Samenvatting H11 Neoplasie PDF

Title Samenvatting H11 Neoplasie
Author Senne Blommaert
Course Biomedische wetenschappen
Institution Universiteit Antwerpen
Pages 21
File Size 1 MB
File Type PDF
Total Downloads 9
Total Views 117

Summary

Samenvatting H11...


Description

10 Neoplasie Doelstelling 1 De student kent de betekenis van de termen tumor, neoplasma, benigne tumor, maligne tumor, kanker, carcinoma. Antwoord Tumor:gezwel-zwelling: wordt ook gebruikt in de plaats van neoplasma (nieuw gevormd weefsel) Neoplasma: abnormale en autonome groei van cellen, waarbij beginstimulus niet meer aanwezig is Kanker : kwaadaardig/maligne neoplasma Benigne (goedaardige) tumor: kan adenoma (goedaardige tumor van een klier) of papilloma zijn Maligne (kwaadaardige) tumor : carcinoma of sarcoma Carcinoma = kanker, carcinoma in situ = plaatselijk, dus voorstadium

Doelstelling 2 De student kent globaal de incidentie van de 3 meest voorkomende maligne tumoren in onze streek. Antwoord: Maligne neoplasma: 25% van de mensen Incidentie neemt toe met de leeftijd Mortaliteit variabel, globaal hoog Tumoren in Vlaanderen: - Kanker komt vaker voor bij mannen (35984 in 2014) dan bij vrouwen (31872). -Ong. 1/3 man en 1/4 Vrouw 59 jaar - Mannen - groter mamma-epitheliaal volume, oestrogeen - > kinderloze vrouwen, nooit borstvoeding - > Vroege menstruaties en/of late menopauze - Voeding, lichaamsgewicht & beweging - Alcohol - Roken 4. Vroegtijdige opsporing van tumoren is nuttig, maar houdt ook risico’s in. Leg dat uit aan de hand van de vroegtijdige opsporing van baarmoederhalstumor; borsttumor, dikkedarmtumor, prostaattumor. In het algemeen zijn de nadelen van bevolkingsscreening: - Lead time bias : pseudoverlenging overleving bij niet behandelbare tumoren Wanneer bij een screening een niet behandelbare tumor wordt gevonden, is de overlevingsduur niet veranderd. De persoon is zich echter langer bewust van het hebben van een niet behandelbare tumor. - Length bias: traaggroeiende tumoren met betere prognose worden meer ontdekt. - Overdiagnose: kwaadaardige lesies met relatief goede prognose worden behandeld 15

-

Selectie bias : personen die meest at risk zijn dagen niet op

Specifiek voor: - Baarmoederhalstumor : o

Overdiagnose: afwijkende cellen die spontaan zouden verdwijnen, worden behandeld

o

Vals positief resultaat: men vindt iets abnormaals bij het uitstrijkje, maar na bijkomend onderzoek blijkt niets aan de hand. In dat geval heeft de vrouw zich onnodig zorgen gemaakt.

o

Als na biopsie blijkt dat er geen kanker is, heeft vrouw belastende ingreep ondergaan.

Door bv vroegtijdig een uitstrijkje te laten nemen, zal de patient gecontroleerd worden op cellen die een abnormale evolutie tonen. Er zijn van nature uit altijd virussen aanwezig in die baarmoederhalscellen, zeker bij jonge mensen. Als men dan vroegtijdig gaat controleren, kan men te veel onderzoeken beginnen doen naar cellen, die misschien een kleine indicatie kunnen geven van aanwezige (‘gezonde’) virussen. Maar deze onderzoeken zijn overbodig omdat hetgaat om een natuurlijke situatie. o -

-

-

Borsttumor : o

Overdiagnose en overbehandeling: elke ontdekte borsttumor wordt behandeld, omdat men niet weet of de kanker zonder behandelen ooit symptomen zou geven en/of levensbedreigend worden

o

Vals positief resultaat: men vindt iets abnormaals op de mammografie, maar na bijkomend onderzoek blijkt niets aan de hand. In dat geval heeft de vrouw zich onnodig zorgen gemaakt.

o

Als na biopsie blijkt dat er geen kanker is, heeft vrouw belastende ingreep ondergaan.

o

Niet alle tumoren worden ontdekt en tumoren kunnen ontstaan in de periode tussen 2 mammografieën. Het bevolkingsonderzoek kan een gevoel van veiligheid geven, waardoor de vrouw geen zelfonderzoek meer doet.

o

Bij een mammografie komt straling vrij. Hoe jonger men is, hoe groter het risico dat deze straling zelf borstkanker zou kunnen veroorzaken. Daarom start het bevolkingsonderzoek pas aan 50 jaar.

Dikkedarmtumor o

Een geruststellende uitslag is geen garantie dat alles goed is.

o

Men vindt occult bloed, maar na colonoscopie blijkt niets aan de hand. In dat geval is er belastende ingreep gebeurd.

o

Overdiagnose en overbehandeling: poliepen die gevonden worden tijdens colonoscopie en verwijderd worden, zouden best goedaardig kunnen bljiven.

o

Geen garantie dat als tumor gevonden wordt, patiënt ook overleeft.

Prostaattumor o

Overdiagnose: de meeste mannen op oudere leeftijd krijgen prostaatkanker, maar sterven er niet aan, omdat prostaatkanker op oudere leeftijd heel traag evolueert. 16

o

Vals positieve resultaten, gezien de lage specificiteit van de PSA-test. Man maakt zich onnodige zorgen

5. Een persoon kan een verhoogd risico hebben door zijn/haar beroep, levensgewoonte, eigen constitutie: leg dit uit aan de hand van telkens een voorbeeld. - Beroeprisico: met bepaalde beroepen zullen personen meer worden vrijgesteld aan carcinogenen. → huidtumoren bij radiologen - Levensgewoonte: specifieke activiteiten in het dagelijkse leven zullen bepaalde kankers veroorzaken → roken (longcarcinoma) veroorzaakt longkanker → roken en drinken veroorzaakt keelkanker - Streekgebonden: levensomstandigheden over het algemeen, consumptie van bepaalde voeding. → slokdarmkanker in Azie. 6. Geef 5 manieren waarop een tumor kan metastaseren. Welke factoren van de tumor spelen daarbij een rol? - Lymfogene metastase: tumoren kommen binnen via het afferente kanaal. De cellen settelen zich in de periferie van de lymfeklier en groeien hier. Ze kunnen de lymfestroom onderbreken en oedema veroorzaken. - Hematogene metastase: Komt vaak voor in lever, longen, bot en hersenen. Bot is een voorkeursplaats van hematogene metastasen van 5 carcinomen: long, borst, nier, prostaat & schildklier - Transcoelomische metastase: komt voor in peritoneale (vooral tumoren uit eierstokken, pleurale & pericardiale (vooral tumoren uit long & bors)holte. - Via vloeistof - Via implantatie: insteekkanalen of verstrooiing 7. Wat is tumorinvasie en welke factoren van de tumor spelen daarbij een rol? Invasie is de ingroei van de tumor in het omringende weefsel met beschadiging van de barrières: Invasie is de belangrijkste criteria voor maligne tumoren. - Verminderde cellulaire adhesie - Secretie van proteolytische enzymen - Abnormaal of toegenomen cellulaire motiliteit 8. Welke factoren bepalen de prognose van een tumor en geef hiervan een voorbeeld. Maligne tumoren hebben een variabele prognose. Deze prognose hangt af van de karakteristieken van de tumorcellen (en van de effectiviteit van de therapie op deze tumor) - Tumortype: (vb. melanoma) - Tumorgraad: graad in maligne / agressie van de tumor - Tumorstadium: hoeveelheid van de verspreiding van de tumor 9. Met welke lokale effecten van een tumor zou je als fysiotherapeut rekening mee moeten houden? Je mag dat aan de hand van een voorbeeld doen. Lokale effecten: - Compressie - Invasie: bloeding - Ulceratie: o Bloedverlies o Surinfectie: stank In ieder geval moet de kine bij vaststellen van symptomen die potentieel het gevolg kunnen zijn van een tumor (vb. compressie) checken of de patiënt daarvoor in behandeling is bij een arts (red flag). In het geval de patiënt in behandeling is bij een arts kan deze aangeven of behandeling in deze situatie veilig is. 17

Uitzaaiingen in de wervelkolom kunnen bijvoorbeeld de botten broos maken. Als de kine daar te veel druk op uitoefent,kan hij een breuk veroorzaken. Verder moet ook pijn bij de patiënt worden vermeden. 10. Met welke veralgemeende effecten van een maligne tumor zou je als fysiotherapeut rekening mee moeten houden. Je mag dat aan de hand van voorbeelden doen. Veralgemeende effecten: Tumorspecifiek: o Cushing syndroom o Thyrotoxicose o Hyperpathyroidisme - Niet-tumorspecifiek o Vermagering o Neuropathie o Myopathie o Veneuze thrombose In ieder geval moet de kine bij vaststellen van symptomen die potentieel het gevolg kunnen zijn van een tumor (vb. myopathie) checken of de patiënt daarvoor in behandeling is bij een arts (red flag). In het geval de patiënt in behandeling is bij een arts kan deze aangeven of behandeling in deze situatie veilig is. Uitzaaiingen in de wervelkolom kunnen bijvoorbeeld de botten broos maken. Als de kine daar te veel druk op uitoefent,kan hij een breuk veroorzaken. Verder moet ook pijn bij de patiënt worden vermeden. 11. Leg de multistep theorie bij het ontstaan van tumoren uit. Bespreek hierin de rol van een oncogeen (met voorbeeld), wat is de rol van het eigen erfelijk materiaal van de patiënt (aan de hand van een voorbeeld). De verandering van een normale cel in een groeiende en potentieel fataal neoplasma verloopt in verschillende eventen. - Initiatie is waar een carcinogeen een prikkel geeft voor de genetische alternatie, dat de getransformeerde cel zijn neoplasmatisch potentiaal geeft. → initiator: carnicogeen induceert mutaties in cellen - Promotie is de stimulus van ‘clonal proliferation’ van de geinitieerde transformerende cel. → promoter induceert proliferatie in de geinetieerde cellen om goedaardige tumor te vormen. Nieuwe genetische of epignetische veranderingen leiden tot vorming van een maligne tumor. (genetische veranderingen veroorzaken de maligne tumor.) - Progressie is het proces dat de tumor zijn maligne karakteristieken krijgt door invasie (door het slijmvlies) en de gevolgen hiervan. 12. Bij vroegtijdig opsporen van een maligne tumor kan je rekening houden met het eigen risicoprofiel van een patiënt. Leg dit uit aan de hand van dikkedarmkanker, borstkanker, baarmoederhalskanker. a) Borstkanker: - Families met borstkanker - Dochter van diethylstilboestrol behandelde moeders - Kinderloze vrouwen (h-geen borstvoeding) - Vroege menstruatie en/of late menopauze b) Dikkedarmkanker: - Familieleden van bewezen familiale darmkanker, ook andere kankers hierbij frequenter - Colitis ulcerosa patienten - leeftijd (>50) - ziekte van Crohn - overgewicht 18

c) Baarmoederhalskanker: - Leeftijd (30-50) - HPV-infectie - Roken - Verschillende seksuele partners - Seksuele betrekkingen op jonge leeftijd 13. Je buurvrouw van 45 jaar vraagt je raad of ze zich zou laten preventief onderzoeken op borstkanker. Wat zou je haar aanraden en wat is je advies? (stel dat je dokter bent, …) Je kan haar best aanraden nog even te wachten. De mammografie wordt aangeraden aan vrouwen van 50-69 jaar. Het is echter nooit slecht zelfonderzoek te doen. 14. Een nauw familielid heeft de diagnose van kanker gekregen, en je wordt gevraagd mee te gaan naar de dokter om te ondersteunen en om mee de goede vragen te stellen. Welke dingen zal je goed navragen omdat je weet dat die de prognose mee bepalen. Om welk type tumor gaat het? In welk stadium is het? Wat is de graad van de tumo? Zijn er uitzaaiingen? 15 Een van je kotgenoten, een meisje van 23 die nogal veel van sekspartner wisselt vraagt je of ze niet best een baarmoederhalsuitstrijkje zou laten nemen. Wat is je advies? Een buurvrouw van 31 met vaste relatie vraagt het zelfde. Wat is je advies? Bij jonge seksueel actieve vrouwen zijn er vaak infecties aanwezig die nog goed genezen, behandeling is overbodig en zelfs schadelijk. Binnen 2 jaar moet ze verplicht een cervix –uitstrijkje laten uitvoeren. Toch moet is het misschien toch niet slecht voor haar, want wisselende partners en jonge seksuele betrekkingen zijn risicofactoren voor baarmoederhalskanker. Omdat de buurvrouw 31 is, heeft ze een risicoleeftijd, dus zou het niet slecht zijn om een uitstrijkje te laten nemen. Omdat ze echter een vaste relatie heeft, verlaagt dit haar risico. 14 Bij vroegtijdig opsporen van een maligne tumor worden verschillende strategieën gebruikt: soms gaat het om opsporen van voorlopers van maligne tumoren, soms kent men die voorlopers niet, maar spoort men de vroege stadia van een maligne tumor uit. Pas dit toe (zoekt men voorloper of reeds vroeg stadium op?) op de in ons land toegepaste methodes voor vroege opsporing van borstkanker, colonkanker, prostaatkanker, baarmoederhalskanker - Borstkanker o Bij een mammografie gaat men op zoek naar letsels o Daarmee hoopt men tumoren in een vroeg stadium te ontdekken - Colonkanker : o Stoelgangonderzoek: aanwezigheid occult bloed kan duiden op aanwezigheid poliepen o Deze poliepen zijn de voorlopers van darmtumoren - Prostaatkanker o Hier wordt het ‘PSA’ in het bloed gemeten. o Als het ‘PSA’ verhoogd is, kan dit wijze op prostaatkanker (al dan niet in vroeg stadium) - Baarmoederhalskanker o Het uitstrijkje kan afwijkende cellen in beeld brengen o Voorlopers van baarmoederhalskanker worden zo gedetecteerd

15 Bij vroegtijdige opsporing van maligne tumoren kan men gebruik maken van verschillende kenmerken van een tumor: geef telkens een voorbeeld van: a. snelle beschadiging waardoor bloeding; 19

b. c. d. e.

virale oorzaak optreden van calcificaties in het weefsel loskomen van afwijkende cellen verandering van weefselconsistentie

Snelle beschadiging waardoor bloeding : bij opsporing dikkedarmkanker : occult bloed Virale oorzaak : bij baarmoederhalskanker : HPV-virus Optreden van calcificaties in het weefsel : bij opsporen borstkanker (mammografie) Loskomen van afwijkende cellen : bij opsporing baarmoedhalskanker (uitstrijkje) Verandering van weefselconsistentie: bij opsporing baarmoederhalskanker (uitstrijkje)

16 In ons land doet men systematisch (door bevolkingsonderzoek, waarbij al dan niet de huisarts wordt ingeschakeld ) of op individuele basis (op eigen initiatief of op initiatief van de huisarts) vroegtijdig opsporingsonderzoek naar baarmoederhalskanker, dikkedarmkanker, borstkanker, prostaatkanker. Maak een tabel op waarbij je invult: doelgroep(en); manier waarop het onderzoek gevoerd wordt, eigenschap van de tumor waarvan gebruik gemaakt wordt in de betreffende tumor. 17

baarmoederhalskanker dikkedarmkanker borstkanker prostaatkanker

Doelgroep bevolkingsonderzoek voor vrouwen van 25 tot en met 64 jaar. voor mensen van 53 tot en met 74 jaar. voor vrouwen van 50 tot en met 69 jaar Geen aanbeveling voor bevolkingsonderzoek

Manier onderzoek

Eigenschap tumor

uitstrijkje

Afwijkende cellen

Occult bloed in stoelgang mammografie

Snelle beschadiging waardoor bloeding calcificaties

Bloedtest - PSA

Aanmaak eiwitten

18

19 Je oom van 60 jaar vraagt zich af of hij zich preventief zou laten testen op prostaatkanker. Hij heeft nergens last van. Welke testen zijn gemakkelijk te doen en meest gebruikelijk in deze situatie. Wat zou je hem aanraden en waarom? (houd er rekening mee dat je zelf (waarschijnlijk) geen arts bent…). Het systematisch opsporen van prostaatkanker bij oudere mannen zonder klachten wordt afgeraden. In een vroeg stadium kun je immers meestal niet voorspellen of het om een agressieve, snelgroeiende tumor gaat. Doorgaans is er sprake van een zeer langzaam groeiende tumor waarvan de man nooit last zal hebben en waarvoor ingrijpen dus niet hoeft. Hoewel het systematisch screenen van alle mannen op prostaatkanker vanaf een bepaalde leeftijd enkele mensenlevens zou kunnen redden, zouden ook zeer veel mannen onnodig een erg

20

belastende kankerdiagnose krijgen en zeer ingrijpende behandelingen ondergaan, met mogelijk impotentie en incontinentie tot gevolg.

20 Ontwerp een preventiecampagne voor huidkanker in Australië. Steeds zonnepreventie (hoed, parasol, zonnebril, beschermende kledij, zonnecrème) gebruiken Geen zonnebank gebruiken Huid op regelmatige tijdstippen controleren op verdachte vlekjes. Indien nodig controle bij dermatoloog.

21 Je hebt een bloeiende fysiotherapiepraktijk die erg populair is bij zeer actieve sporters. Welke tumoren kan je meer verwachten bij deze mensen dan in de normale bevolking? Of maakt dat geen verschil? Of zullen er misschien minder kwaadaardige tumoren voorkomen bij dit cliënteel?

Meerdere recente studies suggereren het mogelijk beschermend effect van fysieke activiteit op het voorkomen van bepaalde kankers, meer concreet betreft het kankers van het colon (dikke darm), prostaat, borst en andere gynaecologische kankers. Definitieve uitspraken kunnen echter tot heden nog niet gedaan worden. Voor kanker van de dikke darm wijzen studies eenduidig op verminderd voorkomen ervan bij actieve personen Prostaatkanker wordt in zijn groei gestimuleerd door testosteron, het mannelijk geslachtshormoon. In verschillende studies werd bij duurgetrainde mannen een verlaagde testosteron-concentratie aangetroffen. Het logische gevolg zou een gunstig effect op het voorkomen van prostaatkanker zijn. Anderzijds is het zo dat door het feit dat lichamelijke fitheid levensverlengend werkt, het risico op prostaatkanker – een typische ouderdomsziekte – dan weer vergroot wordt. Voor prostaatkanker kan dus absoluut geen éénduidige conclusie getrokken worden met betrekking tot fysieke activiteit. Borstkanker is de meest voorkomende vorm van kanker bij de vrouw. Preventief lijkt fysieke activiteit hier een behoorlijk, zij het nog onbegrepen positief effect te hebben.

21...


Similar Free PDFs