Title | Prentenboeken in beeld- Taal- Verhaalstructuren |
---|---|
Course | Kleuteronderwijs |
Institution | Hogeschool PXL |
Pages | 2 |
File Size | 150.8 KB |
File Type | |
Total Downloads | 48 |
Total Views | 154 |
Download Prentenboeken in beeld- Taal- Verhaalstructuren PDF
Verhaalstructuren Een verhaal is steeds opgebouwd volgens een bepaalde structuur. De driedelige basisstructuur houdt in dat een verhaal een begin, midden en einde moet hebben. Deze structuur vormt de motor van een verhaal en maakt het verhaal boeiend. Zonder begin, midden of eind ontstaat er verwarring bij de luisteraar.
Begin: kennismaking met personages, de held van het verhaal staat centraal. Verduidelijk de plaats en de tijd. Midden: zorg voor een logische opbouw. De verhaallijn, het thema en/of het doel moeten duidelijk worden. Slot: zorg bij een verhaal voor jonge kinderen steeds voor een happy end. Dit betekent niet dat een poppenspel geen moeilijke thema’s kan behandelen maar zorg altijd voor een luchtig en positief einde.
Klassieke verhaalstructuur type 1 (4 stappen) Eén van de meest klassieke verhaalstructuren is de vierdelige: Beginsituatie (B.S.): bij de start van het verhaal wordt de beginsituatie geschetst. De personages worden voorgesteld, de plaats wordt verduidelijkt en er wordt een bepaalde sfeer gecreëerd. Motorisch Moment (M.M.): dit is het eigenlijke moment dat het verhaal van start gaat. Er gebeurt iets waardoor de vredige beginsituatie, die zojuist geschetst werd, verstoord wordt. Evolutie met dramatisch hoogtepunt (E.V.): verschillende gebeurtenissen volgen elkaar op en het verhaal evolueert. Tijdens de evolutie vindt een dramatisch hoogtepunt plaats. Dit is de climax van het verhaal: gaat de held het redden of zal de vijand overwinnen? Happy end of pointe (H.E.): het verhaal kent een gelukkig einde. De held/het moraal wint van het kwade en de rust wederkeert.
Klassieke verhaalstructuur type 2 (7 stappen) Parallelstructuur Er spelen zich twee verschillende verhaallijnen af. Die volgen elk een eigen ontwikkeling. De luisteraar kent de twee verhaallijnen en dat is voor hem spannend. Het is belangrijk dat de twee verhaallijnen op een bepaald moment samenkomen.
Rondverhaal Aan het einde komt het hoofdpersonage terug uit in zijn beginsituatie....