Klassieke conditionering, theorie van Pavlov PDF

Title Klassieke conditionering, theorie van Pavlov
Course persoonlijkheidspsychologie
Institution Odisee hogeschool
Pages 5
File Size 115.4 KB
File Type PDF
Total Downloads 18
Total Views 126

Summary

Klassieke conditionering, de hond van Pavlov, stimulus en de respons.
Operante conditionering, respons en consequentie en wet van het effect, Thorndike...


Description

Klassieke conditionering De hond van Pavlov het water komt in de mond – reclame, de kat of hond hoort etensbakje, gaat over stimulus / respons. Roepen komaan naar boven is dat klassieke conditionering of opperante conditionering? Persoon wie ge zijt en wat ge doet zijn ook een stukje gevormd door klassieke en opperante conditionering dit is wel belangrijk. Gaat over stimulus en respons. Ivan Pavlov: spijsverteringskanaal bij honden – voedsel op de tong (ongeconditioneerde stimulus en krijg je ongeconditioneerde reflex) è speeksel creëren (fysische reflex) Observatie, belletje klinkt en op dat moment begint hond al te kwijlen en dan het voedsel. Voedsel niet in de mond en toch creëer je al speeksel (ongeconditioneerde respons). Samenhang tussen belletje en voedsel gaat neutrale stimulus gaat een geconditioneerde stimulus worden en krijg je een geconditioneerde respons -> speeksel afscheiden. Ongeconditioneerd speeksel maken veel heftiger bij voedsel op de tong dan wanneer je alleen het belletje hoort. Visueel voorgesteld è voedsel is ongeconditioneerde stimulus , belletje is neutrale stimulus maar moet samen gaan met voedsel en na een aantal keren wordt dat een geconditioneerde stimulus zorgt voor het speeksel afscheiden. Slide 49

Neutrale stimulus = belletje Belangrijke fase is de leerfase – belletje van neutrale stimulus naar geconditioneerde stimulus, zorgt voor geconditioneerde respons – speeksel Gaat over leerfase, geconditioneerde stimulus met ongeconditioneerde stimulus. Gaat niet om de stimulus als hond gaat over de leerfase. Samenhang van geconditioneerde met ongeconditioneerde stimulus. Samenhang kan 2 vormen aannemen: De 1ste vorm is die van Pavlov: je hoort een belletje en u begint te kwijlen, hoort belletje van de ijskar en u begint te verheugen op ijsje. Naar buiten of anders ben je te laat. Voorspeller voor ongeconditioneerde stimulus = signaal. Gaat over affectieve samenhang. Aantrekkelijk gezicht is ongeconditioneerde stimulus zorgt er voor dat je ongeconditioneerde reactie krijgt -vrolijk worden door aantrekkelijk gezicht. Neutraal gezicht kan positieve emotie teweeg brengen. Door samenhang krijgt de andere persoon ook iets aantrekkelijk. Positieve gevoelens worden omgezet op manamana; => neutrale maar door samen te gaan worden positieve gevoelens omgezet

Tv kijken (aanvankelijk neutrale stimulus) gaat samen met versnapering, telkens als je voor de TV zit heb je zin in een chipje (ongeconditioneerde stimulus zorgt voor ongeconditioneerde reactie een digestieve respons) u bent klassiek geconditioneerd. Na een paar keer als je voor TV zit krijgt u zin in een versnapering. ,) u bent klassiek geconditioneerd. Bij partner -> kus (ongeconditioneerde stimulus) -> zorgt voor ongeconditioneerde respons -> een beetje opwinding, het zien van die partner zorgt voor opwinding, neutrale stimulus wordt geconditioneerde stimulus en zorgt voor geconditioneerde reactie uitlokt. Voorkeur van muziek = samenzijn met vrienden – pos gevoelens => associëren met samenzijn met vrienden Chemo is ongeconditioneerde stimulus zorgt ervoor dat mensen beginnen te braken (ongeconditioneerde reactie) vanaf het moment dat ze voedsel zien hebben ze geen zin meer in dat voedsel. Hij gaat telkens als er een behandeling is smeuïg ijs aanbieden, op den duur ga je misselijk worden van ijs en niet bij het zien van vast voedsel. Schrik voor de tandarts – pijn , man met witte jas van de tandarts en je hebt er geen zin meer in. Auto- ongeluk gehad en bij piepende krijg je al schrik, weer auto-ongeluk ongeconditioneerde stimulus, krijgt bij het zien van de auto een ongeconditioneerde reactie. Bij klassieke conditionering gaat het over de stimulus en de respons. Operante conditionering Nog iets aanbieden en dan gaat over voorafgaande gedrag gaat afnemen of stijgen. Respons consequentie. Positief gevolg. Hond heeft geen controle over de situatie, geen eigen controles. Gedrag gevolgd door consequentie en die consequentie gaat voorafgaande gedrag doen toenemen of afnemen. Operante conditionering: Respons en consequentie. Slide 59

Thorndike een Puzzelkooi geknutseld – Eerst begint kat losse bewegingen te doen, toevallig hendeltje => open, kat leert hoe ze kooi moet opendoen, hendel naar beneden drukken, de wet van het effect; ze wordt beloond door vis, voorafgaande gedrag gaat vlugger (ontsnappen uit de kooi). Na aantal keren gaat de kat dat leren, hendel drukken en ik kan naar buiten. Vb seizoensarbeider, plukt sneller en sneller appels Voldoening teweeg brengt. Slide 61

Skinner =>

Geïnteresseerd in die afhankelijke variabele: Rat in een kooi, kan een beloning krijgen, schokjes voor een straf. Pos consequentie is voor de kat de vis. Voorafgaande gedrag uit de kooi ontsnappen dat gaat vlugger. Ene persoon bepaalde gedragingen toont dan anderen. Hij gelooft niet in motivationele processen. Gecontroleerde omgeving, Slide 62

Gedrag is functie is van de omgevingsverandering. Naarmate omgeving verandert gaat gedrag van persoon ook veranderen.

2 belangrijke principes: Bekrachtiging: verandering in de omgeving die ervoor zorgt dat voorafgaande gedrag gaat toenemen. Snoepje geven toedienen van aangename stimulus (aangenaam) gaat voorafgaande gedrag toenemen. Wegnemen van negatieve stimuli en voorafgaande gedrag toenemen. Straffen: is het omgekeerd, we gaan verandering aan de omgeving doen die ervoor zorgen dat voorafgaande gedrag gaat dalen. Hoe kunnen we dat doen? =>  

Ofwel iets negatief toedienen, een kind een tik op de vingers geven, kind gaat gedrag niet meer stellen verandering in omgeving en gedrag gaat afnemen, Ofwel iets aangenaam wegnemen (gsm) en voorafgaande gedrag gaat niet meer voorkomen.

Positieve bekrachtiging = toedienen van iets aangenaam waardoor voorafgaande gedrag gaat toenemen. Kat een voedselpil, meer op de hendel drukken want hij krijgt telkens voedselpil

Negatieve bekrachtiging = voorafgaande gedrag toenemen doordat iets onaangenaam weggenomen wordt. Vb. Studenten meer studeren zodat zagen van moeder stopt. Wat is een negatieve bekrachtiging? Je ziet dame die pijnstiller neemt tegen hoofdpijn Negatieve bekrachtiging = hoofdpijn zodanig dat voorafgaande gedrag gaat toenemen = aspirine nemen Irritant geluid (negatieve bekrachtiger) in de auto – => autogordel aandoen omdat geluid zou stoppen. Zorgt ervoor dat je de gordel gaat aandoen. Huis stofzuigen om van stof af te zijn. => Stof is de negatieve bekrachtiger om schoon te maken.

Iets onaangenaam wegnemen maw we gaan het te luide geluid van de radio wegnemen.

Slide 72 – 73 – 74

Primaire en secundaire bekrachtiging. Primaire bekrachtiging: eten, drinken, slapen (tegemoetkomen aan basisbehoefte) Secundaire bekrachtiging: geld (connotatie van wat je met dat geld kan doen) , schouderklop geven, dikke duimgeven, knuffel geven… Slide 76

Permanent bekrachtiging (lukt niet): elke operante respons wordt beantwoord door een bekrachtiging Permanent belonen, gaat rotverwend worden. Is zelden, typisch bv is snoepmachine. Muntstuk in de automaat stoppen en u krijgt een beloning. ==> Zeer vlug verwerft, maar niet bekrachtigd wordt, gaat zeer vlug uitwerken. Je gaat zeer vlug verwerven maar bij uitdoven zeer vlug uitwerken. Je gaat zeer vlug gedrag leren, maar als je het niet krijgt terug snel afleren. (bv met intervallen, ratio, telkens als je 14 op 20 haalt een beloning) Filmpje 2u20min

Verslaving wordt veroorzaakt: gokken, spelen op de lotto, doordat je af en toe wint blijf je spelen ==> Zo wordt gedrag gevormd. Positieve toedienen en iets negatief wegnemen Positieve straffen = iets toedienen, we gaan iets onaangenaam toedienen waardoor dat het voorafgaande gedrag gaat dalen Negatieve straffen= we gaan iets aangenaam wegnemen waardoor het voorafgaande gedrag gaat dalen. Kind is stout en wat zegt u als ouder, geen TV kijken we gaan iets aangenaams wegnemen en straffen, negatieve straffen waardoor kind braver wordt. Vb. in relatie en je bent minder attent Slide 82

Tabel – schema kennen!

2u25min

Bekrachtigen is veel efficiënter dan straffen 1) Straf moet voldoende hard genoeg zijn, intensiteit van de straf

2) Uitgestelde straf is niet efficiënt. Rijden door rood licht – 10 dagen later boete, geen link meer tussen straf en gedrag. Niet van bewust dat je door rood gereden bent. Efficiënter bij een zwaantje die je met sirene od kant zet en onmiddellijk betalen.

3) Straffen is moeilijk. Consistentie: niet straffen dan ben je u kind negatief aan het bekrachtigen, onaangename stimulus, die straf die wordt weggenomen en word dat een beloning. Als ouder is dat zeer vermoeiend om heel de tijd te straffen. Maar normaal kind constant op aanspreken als die iets verkeerd doet. Zeer vermoeiend.

4) Associatie van straf met pos bekrachtiging: als die iets fout doet maar krijgt aandacht van de ouder achteraf en door de straf krijg je wroeging en geeft kind knuffel. Compensatie met pos bekrachtiging en gedrag gaat toenemen. Veel meer bekrachtigen en wees spaarzaam met straffen....


Similar Free PDFs