Samenvatting - Pletmedicatie PDF

Preview

Summary

pletmedicatie...

Description

Oefeningen met BCFI en pletmedicatie Zoek volgende geneesmiddelen op en beantwoord onderstaande vragen: -

Amlor® Cedocard® Contramal® Creon® Dafalgan® Emconcor®

-

Lasix® Progor® Selozok® Valium® Voltaren®

Amlor®  Bij welk stelsel vind je dit GM? Cardiovasculair stelsel  Tot welke GMgroep behoort het? Anti-hypertensiva: calcium-antagonisten  Wat is de generieke naam/stofnaam? amlodipine  Waarom wordt dit GM gegeven (indicaties)? Hypertensie, angor, supraventriculaire tachycardie, …  Wanneer wordt het best niet gegeven (contra-indicaties)? Onstabiele angor…  Welke ongewenste effecten kunnen optreden? Perifere vasodilatatie, overdreven vermindering van contractiliteit en frequentie van het hart, obstipatie…  Welke interacties met andere GM zijn mogelijk en welke belangrijke voorzorgen moeten worden genomen? Versterking van ongewenste effecten van beta-blokkers…  Welke toedieningsvormen bestaan er? capsule  Welke toedieningswegen bestaan er? oraal

=> Aandachtspunten verpleegkundige  Welke (praktische) aandachtspunten zijn er voor de VPK bij toedienen van dit GM? Uit info van BCFI kunnen we afleiden dat het belangrijk is om bloeddruk en polsslag regelmatig te controleren. De capsule mag geopend worden en de inhoud is pletbaar. Deze medicatie is lichtgevoelig en moet dus onmiddellijk gebruikt worden als ze uit verpakking wordt genomen.

Cedocard®  Bij welk stelsel vind je dit GM? Cardiovasculair stelsel  Tot welke GMgroep behoort het? Anti-anginosa: nitraten  Wat is de generieke naam/stofnaam? isosorbidedinitraat  Waarom wordt dit GM gegeven (indicaties)? Angina pectoris, linkerhartfalen, hypertensieve crisis  Wanneer wordt het best niet gegeven (contra-indicaties)? Hypotensie en shock, rechterventrikelinfarct  Welke ongewenste effecten kunnen optreden? Hoofdpijn, bloeddrukdaling  Welke interacties met andere GM zijn mogelijk en welke belangrijke voorzorgen moeten worden genomen? Risico op hypotensie in combinatie met bv. Beta-blokkers.  Welke toedieningsvormen bestaan er? Comprimé, ampulle  Welke toedieningswegen bestaan er? Sublinguaal en per os, intraveneus

=> Aandachtspunten verpleegkundige  Welke (praktische) aandachtspunten zijn er voor de VPK bij toedienen van dit GM? Uit info van BCFI kunnen we besluiten dat regelmatige controle van bloeddruk belangrijk is. Er wordt ook aangeraden om de patiënt aan te raden sublinguale nitraten zittend of liggend in te nemen, gezien hypotensie, syncope en reflectorische tachycardie kunnen optreden. Sublinguale toediening: zie aandachtspunten in cursus! Er is een breekgleuf en de comprimé is breekbaar. Inname met alcohol kan leiden tot bloeddrukdaling.

Contramal®  Bij welk stelsel vind je dit GM? Pijn en ontsteking  Tot welke GMgroep behoort het? Narcotische analgetica (matig krachtig)  Wat is de generieke naam/stofnaam? tramadol  Waarom wordt dit GM gegeven (indicaties)? pijn  Wanneer wordt het best niet gegeven (contra-indicaties)?/  Welke ongewenste effecten kunnen optreden?sedatie en respiratoire depressie, euforiserend effect, nausea en braken… anafylactische reacties, mondroogte, zweten, sedatie…  Welke interacties met andere GM zijn mogelijk en welke belangrijke voorzorgen moeten worden genomen? -

Bij chronisch gebruik: preventie obstipatie Mogelijke potentialisatie van coumarine-anticoagulantia Verhoogd risico convulsies bij gelijktijdige inname met anti-depressiva en antipsychotica

 Welke toedieningsvormen bestaan er? Capsulle, comprimé retard (vertraagde vrijstelling), druppels, suppo, ampulle  Welke toedieningswegen bestaan er? Oraal, rectaal, IM, IV

=> Aandachtspunten verpleegkundige  Welke (praktische) aandachtspunten zijn er voor de VPK bij toedienen van dit GM? Dit medicament heeft vele nevenwerkingen zeker bij chronisch gebruik (bijv. obstipatie, nausea, monddroogte). De verpleegkundige observeert deze en soms wordt ook preventief gewerkt. De capsules mogen geopend worden en de inhoud is pletbaar. De comprimés werken met het principe van vertraagde vrijstelling en zijn dus niet pletbaar.

Creon®  Bij welk stelsel vind je dit GM? Gastro-intestinaal stelsel (middelen voor lever, gal en pancreas)  Tot welke GMgroep behoort het? spijsverteringsenzymen: pancreatine  Wat is de generieke naam/stofnaam? Amylase, lipase, protease  Waarom wordt dit GM gegeven (indicaties)? Ernstige exocriene pancreasinsufficiëntie  Wanneer wordt het best niet gegeven (contra-indicaties)? /  Welke ongewenste effecten kunnen optreden? Vernauwingen van caecum en colon ascendens gerapporteerd bij kinderen met mucoviscidose  Welke interacties met andere GM zijn mogelijk en welke belangrijke voorzorgen moeten worden genomen? /  Welke toedieningsvormen bestaan er? Capsulle (maagsapresistent)  Welke toedieningswegen bestaan er? oraal

=> Aandachtspunten verpleegkundige  Welke (praktische) aandachtspunten zijn er voor de VPK bij toedienen van dit GM? De capsule mag niet geopend worden omdat ze maagsapresistent is. De enzymen amylase, lipase en protease worden door maagsap geïnactiveerd.

Dafalgan®  Bij welk stelsel vind je dit GM? Pijn en ontsteking  Tot welke GMgroep behoort het? Analgetica - antipyretica  Wat is de generieke naam/stofnaam? paracetamol  Waarom wordt dit GM gegeven (indicaties)? Pijn en koorst  Wanneer wordt het best niet gegeven (contra-indicaties)? /  Welke ongewenste effecten kunnen optreden? Hepatocellulaire toxiciteit met icterus en soms fatale necrose bij overdosering  Welke interacties met andere GM zijn mogelijk en welke belangrijke voorzorgen moeten worden genomen? Versterking van het effect van coumarine bij regelmatige inname van hoge doses.  Welke toedieningsvormen bestaan er? Comprimé, bruiscomprimé, comprimé odis (smelttablet), oplossing (pediatric), suppo  Welke toedieningswegen bestaan er? oraal, rectaal

=> Aandachtspunten verpleegkundige  Welke (praktische) aandachtspunten zijn er voor de VPK bij toedienen van dit GM? niet innemen met kool: verhoogde metabolisatie van paracetamol door een verhoogde glucuronidatie, waardoor een verminderde effectiviteit, Niet innemen met alcohol: verhoogde sedatie en verhoogde hepatotoixiciteit. Bij voorkeur buiten de maaltijden innemen

Emconcor®  Bij welk stelsel vind je dit GM? Cardiovasculair stelsel  Tot welke GMgroep behoort het? Anti-hypertensiva: beta-blokkers  Wat is de generieke naam/stofnaam? bisoprolol  Waarom wordt dit GM gegeven (indicaties)? Hypertensie, angina pectoris, secundaire preventie na MI, ritmestoornissen…  Wanneer wordt het best niet gegeven (contra-indicaties)? 2de en 3de graads AV-block, astma en COPD, sinusale bradycardie, zwangerschap  Welke ongewenste effecten kunnen optreden? Sinusale bradycardie, hartfalen, moeheid en verminderde inspanningscapaciteit…  Welke interacties met andere GM zijn mogelijk en welke belangrijke voorzorgen moeten worden genomen? Bijzondere voorzorg: bij stoppen geleidelijk aan dosis verlagen. Er zijn verschillende interacties met andere geneesmiddelen. Beta-blokkers kunnen ook hypoglycemische aanvallen bij patiënten op antidiabetica verergeren en aanvallen maskeren….  Welke toedieningsvormen bestaan er? comprimé  Welke toedieningswegen bestaan er? oraal

=> Aandachtspunten verpleegkundige  Welke (praktische) aandachtspunten zijn er voor de VPK bij toedienen van dit GM? Regelmatige controle van polsslag en bloeddruk is belangrijk. Waarschijnlijk zal de arts ook vragen om regelmatig een ECG af te nemen om hartritme van de patiënt te kunnen observeren. Er zijn verschillende neveneffecten die de verpleegkundige kan observeren (oa. Moeheid). Bij diabetespatiënten zal een regelmatige opvolging van de glycemiewaarden belangrijk zijn. Het medicament is pletbaar, maar wel lichtgevoelig (direct gebruiken)....