Leerpad 3 Kwalitatieve data analyse PDF

Title Leerpad 3 Kwalitatieve data analyse
Course Kwalitatieve data-analyse
Institution Universiteit Gent
Pages 7
File Size 330.4 KB
File Type PDF
Total Downloads 108
Total Views 134

Summary

Samenvatting Leerpad 3 ...


Description

Leerpad 3 1. Dit leerpad behandelt de analyse van kwalitatieve data. In kwalitatief onderzoek verzamelt de onderzoeker typisch veel en ongestructureerde data die allemaal moeten worden geïnterpreteerd. Die interpretatie is de kern van de data-analyse. Door middel van data-analyse kan de onderzoeker immers patronen, inzichten en verklaringen uit de data afleiden. Deze fase is tijdsintensief: gegevens worden systematisch gelezen, geordend, gestructureerd, gecodeerd en geïnterpreteerd. Het geeft de onderzoeker meer inzicht in het onderzoeksonderwerp, waardoor conclusies worden afgeleid die het concrete karakter van de ruwe data overstijgen.

Maar het is eigen aan kwalitatief onderzoek om goed te luisteren naar wat de participanten te vertellen hebben en zo nodig de onderzoeksvraag te verfijnen of bij te sturen. Bij kwalitatief onderzoek zijn ‘mensen’ immers de bron van informatie (door interviews, focusgroepen, observaties, ...). De studie van mensen impliceert dat mensen zelf betekenis kunnen geven aan hun omgeving. In kwalitatief onderzoek wordt hier heel veel aandacht aan besteed: de mens is een betekenisverlenend wezen. Het is dan ook van het allergrootste belang dat in de data-analyse van kwalitatief onderzoek deze betekenisverlening tot uiting komt. Dat de onderzoeker dus kijkt door de ogen van de participanten, hun betekenisverlening begrijpt en beschrijft. De data (de tekst, de interviews, de uitgeschreven focusgroepen, ...) moeten worden geïnterpreteerd en daartoe wordt in de meeste gevallen de data gecodeerd Samenvatting •

De analyse van het materiaal in kwalitatief onderzoek is noodzakelijk en intenstief. Het vraagt interpretatie en is een iteratief proces van constant comparatief vergelijken. De kenmerken van benaderingen voor data-analyse zijn dan ook (1) interpretatie, (2) iteratief proces en (3) constant comparatief vergelijken. • Er bestaan verschillende benaderingen om kwalitatieve gegevens te analyseren, waaronder interpretatieve fenomenologie, grounded theory en thematische analyse. Coderen is een sleutelproces in de meeste benaderingen voor kwalitatieve data-analyse, al wordt het soms ook bekritiseerd omdat het leidt tot fragmentatie en decontexutalisering. 2.

-

Belang van interpretatie  resultaat kwalitatief onderzoek veelheid van ongestructureerde gegevens (tekst, geluid of beeld). Soort data is ongestructureerd tekstmateriaal(woorden, beelden of geluid).  geen afbreuk doen aan de rijkheid van de gegevens.  Kwalitatieve data kun je beschrijven als ‘aantrekkelijke overlast’ (Miles, 1979). aantrekkelijk = rijkdom van de data overlast= moeilijkheid vinden van structuur in die rijkheid.  data-analyse.  Benadering kwaldata > data systematisch en exact geordend.  veranderen de verzamelde data essentiëel van aard De data kan begrijpen en ermee kan werken; Verwante gegevens (verschillende transcripten en aantekeningen) > integreren Belangrijke thema’s of patronen ontdekken > onderzoeken  onderzoeksvragen beantwoorden > patronen en verbanden Conclusies trekken en verifiëren.        

Tijdens onderzoek> interpretaties achterliggende verklaringen en redeneringen VAN BELANG  beleving van participanten begrijpen op gecontroleerde manier gebruik van eigen subjectiviteit Die subjectiviteit belangrijk > betekenis woorden participant. Bij deze interpretaties > teruggekeerd naar data: !!! interpretaties bevestigd > fragmenten + participanten  patronen ontdekken interpretatieve overeenkomt met de gehele data ?? Meerdere inzichten en meningen over de data  groter geheel van benadering tot data = onderzoekstriangulatie.

Iteratief proces in datacollectie en -analyse  

Verzamelen data > iteratieve manier.  fases(dataverzameling en sampling) opvolgen SAMENSPEL Aan de hand van systematisch en voortdurend vergelijken van nieuwe data en voorlopige conclusies kunnen inzichten weerlegd of bevestigd worden. > tijdens proces verfijnd en of hypotheses verlegd

Constant comparatief analyseren   

data lezen en herlezen > vertrouwd raken met data doel = overstijgen van het concrete karakter van data uit interviews, observaties en andere bronnen. data elkaar te koppelen en te verbinden > constant comparatieve methode.  nieuwe data vergeleken met data uit een vroeger stadium.

3.  

verschillende perspectieven > de keuze voor een bepaalde strategie voor kwalitatieve data-analyse bepaalt wat je als onderzoeker zal zien. o WAT WIL JE ZIEN? onderzoeksvraag en de literatuurstudie > belangrijke richtlijnen kiezen strategie



fenomenologische analyse = focus op unieke betekenissen van een specifieke groep mensen > zelfde ervaring delen (bijvoorbeeld allemaal ouders die een kind geadopteerd hebben

Essentie ervaring, betekenis en zingeving aan ervaring = ‘lived experience’ 

grounded theory = onderzoeker naar verklaringen zoekt voor complexe processen en dus naar algemeenheden bij een specifieke populatie of een specifieke ervaring



thematische analyse = onderzoeker naar gemeenschappelijke thema’s zoekt in de kwalitatieve gegevens.

VOORBEELD TABEL

IPA Methode: gezondheidpsych  geneeskunde + sociale wet Speciefieke theoretische basis > femenologische studie, ervaring studie + interpretatief Osbourn en Smith: ervaring chrinische rugpijnen Interpretatief = nooit rechtstreeks altijd een betekenis aan ervaring  interpretatie van ervaring + interpretatie van onderzoeker van de ervaring van onderzochte   

Steekproef: homogeen, kleine (3-6personen) > dicht genoeg bij unieke ervaring + vergelijking kunnen maken bij homogene ervaringen Data verzameling: diepte interviews, zo goed mogelijk beeld over de gegeven betekenis  rijkheid aan ervaring van het verbale Data-analyse: eerst dicht bij data blijven en dan tot algemene MAAR beginnen met één specifieke case, en dan uitbreiden naar volgende cases vervolgens een groepsanalyse formuleren  Uniek  Vergelijking

Fenomenologie

     

Grieks woord phenomenon (=zichzelf tonen).

studie van de essentie van een ervaring. filosofische stroming > verschijnselen en de intuïtieve ervaring CENTRAAL een reactie op de manier waarop wetenschap de wereld uiteenrafelde tot objecten.  objectieve wereld beschrijven Fenomenologie = objectieve wereld nooit de ware wereld kan Mensen deel van een omgeving > het doen, denken en waarnemen van mensen binnen een context.  betekenis geven + zin aan ervaringen > eigen geconstrueerde werkelijkheid. !!! Deze ervaren en subjectief beleefde wereld is

de enige werkelijke.  

Groepen: > descriptieve > hermeneutische > existentialistische fenomenologie Een fenomenologische studie beschrijft de betekenis die mensen geven aan de ervaring van een bepaald concept of fenomeen. Bv. slapeloosheid, eenzaamheid binnen een ziekenhuissetting of pijn

 

Doel: individuele ervaringen abstraheren tot een meer universele beschrijving. !!!Belangrijk principe: de leefwereld als vertrekpunt > Beleefde ervaringen vormen de basis van een onderzoek + inzicht in ervaringen WERKING  open-minded attitude > reflexiviteiterg!!!  : onderzoekers bewust zijn van eigen veronderstellingen > weinig mogelijk te latenmeespelen.  Verwerven van inzicht en blootleggen van bredere patronen  individuele cases overstijgen > essentiële structuur van een fenomeen beschrijven  Bracketing: eerdere assumpties, verworven door ervaring of literatuur, om het fenomeen met een open blik te benaderen.  concrete voorbeelden en beschrijvingen die participanten aanhalen, gehanteerd worden om tot een meer abstract en overstijgend begrip van het fenomeen te komen. 

Typisch = dat de onderzoeker tot een aantal grote thema's komt die samen de essentiële structuur uitmaken van het onderzoeksfenomeen. Deze thema's vormen de basis van de uiteindelijke conclusies van het onderzoek.

Grounded Theory = onderzoeksbenadering waarbij op een zeer systematische en cyclische manier tot theorievorming of tot verklarende processen over betekenisgeving, wordt gekomen. - Deze benadering biedt een methodiek om nieuwe theorieën te genereren, of om bestaande theorieën verder te verfijnen Principes: • specifieke sampling technieken + coderen van gegevens > een continu proces (bij verzamelen gegevens) • zoeken naar juiste categorieën • kwantitatief onderzoek > gegevens moeten passen in vooraf bepaalde variabelen en schalen > gecodeerd na verzameling • bekijken welke codes uit de gegevens komen • theoretische verzadiging = twee aspecten: coderen en dataverzameling o coderen  het punt bereikt waarop er geen reden is om nog verder de gegevens te exploreren o dataverzameling  geen nieuwe gegevens meer bekomt bij verdere dataverzameling.  categorieën gebruikt in codering in relatie staan tot het conceptueel kader > gebruikte categorieën theoretisch funderen > verschillen tussen de gebruikte categorieën duidelijk stellen  . Een manier om categorieën in relatie te stellen tot concepten is het gebruik van memos. = nota’s die onderzoekers schrijven voor zichzelf of voor hun

medeonderzoekers en waarin de gebruikte categorieën omschreven worden, in relatie tot concepten (geheugensteuntje) > ideeën verfijnen Kritiek: te maken met deze relatie tussen concepten (uit de literatuurstudie) en categorieën waarmee men codeert > Waarom? moeilijk om gegevens uit kwalitatief onderzoek compleet neutraal te observeren en coderen.  verschillende kijken en kennissen op en over het onderzoek > onderzoeker eigen onderzoeksinstrument ATTIDTUDEKWESTIE

Concrete toepassing van de Grounded Theory (en de constant comparatieve methode) aan de hand van het onderzoek ‘Identity dilemma’s of chronically ill men’ (Charmaz, 1994)



onderzoeksonderwerp binnen deze benadering past

VOORBEELD VOORBEELD: Charmaz (1994) onderzoekt de beleving en ervaringen van mannen met een chronische ziekte, en de impact van het chronisch ziek-zijn op hun identiteit.  Grounded Theory-benadering > onderzoeksthema systematisch en diepgaand te kunnen bestuderen + zicht krijgen op het procesmatig karakter van ervaren veranderingen in identiteit Er werden mannen gezocht die voldeden aan volgende vier criteria: (1) volwassen (>21), (2) diagnose van ernstige maar geen terminale aandoening, (3) ziekte met een onzekere oorzaak, (4) zichtbare effecten van de ziekte op het dagelijks leven. Participanten werden geïnterviewd + moesten dagboek bij houden

Stappenplan onderzoek (Charmaz) I. II.

III. IV. V.

interviews bestudeerd > terugkerende thema’s. analytische categorieën > op basis van definities  categorieën als publieke versus private identiteit, beschermingsstrategieën, definiëring van ziekte en beperking terug in interviews extra interviews > categorieën te verfijnen dagboeken > genderperspectief OOK vrouwen bevraagd over thema’s  verschil tussen mannen en vrouwen + impact gender

Thematische analyse = Van bepaalde kwalitatieve data tot een thematische kaart van data te komen

Fases

1. Data leren kennen: actief doornemen  gedachten, ideeën neerschrijven bijhouden = memo’s 2. Data coderen: uit uw selectie van data, de data de verzamelen en te coderen (naam geving) 3. Codes groeperen (onder ruimere thema’s): clustering fase 4. Thema’s ordenen: plaats, naam, definiëring thema geven 5. Thema’s uitscheiden: resultaten worden neergeschreven + interpreteren (illustraties, voorbeelden…) Hoe beginnen:  Data!!! (welke data kies ik om mee te werken)  Kijk!!! (op welke manier ga ik naar mijn data kijken: o Inductief (bottom-up= ideeën uit data zelf laten komen en zo ruimere thema’s laten ontstaan) o Theoretische kader (theorie gestuurde thematisch analyse)

a. Wat is het verband tussen zelfbeheersing en leeftijd b. thematische analyse: het is meer een thematische onderzoeksvraag, waarbij er niet tot in detail wordt onderzocht wat de ervaring van de kinderen, van verschillende leeftijden, is. Er zou eerder uitgediept worden op de verkregen thema's uit het onderzoek.

Coderen Onderdeel kwal data analyse: seleteren van relevante betekeniseenheden van de data en er een korte naam aan geven VOORBEELD: ‘Als een ouder een vriend, maar niet ‘de vader’: de beleving van stiefvaders in een nieuw samengestelde gezinnen. Hoe beleven stiefvaders hun rol en positie binnen een nieuw samengesteld gezin 1. data exploreren: (transcript schrijven + memo’s noteren) 2. eerste codering: systematisch a. horen alle betekeniseenheden bij thema b. biedt thema antwoord c. interne homogeniteit (gelijkenis in thema)externe homogeniteit (thema’s onderling verschillen) > relevante betekeniseenheden = een deel uit onderzoek die relevant is voor onderzoeksvraag coderen = abstracte betekenis aan data geven en toch bij de data blijven 3. thema’s zoeken en definiëren: clusteren van codes in thema’s en categorieën 4. thema’s clusteren

  

auditief opgenomen materiaal of van videomateriaal : transcriptie > Coderen gebeurt meestal op tekstmateriaal codes = samenvattende benamingen bij stukjes tekst betekenis tekstfragmenten > systematisch onderzocht + geïnterpreteerd.  elk fragment een soort label > interpretative onderzoeker Zo kunnen gelijkaardige fragmenten snel terug gevonden worden aan de hand van de codes

   VOORBEELD

Soms gelijkaardige codes: structuur in onderzoek en bepaalde thema’s  Alle fragmenten die gelinkt zijn met ‘structuur’ worden naast elkaar gelegd > verheldering thema Voorlopige conclusies > afgetoetst aan verzamelde data, nieuwe en eerder gevormde conclusies. Hulpmiddel...


Similar Free PDFs