Overzichtsschema O=ntwikkeling van baby tot volwassene; lichamelijke ontwikkeling; cognitieve ontwikkeling; ..... PDF

Preview

Summary

in dit schema staat per ontwikkelingdeel wat er gebeurt met het kind, de belangrijkste kenmerken ...

Description

Pasgeborene

Lichamelijke ontwikkeling

Motorische ontwikkeling

Baby

Peuter

Kleuter

Lagere schoolkind

0 – 1,5 j

1,5 -3 j

3–6j

6 -12 j

- vernix (creme op huid) - meconium -heksenmelk -geelzucht -babyacne

-asynchrone groei.

-Asynchrone groei - vertraagd t.o.v. baby

-Apgar score

- van boven naar beneden, van binnen naar buiten - 5 fasen (kijk, grijp, zit,

- fundamentele bewegingsactiviteiten - zindelijkheidstraining

Babyreflexen (7)

kruip, loop)

Perceptuele ontwikkeling

Wazig zicht (want beter zicht is niet nodig)

- kwalitatieve veranderingen in fundamentele (stimuleren niet forceren!) bewegingsactiviteiten - zelfredzaamheid -evenwicht beoefenen -middagdutjes -fijne motoriek beoefenen - voorwerpen herkennen met verschillende zintuigen - globale waarneming  oog voor detail - aandacht voor boeiende details

(stemmen, beelden,..)

/

Seksuele ontwikkeling

- lichtgevoelig - visual clif - voorkeuren

- ± +20cm , +8kg - ±synchrone groei - groeitempo vertraagt

- gevoelig voor aanrakingen - oriënterende / defensieve respons - Freud: Orale fase - Auto erotisch gedrag -> bewust herhalen van gedrag dat goed doet

!!(focus op opvallende dingen)!!

-Freud: anale fase  Stoelgang op potje = lustbeleving  Geschenk of protest? - sekse identiteit ontw. - intresse eigen en ander lichaam -‘vieze woord’ spel -

- Freud : fallische fase  Oedipuscomplex (j) + castratieangst  elektracomplex (m) +penisnijd. -verkennen minder openbaar -vragen over zwangerschap , geboorte,…

- weer asynchroon 1e strekking: - babyvet  spierweefsel - ledenmaten groeien sneller dan ledematen - ‘klein kind’ kenmerken verdwijnen - tandenwissel 2e strekking: puberteit -Begin sportactiviteiten - toenemende oog-hand coördinatie (10j : ‘perfecte kind’)

-- richten de waarneming zelfstandig - gedetailleerd en systematisch - perceptuele reorganisatie // schematisering // exploratie - Freud : latentiefase  seksuele ontw. = stilgevallen  Terugdringen seksuele gevoelens  schoolkennis voorop  Weinig intresse voor elkaar

Adolescent 12-18 j

PUBERTEIT!! Lichamelijke veranderingen = centraal -primaire geslachtkenm. -secundaire geslachtsk.

Perfecte lichaamsbeheersing Spierontwikkeling + uithoudingsvermogen neemt toe  sporten = favo bezigheid Aandacht & concentratei neemt toe

-Freud : genitale fase - seksuele ontw. In stroomversnelling - grote openheid voor seksul-aliteit Aandachtn voor de negatieve aspecten ervan - vorming van romantische relaties (4 stadia van onderscheiding )

/

Sociaal – emotionele ontwikkeling

- Noodzaak van contact (harlow aapjes) Gehechtheidsgedrag - sensitieve responsiviteit = veilige gehechtheidsrelatie

Vriendschap evolueert Verschuiving sociale voorkeur School= sociale leerschool Invloed leeftijdsgenootjes, Inadequate omganstijlen

Separatie Individuatie

Piaget: operationeel stadium Gedachtenhandelingen, probleemoplossend denken, reversibel denken, …

Piaget: formeel operationeel stadium

-pre-conceptioneel denken (over-discrimineren/ over-

-intuïtief denken (verbanden

generaliseren)

leggen)

-Informatie verwerking -Consequenties van gevorderd denk niveau (=

- Peuterpuberteit - zelfbewust - zelfstandigheid/ afhankelijkheid conflict -schaamte/trots -afgunst/jaloezie

- langere periode zonder gehechtheids figuur -ontdekt verschillende rollen (lkr. ≠ ouder)

- sociale omgeving W uitgebreid

(bowlby , gehechtheidspatronen (4 types) ,…)

Piaget : sensorisch motorisch stadium adaptatie via babysreflexen herh. Bij plezier handelen relatie handeling – efect intentioneel handelen actief experimenteren echte denken

Cognitieve ontwikkeling

- adaptatie, assimilatie, accommodatie, equilibratie

Bewegingsspelletjes

Spelontwikkelin g

Piaget: pre-operationeel stadium -geïnterioriseerd experimenteren - imitatie van modellen - alsof spelletjes -Symbolisch denken - fantasie – werkelijkheid (kleuter kan dit beter onderscheiden

3 nieuwe dimensies: -abstract denken - hypotetisch-deductief denken - combinatorisch denken

scheiden)

- denkfouten 1. conservatie proeven 3 denkfouten : centratie, niet reversibel denken, statisch gericht denken 2. 3-bergen experiment (kan niet decentraliseren) 3. sally & anne 4. klasse-inclusief experiment (bloemen-deel & geheel)

bewegingspelen, rollenspel, constructiespel,  parallel spel, geen samenspel!

kritische houding, zelfreflectie neemt toe, discussie, idealisme, intelligentie )

Persoonlijkheids ontwikkeling

Erikson: Vertrouwen vs wantrouwen

Erikson: Autonomie vs schaamte en twijfel

-> in staat om hechte relaties op te bouwen of niet.

-> wil dingen zelf doen vs twijfelen à zichzelf (door overbeschermen ouders)

Erikson: Initiatief vs schuld -> wil dingen zelf doen vs twijfelen à zichzelf (door overbeschermen ouders)

- diferentiele behandeling j/m

Morele ontwikkeling

Kohlberg: pre-convetionele fase  straf vermijden, beloning nastreven -Weten wat goed/slecht is (gelinkt à aanwezigheid ouders) Model van gilligan bij meisjes: 1. Individuele overleving 2. goedheid als zelfopofering 3. moraal van geweldloosheid

Erikson: Vlijt vs minder waardigheid

Erikson: Identiteit vs indentiteits verwarring

Er W verwacht dat het kind kennis & vaardigheden opdoet. Lukt dit = vlijt. Lukt dit nier : minderwaardigheidsgevoel

Egocentrisme: imaginair publiek vs persoonlijke fabel

Kohlberg: convetionele fase  normen directe omgeving, normen grotere systemen -volwassene bepaald wat mag en wat niet mag Millgram experiment  elektrische schokken

- empathie -conformisme - identiteitsvinding & ontplooiing Kohlberg: post convetionele fase  abstracte morele principes, eigen prioriteiten...