Begrippen uit IFC en TCOP Praktijk Gedeelte PDF

Title Begrippen uit IFC en TCOP Praktijk Gedeelte
Course klinisch redeneren
Institution Odisee hogeschool
Pages 3
File Size 92.1 KB
File Type PDF
Total Downloads 4
Total Views 143

Summary

begrippen ICF en tcop praktijk in het eerste semester professioneel redeneren
2021...


Description

Functies (ICF) Fysiologische en mentale eigenschappen van het menselijke organisme. Anatomische eigenschappen (ICF) Positie, aanwezigheid, vorm en continuïteit van onderdelen van het menselijke lichaam, zoals organen, ledematen en de delen hiervan Stoornissen (ICF) Afwijkingen in of verlies van functies of anatomische eigenschappen (ICF, 2002). Activiteiten (ICF en TCOP) ICF  Onderdelen van iemands handelen TCOP  een verzameling van taken met een specifiek eindpunt of uitkomst die groter is dan een van de deeltaken Beperkingen (ICF) Moeilijkheden die iemand heeft met het uitvoeren van activiteiten (ICF, 2002). Een verlies of afwijking, in kwalitatieve en/of kwantitatieve zin, van het vermogen van een persoon om activiteiten te verrichten of gedrag te vertonen, overeenkomstig leeftijd, geslacht en fysieke en sociaal-culturele omgeving. Vaardigheden Om een vaardigheid uit te voeren zijn meerdere functies nodig. Vaardigheden zijn geleerde gedragingen verworven door oefening en ervaring. Bv. om te fietsen zijn meerdere functies nodig: kracht, evenwicht, bepaalde coördinatie, de weg kennen, voldoende vertrouwen hebben in zijn kunnen, de wegcode kennen,… Een belangrijk kenmerk van een volleerde vaardigheid is de sterke automatisering. Bv. Tijdens het fietsen denkt men niet meer aan de beenbewegingen, het verloopt als een tweede natuur. Vaardigheden die zonder nadenken worden uitgevoerd zijn geautomatiseerd en kunnen een routine worden. (Kinebanian, 1998; (Reed & Sanderson,1992, Van Craenenburg, 2004). Basisvaardigheden (TCOP) Een verzameling van willekeurige bewegingen of mentale processen die een herkenbaar en doelgericht patroon vormen. Taken (TCOP) Een verzameling van met eindpunt of specifieke uitkomst (Betekenisvol) handelen – (deel)handelingen Het begrip handelen is één van de centrale begrippen binnen de kennisontwikkeling van de ergotherapie. Het is de vertaling van het Engelse ‘Occupation’ (occupational therapy). Occupatie is een kernbegrip in de hedendaagse opvattingen over het beroep. De term werd eind jaren ’80 geïntroduceerd door G. Kielhofner. Er bestaat geen Nederlands synoniem die het volledige concept omvat. Daarom wordt het begrip niet vertaald. Vaak heeft men het over ‘het handelen’. Om het begrip ‘handelen’ globaal te definiëren met een werkbare omschrijving worden enkele definities op een rij gezet: ‘Handelen is het uitvoeren van iedere doelgerichte activiteit die betekenis heeft voor het individu en samengesteld is uit vaardigheden en waarden’ (Creek, 1990). ‘Het handelen van de mens is een generieke term die alle aspecten van het vervullen van rollen en het uitvoeren van handelingen en activiteiten in de stroom van het dagelijks leven omvat’ (Hagedorn, 1995).

‘Handelen is het uitvoeren van activiteiten en taken, is doelgericht en vindt plaats in de context en is gerelateerd aan de ervaring en de betekenis die de persoon eraan geeft. Het handelen omvat alle activiteiten en taken die mensen doen of waarbij ze betrokken zijn waardoor men voor zichzelf en anderen zorgt, ontspant, recreëert en sociale contacten onderhoudt en deelneemt aan de maatschappij’ (le Granse, 2017). Handelen is dus altijd het uitvoeren van menselijk kunnen (vaardigheden, activiteiten, taken), met een bepaald doel voor ogen en de resultante van de wisselwerking tussen verschillende interne en externe processen. Het is de observeerbare uitkomst van een breed gamma van onderliggende objectieve en subjectieve aspecten. Handelen gebeurt altijd in relatie tot de omgeving en wordt gestuurd vanuit een bewust of onbewust doel. Doelen kunnen op uiteenlopende gebieden liggen, zoals zelfbehoud, aanpassing aan omstandigheden, ontwikkeling en gezondheid. De betekenis wordt o.a. bepaald door de waarde die het handelen heeft voor het individu en/ of zijn omgeving (beteknisvol handelen). Het handelen wordt gezien in relatie met de rollen die een individu heeft. Binnen de rollen heeft ieder mens zijn eigen gewoontes of routines. Ze zorgen ervoor dat het handelen deels automatisch kan verlopen, wat de mate van aandacht voor nieuwe situaties vergroot. Besluitend kunnen we stellen dat handelen doelgericht is, context gebonden, betekenis-en ervaringsvol en op waarden en normen gebaseerd is. Binnen de ontwikkeling van de ergotherapie werden meerdere praktijkmodellen uitgewerkt. Een praktijkmodel geeft een eigen ingekleurde visie op het menselijk handelen en definieert het begrip op een specifieke manier. Hierdoor bestaan er meerdere definities van het begrip ‘ handelen’. Elke definitie is geformuleerd vanuit een specifiek standpunt, heeft een eigen kleur en accent. In het OPO ‘Klinisch redeneren IB’ worden deze praktijkmodellen uitgebreid toegelicht en zal het begrip handelen meermaals aan bod komen. Occupatie Het begrip ‘occupatie’ staat voor het menselijke handelen dat bewust of onbewust tot stand komt en uitgevoerd wordt in functie van de zelfrealisatie van het individu en het ervaren van een bevredigend en kwaliteitsvol leven. Dit als resultaat van het evenwicht tussen de eisen en normen van het milieu en de normen en behoeften van de mens als wezen. Het is gedrag dat past in de gewoontestructuur en de rollen die een individu uitvoert en past in zijn waardesysteem. Occupationele activiteiten zijn steeds in evenwicht met de eisen en normen van het milieu en de context waarin het individu functioneert. Participatie (ICF) Iemands deelname aan het maatschappelijke leven Participatieprobleem (ICF) De problemen die iemand heeft met het deelnemen aan het maatschappelijk leven (ICF, 2002). Handicap De nadelige positie van een persoon als gevolg van een stoornis of een beperking, welke de normale rolvervulling van de betrokkene, gezien zijn leeftijd, geslacht, sociaal-culturele achtergrond, begrenst of verhindert (Kinebanian,1998). Externe factoren (ICF) Iemands fysieke en sociale omgeving

Interne of persoonlijke factoren (ICF) Iemands individuele achtergrond...


Similar Free PDFs