OG3De verpleegkundige anamnese PDF

Preview

Summary

De verpleegkundige anamnese...

Description

OG3 Stap 1: moeilijke woorden + verklaren Complicatie  neveneffect Stap 2: samenvatten + soort taak studietaak, discussietaak, strategietaak, verklaringstaak en toepassingstaak op de functionele gezondheidspatronen stap 3: brainstormen anamnese  waarom? Reden val Gezondheidspatronen Gevolgen val Stap 4 : clusteren / Stap 5: leerdoelen -

Het nut van een anamnese? En hoe? Bij de verpleegkundige anamnese gaat de verpleegkundige tijdens het verpleegproces voor de zorg relevante informatie verzamelen, dit doet men door middel van open vragen zoals “hoe voel je u?” maar ook door gesloten vragen zoals “moet u ’s nacht wel eens plassen?” hierbij moet men wel vaak doorvragen, de vragen worden gesteld a.d.h.v. gezondheidspatronen . Op basis van deze informatie worden verpleegproblemen en verpleegkundige diagnosen vastgesteld. Hierdoor kan de zorg voor de zorgverlener een stuk makkelijker verlopen. Wordt in de meeste ziekenhuizen gebruikt.

-

De gezondheidspatronen toepassen op de taak (voor- en na val )

FGP1: Patroon van gezondheidsbeleving en instandhouding

Het is hier van belang om gegevens te verzamelen over de manier waarop de zorgvrager zijn gezondheid ervaart en de wijze waarop hij voor zijn gezondheid zorgt, zowel op geestelijk als lichamelijk vlak. FGP2: Voedings- en stofwisselingspatroon

Voor: - Luistert naar de dokter, maar zondigt hier en daar wel eens - Leeftijd 87 jaar - Actief bezig met haar gezondheid Na: - Kan zichzelf niet meer behelpen

Voor: - Eet gezond volgens advies van haar arts

Dit omvat de opname van voedingsstoffen en vocht in relatie tot de lichamelijke behoeften van de mens, de temperatuurregulatie en het hormonale systeem. Bepaalt ook de toestand van de nagels, huid, haar en slijmvliezen. Gewicht en lengte FGP3: Uitscheidingspatroon

-

Elke dinsdag gaat ze koffiedrinken Chocolade kan ze niet laten Ontbijt elke dag

-

Vermoedelijk niet meer kunnen eten en drinken na de val Vraagt om water Vocht via infuus

Na:

-

Voor: geen info Na:

Dit heeft alles te maken met de uitscheiding van vocht uit het lichaam. Op zich niet levensgevaarlijk, maar bij het onstaan van stoornissen kunnen er zich wel grote problemen voordoen. (tijdstippen)

FGP4: Activiteitenpatroon

Dit vormt de basis voor een actief en zelfstandig leven. Het is het beste te omschrijven als het geheel van lichaamsbeweging, activiteiten, ontspanning, recreatie en vrijetijdsbesteding. Bewust en niet- bewust

FGP5: Slaap- en rustpatroon

Dit patroon is te omschrijven als het totaal van perioden van slaap, rust en ontspanning verspreid over een etmaal (periode van uur).

-

Ligt in haar eigen urine en stoelgang Veel vocht verloren

Voor: - Elke ochtend de krant lezen en puzzels oplossen - Elke dinsdag naar de markt gaan met een vriendin (bus) - Boodschappen zelf doen - Zelf koken - Zelf huis poetsen - Naar de kerk en het park gaan - Op Frans wachten op woensdagochtend - Eigen kleren uitkiezen en juwelen aandoen - Kijkt graag naar spelende kinderen van de buren - Kan de tuin niet zelf doen Na: - Ze is immobiel, ze kan zich niet meer verplaatsen - Niet naar de markt geweest met haar vriendin Voor: - Na het journaal slapen - Soms last van doorslaapproblemen sinds het overlijden van haar man - Woensdag voor 9u opstaan Na: - Niet meer in eigen bed kunnen slapen

FGP6: Cognitie- en waarnemingspatroon

Dit patroon omvat de waarnemingsfuncties en cognitieve functies. Cognitie betekent kennismaking. Cognitieve functies: bewustzijn, aandacht en oriëntatie. Pijnschaal ( 0- 10) FGP7: Zelfbelevingspatroon

Het zelfbelevingspatroon geeft info over de manier waarop iemand zichzelf ziet en ervaart. Verschillende lichamelijke en psychische factoren bepalen het niveau van zelfbeleving.

FGP8: Rollen- en relatiepatroon

Dit geldt zowel voor gezonde mensen als voor zorgvragers. Ze gaan sociale relaties aan met bijbehorende verantwoordelijkheden en subjectieve belevingen. FGP9: Seksualiteits- en voortplantingspatroon

Dit patroon omvat de seksuele relaties, de seksualiteitsbeleving en het voortplantingspatroon. Dit is nauw verbonden met rollen- en relatiepatroon. Het gaat over tevredenheid en problemen die zorgvrager ondervindt bij seksualiteit. FGP 10: Stressverwerkingspatroon

Hier behandelen we het

Voor: - Leest de krant - Maakt graag puzzels, sudoku, kruiswoordradels - Kijkt naar spelende kinderen - Wachten op de tuinman Na: - Amper bij bewustzijn - Schreeuwt het uit van de pijn

Voor: - Je bent nooit te oud om er goed uit te zien - - kiest elke ochtend haar eigen kleding en bijpassende juwelen - Vrolijke dame Na: geen info

Voor: Na: -

Weduwe (al 12 jaar) Geen kinderen Wekelijkse afspraak Vriendin Lies Tuinman Frans komt elke woensdag Woont alleen Regelmatig afspraken met de dokter Niets meer gehoord van vriendin Lies Frans heeft haar gevonden Iemand van de ambulance

Voor: - Geen kinderen - Weduwe (12 jaar) Na: idem, geen extra info

Voor: - Kerkbezoek of naar het park om na te kunnen denken, daarna voelt ze haar beter

verschijnsel ‘stress’, de wijze waarop de mens op stress reageert en de verpleegkundige aspecten die van belang zijn om stressverwerking een juiste plaats te geven in het verplegen. FGP11: Waarde- en levensovertuigingpatroon

Hier behandelen we waarden, normen en overtuigingen waarop een mens zijn keuzen en beslissingen baseert.

-

Na: geen info

Voor: - Gaat naar de kerk Na: /

De invloed die alles zal hebben op mevr. Goyens haar leven

Anna zal niet meer hetzelfde kunnen doen als dat ze deed voordat ze gevallen was. Ze zal nu bijvoorbeeld meer hulp moeten krijgen en niet alleen van haar tuinman Frans. Ze zal het huis niet meer zelf kunnen poetsen of boodschappen doen. Misschien moet ze zelfs wel denken aan thuiszorg of een rusthuis. Ze gaat dit ook moeilijk vinden om te aanvaarden vermits ze een deel van haar leven moet afgeven aan andere omdat ze dit zelf niet meer kan, ze moet bijvoorbeeld iemand anders haar boodschappen laten gaan halen....