Verpleegkundige theorieën en modellen 4 PDF

Title Verpleegkundige theorieën en modellen 4
Course Verpleegkundige als observator
Institution Karel de Grote Hogeschool
Pages 5
File Size 131.9 KB
File Type PDF
Total Downloads 18
Total Views 127

Summary

Download Verpleegkundige theorieën en modellen 4 PDF


Description

Verpleegkundige theorieën en modellen 1.1. Verpleegkundige theorieën en modellen in het algemeen 1.1.1.

Definitie

Verpleegkundige theorie: verzameling van samenhangende begrippen, definities en proposities die de verpleegkundige activiteiten beschrijft, verklaart, voorspelt en voorschrijft

1.1.2.

De functies van verpleegkundige theorie

Verpleegkunde bevat ook theoretische componenten: - Kennis uit andere vakgebieden - Kennis vanuit onderzoek binnen de verplegingswetenschap (Integreren wetenschappelijke medische kennis met kennis uit wetenschappelijk onderbouwd verpleegkundig onderzoek) => Samenspel theorie en praktijk => Verpleegkunde is praktijkwetenschap Evers en Grypdonck beschreven de functies van verplegingswetenschap FUNCTIES: - Organiseren van veelheid van functies tot betekenisvol geheel - Ontdekken van nieuwe verpleegkundige kennis - Zoeken naar wezenlijke kenmerken van ons beroep

1.1.3.

Verpleegkundige theorie en verpleegkundig model

Een theorie: - Bundelt - Beschrijft - Evolueert Vanuit een theorie ontstaat een model Model -> bedoelt om de werkelijkheid weer te geven Model kan je onderscheiden in - Concrete modellen - Abstracte modellen Het geheel van theorieën en modellen maken uit van verplegingswetenschap Belang van verpleegmodellen - Gebruikt om de complexiteit van de verpleegkundige opdracht op een systematische wij ze te reduceren voor het dagelijks gebruik in de praktijk

1.1.4.

Indeling van de theorieën volgens Reikwijdte

Vpk theorieën kunnen ingedeeld worden volgens de Reikwijdte - Grand theories  Is een theorie waarin de concepten van de verpleegkunde geformuleerd worden, maar waarin vooral aandacht geschonken wordt aan de opvatting over wat verpleegkunde is en op welke manier men naar verpleegkunde wilt kijken  Vb. defensief rijden - Middle-range theories  Verklaringen voor een gebied  Vb. voorrangsborden - Practice theories  Regels voor de praktijk  Dingen die we ontdekt hebben vb. samen eten ipv van apart

1.1.5. • • • •

• •

Indeling van de theorieën volgens invalshoek

Zelfzorgtheorieën: de functie van de verpleegkundige de zelfzorg van de patiënt te optimaliseren Adaptatietheorieën: deze gaan uit van de aard van de problemen van de patiënt die aanleiding geven tot verpleegkundige acties. Ondersteunen bij aanpassingen Relatietheorieën: nemen de relatie van patiënt en verpleegkundige als uitganspunt Holistische theorieën: deze theorieën zijn geënt op de systeemtheorieën  ze gebruiken begrippen uit de systeemtheorie om de mens als een systeem te omschrijven en om de scheiding tussen biologische, psychologische en sociale aspecten te overbruggen Interactionistische theorieën: bij interactie is de verpleegkundige zich bewust van de meervoudige betekenis van het gedrag van de patiënt. Behavioristische/ gedragstheorieën: het gedrag van de patiënt in goede banen te leiden

1.2. Bespreking van een aantal verpleegkundige modellen Model: een symbool of schematische weergave van de werkelijkheid  Ontstaat vanuit een theorie  Bedoelt om in werkelijkheid weer te geven Abstract/Concreet model: Je vertrekt altijd vanuit je persoonlijk denkmodel Het geheel van theorieën en modellen vormt samen de verplegingswetenschap, DOEL - Ondersteunen van het verpleegkundig handelen - Niet lukraak werken; - Juiste prioriteiten stellen - Patiënt centraal stellen

1.2.1.

Zelfzorg model van Orem

Theorie: “Verplegen is het doelbewust handelen, gericht op het ondersteunen, aanvullen of overnemen van zelfzorg en mantelzorg” Orem ontwikkelde drie theorieën 1. Theorie van de zelfzorg 2. Theorie van het zelfzorgtekort 3. Theorie van het verpleegkundig handelen

1.2.1.1.

De theorie van de zelfzorg

Zelfzorgbehoeften: de doelen waarop de zelfzorg gericht is 3 typen zelfzorgbehoeften 1. Algemene of universele zelfzorgbehoeften 2. Zelfzorgbehoeften ten gevolge van ontwikkelingsprocessen 3. Zelfzorgbehoeften ten gevolge van gezondheidsverstoringen Aan zelfzorgbehoeften voldoen om gezond te blijven = therapeutisch vereiste zelfzorg 4 niveaus van zelfzorgbehoeften 1. Lichamelijke 2. Psychische: 3. Interpersoonlijke: vb. normen en waarden kennen en daarvoor op komen 4. Sociale

1.2.1.2.

De theorie van het zelfzorgtekort

Zelfzorgvermogen heeft te maken met - Kunnen beslissen (wat nodig is om aan de behoeften te voldoen) - Kunnen uitvoeren (van de activiteit) Tekort kan - Totaal of gedeeltelijk zijn - Bestaand of potentieel (risico) Ontstaan van zelfzorgbehoeften - Eisen te hoog - Specifieke vaardigheden nodig - Vermogen (nog) niet of ontwikkeld Twee wijzen waarop zelfzorgtekort aangevuld kan worden - Dependent care:  Zelfzorgtekort wordt aangevuld door diegenen die een verantwoordelijkheid hebben voor de persoon die nog niet of niet meer voor de eigen zelfzorg kan instaan  Vb. ouders die voor kinderen zorgen - Nursing care agency  Verpleegkundig vermogen

1.2.1.3. De theorie van het verpleegkundig handelen (verpleegkundig vermogen) Orem beschrijft verpleegkundig vermogen als: “een hiervoor opgeleid individu dat de vereiste zelfzorgvereisten kan herkennen en hieraan kan voldoen”.

Verpleegkundig vermogen op verschillende niveaus - Ondersteunend educatief systeem  Inzicht te verschaffen  Motivatie te versterken - Compenserend systeem: verpleegkundige kan ook de zelfzorg overnemen, geheel of gedeeltelijk  Volledig compenserend systeem  Gedeeltelijk compenserend systeem

1.2.1.4.

Voordelen en beperkingen van het model

Voordelen - Je gaat de zelfstandigheid stimuleren Nadelen - Weinig gezegd over de relatie vpk-patiënt - Weinig aandacht besteed aan het multidisciplianire aspect

1.2.2.

Het adaptatiemodel van Callista Roy

Theorie “Verpleging is gericht op het scheppen van een evenwichtige situatie, waarbij er sprake is van harmonie met de omgeving. Het doel van verplegen is de adaptatie van die persoon te bevorderen in situaties van gezondheid en ziekte” 8 uitgangspunten 1. Mens is een bio/psycho/sociaal wezen 2. De mens treedt in een voortdurende wisselwerking met een veranderende omgeving 3. Mens gebruikt aangeboren en verworven systemen om zich aan te passen aan de veranderende omgeving 4. Ziekte en gezondheid zijn onvermijdelijk 5. Om positief te kunnen reageren, moet de mens zich aan de veranderende omgeving kunnen aanpassen 6. Aanpassen is een activiteit van stimulus (prikkel) en de reactie daarop vanuit het adaptatieniveau van de mens 7. Het adaptatieniveau is de zone waarbinnen prikkels opgevangen kunnen worden die tot een positieve respons moeten leiden. 8. De mens heeft 4 aanpassingswijzen (modi van adaptatie)  Fysiologische modus (somatisch)  Modus van het zelfconcept (psychisch)  Modus van het rolconcept (sociaal)  Modus van de onderlinge afhankelijkheid

1.2.2.1.

Behoeften ingedeeld volgens Roy (modi)

Fysiologische behoeften

- Rust en slaap - Voeding - Regulatie van de zintuigen - … (p. 144) Zelfconcept - Verlies - Angst - Machteloosheid - Zelfachting Rolfunctie Interpendentie - Agressie - Eenzaamheid

1.2.2.2.

De mens als adaptief systeem

Mens is een adaptief systeem met volgende elementen: - Adaptatieniveau (soort zone): vermogen zich aan de veranderingen in zijn omgeving aan te passen - Stimulus: veranderingen in de omgeving zijn prikkels die inwerken en aansturen op een aanpassing - Copingsmechanismen: mensen reageren via copinggedrag  Regulator-subsysteem (niet-willekeurig)  Cognator-subsysteem (willekeurig) - Aanpassingswijzen (modi): basisbehoeften is het nastreven van bio/psycho/sociale integriteit - Respons (adaptief/ineffectief): de uitwerking van het copinggedrag via een adaptatiemodus

1.2.2.3.

De functie van de verpleegkundige volgens Roy

Bevorderen van adaptatie: - Evenwicht herstellen door stimuli te veranderen/verminderen - Aanpassingsvermogen vergroten

1.2.2.4.

Voor- en nadelen van het model

Voordelen: - Samenhangender dan een zelfzorgmodel - Door het begrip rolfunctie wordt de patiënt minder geïsoleerd bekeken Nadelen: - Door adaptatie verwachten we dat de patiënt zich alsmaar aanpast - “Je moet ermee leren leven” = fatalisme...


Similar Free PDFs