Basisboek bedrijfseconomie samenvatting h11,12,13 en 14 PDF

Preview

Summary

Dit is een samenvatting van hoofdstuk 11, 12, 13 en 14 uit het boek Basisboek bedrijfseconomie....

Description

Financiering 2 Resit Hoofdstuk 11 Kostenstructuur Kosten kunnen we onderverdelen in vaste kosten en variabele kosten. Vaste kosten: veranderen niet als de productieomvang toe- of afneemt. Bijvoorbeeld de huurkosten Variabele kosten: veranderen wel als de productieomvang varieert. Bijvoorbeeld grondstofkosten Er zijn verschillende soorten vormen van variabele kosten. We onderscheiden: 1. Degressief variabel  als het productieaantal in eenheden stijgt, stijgen tevens de totale variabele kosten, maar de variabele kosten per eenheid dalen. 2. Proportioneel variabel  als de productieaantallen in eenheden stijgt, stijgen de totale variabele kosten, maar de variabele kosten per eenheid zijn constant 3. Progressief variabel  als de productieaantallen in eenheden stijgt, , stijgen de totale variabele kosten en stijgen de variabele kosten per eenheid. 4. Trapsgewijs variabel  de variabele kosten zijn in een beperkt productie interval constant en stijgen boven dat interval naar een nieuw niveau.

Totale kosten (TK)= totale constante kosten (TCK) + Totale variabele kosten (TVK) TCK= C TVK = v x q TK = C + (v x q )

Break even analyse De break-evenanalyse is het onderzoek naar de relatie tussen de omzet, de totale kosten en de winst met de productieomvang/afzet en het bepalen van het BEP. Hierbij is het onderscheid tussen variabele- en vaste kosten van essentieel belang. Het break-even point (BEP) is de afzet of omzet waarbij de totale opbrengst gelijk is aan de totale kosten. Je maakt noch winst noch verlies. Wanneer de totale opbrengst gelijk is aan de totale kosten dan hebben we het break-even punt bereikt. Er is dan geen winst en ook geen verlies.

TO = TK = BEP TO = p x q P= prijs Q = hoeveelheid TO – TK = resultaat (winst of verlies)

BEA=

vaste kosten per periode verkoopprijs per eenheid −variabelekosten per eenheid (tevens de dekkingsbijdrage)

Dekkingsbijdrage = verkoopprijs per eenheid – variabele kosten per eenheid dekkingsbijdrage ∈ procenten=

BEP=

verkoopprijs p/e−variabele kosten p / e verkoopprijs p / e

x 100%

Totale constantekosten(C ) P−V ( verkoopprijs per eenheid −variabele kosten per eenheid )

Het break even punt is het punt waarbij de totale dekkingsbijdrage precies groot genoeg is om de totale vaste kosten te kunnen dekken.

BEO (break even omzet) = BEA x P __

Break even punt met winstrealisatie Wat moet de afzet zijn om winst te behalen?

q=

vaste kosten per periode+winst voor belasting verkoopprijs p . e−variabele kosten p . e

Formule voor de controle: Opbrengst verkopen Variabele kosten _________________________________ Totale bijdrage Vaste kosten _________________________________ Winst voor belasting __

Veiligheidsmarge Met hoeveel procent mag de verkoop maximaal dalen, zodat er geen verlies geleden wordt?

Veilgiheidsmarge= __

huidige afzet −( BEA ) x 100 % huidige fzet

Break even aantal Bij de break even aantal is de totale opbrengst gelijk aan de totale kosten Totale opbrengst = totale kosten

Pxq = (v x q) + C pxq–vxq =C (p – v ) x q = c C q= ( p−v ) Q = BEA __

College 2 week 2 Hoofdstuk 12 Kostencalculaties Er zijn 2 kostencalculatie methoden 1. Integrale kostprijscalculatie (Absorption costing ) en normale bezetting. Deze methode rekent alle kosten (vast en variabel) aan de productie toe. 2. Direct Costing. Alleen de variabele kosten worden beschouwd als productie kosten. __

Kosten per eenheid = kostprijs per eenheid =

totale kosten productie omvang

We kunnen verschillende typen productieomvang onderscheiden: 1. Werkelijke productie: wat heb je werkelijk geproduceerd 2. Begrote productie: hier verandert de kostprijs bij toe- of afname van de productieomvang 3. Normale productie: de kostprijs is onafhankelijk van de werkelijk/begrote productieomvang __ Integrale kosprijs Wanneer we het hebben over de integrale kostprijs, dan moet je denken aan de totale kosten per eenheid bij de normale bezetting. De normale bezetting is de gemiddelde verwachte bezetting van de productiecapaciteit in de komende jaren.

Integrale kostprijs =

totale vaste kosten+ variabele kostenbij normale bezetting normalebezetting

Ingeval de variabele kosten proportioneel variabel zijn, dan is de formule:

c Variabele kosten v vaste kosten + + ( ) n w normalebezetting Werkelijke bezetting Verkoopresultaat/transactietresultaat = verwachte afzet x (verkoopprijs – integrale kostprijs) Bedrijfsresultaat = verkoopresultaat/transactieresultaat + bezettingsresultaat Integrale kp=

__ Voorbeeld som: C= $ 300.000 N = 40.000 stuks V = $ 200.000 W= 50.000 stuks Verkoopprijs = $ 15 Bereken de integrale kostprijs en het bezettingsresultaat.

Integrale kp=

c n

+

v w

=

$ 300.000 $ 200.000 + =7.5 +4=11.5 40.000 st . 50.000 st .

Bezettingsresultaat: (W – N ) x

c = (50.000 st. – 40.000 st) x n

$ 300.000 =75.000 40.000 st

__ Interpretatie bezettingsresultaat: Werkelijke bezetting > normale bezetting = overbezetting Werkelijke bezetting < normale bezetting = onderbezetting Werkelijke bezetting = normale bezetting = bezettingsresultaat is gelijk aan 0 __ Voorbeeld som 2 Vaste kosten (C ) = $ 400.000 N = 50.000 st. p/mnd Afzet (q) = 60.000 st $ 15.25 Begrote productie (werkelijke productie) = 80.000 st. Totale proportioneel variabele kosten = $ 300.000 Bereken de Integrale kostprijs en het bedrijfsresultaat.

Er is gesproken over de variabele kosten die proportioneel zijn. In dit geval is je formule voor het berekenen van de integrale kostprijs als volgt:

v c + n w $ 400.000 Integrale kp = 50.000 st . Integrale kp=

( +

Variabele kosten vaste kosten + ) normalebezetting Werkelijke bezetting $ 300.000 =8+3.75=11.75 80.000 st .

Nu moeten we het bedrijfsresultaat berekenen. Het bedrijfsresultaat bestaat uit: -

Verkoopresultaat Bezettingsresultaat.

We beginnen met het verkoopresultaat:

Verkoopresultaat = verwachte afzet x (verkoopprijs – integrale kostprijs) Verkoopresultaat = 60.000 st. x ( $ 15.25 – 11.75 ) = 210.000 Bezettingsresultaat = (W – N ) x

$ 400.000 c =( 80.000 st .−50.000 st .) X =240.000 n 50.000 st

Bedrijfsresultaat = verkoopresultaat + bezettingsresultaat Bedrijfsresultaat = 210.000 + 240.000 = 450.000 __ Bezettingsgraad Als de gebruikte capaciteit (werkelijke bezetting) wordt uitgedrukt in een percentage van de maximale beschikbare capaciteit dan spreken we over de bezettingsgraad. De formule voor de bezettingsgraad luidt als volgt:

Bezettingsgraad =

Werkelijke bezettting X 100 % maximale capaciteit

__ We hebben eerder al gezien dat er twee methoden zijn voor het berekenen van de integrale kostprijs. We kennen de: -

AC- methode DC-methode

Nu gaan we kijken hoe je de periode winst berekent bij deze twee methoden.

Periode winst bij AC Omzet (verkoopprijs x q) Integrale kp van de omzet (

$... c n

v w

+

$... __________ $...

Transactieresultuaat Bezettingsresultaat( w – n ) x

)xq

c n

$... _____________

Periodewinst Voordelig bezettingsresultaat = optellen Nadelig bezettingsresultaat = aftrekken ___ Bij het berekenen van de periodewinst met de DC-methode worden uitsluitend de variabele kosten aan de productie toegerekend. Belangrijk om te onthouden is dat de vaste kosten capaciteitskosten zijn die ten laste moeten komen van de periode waarin die capaciteit beschikbaar is. Variabele kosten  productie kosten Vaste kosten  periode kosten

Periode winst bij de DC-methode Opbrengst verkopen (omzet) Variabele kosten van de omzet (afzet x totale variabele kosten)

_ __________

Totale dekkingsbijdrage ( p – v ) x q Totale vaste kosten van de periode (C)

_ _________

Winst __ Voorbeeldsommen v.12.2 Totale vaste kosten = $ 400.000 totale variabele kosten = $ 270.000 Normale productie en afzet = 20.000 st. Verwachte productie en afzet= 24.000 st Verkoopprijs = $ 50 p/st. a. Bereken de integrale kp b. Bereken de verwachte totale omzet

c. Bereken de totale verwachte kosten d. Bereken de begrote winst e. Splits d in transactie en bezettingsresultaat Ad a. Integrale kp:

c + n

v $ 400.000 = w 20.000 st

+

$ 270.000 24.000 st .

= 20 + 11.25 = 31.25

Ad b. Verwachte totale omzet = p x q = $ 50 x 24.000 st. = 1.200.000 Ad c. Totale verwachte kosten = (verwachte productie en afzet x

v ¿+ totale vaste kosten w

Totale verwachte kosten= (24.000 x 11.25) + 400.000 = 670.000 Of. TCK + TVK = 400.000 + 270.000 = 670.000 Ad d. Begrote winst = verwachte omzet - totale kosten Begrote winst = 1.200.000 - 670.000 = 530.000 Ad e. Totale omzet =

1.200.000

c Integrale kp van de omzet ( n

+

v w

)xq = 31.25 x 24.000 =

750.000 -

____________ Transactieresultaat(afzet x verkoopprijs – kp ) Bezettingsresultaat (w-n) x

c n

450.000 80.000 –

=

____________ 370.000

Winst __

College 3 week 3 Hoofdstuk 11 en hoofdstuk 12 correcties De onderwerpen die behandeld worden in hoofdstuk 11 zijn: • •

de indeling van kosten in vaste en variabele kosten (11.1) de break-evenanalyse (11.2)

Te behandelen opdrachten: • •

P.11.1: Opdrachten vaste en variabele kosten - V11.1 P.11.2: Opdrachten break-evenanalyse - V11.4

__ Opdracht v 11.1 Handelsonderneming Vendu bv importeert een Japans product en verkoopt dit op de binnenlandse markt. Over het afgelopen halfjaar is het volgende overzicht opgesteld:

Maand Juli Augustus September Oktober November December

Afzet (in stuks) 4.080 4.400 5.200 4.700 4.500 3.900

Totale verkoopkosten $ 10.100 $ 10.500 $ 11.500 $ 10.875 $ 10.625 $ 9.875

a. Bereken de variabele kosten per eenheid o.b.v de hoog-laag methode Hoog laag methode:

Totale kosten = vaste kosten + aantal eenheden x variabele kosten per eenheid. Totale kosten = C + qv Werkwijze hoog-laag methode: -

Bij de hoog laag methode substitueer je de hoogste prijs voor de totale kosten en zo doe je dat ook met de laagste prijs. Je krijgt dan 2 vergelijkingen. Door het verschil van beide vergelijkingen te nemen ontstaat er een nieuwe vergelijkingen. De vaste kosten vallen weg.

Uitwerking a: Totale kosten = vaste kosten + aantal eenheden x variabele kosten per eenheid Totale kosten = C + qv (Hoog) $ 11.500 = C (vaste kosten) + 5.200 x variabele kosten per eenheid (Hoog) $ 11.500 = C + 5.200v (Laag) $ 9.875 = C + 3.900v ________________ $ 1.625 = 1.300v v (variabel kosten per eenheid) =

1625 =$ 1.25 1300

b. Bereken de vaste verkoopkosten per maand Uitwerking b:

Vaste kosten (C) = Totale kosten – variabele kosten ( Totale kosten = vaste kosten + Variabele kosten) (10 = 7 + 3) Vaste kosten (7) = 10 (totale kosten) – 3 (variabele kosten) Zo kom je aan de formule: vaste kosten = totale kosten – variabele kosten

O.b.v de hoog-laag methode. Eerst hoog: C = 11.500 – (5.200 x$ 1.25) C = 11.500 – 6.500 C = 5.000 Of laag: C = 9.875 – (3.900 x $ 1.25) C = 9.875 – 4.875 C = 5.000 c. Bereken de totale verkoopkosten voor de maand januari als de afzet in die periode 3.600 stuks wordt geschat

De kostenstructuur voor de totale verkoopkosten ziet er als volgt uit: K = vaste verkoopkosten + variabele verkoopkosten x q K = C + qv De vaste verkoopkosten haal je uit de bij b reeds berekende vaste verkoopkosten K = $ 5.000 + 3.600 x $ 1.25 K = $ 5.000 + 4.500 K = $ 9.500 ______ Opdracht 2 V 11.4 Clean bv produceert en verkoopt autoshampoo in plastic flacons van een halve liter. Normale jaarlijkse productie is 140.000 stuks. De vaste kosten bedragen €350.000 per jaar, de variabele kosten €2,75 per flacon. Verkoopprijs is €6,25 p/flacon. Normale jaarlijkse productie = 140.000 stks C = $ 350.000 V = $ 2.75 per flacon Verkoopprijs = $ 6.25 p/flacon a. Bereken de break-even-afzet (BEA)

BEA= BEA =

vaste kosten per periode verkoopprijs per eenheid − variabelekosten per eenheid (tevens de dekkingsbijdrage)

$ 350 . 000 =100 .000 stuks $ 6 . 25− $ 2 . 75

b. Bereken de veiligheidsmarge in % bij een verwachte afzet van 125.000 producten. Veiligheidsmarge=

begroteomzet of afzet−BEO ( BEA ) x 100 % begrote omzet of afzet

Veiligheidsmarge =

125.000 −100.000 X 100 %=20 % 125.000

c. Bij welke afzet bedraagt de WvB €100.000? q=

vaste kosten+ winst voor belasting verkoopprijs per eenheid − variabelekosten per eenheid

q=

350.000 + 100.000 =128.572 6.25−2.75

Dit betekent dat er 128.572 stuks geproduceerd moet worden om een wvb van $ 100.00 te realiseren. d. Hoeveel flacons moeten verkocht worden om een WnB (Belastingen = 20%) te behalen van €100.000? Om een winst na belastingen van €100.000 te realiseren, bij een belastingvoet van 20%, moet de winst voor belastingen zijn: Winst voor belastingen = q=

$ 100.000 =$ 125.000 1−0.2

350.000 + 125.000 =135.715 flacons $ 3.50 x 1 flacon

Controle (1e manier): q x (p-v) – C Belastingen %

________

Winst na belastingen (135.715 x €3,50 (p-v)) - €350.000 = €125.000 (afgerond) Belasting 20% = Winst na belasting

€ 25.000 -/________________ 100.000

Controle (2e manier): Opbrengst verkopen = 135.715 x €6,25 = Variabele kosten = 135.715 x €2,75 =

Totale bijdrage Vaste kosten Winst voor belasting Belasting 20% Winst na belasting

€848.218,75 €373.216,25 – ____________ €475.000,00 (afgerond) €350.000,00 – ____________ €125.000,00 € 25.000,00 – ____________ €100.000,00

Opdrachten en uitwerkingen hoofdstuk 12 Kostencalculaties De onderwerpen die behandeld worden in hoofdstuk 12 zijn: • •

Resultaatbepaling o.b.v. Absorption costing (12.1) Resultaatbepaling o.b.v. Direct costing (12.2)

Te behandelen opdrachten: • • __

P.12.1 & P.12.2: Opdrachten Absorption costing & Direct costing - V12.9 & *V12.10

Opdracht 1 hoofdstuk 12 v 12.9 Uit de administratie van de onderneming GLIM bv zijn over de afgelopen maand de volgende gegevens bekend: Aantal eenheden Beginvoorraad Productie

20.000 240.000 + __________

Beschikbaar Verkopen

260.000 210.000 – __________

Eindvoorraad

50.000

Verkoopprijs €6 p/eenheid Variabele productiekosten €3 p/eenheid Variabele verkoopkosten €2 per (verkochte) eenheid Vaste productiekosten bij Normale productie-omvang van 200.000 eenheden per maand €0,30 p/eenheid = C/N Vaste verkoopkosten

€80.000 per maand

a. Bereken over de afgelopen maand het resultaat: - volgens DIRECT COSTING METHODE. Opbrengst verkopen (omzet) Variabele kosten v.d omzet (afzet x totale variabele kosten) 210.000 x (3 +2)

1.260.000 1.050.000 ________

Totale dekkingsbijdrage ( p – v ) x q Totale vaste kosten van de periode (C)(200.000 eenheden x $0.30)+ $80.000

210.000 140.000 _________

Winst

70.000

b. Bereken over de afgelopen maand het resultaat: - volgens ABSORPTION COSTING METHODE.

Omzet (verkoopprijs x q) 210.000 x $6 =

c Integrale kp van de omzet ( n

+

v w

1.260.000 )xq =

1.197.000 -

(Note berekening vaste kosten: bij normale productie omvang: 0.30 p/e Vaste verkoopkosten = $ 80.000. P/e =

80.000 = 0,40 (0.30+0.40 =0.70) 200.000

Variabel = 3 + 2 = 5 Vast + variabel = 0.70 + 5 = 5.70 Integrale kp van de omzet = vast + variabel x q Integrale kp van de omzet = 5.70 x 210.000 _____________

Transactieresultuaat Bezettingsresultaat (w – n ) x

63.000

c n

Productie = (240.000 – 200.000) x 0.30 Verkoop = (210.000 – 200.000) x 0.40

12.000 + 4.000 + _________

Winst

79.000

c. Bereken de waarde van de eindvoorraad De eindvoorraad is berekend op 50.000 eenheden We gaan de waarde hiervan berekenen o.b.v de AC methode en de dc-methode. Belangrijk om te onthouden is dat de AC methode wel rekening houdt met de variabele kosten en de vaste kosten. De DC-methode houdt alleen rekening met de variabele kosten. Kanttekening berekening waarde eindvoorraad: Alleen werken met de productie kosten bij het berekenen van de eindvoorraad; verkoopkosten komen bij deze berekening niet aanbod. Direct costing = eindvoorraad x variabele productiekosten per eenheid Direct costing = 50.000 × €3 = €150.000 Absorption costing = eindvoorraad x variabele productiekosten per eenheid + vaste productie kosten per eenheid Absorption costing = 50.000 × €3,30 = €165.000 __ Opdracht 2 v 12.10 Proficiat nv vervaardigt een huishoudelijk artikel dat verkocht wordt voor €6 per stuk. De variabele productiekosten bedragen €3,60 p.e. en de variabele verkoopkosten zijn €0,18 per artikel. Voor het komend jaar is het volgende begroot: •

Beginvoorraad 10.000 stuks

• • • •

Eindvoorraad 50.000 stuks Afzet 250.000 stuks Vaste productiekosten €180.000 De normale productie is 300.000 stuks per jaar

a. Stel het begrote resultaat vast o.b.v. DIRECT COSTING Opbrengst verkopen (omzet) 250.000 x 6 1.500.000 Variabele kosten v.d omzet(afzet x totale variabele kosten) 250.000x(3,60+0,18) 945.000 ________ Totale dekkingsbijdrage (p – v) x q

555.000

Totale vaste kosten van de periode (C)

180.000 -

_________ Winst

375.000

b. Bepaal ook het begrote resultaat o.b.v. ABSORPTING COSTING Omzet

1.500.000

c + Integrale kp omzet ( n

v w

)xq = 4.38 x250.000 = 250.000 x 4.38 =

1.095.000 Note: fabricage kp =

c n

+

Variabele verkoopkosten = Integrale CKP =

v w

=

180.000 300.000

+ 3.60 = 0.60 + 3.60 = 4.20

0.18 4.38

________ Transactieresultaat

405.000

Bezettingsresultaat (290.000 – 300.000) x

180.000 ( 0.60 )= ¿ 300.000

6.000 Note: eindvoorraad – beginvoorraad = 50.000 – 10.000 = 40.000 Afzet = 250.000 werkelijke productie = 250.000 + 40.000 = 290.000 Werkelijke productie – afzet = 40.000

________ Winst

399.000

c. Verklaar het verschil tussen de uitkomsten van de vragen a en b door middel van de voorraadmutatie. Winst absorption costing

€ 399.000

Winst direct costing

€ 375.000 – __________

Verschil

€ 24.000

Oorzaak verschil: de toename van de voorraad met 40.000 stuks, die bij AC op de balans worden gewaardeerd tegen de fabricagekostprijs. Hierdoor wordt bij AC een deel van de vaste kosten geactiveerd, namelijk 40.000 × €0,60 = €24.000. MC vragen

College 4 week 4 Hoofdstuk 13 indirecte kosten Directe kosten: direct toewijsbaar aan het product Indirecte kosten: kosten die niet direct toe te rekenen zijn aan het product (electriciteitskosten etc ) Directe kosten hebben een duidelijke relatie met de producten. Indirecte kosten hebben geen duidelijke relatie met producten. Hier gaan we de verbijzonderingsmethode moeten toepassen. We hebben al gezien dat we voor de indirecte kosten de verbijzonderingsmethode zullen toep...