Samenvatting Mediamanagement PDF

Title Samenvatting Mediamanagement
Author Yinthe van Looy
Course mediamanagement
Institution Thomas More
Pages 73
File Size 4.4 MB
File Type PDF
Total Downloads 77
Total Views 154

Summary

Samenvattingen van de PowerPoints en cursus....


Description

Mediamanagement Mediabegrippenlijst Advertorial (publi-reportage) Native advertising, informatief & redactioneel met duidelijke adverteerder. Informatie over producten of diensten om onderzoek of trends te verstrekken. Visuele elementen & links naar website adverteerder? Soms levert adverteerder ( content aan adverteerder voorgelegd) content soms redactie adhv briefing. Adverteerder = baas! Audimeter (kijkmeter) Elektronisch meettoestel tv-kijkgedrag -> representatief kijkpanel CIM-studie. Registreert automatisch de zender. Via picturematching, audiomatching & cni-code. Elke panellid -> identificeren wanneer tv in dezelfde ruimte afspeelt. Audimetrie Verzamelen info tv-kijkgedrag, enquêteur nodig, audimeter CIM Beacon Klanten in-store volgen. In ruil kortingen en aanbiedingen, productinfo, branded content & andere. Klein apparaat in winkel -> via BT technologie in de buurt van winkels. Klanten met smartphone benadert mits toestemming. Behavioural targeting Info browsgedrag individu. Cookies, aankoopintentie bv. Kleding, auto’s,… groep targeten. Bereik Aantal leden doelgroep geconfronteerd met medium of reclamebootschap Bereik laatste periode (affichage) De dag ervoor voorbijgekomen op 1 of meerdere affichageplaatsen. Bereik laatste periode (bioscoop) Aantal mensen in de loop van laatste 7 dagen naar bioscoop. Bereik laatste periode (radio) Dag ervoor minstens 10min. Naar radio geluisterd hebben. Bereik laatste periode (televisie) Dag ervoor minstens 10min. Tv gekeken. Betaalde verspreiding Aantal verkochte exemplaren perstitels in krantenwinkels of ikv abonnementen. Binge-viewing Langer dan normaal tv kijken, specifieke serie of tv-programma. Cultureel populair fenomeen. Netflix, Amazon Prime -> on demand.

Cache Opslagruimte, gebruikte info gestockeerd. Gegevens, bezoek website. Sneller dan bron. Browser zoekt eerst in cache of site al dan niet al aanwezig is. Classifieds (rubrieksadvertenties) Advertenties/zoekertjes bedrijven/privépersonen in rubrieken. Gebundeld en opgedeeld. Huis, auto, job, reizen…. Concurrentie internetsites, belangrijke inkomstenbron Click through ration Responsratio online reclame advertentie in percentage. Clicks/aantal impressies x 100. Co-mailing Bestaande titel + aparte brochure, brief, mail,… adverteerder. Samen in 1 omslag. Geregionaliseerd/ gepersonaliseerd . Concentratie Twee of meer industriële/commerciële eenheden vormen grotere entiteit. Horizontaal: verschillende merken of bedrijven binnen 1 sector verticaal: diverse spelers in keten voor controle gehele productieproces te krijgen. crossmediaal: concentratie over mediumtypes heen. juridisch of financieel: deel of volledige aandelenpakket mediabedrijf door ander bedrijf opgekocht. (telenet) Connected tv Smart tv, ruimere tv ervaring, web browsing, social networking, VOD, video-streaming. Conversie Centraal element marktactiviteit en internetmarketing. Bezoeker/ontvanger campagne voert actie uit. Bv invullen formulier, downloaden document… Conversiepaden = verschillende stappen Via analyse nagaan wat een bezoeker heeft gedaan vanaf het belanden op de website tot het activeren van conversie. Cookie Gegevensblokje dat op computer van internetpagina wordt opgeslagen. Bezoekers registreren en controleren herhalingsbezoek. Crossmediale merken Verbreden bestaand merk naar andere terreinen dan oorspronkelijk. Disney: tv-programma’s, eigen zenders, tijdsschriften, pretparken,.. Dekking Bereik uitgedrukt in % van doelgroep / bep. Universum. Quotiënt titel/totaal individuën. Titel X wekelijks: 510.700 lezers, dekking = 5.8% op Bevolking 15+.

Direct marketing Via verschillende reclamemedia, uitgekozen doelgroep directe interactie consument. Directe respons klant en blijvende relatie opbouwen. Earned media Conversaties, discussies, berichten over je merk, product/bedrijf op mediakanalen, niet betaalde aandacht. Alle gratis verspreide media-aandacht. De moeite waard om te delen positief en negatief. PR, free publicity. Bereik enorm groot -> groei campagne & veel belang geloofwaardigheid. Nadeel = controle over verhaal verliezen. Echtverklaring Controle door media gedeelde oplagecijfers & betaalde verspreiding. CIM 1 x per jaar door accountants. Engagement (betrokkenheid) Emotionele connectie individu voelt voor organisatie, bedrijf, event, merk. Hoger niveau = groter motivatie, inspanning, moeite. Likes, comments of reposts. Floating Type planning reclameruimte, regie zelf plaatsing/reclameblokken bepaalt bij campagne. =gestuurd als adverteerder of afgevaardigde bepaalde hoeveelheid regie voorgestelde ruimte kan verwerpen. Freemium verdienmodel = instapmodel Free & premium. Product/service gratis aangeboden maar uiteindelijk moet betalen voor echte of verbeterde versie. Soms mogelijk gratis gebruik maar tegen betaling uitbereiding. Internet filmpjes slechts 30 sec. klanten binden ‘nieuwe gratis’ als opvolger ‘oude gratis’. Bij oude gratis klanten binden door gratis product weg te geven in de hoop dat in de toekomst ze gaan betalen. Skype, spotify, yahoo, linkedIn. Frequentie Hoevaak consument in doelgroep gemiddeld binnen tijdsbestek aan boodschap wordt blootgesteld. Aantal keer dat consument bewust aan media vehikel wordt blootgesteld en niet aan boodschap zelf. G.R.P. (gross rating point) Vergelijkende meting publicitaire kracht mediaplan. 1 GRP = 1% bruto dekking bep. Universum. Aantal contacten door reclamecampagne gegenereerd in %. Hashtag Leesteken in Tweets om onderwerp of context aan te duiden. Duidelijker in zoekfunctie, alle berichten over 1 onderwerpt in beeld. Automatische link zoekopdracht. Influencer Individu met grote invloed op volgers. Bepaalde autoriteit met specifieke doelgroep. Interesses, levensstijl, demografische achtergrond. Hoge mate vertrouwen binnen doelgroep. Positief over merk, bedrijf -> invloed doelgroep.

Joint-venture 2 of meer bedrijven starten samen een nieuw bedrijf op. Corelio (= het nieuwsblad & de standaard) en Concentra (= GVA & HBVL) -> mediahuis opgericht. Kijk-/luisterduur per individu Gemiddelde alle individuen die samen bestudeerde bevolking vormen. Berekent t.o.v. totale universum doelgroep. Niet enkel kijkers/luisteraars. Kijker CIM TV-studie, panellid of gast 4 jaar of ouder die zich in kamer bevindt waar TV aanstaat en in staat is ernaar te kijken. Lezer CIM-studie lezer verklaart titel gelezen, doornomen of doorbladerd heeft. Lezers laatste periode (LLP) Aantal lezers in de loop van referentieperiode een bepaalde titel gelezen, doornomen, doorbladerd. Live Totaal rechtstreeks tv kijken op dag uitzending en moment van uitzending. Live +7 Totaal rechtstreekse tv kijkers en uitgesteld tv kijken tot 7 dagen na uitzending. Live+playbac Totaal rechtreekse tv kijkers en uitgesteld kijken op dezelfde dag tot 6 dagen geleden. Massamedia Alle communicatiemiddelen bij openbaar communicatieprocessen voor doorgeven en overbrengen noodzakelijke boodschap. Mediaan Midden van verdeling. 50% getallen eronder en 50% erboven. Middelste getal als je getallen op volgorde van klein naar groot zet. Bij even getalen neem je het gemiddelde van de twee middelste getallen. Mediagebruiker Persoon die media gebruikt. Volledige lading onafhankelijk gebruikt medium. Niet enkel kijker, lezer, surfer, luisteraar. Gebruiker zet het ene in en dan weer het andere om behoefte te bevredigen. Publiek is verzameling alle afnemers van media. Mediaplan Document wanneer welke media moet worden ingezet en tegen welke kost en doelen. Stroomdiagrammen, namen media, bereik, frequentie en budgetten?

Netto gecumuleerd bereik Netto gehaalde bereik rekening houdend met de aangroei van het bereik in de tijd. Bv. de titel x bereikt na (gemiddeld) 5 nummers 1.100.800 lezers. Netto bereik Het totaal aantal mensen dat ten minste één keer wordt bereikt. Met andere woorden, iemand die via medium X en medium Y wordt bereikt, telt dus als 1. Het is gelijk aan brutobereik minus alle dubbel tellingen. Oplage Aantal daadwerkelijke gedrukte exemplaren perstitel. Omvat netto verspreiding en onverkochte exemplaren. Ook alle niet verdeelde exemplaren. Opportunity to hear (OTH) Gemiddelde frequentie rardio waarmee men wordt blootgesteld aan boodschap. Berekend door GRP te delen door netto dekking radioplan. Opportunity to see (OTS) Kans gemiddelde doelklant loopt om aan boodschap adverteerder te worden blootgesteld. Berekent door bruto bereik/neto bereik. Out of home Alle reclame uitingen die consument buitenshuis kan tegenkomen. Alle vormen buitenreclame. Plaatsen in openbare ruimtes met veel bezoekers/voorbijgangers. Over the top content (OTT) Manier van televisiecontent aanbieden zonder nood aan regulier tv-abonnement. Kabelvrije interactieve televisie. Content via internet, vanwege dat content bovenop content komt van traditionele providers verdelen. Audio, videocontent rechtreeks aanbieden op webplatformen of mobiele. Bv. Netflix, HBO. Owned media Mediaplatform dat je als bedrijf/merk zelf beheert. Corporate website, blog, sociale media kanalen, brochures. Niet noodzakelijk eigenaar kanaal. Bv facebook, twitter, linkedIn. Zelf eigen verhaal vertellen -> controle over uitstraling & hoe gebruiken anderen je kanaal. Nadeel: beperkt bereik. Paid media Aanwezigheid merkt/bedrijf op andere platformen d.m.v. betaling. Adverteren, zoekmachinemarketing, sponsoring. Bereik gekocht. Goede manier content promoten waardoor earned media bevordert. (free publicity) traffic genereren naar owned media. Primaire lezer Lezer verklaart actief stappen heeft ondernomen om titel in bezit te krijgen: voor zichzelf gekocht, abonnement op zijn naam.

Prime time (peak time) TV en radio tijdstippen met sterk bereik. TV -> 19.30-22u. schommelingen en anders interpreteren. Public relations (PR) Geplande en aanhoudende inspanning om goede relaties met verschillende groepen (stakeholders) op te bouwen/behouden dmv publiciteit, imago, aanpakken geruchten, verhalen en gebeurtenissen. Relaties pers, publiciteit product, public affairs, lobbying, beleggers & ontwikkeling. Real time bidding (RTB) Real time bepalen welke individuele impressie banner/video wordt getoond en welk bedrag geboden wordt. Koppeling dataverzamelingen, uitgevers & handelsplatformen (exchanges) met adverteerders. Redactiestatuut Unieke arbeidsvoorwaarde in media-cao’s. Onafhankelijkheid redacties. Waarborgt vrijheid handelen redactie. Kritiek op eigen adverteerders/uitgevers is mogelijk. Belangrijke stem benoeming nieuwe hoofdredacteur. Retargeting Bekentste vorm behavioral targeting. Veelgebruikte techniek persoon die eerder pagina heeft bezocht opnieuw benaderd. Pixel op website zorgt voor cookie in browser gebruiker. Cookie door advertentie herkend -> bod op impressie. Kans op conversie. SEA (search engine advertising) Inkopen advertentieruimte boven en onder natuurlijke zoekresultaten door veiling te bieden -> per klik. Secundaire lezer Titel gekregen van iemand, persoon dat titel gaf is zelf primaire lezer. Selectiviteit Mate waarin het medium op doelgroep is gericht. Selectiviteitsindex Getal dat aangeeft hoe goed doelgroep in relatie is met mediumbereik. Selectiviteitsindex < 100: de doelgroep is ondervertegenwoodigd. Het vehikel is niet voldoende selectief voor de doelgroep. Selectiviteitsindex = 100: de doelgroep is evenredig vertegenwoordigd. Selectiviteitsindex > 100: de doelgroep is oververtegenwoordigd. Het vehikel is voldoende selectief voor de doelgroep. SEO (search engine optimization) Plaatsen van site, pagina of app bij eerste resultaten zoekmachine. Share of voice (SOV) Verhouding eigen communicatie investeringen en die van spelers markt.

Stedelijke centra Belangrijkste steden in ons land CIM. 24 waaronder 5 grote (BR, ANT, GENT, LUIK, CHARL) 12 Nederlandstalige & 7 Franstalige. Teaser Integrerende reclamebericht dat verwijst naar ander bericht. Verschijnt na korte verschijning teaser of gelijktijdig. Tête bêche 1 of meerdere bladzijden achteraan in publicatie omgekeerd gemonteerd worden op vraag van adverteerder/uitgever. Indruk ander magazine vasthebben. Soms wordt titel magazine aangepast om speciaal effect te creëren. Top of mind awareness Welke merken worden vermeld als je een individu vraagt merken op te sommen. Unieke bezoeker Browser die geïdentificeerd ordt adhv unieke CIM Metriweb-cookie. Universum Totaal aantal individuen obv bereikcijfers worden uitgedrukt. User generated content (UGC) Content gegenereerd door gebruikers. Creatieve inspanning. Teksten, discussies, videofragmenten, geluidsfragmenten, foto’s die niet professionals aanmaken en online plaatsen via SOME & platformen. Niet alle UGC openbaar en toegankelijk. Kan zijn van besloten gemeenschap. Verantwoordelijke voor aankoop (VVA) Gezinslid dat het vaakst verantwoordelijk is voor keuze merken voeding dranken en onderhoudsproducten gezin. Verspreiding Aantal exemplaren dat effectief wordt verspreid/verdeeld Video on demand Netwerkdienst gebruiker toelaat om op moment dat hij wil video te kijken. Interactie TV. Streaming dat je kan kijken terwijl video wordt verzonden/download. Video pauzere, door en terugpsoelen. Subscription VOD is onbeperkte VOD voor een vaste prijs per maand. Telenet & belgacom. Ook medialaan & vrt ‘stievie, vrt nu’ met eigen programma’s. netflix, amazon, hulu… Vlog Video weblog = dagboek op internet met videobeelden. Inhoud is tekst sinds opkomst computers en internet in snel tempo gestegen. Filmfragment verduidelijken met tekst, afbeeldingen & metadata. Persoonlijk journaal met video als belangrijkste medium. Zapping van ene zender naar andere met afstandsbediening. Meestal tijdens reclameblok

Mediabasics Content is king Kern mediaproduct invulling behoeften, honger? Film of restaurant? behoefte naar informatie -> boek lezen, journaal kijken,… wat gebeurt er in de wereld? Manier waarop is verandert. Information society -> opgroeien in mediarijke omgeving, dagelijks geconfronteerd aan overvloed informatie. Vroeger enkel kranten en nieuws. Geef 2 voorbeelden waarmee het maken van een journaal een zeer tijdrovende en intensieve bezigheid was. -

Gebruik van een Telex waarbij alles nagelezen moest worden. De kans om dingen te missen was vrij groot. Het monteren van hele stukken films tot reportages van ongeveer een minuut Het typen van teksten voor het journaal waarbij verschillende typistes tegelijk bezig waren.

Behoefte aan ontspanning/amusement -> niet door iedereen hetzelfde Iets ontdekken, bijleren, je uitleven,… Ook vaak door media: netflix, bioscoop,… Behoefte aan routine -> rituelen. Volgorde van zenders op verschillende kanalen. Bv. Familie om 20.00u. Buurtpolitie -> 13 seizoenen 800 afleveringen = meer dan de kampioenen op kortere tijd. Gericht op jongeren. Ook 3 films gemaakt. Sociaal aspect -> praten over zenders van dag ervoor bv. De Mol Behoefte aan commentaar/opinivorming -> ideologie katholiek, socialistisch, liberaal. De morgen & De standaard. Nu -> zo groot mogelijk publiek maar media maakt opinies. Bv. Openbare omroepen verkiezingen. Service

Expressiefunctie (spiegelfunctie) -

Overheid duidelijk maken wat leeft bij de burgers. Bv. Stakingen, trends,…

Waakhondfunctie/kritiekfunctie -

Overheid bekritiseren over werken. Bv. Asielbeleid, coronacrisis,…

Tijdsbesteding mediagebruiker

-

Hoe belangrijk zijn media in de dagdagelijkse activiteiten van de Belg? Staaf dit met cijfers? Van maandag tot en met vrijdag besteedt de Belg zijn tijd voornamelijk aan drie basisactiviteiten: slapen, werken en eten. Daarna volgt het mediagebruik, dat duidelijk onmisbaar is voor het welzijn van de mens en deel uitmaakt van zijn basisbehoeften. Het vertegenwoordigt namelijk 45 % van de totale brutotijd die hij overdag (tussen 6 en 22 uur) voor deze 54 activiteiten benut.

-

Welke zijn de drie belangrijkste mediumtypes voor Belgen tussen 18 en 64 jaar? Hoe worden ze gebruikt? Geef hiervan enkele voorbeelden. Op het gebied van media vertoont de leeftijdsgroep van 18 tot 64 jaar een duidelijke voorkeur voor radio en televisie. Het internet is wel belangrijk, maar moet deze twee onontbeerlijke media toch laten voorgaan. Radio en televisie vertegenwoordigen elk 28 % van de tijd die aan media wordt besteed, terwijl het internet goed is voor 16 %. De jongere bevolkingsgroepen voelen zich meer aangetrokken tot niet-lineaire media, zoals muziekstreaming en video on demand, dan wie ouder is. Toch is het zo dat 27 zelfs bij de 18- tot 24-jarigen radio, televisie en internet de drie meest gebruikte media zijn, en dat ze alle drie ongeveer evenveel tijd in beslag nemen.

-

Wat zijn de gevolgen van de opkomst van het internet en de sociale netwerken? De belangrijkste wijziging in het leven van de Belgen in de afgelopen twintig jaar is de opkomst van het internet en de sociale netwerken. Die hebben ervoor gezorgd dat het mediagebruik nu nog veel hoger ligt dan in 1998. Het zijn dus niet de klassieke media (TV en radio) die daaronder te lijden hebben, maar bijna alle andere niet-mediagebonden activiteiten, en dat heeft grote gevolgen voor het sociale leven. De Belg brengt nu minder tijd buitenshuis, bij zijn ouders, bij zijn vrienden of met uitgaan door, maar heeft via zijn smartphone vaker contact met zijn omgeving, met behulp van chatapps en social media. De beleefdheid vereist tegenwoordig dat je je vrienden niet enkel thuis uitnodigt of hen een bezoekje brengt, maar ook dat je vooral niet vergeet de verjaardagsfoto van hun kinderen te liken …

Content is redactionele inhoud Begint bij goed idee, mening, onderwerp dat groep aanspreekt = bron niet persé zelf bedacht. Voldoende body? Inhoud aan onderwerp = redactioneel -> door professionele journalisten. Publiek heeft passieve rol -> blind getrouwd. Dankzij internet & smartphones kan publiek ook content aanbieden. = UGC user generated content. Welke rol heeft een journalist nog dan? Bepalen niet meer wat tot de lezer/kijker komt Niet langer bevoorrechte waarnemer. Lezers kunnen sneller zijn. Burgerjournalistiek Door niet professionele journalisten sinds opkomst SOME. Elke burger kan journalist zijn. Bv. Bekendmaking paus 2005 vs 2013. Case 4040 -> nieuws melden door burgers. journalisten moeten nieuws gaan filteren en selecteren van info.

-

Geef aan welke gebeurtenis de burgerjournalistiek (met smartphone en internet) heeft doen katalyseren? Welke gevolgen heeft burgerjournalistiek vandaag voor de professionele journalist of redactie? De Arabische lente / revolutie. De start van deze revolutie, het zichzelf in brandsteken van Mohammed Bouazzi, in Tunesië waarbij de mensen op straat kwamen. In de vroege jaren kon een journalist iets missen omdat het niet op een binnengekomen telex stond. Men kon het toen niet “weten”. Vandaag is dat niet meer mogelijk door de sociale media. Ze gaan dit veel meer moeten opvolgen.

-

Hoe reageerde de hoofdredactie van het VRT-Journaal in eerste instantie op het gebruik van zogezegde ‘gsm-reportages’ tijdens bijvoorbeeld het Pukkelpop-drama? De hoofdredactie was sceptisch: “doen we dit wel, amateurbeelden gebruiken?”. Het was gesneuveld voor het middagjournaal. Het oordeel was dat de afstand tussen het onderwerp en journalist. Door het gsm-gebruik kwam dit niet meer professioneel over. De afstandelijke filter was weg. Vandaag worden juist veel amateurbeelden gebruikt want dit vergroot de betrokkenheid. De kijker kan zich meer gaan identificeren met het beeld en taal.

-

Wat is het probleem waar redacties van het VRT-journaal en VTM-Nieuws mee geconfronteerd worden. De redacties moeten even snel zijn dan andere media en graag ook nog grondiger en dat legt enorme druk op mensen. En het gevaar bestaat dat je snelheid belangrijker gaat vinden dan zorgvuldigheid waardoor dingen gaan verschijnen die niet voldoende zijn gecheckt. De kans bestaat dat je die achteraf gaat moeten rechtzetten.

Informatiecontent Info is een middel. Content via media consumeren om ons te informeren. Ander doel bereiken -> actievere burger worden. Feiten, Duiding en Commentaar. -> journalisten bieden informatie zo aan. Bv. David Bowie Feit: nieuwsbericht, duiding: kaderen feiten in groot geheel, onderzoek en analyses, commentaar: ruimte voor commentaar van zichzelf als van medeburgers. Info is cru...


Similar Free PDFs