Zorgcontinuüm - Samenvatting Zorg PDF

Title Zorgcontinuüm - Samenvatting Zorg
Author Eline Peten
Course Zorg
Institution Karel de Grote Hogeschool
Pages 16
File Size 187.7 KB
File Type PDF
Total Downloads 17
Total Views 124

Summary

Te kennen leerstof van het vak 'Zorg'....


Description

Deel 2: zorg op mesoniveau: uitbouwen van een zorgcontinuüm op elke school 1. Inleiding 

Maximale lokale autonomie: scholen hebben grote vrijheid om middelen in te



zetten om zorg/gelijke kansenbeleid uit te bouwen Geïntegreerde benadering: zorg/gelijke kansenbeleid moet opgenomen worden in schoolwerkplan

 

Controle via reguliere doorlichting (evaluaties afwachten of dit voldoende zal zijn om gelijke kansen te garanderen) Zorgcontinuüm biedt houvast om zorg/gelijke kansenbeleid uit te bouwen

1.1

Een brede visie op zorg

1.1.1

Een continuüm van zorg vanuit de opdrachten



Als school met brede zorg werken aan ontplooiing van iedere leerling



Zorgcontinuüm heeft 4 fasen

1.1.2  

Visie vanuit de katholieke identiteit

Ieder kind een toekomst geven, wat ook mogelijkheden en beperkingen zijn Als je aan brede basiszorg werkt, tracht je te voldoen aan psychologische basisbehoeften van elke mens: -behoefte aan autonomie -behoefte aan bezitten van competentiegevoel



-behoefte aan zich verbonden voelen Brede basiszorg staat voor blijvende bekommernis om alle leerlingen optimale kansen te geven  je schrijft en structureert je zorg/gelijke kansenbeleid vanuit je pedagogisch project  zo verduidelijk je welke maatregelen je neemt -maatregelen voor alle leerlingen -maatregelen voor leerlingen met specifieke noden

1.1.3 

Samenwerken en overleg

Goede zorgwerking staat of valt met samenwerking en overleg -verleg met ouders (indien mogelijk met lln.) -overleg met CLB en leerkrachtenteam  zo zorg je dat alle initiatieven op elkaar afgestemd zijn

1



Soms ondersteuning van externe partners -CLB is draaischijf



Scholengemeenschap kan ook ondersteuning bieden bv. overleg met alle zorgcoördinatoren

 door samen te werken, vergroot je draagkracht van de school 1.1.4

 

Continuüm van zorg op school

Zorg: ingebed in schooleigen visie Continuüm: aansluitend, doorlopend geheel -stippellijnen: 4 fasen niet strikt van elkaar te scheiden, zorgwerking vloeit natuurlijk over naar volgende fase -omgekeerde piramide -bij overgaan naar volgende fase, blijft ook vorige fase van kracht -dynamisch model (in beweging, je kan verdergaan of teruggaan) -nieuwe inschrijving: mogelijks ineens naar fase 1, 2 of 3

 

Werken aan brede basiszorg: fase 0 Werken aan specifieke onderwijsbehoeften: -fase 1, 2 en 3 -onderwijsbehoeften geven aan wat een leerling nodig heeft om onderwijsdoel te bereiken *op vlak van leren en ontwikkelen *op vlak van de persoon *door thuissituatie, taal, handicap, …

Werken aan de brede basiszorg Brede basiszorg = zorg die je aan alle leerlingen biedt -je houdt rekening met verschillen tussen kinderen -onderwijsbehoeften staan centraal

2

 krachtige leeromgeving realiseren  preventief werken 

Via observaties en toetsen volg je leerlingen op  interventies in de klas  gedifferentieerde aanpak en flexibele klasorganisatie  je stemt aanbod beter af op onderwijsbehoeften

Werken aan specifieke onderwijsbehoeften (fase 1, 2 en 3) Soms volstaat brede basiszorg niet -je past organisatie en werking aan -je past curriculum en manier van onderwijzen aan -bijkomende middelen nodig  onderwijsomgeving wordt aangepast  zoeken naar redelijke aanpassingen Fase 1: verhoogde zorg 



Voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften: verhoogde zorg -bij voorkeur binnen klascontext -ondersteund door zorgteam  gemeenschappelijk curriculum blijven volgen CLB kan ondersteunen -volgen lln. mee op -werken interventies uit

Fase 2: uitbreiding van zorg   

Soms volstaat verhoogde zorg niet  in overleg zoekt men welke bijkomstige ondersteuning nodig is Je vraagt als school (na toestemming ouders) aan CLB om lln. intensiever te begeleiden Tijdens MDO bespreek je aanpak van onderwijs en opvoedingsbehoeften  handelingsgerichte diagnostiek kan nodig zijn

Fase 3: overstap naar school op maat 



Zorgaanbod en ondersteuning door externen soms onvoldoende  aanpassingen niet redelijk  aanpassingen onvoldoende voor gemeenschappelijk curriculum  nood aan IAC Overleg met klassenraad, ouders en CLB -verslag voor BuO -inschrijving ontbonden  overstap naar school op maat

3



Maar: je kan ook studievoortgang op basis van IAC vragen

1.1.5

Handelingsgericht werken als motor voor het continuüm

Handelingsgericht werken vertrekt vanuit 7 uitgangspunten Uitgangspunt 1: onderwijs- en ondersteuningsbehoeften Je richt je op wat leerling nodig heeft om doel te bereiken, zodat onderwijs- en opvoedingsaanbod beter afgestemd kan worden op specifieke noden Uitgangspunt 2: afstemming en wisselwerking 

Voortdurende wisselwerking tussen leerling en omgeving  vraagt om afstemming

Uitgangspunt 3: de leerkracht doet ertoe 

Je realiseert als lkr. passend onderwijs  geldt voor omgaan met diversiteit in klas  geldt voor omgaan met specifieke behoeften lln.

 

Lkr. maakt het verschil Om onderwijs- en opvoedingsaanbod beter af te stemmen op wat lln. nodig hebben, krijgen ook ondersteuningsbehoeften van lkr. plaats in handelingsgerichte zorgwerking (zorgteam ondersteunt lkr.)

Uitgangspunt 4: positieve aspecten 

Vaak ligt focus op problemen



HGW gaat uit van positieve

Uitgangspunt 5: in constructieve samenwerking 

Leerkrachten, ouders, leerlingen en CLB participeren actief en als partners, elk vanuit hun eigen deskundigheid

Uitgangspunt 6: doelgericht 

Van elke handeling en stap wordt bekeken in welke mate die nodig en nuttig is in functie van afgesproken doel

Uitgangspunt 7: systematisch en transparant 

1.2

Rode draad in HGW: eerst denken, dan doen

Fasen zorgcontinuüm uitgediept

4

1.2.1  

Vooraf

4 fasen Binnen elke fase 3 krachtlijnen: -krachtige leeromgeving -afstemmen op behoeften van leerlingen -betrokkenheid: samen school maken *schoolteam (waaronder zorgteam) *leerlingen *ouders *CLB *scholen BuO *…

Het zorgteam 

Samenstelling zorgteam is afhankelijk van: -schoolgrootte -keuze die gemaakt wordt bij aanwending van lestijdenpakket, zorgpunten, SES-lestijden  zorgpunten voor zorgcoördinatie vaak onvoldoende voor voltijdse  vaak aangesteld via combinatie van zorgpunten en lestijden



Opdrachten vastgelegd in functiebeschrijving -samen met directeur eindverantwoordelijke voor zorgbeleid



Zorgbeleid spitst zich toe op 3 niveaus: -school en scholengemeenschap -leerkrachten -leerlingen  zorgteam begeleidt leerkrachten, leerlingen, ouders  zorgteam overlegt met externen



Veel scholen kiezen ervoor om in zorgteam andere leden op te nemen: -SES-leerkracht -zorgleerkracht per niveau -…  opdrachten verdeeld  regelmatig overleg

Zorgbeleid en het CLB Je komt via CLB in contact met Prodia = project waarbinnen protocollen voor diagnostiek zijn uitgewerkt  vormen leidraad voor diagnostiek 

Protocollen gaan uit van principes handelingsgericht werken -er worden stoornissen beschreven

5

-er worden handvatten aangereikt voor mogelijke invulling van zorg op school 1.2.2 

Fase 0: brede basiszorg

Hoe beter je brede basiszorg uitbouwt, hoe minder leerlingen nood hebben aan uitbreiding of verhoogde zorg

Krachtige leeromgeving 4 belangrijke principes: 1. Positief, veilig en rijk klimaat -haalbare doelen stellen -geloven in groeimogelijkheden -differentiëren -omgeving creëren waarin lln. zich goed voelen 2. Betekenisvol leren -gestructureerd verloop voorkomt problemen -rekening houden met beginsituatie -media inzetten 3. Rijke ondersteuning en interactie -met variatie aan interventies zorg je voor bruggen tussen wat ze al kunnen en weten en wat ze aan nieuwe competenties  je bemiddelt tussen leerling en doelstelling -gepaste werk- en groeperingsvormen -horizontale en verticale verbanden -leerlingen laten samenwerken (coöperatief leren) 4. De kracht van de leerkracht -zonder sterke leerkracht geen resultaat (dan ben je effectief voor alle leerlingen) -doelgericht omgaan met verschillen -op je eigen werk reflecteren -het positieve zien -je hebt grote invloed op leerlingen Afstemmen op de behoeften van de leerlingen Door rekening te houden met de volgende 6 principes, stem je je aanpak zo goed mogelijk af op onderwijsbehoeften van leerlingen 1. Breed kijken en opvolgen -als je breed kijkt, verleg je accent van observeren van tekorten naar opmerken van talenten  hoe ruimer je kijkt, hoe meer kansen je ontdekt om pedagogisch en

6

didactisch handelen aan te passen aan onderwijsbehoeften lln.  deficit model  geloof in groei  je kan op twee manieren naar lln. kijken: -waar lln. staat in functie van doelen -voor elke leerling de beginsituatie en ook de leerwinst zien 

Sommige leerlingen maken grotere evolutie door, hoewel ze nog niet even ver staan dan anderen  lkr. ziet wanneer leerproces trager verloopt of stagneert en voor wie verhoogde zorg nodig is



Kijken naar proces kan lkr. ook geruststellen: als er leerwinst is, evolueren ze in de richting van de doelen

 kijken vanuit beide oogpunten -kijken hoe leerlingen evolueren in de richting van de doelen -kijken naar individuele groei vanuit hun beginsituatie  vanaf september 2014 -taaltest voor lln. die naar lagere school gaan -nagaan wat niveau is  lln. met specifieke taalnoden gedetecteerd  taaltraject opgezet 2. Evalueren en rapporteren  De stappen die leerlingen zetten opvolgen via: -observaties van manier waarop ze opdrachten uitvoeren -foutenanalyses -signaleringslijsten 

-… Evalueren = cyclisch proces (zit verweven in hele leerproces) -vaststellen -beoordelen -handelen

3. Spontane signalering 

Sommige leerlingen vallen op omdat ze anders, trager of sneller ontwikkelen  je stelt een zorg vast  kan ook door iemand anders gesignaleerd worden



Je legt vast: -waar lln. zwak in is -waar lln. goed in is -waarin lln. nog kan groeien

7



Bij eerste signalering gaat het om algemene indrukken over ontwikkeling van leren: -heeft lln. iets extra nodig om doel te bereiken? -is doel te hoog of te laag? -blijft leerling achter in vergelijking met klasgenoten? -ontwikkelt lln. sneller of trager dan verwacht?

 als je moeilijkheden vaststelde, analyseer je die om behoeften te achterhalen  sterke kanten benoemen en hierop verder bouwen 4. Klasleerkracht als eerstelijnshulp 

Als lkr. ken je mogelijkheden van lln.  als er moeilijkheden zijn zoek je naar oorzaak  interventies

5. Leerlingendossier = samenvatting schoolloopbaan leerling -administratief luik -pedagogisch luik *resultaten *MDO-verslagen *oudergesprekken *handelingsplannen *… = middel om zorgbeleid te ondersteunen (bevat enk  worden doorgegeven aan volgende school -gegevens enkel betrekking op leerlingspecifieke onderwijsloopbaan -gegevens met betrekking tot tucht en orde kunnen niet doorgegeven worden 6. Differentiatie = basishouding  zo veel mogelijk leerlingen zo ver mogelijk brengen  breed kijken om verschillen te observeren, te aanvaarden en in te zetten als meerwaarde

Betrokkenheid: samen school maken Wisselwerking tussen alle betrokkenen  zorgbeleid verbetert  verhoogt vertrouwen, doelgerichtheid en afstemming op elkaar

8

1. Overleg met de leerlingen 

Regelmatig bespreken hoe het met hen gaat  je begrijpt hen beter en krijgt zicht op wat ze nodig hebben -spontaan -self-assessment en peer-assessment -formeel: kindcontacten  door met leerlingen te reflecteren op leerproces, kunnen ze eigen leerproces in handen nemen

2. Betrokkenheid van ouders 

Ouders kunnen op verschillende manieren participeren en betrokken zijn

 

Bij voeren van zorgbeleid: focus vooral op informeren, ondersteunen, inspraak en mee beslissen Engagementsverklaring (decretaal verplicht): je geeft aan welke initiatieven je



neemt om dialoog met ouders vlot te laten verlopen (anderzijds engageren ouders zich tot betrokkenheid) Aandacht voor socio-economische, culturele en taalkundige verschillen (ouders hebben soms andere verwachtingen)  maar: betekent niet dat die ouders niet betrokken zijn



Schriftelijke en mondelinge (formele en informele) communicatie (rapporten, basofiche)

3. Schriftelijke communicatie 

Voor ouders die je zelden ziet is schriftelijke communicatie belangrijke vorm van communicatie  nagaan of bedoeling duidelijk is  je kan pictogrammen gebruiken

4. Mondelinge communicatie 



Informeel: -om betrokkenheid en welbevinden te bevorderen -dagelijks informatie uitwisselen  ook momenten om ouders te betrekken die niet gemakkelijk nar oudercontact komen Formeel: gepland

9

 op heel wat momenten rapporteer je aan ouders -meer dan resultaten van toetsen -positieve verwoorden -cijfers, attitudes en gevoelens in juist perspectief plaatsen -kijken hoe je kind verder kan helpen in ontwikkeling 5. BaSo-fiche = brede basiszorg 

BaSo om overdracht van gegevens te realiseren  samen met ouders opgemaakt, aan hen meegegeven  geven die aan secundaire school (ook voor leerlingen die vervroegd doorstromen naar 1B)



School kan verder bouwen op ondersteuning

6. Overleg met en over leerlingen 

Klasbespreking: je bespreekt alle leerlingen met zorgcoördinator en/of zorgteam



 bepaald welke leerlingen op zorgoverleg en MDO ter sprake zullen komen Overgangsgesprekken -formeel gekaderde gesprekken tussen leerkrachten -wanneer leerkracht groep leerlingen overdraagt aan collega  overdracht van informatie garanderen die nodig is om leerlingen/



leerlingengroepen te ondersteunen en begeleiden Zorgoverleg -bespreken van leerlingen met speciale onderwijsbehoeften met zorgleerkracht/coördinator  ingeroosterd  zoeken naar effectieve aanpak  afgesproken wie wat doet



MDO -formeel overleg tussen leerkracht, zorgteam, medewerker CLB over leerlingen (soms gon, ion of externe partners, ouder)

7. Samenwerking met het CLB

10



  

Tussen school en CLB beleidscontract afgesloten met beschrijving van bijzondere bepalingen  die bepalingen concretiseren samenwerking tussen school en CLB  jaarlijks evalueren en nieuwe afspraken maken Ondersteunt de zorgwerking Doet leerlingenbegeleiding Werkt met school samen binnen hele zorgcontinuüm  partijen stemmen werking op elkaar af

8. Professionele leergemeenschap 

Professionele groei leidt tot stijgend competentiegevoel  vergroot expertise  vergroot professioneel zelfvertrouwen



Kan door: -collegiaal overleg (zorgleerlingen bespreken met collega’s) -overgangsgesprekken (met aandacht voor sterktes en aanpak lln.) -hospiteren in functie van zorg (lln. observeren, lkr. observeren die sterk is in differentiatie) -bespreek hoe je kan omgaan met differentiatievormen binnen methode en wat je kunt doen als methode ontoereikend is -deel ideeën en materialen -maak rondgang door alle klassen (bekijk elkaars materiaal en afspraken) -overleg hoe je lln. objectief kan observeren -verwoord ondersteuningsbehoeften als leerkracht -volg nascholing

1.2.3

Fase 1: verhoogde zorg

Krachtige leeromgeving   

Veilig klimaat noodzakelijk voor leerlingen met speciale aandacht Richten op sterke kanten (bevestigen wat wel goed gaat) Reflecteren op gebruikte methode -opdrachten zinvol? -hoe pas ik opdrachten aan zodat ze aansluiten bij ZNO? -hoe maak ik opdrachten functioneler?



Verlengde instructie (tussenstappen in denkproces)

Afstemming op behoeften van de leerling

11

1. Observeren en analyseren van onderwijsbehoeften 

Observeren -wat gaat doet -wat gaat fout  analyseren  bepalen wat lln. nodig heeft om doel te bereiken

2. De leerkracht handelt, ondersteund door het zorgteam 

Samen met zorgteam zoeken naar aanpak van speciale onderwijsbehoeften (nagaan hoe je aanpak kan afstemmen op noden lln.)  noden lln. vertalen in doelen



Na in kaart brengen van onderwijsbehoeften cluster je lln. met vergelijkbare behoeften

3. Differentiatie 

Differentiëren (gerichter en intensiever dan in fase 0)



 ook differentiatie naar boven Remediëren

  

Compenseren Dispenseren Zorgteam ondersteunt

4. Anderstalige nieuwkomers 

Hebben zeer specifieke onderwijsbehoeften  moeilijk in te schatten in welke klasgroep ze optimale ontwikkelingskansen krijgen  liefst op leeftijd (welbevinden)

Betrokkenheid: samen school maken 1. Overleg met en over leerlingen  

Vormen uit fase 0 blijven van toepassing Zorgoverleg  leerlingen waarvoor verhoogde zorg van toepassing is, bespreken  analyseren

12

 acties bepalen  met zorgteam, CLB, ouders, leerlingen 2. Professionele leergemeenschap   

CLB en pedagogische begeleiding organiseren studiedagen Overgangsgesprekken (aanpak met collega’s bespreken) CLB en PB hebben ondersteunende en coachende rol (competenties lkr. versterken)

1.2.4

Fase 2: uitbreiding van zorg

Krachtige leeromgeving 

Nagaan hoe je leeromgeving nog krachtiger, intensiever en gerichter kan maken

Afstemming op behoeften leerlingen  

Verhoogde zorg onvoldoende Verder bouwen op eerdere acties



Hulpvraag op MDO analyseren  aanpak bepalen (hangt af van leerling tot leerling)

 

Hulp van CLB Sticordi-maatregelen zodat leerling gemeenschappelijk curriculum kan blijven volgen (zo lang mogelijk volhouden)

Betrokkenheid: samen school maken 1. Overleg met en over leerlingen 

CLB neemt regie in handen voor handelingsgericht diagnostisch traject -analyse van probleem -diagnostisch onderzoek  men komt tot indicatie van wat leerling nodig heeft



Maar: als school behoud je regie van zorg op school  leerkracht en zorgteam bepalen aanpak op basis van adviezen uit diagnostisch traject

2. MDO

13



Leerkracht, directeur, zorgteam, CLB, ouders, externen  resulteert in handelingsplan  nadien ouder- en/of kindgesprek

Voorbereiding -tijdens zorgoverleg bereidt zorgteam met leerkracht MDO voor Verloop: -situatie geschetst -bespreking -concrete besluiten 3. Professionele leergemeenschap 

Als school handelingsplannen en MDO optimaliseren door te vergelijken



Eventueel samenwerken met BuO (expertise uitwisselen)

4. Aanpak en afstemming tussen leerkracht, zorgteam, CLB, pedagogische begeleiding en externen Handelingsplan 

Je kan handelingsplan gebruiken om planmatige aanpak te realiseren



 regelmatig met ouders en leerlingen in gesprek gaan Leerkracht voert interventies in klas uit (wordt ondersteund)  soms nodig om groep leerlingen buiten klas te begeleiden


Similar Free PDFs