Voorbeeldexamen Nederlands 1A PDF

Preview

Summary

Voorbeeldexamen Nederlands 1A...

Description

Voorbeeldvragen examen Nederlands A. Schriftelijk examen (40% van de totaalscore) In het schriftelijk examen zitten: linguïstiek(20), spelling (20) en schrijven (20) en literatuur (20). Totaal = 80 punten (= 40%)

LINGUISTIEK (20 ptn)

1 Kennis van taalkundige termen A Noteer de term bij de omschrijving. B Geef een voorbeeld. 1. Het secundaire morfeem dat achteraan bij een primair morfeem wordt gevoegd bij het vormen van een afleiding. suffix, achtervoegsel achtig, ig, je, en, ..

2 Taalvergelijking: onderzoek de verschillen tussen twee talen Ga na in welke mate het Middelnederlands verschilt van het huidige Nederlands, zoek verschillen op alle mogelijke gebieden van “taalsysteem” - op gebied van spelling, morfologie, fonetiek, semantiek, syntaxis Her ridder, spreken alluttelkijn Ende verstaet die redene mijn Dies biddic u, hoghe geboren baroen. Anesiet desen boem scone ende groen, Hoe wel dat hi ghebloyet staet; Sinen edelen roke , hi doer gaet Al omme desen bogaert al; Hi staet in soe soeten dal, Dat hi van rechte bloyen moet; Hi es soe edel ende soe soet, Dat hi versiert al desen bogaert. Quame nu een valcke van hogher aert Ghevloghen op desen boem, ende daelde, Ende ene bloeme daer af haelde, Ende daer na nemmermeer neghene

Noch noit en haelde meer dan ene, Soudi den boem daer omme haten Ende te copene daer omme laten? Dat biddic u, dat ghi mi segt, Ende die rechte waerheit sprect, Edel ridder, in hovescher tale. Fonetiek: hij ipv hy --> klank is veranderd (hij en hie) (hetzelfde voor mij en my), es (is) Morfologie: ge-bloyet (prefix 'ge' blijft hetzelfde in het Algemeen Nederlands), ende (en), Semantiek: boem (boom), noch (nog) Syntaxis: in bloei staan (gebloyet staan), noch noit en (nog nooit niet = dubbele negatie) Spelling: ae ipv aa, hoghe, qame, bloeme, ..

3 Fonetiek = klinkerdiagram kennen! A Fonetisch schrift: spel de vetgedrukte woorden in het Nederlands = kunnen lezen, niet schrijven! də no ːrdə ˈw ɩnt en də zon wa ːrən ero ːvər a ːn ət re ːdətw ɩstə wi də sterkstə was van hœm beidə. jœyst ob dat mo ːˈment kwam ər ən reizəɣər a ːn, di ɣəhœlt was ɩn əm warmə mantəl. zə kwa ːmə o ːvə ˈre ːn, dat dəxe ːnə di ət e ːrst ər ɩn zou sla ːxə də reizə ɣər zəm mantəl tə dun œytrekə də sterkstə zou wordə xə-axt. də noːrdəˈwɩnt bəxon tun œyt alə maxt tə bla ːzə, ma ːr hu hardər i blis, destə d ɩxtər trok də reizə ɣər zəm mantəl om z ɩx he ːn; en tən laŋə lestə ɣaf də no ːrdə ˈwɩnt ət op. da ːr ˈna ː bə ɣon də zon kraxtəx tə stra ːlə, en hirop trok də reizə ɣər o ˈm ɩdələk zəm mantəl œyt. də no ːrdə ˈw ɩnt must dœs wel bəkenə dat də zon van hœm beidə də sterkstə was. gehuld, geacht B. Geef een voorbeeld van assimilatie stem/plaats (en andere verschijnselen van de fonetiek) voetbal (v wordt als een f uitgesproken) wint (d wordt als een t uitgesproken) opdat (assimiliatie van stem = p wordt stemhebbend)

5) Gebruik de volgende woorden in een zin. Zorg dat de betekenis duidelijk wordt

-

de recidivist De recidivist herviel al snel in zijn oude gewoonten.

-

pretenderen = doen alsof

-

het interbellum Tijdens het interbellum werden er vele teksten over de Eerste Wereldoorlog geschreven.

SPELLING (20 ptn) 1 Oefening werkwoordelijke uitgangen Je kan online oefenen: http://www.kleyenburg.nl/werkwoordspelling.htm 2 Oefening spelling algemeen, 3 Theorie spellingdidactiek: - Vraag 1: Geef aan of de volgende uitspraken waar of niet waar zijn en leg uit waarom/waarom niet. Bv. een algoritme wordt meestal gebruikt bij taalbeschouwing terwijl het inoefenen van de vier vaardigheden via een heuristiek verloopt. juist. transformatie-algoritme/identificatie-algoritme - Vraag 2: Noteer de term bij de omschrijving Bv. wanneer een woord wordt gespeld in overeenkomst met de grondvorm dan noemen we dat: gelijkvormigheid (denk aan: bloeden dus bloed) (hebben --> ik heb en niet ik hep)

SCHRIJVEN (20ptn) Onderstaande tekst beantwoordt helemaal niet aan de voorwaarden voor een zakelijke tekst. Neem de kijkwijzer zakelijke taal erbij en benoem de fouten. (zie voorbeeldoefeningen op BB) Fout en regel

Naam van de fout en code KZT

Herformulering

Verder: tekst herschrijven, rekening houdend met structuur (zie handboek Tekststructuur) Je gaat een stukje van de tekst moeten herschrijven LITERATUUR (20pt)

1. Geef zowel de literaire benaming voor de omschrijving en ook een voorbeeld. Een stijlfiguur waarbij een menselijk kenmerk wordt toegekend aan een dier of een object personificatie --> een vos die lacht 2. Geef overeenkomsten en verschillen voor de volgende begrippenparen.

Concretiseer aan de hand van een voorbeeld.

-

Vertelde tijd en verteltijd vertelde tijd: aantal pagina's, tijd die nodig is om het verhaal te vertellen verteltijd: tijd in het verhaal

3.

Situeer de volgende namen binnen de literatuurstudie

Bv. Herman Koch Wie? Nederlands schrijver en acteur, radiomaker Wat? Het diner, Jiskefet, Wanneer? 20-21ste eeuw

B. Mondeling examen (20 % van de totaalscore) Literatuur (20 ptn) -

Eén vraag over “Het Diner” of “Kamer 411 Eén grote theorievraag

Linguïstiek (20 ptn) -

Grote vraag over een van de hoofdstukken “taalsysteem”, bewijs dat je inzicht hebt in de opbouw van de cursus en dat je alle delen aan elkaar kan linken Twee detailvragen over linguïstiek (te vergelijken met de vragen achter elk hoofdstuk)...