Tentamen 2019, vragen PDF

Title Tentamen 2019, vragen
Course Histologie
Institution Universiteit Antwerpen
Pages 3
File Size 113.2 KB
File Type PDF
Total Downloads 26
Total Views 745

Summary

Histologie (Ba1 BMW)Academiejaar 2018-Voorbeeld Open VragenReeks 1904031/ Wat bepaalt het oplossend vermogen van een microscoop? Vergelijk lichtmicroscopie (LM) met elektronenmicroscopie (EM)! En wat betekent ‘praktische’ resolutie?2/ In de routine histopathologie is de HE kleuring zeer courant. Hoe...


Description

Histologie (Ba1 BMW) Academiejaar 2018-2019

Voorbeeld Open Vragen Reeks 190403

1/ Wat bepaalt het oplossend vermogen van een microscoop? Vergelijk lichtmicroscopie (LM) met elektronenmicroscopie (EM)! En wat betekent ‘praktische’ resolutie? 2/ In de routine histopathologie is de HE kleuring zeer courant. Hoe prepareer je een weefselbiopt en waarop is de HE kleuring gebaseerd? 3/ Epithelen zijn weefsels waarvan de cellen in een aaneengesloten verband liggen. Bespreek de structurele kenmerken van dit aaneengesloten verband! 4/ Bespreek het éénlagig epitheel en geef van ieder type een voorbeeld en de functionele histologie hiervan! 5/ De blaas is aan de luminale kant bekleed met overgangsepitheel! Bespreek structuur en functie van het overgangsepitheel! 6/ De tanden zitten met ligamenten vast in de tandalveolen. Bespreek de structuur en synthese van de bindweefselelementen die deze ligamenten vormen! 7/ Wanneer ons lichaam in contact komt met allergenen zijn er vaste en vrije cellen die een reactie op gang brengen die roodheid, zwelling, en shock voor gevolg hebben. Bespreek de cellen die hierbij een rol spelen en hun interactie! 8/ Koude prikkels kunnen bruin vetweefsel aanzetten tot het genereren van warmte. Welke hormonen en neurotransmitters zijn hierbij betrokken en bespreek de warmteproductie op subcellulair niveau. 9/ Wanneer je op en neer springt, wordt het gewrichtskraakbeen erg belast. Bespreek de structuur en geef de elementen aan die de eigenschappen van

gewrichtskraakbeen bepalen! 10/ Acromegalie is een afwijking van de botvorming op volwassen leeftijd. Wat veroorzaakt deze afwijking en bespreek het type botvorming dat hierbij betrokken is! 11/ T lymfocyten zijn lichtmicroscopisch niet te onderscheiden van B lymfocyten. Toch hebben T-helper en T-cytotoxische cellen specifieke oppervlakte kenmerken die een rol spelen in hun functie. Bespreek deze oppervlaktekenmerken en het functioneren van deze T-cellen in de relatie met lichaamseigen cellen. 12/ Bij een acute ontsteking ten gevolge van een bacteriële infectie zien we veel neutrofiele granulocyten verschijnen. Bespreek de processen die verantwoordelijk zijn voor deze neutrofilie, inclusief wat er zich in de verschillende functionele compartimenten voordoet. 13/ Rijpe B lymfocyten die het beenmerg verlaten vertonen specifieke oppervlaktekenmerken. Bespreek de ontwikkeling van deze kenmerken in het beenmerg, en de veranderingen die zich nog voordoen wanneer de B cellen het beenmerg hebben verlaten! 14/ De spiercontractie is gebaseerd op moleculaire processen die zich op subcellulair niveau afspelen. Bijhorend schema geeft de interactie tussen actine en myosine. Bespreek dit in detail en geef ook aan hoe de spiercontractie op gang gebracht wordt.

15/ Multipele sclerose (MS) wordt gekarakteriseerd door demyelinisatie van delen van het centraal zenuwstelsel. Bespreek de structuur van myeline en de vorming van myeline in het centraal zenuwstelsel. En welke cellen worden geactiveerd wanneer myeline afgebroken wordt zoals bij MS. Bespreek! 16/ Een hydrocephalus (waterhoofd) kan het gevolg zijn van een te hoge productie cerebrospinaal vocht of van de obstructie van de drainage van het cerebrospinaal vocht. Bespreek de histologie van de structuren die hierbij betrokken zijn! 17/ In het oog kan de storing van de afvoer van het kamerwater leiden tot verhoging van de intraoculaire druk en is oorzaak van glaucoom. Welke structuren zijn er allemaal betrokken bij de ontwikkeling van glaucoom en bespreek het oorzakelijk verband? 18/ Ultraviolet licht, meer bepaald UV B beïnvloedt zowel keratinocyten als melanocyten. Bespreek de reactie van huidcellen op zonlicht. Geef ook de kenmerken van albinisme met oorzaak en gevolg. 19/ De ziekte van Parkinson is gekenmerkt door een degeneratie van dopaminerge neuronen in de substantia nigra. Bespreek de synthese en verwijdering van dopamine aan de hand van het schema. Bespreek een eventuele behandeling met dopamine, DOPA, Carbidopa...


Similar Free PDFs