Practicum, Strafrecht, OG 1-2, 4 PDF

Title Practicum, Strafrecht, OG 1-2, 4
Course Strafrecht
Institution Katholieke Universiteit Leuven
Pages 20
File Size 507.3 KB
File Type PDF
Total Downloads 66
Total Views 159

Summary

OG 1...


Description

Jeroen Vandenberk

OG 1

OG 1: Misdrijfbegrip algemeen, indelingen van de misdrijven, delictstypiciteit Oefening 1 Constitutieve elementen: gemeen aan alle misdrijven en die ervoor zorgen dat bepaald soort gedrag als strafbaar wordt bestempeld. Constitutieve elementen: voorwaarden die nodig zijn om onder strafbare handeling te vallen. 1 2 3 4 5

18 5 8 20 15

6 7 9 11 14

12 13 10 17 16

Voortgezet misdrijf misdrijf; onder een voortgezet misdrijf verstaat men een misdrijf dat bestaat uit verschillende gedragingen van dezelfde aard of van verschillende aard, die elk afzonderlijk strafbaar zijn, doch die wegen de opeenvolgende en voortgezette uitvoering van een zelfde opzet in hoofde van de dader worden geacht samen slecht een complex misdrijf uit te maken. Collectief misdrijf bestaat uit verschillende gedragingen van verschillende aard.( VB: iemand die elke dag steelt: allemaal diefstallen. Rechter gaat zeggen dat dit uiting is van 1 crimineel opzet is => alle diefstallen als 1 feit zien.: zwaarste straf opleggen bij zwaarste feit: verbeurdverklaring die hoort bij lichter feit moogt ge wel toepassen) Voortgezet( allemaal zelfde soorten misdrijven)  collectief ( niet allemaal van zelfde aard: diefstal, moord, verkrachting) Aflopend misdrijf; ( moord: hij bestaat nietmeer) een misdrijf dat door de wet wordt omschreven als een doen of een laten op een bepaald ogenblik. Het misdrijf is voltrokken en houdt op zodra de strafbaar gestelde handeling of onthouding heeft plaats gevonden. Wanneer de handeling gesteld is houdt het misdrijf op met te bestaan. Voortdurend misdrijf; hieronder verstaat men misdrijven die bestaan in een ononderbroken en door de dader bestendigde delictuele toestand. ( ontvoeringbendevorming-gijzelneming)

1

Jeroen Vandenberk

OG 1

Hoe komen we bij onderscheid aflopend-voortdurend misdrijf? : eerst naar wettelijke omschrijving kijken. Loopt het verder in de tijd? Verschil voortdurend- voortgezet misdrijf? Voortdurend blijft bestaan ( bendevorming: 1 feit), voortgezet( verschillende feiten die met elkaar te maken hebben.) VOORTGEZET MISDRIJF KAN OOK AFLOPEND ZIJN. Verschil gewoontemisdrijf-voortgezet misdrijf? Gewoonte: handelingen die afzonderlijk niet strafbaar zijn maar omdat ge ze zo gewoonlijk stelt is het wel strafbaar. Voorgezet: alle handelingen apart zijn ook strafbaar. Kan een voortgezet misdrijf uit een voortdurend misdrijf bestaan? Ja deze kan bestaan uit voortdurende misdrijven als uit aflopende misdrijven. Het onderscheid is van belang voor de verjaring bijvoorbeeld. Equivalentieleer; (conditiones sine qua non) deze berust op een dubbele stelling; enerzijds moet een geheel van antecedenten aanwezig zijn. Als oorzaken kunnen worden beschouwd al deze antecedenten die noodzakelijk aanwezig moeten zijn opdat het gevolg zou intreden. Ex post redenering. Achteraf kijken: gedachteexperiment: zou lien gestorven zijn zonder mijn fout? Was ze gestorven? Nee. Dus ja ik ben in fout. Adequatieleer; beschouwt als oorzaak van een gevolg enkel die antecedenten die niet weggedacht kunnen worden zonder dat het gevolg wegvalt. Enkel die antecedenten die effectief geleid hebben tot het gevolg. Ex ante redenering. ( aansprakelijkheidstheorie die kijkt welk handelen of nalaten nodig zijn. Oorzakelijk verband met gevolg? => causaliteitstheorie( plaatsen voor de feiten: als getuige plaatsen. Is het waarschijnlijk dat bepaald gevolg intreedt) VB: lien haar vinger afsnijden, laurens naar ziekenhuis rijden maar gedronken en botst tegen bus, beland in rivier, ze wordt gered, daar aangevallen en vermoord. Ben ik schuldig aan opzettelijke slagen en verwondingen? => equivalantie of adequatieleer nodig. Katrien ziet afhakken vinger, is het dan waarschijnlijk dat lien dan zal sterven? Onwaarschijnlijk. Efficiente oorzaak Verschil is beoordeling! Fout in oorzakelijk verband met gevolg.. Art 1 Sw. Bepaald voor welke misdrijven welke straffen van toepassing zijn. Dus een overtreding is een politiestraf, een wanbedrijf met een correctionele straf en een misdaad met een criminele straf. Een drukkerijmisdrijf =zie grondwet!!!! Bewuste onachtzaamheid= spelletje: appel op hoofd en ge moet die afschieten, als je mist schiet je in hoofd maar je denkt: goede schutter. Dus geen probleem normaal, het kan wel een negatieve consequentie hebben! Of vb: toch voorbijsteken maar je bent niet

2

Jeroen Vandenberk

OG 1

snel genoeg, je denkt dat je goed chauffeur bent maar niet genoeg want het KON gebeuren. (niet voorzichtig genoeg geweest) Onbewuste onachtzaamheid: je weet niet dat je iets foutdoet, kilometerteller geeft 120 aan, maar deze is kapot, je rijdt eigenlijk 180 dus pleeg je een misdrijf maar je weet niet dat er een negatief gevolg is. Indirect opzet: ge wilt de handeling maar niet de gevolgen, je weet de gevolgen, je neemt deze erbij. (gevolgen gaan zich voordoen maar ik wil handeling stellen) vb: net schietles en ge komt op grote markt en ge wilt in rond schieten, misschien raak je voorbijgangers, je bent bewust dat consequenties gaan optreden. Direct opzet is wetens en willens handelen en de gevolgen beoogt. Misdaad is altijd een opsluiting, een wanbedrijf wordt gestraft met een gevangenisstraf. DRUKpersmisdrijf: Strafbare mening, misdrijf zijn, op gedrukt papier, gepubliceerd zijn.

Oefening 2 a. FOUT: Dit is het geval bij de accusatoire procedure (rechter is meer scheidsrechter: passief: dader en beklaagde gelijke voet: geheim, geschreven, niet tegensprekelijk) . De rechter heeft een passieve rol. De partijen staan op gelijke voet en dienen zelf de zaken te bewijzen die ze aanhalen. Er is nergens een zuivere procedure (accusatoir: of inquisatoir) in België. Accusatoire procedures komen vooral voor in de commen law landen, terwijl in de west Europese landen meestal inquisatoir is. Vooronderzoek= inquisitoir ( geheim). Vonnisfase= accusatoir (tegensprekelijk) ( debat enzo) b. FOUT: gerechtelijk is aanvullend:zie art 2 GER. WETBOEK: In principe zijn alle regels van het Ger. W. van toepassing op alle rechtsregels, er zijn 2 uitzonderingen. Het wetboek van strafvordering heeft afwijkende regels omtrent de procedures. Het wetboek van strafvordering heeft een zwijgrecht waardoor het over maken van stukken dat beschreven staat in het Ger. W. Stelling is fout want heeft enkel op een van de uitzonderingen geconcentreerd. Als het onverenigbaar is met andere beginselen en wanneer het Sw. er uitdrukkelijk van afwijkt is het Ger.W. niet van toepassing. Art 2: algemene rechtsbeginselen met 2 uitzonderingen: 1e uitzondering( wetboek strafvordering) staat er regel in dan heeft deze voorrang op ger wetboek. 2e uitzondering: beginselen die botsen (zwijgrecht: stukken aan tegenpartij overmaken.), strafrecht zegt: zwijgrecht verdachte => botst. Zwijgrecht heeft voorrang ( beginsel uit strafrecht heeft voorrang) c. Juist; schuld is een van de 4 constitutieve elementen/ bestanddelen?. Dit is een subjectief bestanddeel. Er zijn 2 soorten subjectieve bestanddelen (opzet en onachtzaamheid). Zijn alle constitutieve bestanddelen van een specifiek misdrijf voldaan? Altijd elk misdrijf vereist 2 zaken; een materieel element (een

3

Jeroen Vandenberk

OG 1

objectieve gedraging: handeling) en een moreel element (de bedoeling een subjectief element, de schuldvorm: wil om iets te doen.). Gemengde misdrijven (misdrijven met een gemengde schuldvorm) zijn misdrijven waar zowel opzet als onachtzaamheid zijn vereist. 4 constitutieve elementen: delictstypiciteit, wederrechtelijkheid, schuld, strafwaardigheid. Minderjarige ziet iphone louise. 13 jarige pikt iphone. Hij weet dat het diefstal is en hij wil dat. Maar niet verwijtbaar omdat hij minderjarig is. Schuldvorm= subjectief bestanddeel. 2 schuldvormen: opzet en onachtzaamheid. d. Fout; de algemene regel is dat er opzet is vereist is voor alle strafbepalingen in het Sw. en in de bijzondere strafwetten die hoofdzakelijk strafbepalingen omvat. Onachtzaamheid is vereist bij bijzondere wetten waar de strafbepalingen accessoir zijn. Opzet in deze zin is algemeen opzet (bijzonder opzet is niet vereist, algemeen is voldoende). Indien wetgever zwijgt: algemeen opzet. Misdaden en wanbedrijven in bijzondere wetten: ( drugwet-voetbalwet) misdaden en wanbedrijven die buiten strafwetboek staat moet je ontdubbeling maken. Is het wet die hoofdzakelijk strafbepalingen bevat= algemeen opzet bij stilzwijgen. Is dit maar 1 artikel ofzo= onachtzaamheid. Overtreding zwijgen= onachtzaamheid. Misdaden= opzet Overtreding= onachtzaamheid Wanbedrijven= opzet maar in bijzondere wetgeving: 2 regels: ofwel gaat het om een wet in het SW en dan opzet, accesoire strafbepaling (als op laatste staat: inbreuken op deze wet zijn strafbaar met dit en dat artikel) = onachtzaamheid

Oefening 3 Graden

Algemeen opzet Bijzonder opzet

Opzet

Bepaald opzet Direct opzet Modaliteiten

Onbepaald opzet

Subjectieve delictsbestanddelen Indirect opzet/eventueel Onachtzaamheid Bewuste culpa Modaliteiten

Onbewuste culpa

De graad slaat op de wil en de modaliteiten(kennis) slaan op het weten van de gevolgen. Opzet: ge wilt een handeling en de gevolgen. => bepaald(kent ge het gevolg) en onbepaald(ge kent het gevolg niet)

4

Jeroen Vandenberk

OG 1

Onbewuste culpa: handeling die strafbaar is maar niet bewust maaar een bonus pater familias zou voorzichtig geweest zijn. a. Er moet spraken zijn van opzet “doden met oogmerk om te doden”. Doodslag: art 393SW.  Schuldvorm= opzet  graad; is algemeen opzet want er is geen bijzondere beweegreden vereist. Wetens en willens volstaat om van doodslag te spreken.  modaliteit; hier is sprake van indirect/eventueel opzet. Hij wilt de gevolgen niet maar gaat toch door met de handeling en neemt de gevolgen erbij. b. Art 394 SW. => Er moet sprake zijn van opzet. => De graad is algemeen opzet (het moet worden gezien als een verzwarende omstandigheden) vermits de wetgever er een bijzondere beweegreden aan toegevoegd heeft met name “met voorbedachten rade”. => Modaliteit is direct opzet omdat de handeling en de gevolgen gekend waren en gewild. onbepaald opzet. (hij weet niet wie er piloot is) c. 419SW. Het gaat hier om onopzettelijke doodslag. => Hier is onachtzaamheid vereist. => Als modaliteit is het (on)bewuste culpa (ook weer hier discussie) omdat hij niet wist dat deze gevolgen zouden intreden. (bewust meer omdat hij er al heel lang werkt) => ruime voor discussie.

Oefening 4 Constitutieve elementen: - Een zaak - Wat je niet toebehoort materieel element (objectieve bestandd. - Wegnemen - Bedrieglijk(opzet) graden, bijzonder opzet : moreel element (subjectief bestanddeel a. NEEN Het materieel element dat het niet toebehoort aan jou ontbreekt hier, dus niet voldaan aan het objectieve bestanddeel. b. NEEN Het is niet bedrieglijk dus het moreel element is hier niet aanwezig (subjectief niet voldaan) c. JA, er is aan alle bestanddelen voldaan. Dat hij het wilt wegschenken aan armen is de dader zijn motief. Opzet moet er zijn los van het motief van de dader.

5

Jeroen Vandenberk

OG 1

Oefening 5 Harry: deelneming niet van toepassing op mij want bijzfondere wet, gelijk of niet? => art 100. Worden toegepast behalve: geen deelneming van toepassing normaal, maar eerste zinnetje: in gebreke van andersluidende bepalingen: milieudecreet: art 11 BWHI: gemeenschappen en gewesten kunnen zelf bepalingen uitvaardigen om gedragingen strafbaar te stellen. Art 100 Sw. Alle regels van Boek I zijn van toepassing op het bijzondere strafrecht behalve wanneer het gaat om; bepalingen van art 85 Sw “verzachtende omstandigheden bij wanbedrijven” bepalingen betreffende titel VII Sw “strafbare deelneming” er anders wordt bepaald Hoofdstuk VII van het Sw. gaat over de strafbare deelneming. Deze kunnen dus in principe niet worden toegepast op de bijzondere strafwetten. Doordat het Vlaams milieu decreet geen bepalingen voorziet in zake strafbare deelneming en de wet zelf niks omtrent de toepassing van boek I op het decreet bepaald, zou de broer (Harry) niet strafbaar zijn. MAAR, we moeten kijken naar de toepassingen van Boek I op gemeenschapswetgeving; zie art 11 BWHI. Deze bepaald dat boek I is van toepassing integraal en automatisch tenzij de regeling anders voorziet. Dus doordat er geen specifieke regeling is voorzien in het Vlaams milieu decreet omtrent strafbare deelneming, is op basis van art 11 BWHI boek I van toepassing op het Vlaams milieu decreet en dus ook voor de strafbare deelneming omdat het integraal van toepassing is.

Kilian deel: 1) boek 1 is automatisch van toepassing om boek 2 2) art 100: boek 1 => bijzondere wetten Alle regels van Boek I zijn van toepassing op het bijzondere strafrecht: Uitz: andersluitende bep,, hfst VII, ART 85 ( BIJ WANBEDRIJVEN, niet bij misdaden) Hier stoppen => niet strafbaar Maar hier is het een decreet => art 11 BWHI. Strafbaar? JA omwille van art 11 BWHI Oefening 6 Brandstichting (onopzettelijk: 519 SW) onopzettelijke slagen en verwondingen (420SW), onopzettelijke doodslag (418-419 SW) geen opzet! Als we uitgaan van de equivalentieleer; brandstichting: alle oorzaken worden meegenomen voor het gevolg. Onopzettelijke brandstichting wordt meegenomen! Hij had voldoende bluswater moeten voorzien. Onopzettelijke slagen en verwondingen: ja want als er geblust was geweest dan was matthias niet moeten gaan lopen. Als we van deze leer uitgaan dan zou hij vervolgt worden voor onopzettelijke doodslag.( als er

6

Jeroen Vandenberk

OG 1

voldoende water dan geen brand, geen vlucht nodig, niet naar ziekenhuis, geen spuit nodig).. We plaatsen ons op het moment waarop de rechter oordeelt dus ex post. Adequatieleer; ex ante: onopzettelijke doodslag valt uit de keten: onwaarschijnlijk dat door te weinig bluswater voorzien is dat een kind zou overlijden aan een spuitje in het ziekenhuis. Bij de adequatieleer gaan we vooraf de antecedenten die niet mogelijke oorzaken zijn voor het gevolg sluiten we uit.

7

OG 2: uitbreiding van de strafbare gedraging Oefening 1 1) Art 467 Sw.: voltooid misdrijf van diefstal bestraft met opsluiting van 5 tot 10 jaar. (criminele straf dus een misdaad) Thelma en Ellis: Strafbare poging? Poging tot het plegen van de diefstal (art 52 Sw.): - Voornemen een misdaad of wanbedrijf te plegen Ze hadden de bedoeling de bank te overvallen totdat de schuldgevoelens opdoken Diefstal met braak ’s nachts: misdaad (want opsluiting) - Begin van uitvoering Leidt gedraging ondubbelzinnig tot uitvoeren misdaad? Het uitwisselen van de gereedschappen, maar ze zijn niet tot de bank geraakt. (Voor discussie vatbaar) - Niet voltooien van het misdrijf buiten de wil van de dader om Nee, het was de wil van de dader om het misdrijf niet te voltooien. = vrijwillige terugtred  Kunnen dus niet spreken van een strafbare poging! Leo: Deelneming aan poging tot het plegen van de diefstal (art 66 lid 3). De deelneming aan de poging is enkel strafbaar als de poging op zichzelf ook strafbaar is. Hier is er dus geen strafbaar hoofdfeit geweest, dus niet strafbaar. Maar betekend niet dat er volledige straffeloosheid zal zijn aangezien men in de voorbereidingen ook een opzichzelfstaand misdrijf kan plegen. -> Poging tot deelneming! Art 66 lid 3: mededaderschap betekend dat de hulp noodzakelijk moet zijn voor de uitvoering van het misdijf. Wordt meestal verleend in de uitvoeringsfase. Art 67 lid 3 Sw.: medeplichtige betekend als de hulp nuttig was voor de uitvoering van een misdrijf. Meestal als de hulp is gebeurd in de voorbereidingsfase  Hier kan men spreken van mededaderschap! Hij levert het gespecialiseerde materiaal.

2) Art 467 Sw. : diefstal met braak gestraft met opsluiting van 5 tot 10j. (criminele straf, misdaad) Thelma en Ellis: Strafbare poging? Poging tot het plegen van de diefstal met braak (art 52 Sw.) - Voornemen om de misdaad te plegen Ze hadden de bedoeling in te breken in het bankkantoor. - Begin van uitvoering

De koevoet al tussen de deur geklemd dus er is een begin van uitvoering. (Multi-interpretabiliteit: nagaan of een handeling ondubbelzinnig leidt tot een bepaald misdrijf) - Niet voltooien van het misdrijf buiten de wil van de dader om De politiepatrouille arresteert hen dus dit is buiten hun wil om.  Er is dus sprake van een strafbare poging! Art. 25 Sw. Dan kijken naar de strafmaat in art 80 Sw. 5-10 jaar opsluiting, maar misdaad is niet voldaan. Ze zullen worden gestraft met een gevangenisstraf van ten minste 1 maand. Hier is er dus sprake van correctionalisatie want men gaat van een misdaad naar een wanbedrijf. Voor de maximumstraf zal je moeten kijken naar art 25 Sw. Hier zal er dus een maximumstraf van 5 jaar gevangenisstraf worden opgelegd. Wanbedrijf is strafbaar met een gevangenisstraf van 1 maand tot maximum 5 jaar

Leo: Deelneming aan strafbare poging tot het plegen van de diefstal met braak ( art 67 Sw.) - Strafbaar hoofdfeit? Strafbare poging - Objectief element: Deelnemingsvorm: mededaderschap, hij levert het materiaal (art 66 lid 3 Sw.) - Subjectief element: Deelnemingsopzet: wetens en willens medewerking verleent Leo is deelnemer aan een strafbare poging tot diefstal met braak en is dus deelnemer aan een wanbedrijf. Mededaders krijgen dezelfde straf als de dader. Dus hier zal het ook een gevangenisstraf inhouden van 1 maand tot 5 jaar. Moest het een medeplichtige zijn (art 69 Sw.) dan moest er een onderscheid worden gemaakt tussen een wanbedrijf of een misdaad. Hier is het een wanbedrijf en zal de straf niet hoger mogen zijn als 2/3e . 3) Dan was het een voltooid misdrijf geweest: deur openbreken : huisvredebreuk. (art 439 Sw.) Ze zijn op weg naar het voorgenomen misdrijf (kluis)

Oefening 2 In geval 1) zal hij strafbaar kunnen zijn aan een deelneming aan poging. Enkel strafbaar als de poging strafbaar is en dit is zo. - Strafbare poging? Voornemen een misdrijf of wanbedrijf te plegen Diefstal met braak: misdaad Begin van uitvoering

Ja, sporen van braak (multi-interpretabiliteit: ondubbelzinnig!) Niet voltooien buiten wil dader om Ja, door buurman die hen wegjaagt Er is dus een strafbaar hoofdfeit Hier gaat het om mededaderschap: (noodzakelijk) dus art 66, lid 3 sw. Als er geen begin van uitvoering was, zou het een poging tot deelneming zijn geweest.

In geval 2) zal hij worden bestraft als deelnemer van de diefstal. Hoofdfeit? Ja, het is een voltooid misdrijf Subj.: Deelnemingsopzet: Dit omdat hij daar wetens en willens de juwelen heeft laten liggen in de vitrine. En omdat de inbraak een voltooid misdrijf is en gelukt. De deelneming hangt vast aan het misdrijf en deze is gelukt. Het feit dat hij zijn deel nooit ziet is niet relevant. Obj.: Deelnemingsvorm: Hier zal het weer gaan om mededaderschap, wel deelneming door onthouding. Om strafbaar te zijn moet het wel gaan om een gekwalificeerde onthouding, dit betekend dat het moet gaan om gedrag dat niet anders kan worden geïnterpreteerd dan het positief aanzetten om een misdrijf te plegen. Gewone onthouding (passieve houding) In geval 3) is er een inadequate wilsovereenstemming, er was afgesproken dat er een diefstal zou worden gepleegd maar er is doodslag (er is geen voorbedachtheid) gepleegd zonder dat Peter daarvan op de hoogte was. Er is sprake van een heel ander misdrijf en er is dus ook geen deelnemingsopzet. Hier is het niet strafbaar omdat het gaat om een volledig ander misdrijf. In geval 4) is er sprake van poging tot deelneming. Er is deelnemingsopzet maar er is nooit enige deelnemingsvorm (hij slaagt er niet in en stelt dus geen deelnemingsvorm gebeurd. Dan is men dus niet strafbaar.

Oefening 3 1) Art 394 Sw. (moord) wordt bestraft met levenslange opsluiting (criminele straf, misdaad) Om te voldoen aan een poging moet er aan 3 voorwaarden zijn voldaan: - Moet de bedoeling hebben gehad het misdrijf te plegen - Begin van uitvoering zijn - Niet voltooien van het misdrijf buiten de wil van de dader om Het is hier een vruchteloze poging, een mislukt misdrijf (Ze stelt alles in het werk om misdrijf te d...


Similar Free PDFs