hoe groter de oplage van de krant over hoe meer exemplaren je die oorspronkelijke kosten kunt verdelen. Adverteerders waren bereid om veel geld te betalen voor publicaties met hoge oplages. De voorbije jaren probeerden kranten elkaar de loef af te steken door, nieuwe oplages te lanceren en door te trachten lezers aan zich te binden door middel van buitengewoon gunstige abonnementsvoorwaarden. Meer dan andere media worden kranten in de verdediging gedrukt door de opkomst van gratis onlinenieuwssites zoals Google News, www.deredactie.be en enkele kleinere initiatieven zoals www.apache.be. Dat kranten zelf een site uitbouwden zagen sommigen als de kannibalisering van het eigen medium. Om die reden installeerden bijna alle kranten een betaalmuur het moeten betalen om het gehele artikel te kunnen lezen. Het blijft doorgaans wel een moeilijk evenwicht tussen wat je op de site plaats en wat je in de krant plaatst. We kennen ook nog een uitzonderlijke vogel: het fenomeen van de gratis krant Metro: deze krant is in feite een aanfluiting van het oorspronkelijke businessmodel, waarbij kranten grosso modo de ene helft van hun inkomsten uit verkoop en de andere uit advertenties halen. Veel inhoudt van de metro wordt overgenomen uit persagentschappen, officiële bronnen, publicrelationsberichten en andere media, wat de redactionele kosten erg beperkt. Het CIM Centrum Voor Informatie over de Media maakt verschillende bereikstudies, ze meten hoeveel mensen de verschillende media bereiken. Kranten in Vlaanderen  Het Laatste Nieuws ( en De Nieuwe Gazet)  Het Nieuwsblad ( en De Gentenaar)  Metro  Het Belang Van Limburg

   

Gazet Van Antwerpen De Standaard De Morgen De Tijd

1.1.2 Tijdschriften Ongeveer 130 jaar geleden verscheen het fenomeen magazines in de Verenigde Staten met titels als “ The Saturday Evening Post” of “The Ladies”. Maar bij ons waren er ton nog maar weinig tijdschriften. Pas na de Tweede Wereldoorlog kwam de tijdschriftenmarkt in Vlaanderen echt van de grond. Libelle en De Post vonden tussen 1945 en 1950 hun weg naar De Vlaamse lezers. Vrouwen vormden een interessante doelgroep, omdat ze doorgaans de huishoudportemonnee in handen hadden (en hebben.) In 1973 richtte Joepie zich op jongeren, die steeds meet hun eigen subcultuur ontplooiden en zakgeld kregen van hun ouders. Na de vrouwenbladen ontstond er in het kielzog van de televisie een reeks bladen zie zich op het televisie gebeuren richtten zoals Dag Allemaal en Te Ve Blad. Hun bijdrage blief een heuse BV-cultuur en focus op Bekende Vlamingen tot leven. Humo werd in 1936 opgericht als Humoradio en vanaf 1958 bekend onder de huidige naam. Het blad groeide uit tot een spreekbuis van progressief Vlaanderen met luchtige reportages, satirische stukken en cartoons, en diepgravende interviews. Tijdschriften in Vlaanderen  Dag Allemaal  Humo  Libelle  Story  Flair  Knack  Magazines van kranten  Maandbladen  Nichebladen

1.1.3 Radio De eerste radio uitzending in ons land was op 28 maart 1914. Het was een Italiaanse aria en werd uitgezonden in Brussel. Het nieuwe toestel werd opgedoekt toen de Duitsers ons land binnenvielen. In 1920 na de Eerste Wereldoorlog ging het radiogebeuren aarzelend verder en waren er 26 radiotoestellen in ons land. In 1926 zag de eerste Vlaamse radiozender het levenslicht: Radio Antwerpen  Radio Kerkske Na de Tweede Wereldoorlog kreeg NIR (AKA VRT) het staatsmonopolie voor de radio. Dit hat te maken met:  Het feit dat de ether slechts een beperkt aantal radiofrequenties toelaat  Politieke motoeven.

De overheid was zich immers goed bewust van de propagandakracht met het medium. Er mocht één gewestelijke omroep per provincie opereren als onderdeel van de nationale omroep. o

De vrije radio’s kregen in 1982 een wettelijk statuut, al deed de overheid er alles aan om de procedure zo omslachtig mogelijk te maken. Pas vanaf 1985 was het wettelijk toegelaten om reclame uit te zenden op de radio en lag de weg open naar een concurrerende, commerciële vrije radiomarkt. De openbare omroep creëerde naast Radio 1 & Radio 2 ook stations als Studio Brussel en Klara. Radio Donna werd in 2009 omgedoopt tot MNM. In 2001 werden twee nationale commerciële omroepen erkend: Q-Music en 4FM. Radio in Vlaanderen  Radio 1  Radio 2  Klara  MNM  Studio Brussel  Q-Music  JOEFM  Radio Nostalgie

1.1.4 Televisie In de jaren dertig van de vorige eeuw werd er door enkelingen als geëxperimenteerd met televisie, maar het duurde nog tot 1953 vooraleer de openbare televisieomroep in ons land begon uit te zenden. Dit had te maken met de technische discussie tussen Vlaanderen en Wallonië over het aantal lijnen waarop men diende uit te zenden. De nieuwe medium kende een langzame groei maar dat werd gestimuleerd door evenementen zoals het huwelijk van Koning Boudewijn en Koningin Fabiola in 1960. De vorm van het journaal veranderde met de komst van VTM in 1989. De nieuwslezer in een muis grijs pak in een muisgrijs decor veranderde naar twee nieuwsankers van het verschillende geslacht die alternerd de nieuwsitems presenteerde. In 1995 kwam de familiezender VT4 op de markt. Aanvankelijk was het gevestigd in Londen, en was het pas actief in Vlaanderen in 2000. In 2004 werd zusteromroep Vijftv opgericht. Verder ontstonden bij VMMA (Medialaan) nog 2BE, Cadet en Kzoom, en nam het Vitaya over. Televisie in Vlaanderen  VTM ( & VTMKzoom)  Q2  Vijf  Vitayaacht  Kanaal Z  Njam  Een  Canvas  Ketnet  WTV/focus  Rob TV  …

1.1.5 Internet en sociale media De eerste doelstelling voor het internet ontstond in de context van De Koude Oorlog. De eerste doelstelling was militair, maar was er ook interesse voor het gebruik van computersystemen aan universiteiten.  1957 o Het ARPA (Advanced Research Projects Agency) werd opgericht o Lanceerde een oproep om computer met elkaar te verbinden  1969 o Een team van UCLA (University of California, Los Angeles) slaagde erin om een computer te verbinden op UCLA met Stanford University  1971 o 23 computers verbonden met ARPA- net.  1994 o Eerste zoekmachine Lycos  1999 o Zoekmachine Google  1997 o Eerste sociale netwerk o SixDegrees  2005 o YouTube  2008 o Facebook De impact van deze ontwikkelingen op onze manier van communiceren en op de klassieke media valt niet te onderschatten. Via het internet en de sociale media gaat nieuws heel erg snel. Door internet en sociale media is de verdeling van de advertentie-inkomsten ook verdeelt, en snoept het internet de advertentiekosten weg van klassieke media. Geen enkel medium kan het zich permitteren om niet op de internettrein te springen en bouwt zijn eigen onlinepoot en socialenetwerksites. Voor journalisten zijn de sociale media en het internet een nieuwe uitdaging en nieuwe bron van nieuws. Door de opkomst van internet en sociale media zag ook burgerjournalistiek het licht. Burgers worden hierin uitgenodigd om nieuwsfeiten door te geven. Denk maar aan 4040 van VTM. Het betrekken van burgers bij nieuwsgaring wordt crowdsourcing genoemd. Het inzetten van nieuws dat door de burgers wordt aangereikt is user generated content. Deze nieuwe media doen wel vragen rijzen over de betrouwbaarheid.

1.2 Technologische ontwikkelingen De persbedrijven hebben de laatste honderd jaar een gigantische evolutie doorgemaakt, zowel in de procedures voor krantenproductie als in de ontwikkeling van volgslagen nieuwe media, zoals radio, televisie en internet. Geschreven pers  Ooit werd een krant letter per letter gezet. o Een gigantische investering in mankracht.  Aan het einde van de 19de eeuw gebeurde dat proces regel per regel. o Een hele vooruitgang maar nog steeds erg tijdrovend  Pas in de jaren 70 deed het fotografisch zetten zijn intrede. o Dit was een proces waarvoor eigenlijk geen uitgebreide technische dienst met arbeiders meer nodig was  Geleidelijk aan brachten journalisten hun teksten rechtstreeks in een digitaal redactiesysteem. o De opmaak van de krantenpagina’s kon gedeeltelijk of volledig geautomatiseerd worden  Journalisten kunnen nu teksten ook rechtstreeks plukken bij agentschappen.  Ook bij het drukken vonden evengoed nieuwe technieken ingang o Hierdoor verbeterden de snelheid en kwaliteit van het drukken. o Er kon ook vlot met kleuren gewerkt worden.  Dit leidde tot allerlei krantenbijlages die de strijd aangingen met magazines. Bij televisie en internet zorgt de technologie voor een ander gebruik van de kijken.  De eerste jaren was televisie een pushmedium o De kijker kreeg de pap in de mond geduwd  Één openbare omroep besliste wat de Vlaming te zien kreeg en wanneer o Bij een pullmedium  Bepaalt de kijker zelf wat hij binnenhaalt.  Hij heeft een grote keuze aan zenders en kan ook uitgesteld kijken.  Het tv-signaal kwam lange tijd de woonkamer binnen via een antenne op het dak.  De keuze van het aantal zenders steeg sterk door het gebruik van een kabelnetwerk voor de distributie en tv- en radiosignalen. o De aanleg van dat netwerk startte in 1960 in Saint-Servais in Namen.  Het kabelnetwerk van meer dan 50.000 km maakte Vlaanderen tot op de dag van vandaag uniek. o Het brengt signaal naar binnen bij 95% van de gezinnen. o Door de komst van de kabel kunnen steeds meer mensen (buitenlandse) tv-zenders bekijken.  Het beheer van het netwerk voor kabeldistributie was in handen van zuivere of gemende intercommunales. o Zij verkochten het in Vlaanderen later aan Telenet o 2005 werd Belgacom TV opgericht  Dit was concurrentie voor Telenet en Telenet lanceerde digital tv.





De abonnees die digitaal wilden kijken hadden hiervoor een settopbox of digibox nodig.  Een apparaat dat het digitale signaal codeert. Daarnaast kon men ook een digicorder gebruiken  Een apparaat die de uitzendingen kan opnemen.













Door deze komst startten VRT & VTM respectievelijke diensten op o Net Gemist  VRT o Iwatch  VTM  Hiermee konden programma’s worden opgevraagd tot een week terug. o Nadien groeide het aanbod naar Ooit gemist waarmee je tegen betaling verder in het verleden terug kon kijken. Digitale tv bracht heel wat andere mogelijkheden met zich mee o Zoals on demand  Het opvragen van programma’s wanneer het jou past. o Tijdzappen  Het pauzeren, vooruit – of achteruitspoelen terwijl je naar een programma kijkt. In 2010 kwam Yelo TV op de markt. o Met deze dienst konden abonnees van Telenet ook via hun pc, tablet of smartphone naar enkele omroepen kijken. o Films on demand bestellen o Hun decoder van op afstand programmeren. Naast de twee grote spelers blijft ook TV Vlaanderen actief. o Deze operator biedt tv via satelliet aan.  Hier is het voordeel dat je overal tv kunt kijken waar je een schotelantenne kunt plaatsen. In 2014 komt Netflix op de markt. o Tegen een kleine maandvergoeding kan je dan een hele reeks films en series bekijken. o Netflix maakt ook zelf producties. Medialaan biedt kijken via internet gratis aan via Stievie Free.

1.3 Gevolgen voor de inhoud en vorm van de media De groeiende economische druk en de technologische vernieuwingen hebben geleid tot een bikkelharde concurrentie in de media.

1.3.1 Toenemende concentratie De concentratiebeweging binnen de Vlaamse media begint reeds in 1928 met de overname van Het Nieuwsblad door de Standaardgroep. In een periode van zestig jaar werd het aantal Vlaamse titels meer dan gehalveerd. In 1950 waren deze titels nog in handen van 14 persbedrijven, in 2010 waren dat er nog slechts drie. In 2016 slechts twee: De Persgroep en Mediahuis. De concentratiebeweging kreeg een belangrijke impuls door de komst van VTM. Omdat de eigenaars van kranten en tijdschriften bang waren dat ze hierdoor heel wat reclame-inkomsten zouden missen eisten ze participatie in de nieuwe, commerciële zender. En die kregen ze ruimschoots. In de voorbije decennia zagen behalve VTM nog vijf zenders het levenslicht en ontstonden er diverse productiehuizen die programma’s maken voor de verschillende televisiezenders. De samenwerking die eigen is aan eigenaars die dezelfde belangen delen, leidt tot synergie: onderlinge overeenkomsten in het werkveld. Hierdoor kan binnen verwante media nog sterker inhoudelijk worden samengewerkt.

1.3.2 Toenemende convergentie Tekst, klank en beeld zijn de laatste decennia steeds minder beperkt tot één medium. Diverse kanalen delen dezelfde content. Elk zichzelf respecterend medium biedt tegenwoordig inhoud aan via meer dan één kanaal of netwerk. Convergentie zijn de technologische ontwikkelingen die hebben geleid tot een samengaan van diverse mediakanalen en content. Het kan zorgen voor besparingen op redacties, homogenisering en geeft elkaar een forum.

1.3.3 Van informatie naar infotainment Samenwerking werkt informatie-wisseling in de hand en kan dubbel werk uitsparen. Maar de commerciële logica leidt ook tot rationalisatie en besparingen op redactioneel vlak die niet gecompenseerd worden door de samenwerking met verwant medium. De nadruk komt almaar meer te liggen op productiviteit, snelheid en breaking news eerder dan op diepgaande analyses. Het nieuws moet allemaal vlot naar binnen gaan en gaat steeds meer op elkaar lijken. Een andere evolutie, is de evolutie naar emo-journalistiek of infotainment informatie die zo verpakt is dat ze van de lezer of kijker geen bijzondere inspanning vergt, liefst meet onderhoudende elementen. We zien dit zowel bij de kranten als op televisie. Zowat alle kranten zijn de voorbije twintig jaar op overgegaan naar het zogenaamde tabloid. Een kleiner formaat van krant. De tabloidisering van de dagbladpers slaat vooral op de neiging om meer soft nieuws (human interest, fait divers.) te brengen en het geheel in een meer kleurrijk kleedje te steken. Er blijft een vraag naar diepgravende journalistiekn maar de algemene tendens gaat in de richting van infotainment. Heel wat reportages wisselen enkele feiten en de duiding ervan door een deskundige af met levendige en aangrijpende getuigenissen, soms aangevuld met de voxpop de man in de straat. Aan infotainment doen is veelal minder tijdsintensief en dus minder duur dan het uitwerken van diepgravende analyses en grondig onderbouwde reportages. De klant is koning, het is een vaststelling waar een hedendaas journalist niet omheen kan en waar hij rekening mee zal moeten houden. Geen enkel medium kan het zich veroorloven om te overdrijven met microwavejouralistiek: hapklare brokken die zo overgenomen kunnen worden van regeringswoordvoerders, persagentschapen of pr-bureaus.

1.3.4 Verschuivingen in verdienmodellen De doorgedreven synergie tussen verschillende kranten, en steeds meer mediabedrijven die fuseren, de oorlog om het aantal clicks op het internet. Het zijn symptomen die aangeven hoe groot de druk is op bestaande businessmodellen in de media. Het businessmodel van printmedia was de voorbije eeuw even eenvoudig als het efficiënt was.:  Er waren twee inkomstenstromen

o o

De lezers betaalden voor de krant Of het blad en adverteerders betaalden om die lezers te bereiken.

Nu zien we dat de laatste twintig jaar mediabedrijven op zoek gaan naar een manier om geld te verdienen op het internet. Omdat:  Adverteerders willen minder betalen voor advertenties op het web.  Het bereik van een digitale advertentie kan tot op de klik gemonitord worden  Een adverteerder weet dus goed wat het bereik is. Bovendien kwam al snel de grootste digitale bedreiging voor de klassieke mediabedrijven:  Facebook  Google o Zij zuigen wereldwijd miljarden aan advertentiegeld weg  Geld dat vroeger naar de klassieke media ging.  Daarnaast was er nog een andere bedreiging o Adblockers  Op deze manier zien de mensen de advertenties niet meer o Zo deed native adverting zijn intrede.  De lezer of kijker krijgt hierbij verhalen voorgeschoteld waarvoor een adverteerder heeft betaald zonder dat dit voor de mediagebruiker echt duidelijk is.

1.4 De gewijzigde rol van de journalist 1.4.1 De voorbije eeuw 



1950 o Overheerste het geloof dat men de waarheid kon geven door een objectieve rapportering van de feiten. o Hierbij werd de media mirror journalism bedacht.  De journalist weerspiegelde in deze versie immers de werkelijkheid zoals hij was, in al zijn fraaie en minder fraaie aspecten. o De journalist was in essentie een feitelijk rapporteur en opereerde bijgevolg waardenvrij, neutraal, objectief en zonde...


Similar Free PDFs