Title | Samenvatting De-ontwikkelingsfasen-2 |
---|---|
Course | Algemene psychologie |
Institution | Thomas More |
Pages | 8 |
File Size | 186 KB |
File Type | |
Total Downloads | 43 |
Total Views | 207 |
Download Samenvatting De-ontwikkelingsfasen-2 PDF
SEKSUELE ONTWIKKELING: FREUD De baby:
De peuter:
De kleuter:
Het basisschoolkind:
De adolescent:
ORALE FASE: PREGENTIALE STADIUM Genot uit het zuigen Auto-erotisch gedrag
ANALE FASE: PREGENTIALE STADIUM Lust: excrementen door anus Protest of beloning (darminhoud)
FALLISCHE FASE: GENITALE STADIUM Aandacht voor geslachtsdelen Oepidale crisis (jongen): Aangetrokken moeder Penis wegnemen Identificeren vader Fallisch narcisme Elektracomplex (meisje): Aangetrokken vader Penisnijd Identificeren moeder
LATENTIE FASE: STILLE FASE Seksuele ontwikkeling daalt Weinig interesse School en sociaal = belangrijkste
GENITALE FASE: GESLACHTSDELEN Geslachtsdelen Openheid en ontdekking Relaties zijn belangrijk
De baby:
De peuter en kleuter:
Het basisschoolkind:
De adolescent:
SENSORI-MOTORISCH STADIUM Zintuigelijk-motorisch handelen 1. Adaptatie: Assimilatie Accommodatie Equilibratie 2. Primaire circulaire reacties 3. Secundaire circulaire reacties 4. Intentioneel handelen 5. Tertiaire circulaire reacties 6. Echte denken 7. Object permanentie 8. Beginnend zelfbesef
PRE-OPERATIONEEL STADIUM Onsystematisch-onlogisch denken 1. Nadenken over problemen 2. Generaliseren en discrimineren 3. Verwarring: fantasie-werkelijkheid Antropomorfisme Fysiognomisch waarnemen Artificalisme Finalisme Onlogische analogieën Oorzakelijke relaties Egocentrisch denken 4. Denkfouten
CONCREET OPERATIONEEL Probleemoplossende gedachte 1. Reversibel denken 2. Statisch denken 3. Transitief denken 4. Classificeren 5. Concervatienotie 6. Subjectief magisch denken 7. Associatief geheugen - Memoriseren - Structureren
STADIUM FORMEEL DEN Drie dementies: 1. Abstract denken Propositioneel denk 2. Hypotetisch-deduct 3. Combinatorisch den Geheugen breidt uit - Metacognitie - Systematisch wer - Zelfreflectie
COGNITIEVE ONTWIKKELING: PIAGET
MORELE ONTWIKKELING: KOHLBERG De peuter en kleuter:
Het basisschoolkind:
De adolescent:
PRECOVENTIONEEL NIVEAU Eigen gedrag volgen Niet houden aan regeltjes
CONVENTIONEEL NIVEAU Empathie ontwikkelen
POSTCONVENTIONEEL NIVE Empathie = belangrijk Morele besluiten – echte dad
1. 2.
Straf vermijden Beloning nastreven
1. 2.
Normen directe omgeving Meer normen: sociaal
1. 2.
Abstracte morele principe Eigen prioriteiten
PERSOONLIJKHEIDSONTWIKKELING: ERIKSON De baby:
De peuter:
De kleuter:
Het basisschoolkind:
De adolescent:
VERTROUWEN-WANTROUWEN Vertrouwen: Behoefte bevredigen Gevormd door ervaringen Genetisch bepaald Wantrouwen: Behoefte niet bevredigd Gevormd door ervaringen Genetisch bepaald
AUTONOMIE-SCHAAMTE/TWIJFEL Autonomie: Zelfstandigheid stimuleren Zelf dingen willen doen Schaamte/twijfel: Onvoldoende-overmatige bescherming
INITIATIEF-SCHULD Initiatief: Zelfstandig handelen stimuleren Schuldgevoel vorige acties: Te veel controle
VLIJT-MINDERWAARDIGHEID Vlijt: Kennis en vaardigheden stimuleren: zelfzekerheid Minderwaardigheid: Onvoldoende kennis: weinig vertrouwen in eigen capaciteiten
GENDERVERSCHIL
GENDERIDENTITEIT: SEKSESTEREOTIEP
IDENTITEITIDENTITEITSVERWARRING = eigen persoonlijkheid zoeke Egocentrisme - imaginair publiek - persoonlijke fabe Conformisme Identificatie Experimenteren Identiteitsstatus Identiteitsdiffus Foreclosure sta Moratoriumsta Achievementsta Zelfbeeld
Eigen willetje: positief Ik-gevoel: zelfkennis door beeld van anderen en zelf ontdekken
PSYCHOLOGISCHE ZELFBESCHRIJVING
LICHAMELIJKE ONTWIKKELING De baby:
De peuter:
De kleuter:
Het basisschoolkind:
De adolescent:
Asynchrone groei Melk = voornaamste voeding
Minder stage asynchrone groei Melkgebid ontwikkeld zich verder (24-30 maanden = volledig gebid) Babyvet verdwijnt = slanker
Synchrone groei: tragere groei 6 jaar = 1,20 m en 20 kg
Eerste strekking: snellere groei Babyvet worden spieren 12 jaar: tweede strekking: laatste
Lichamelijk + geestelijk volwa (meisjes 2 jaar eerder) SEKSUELE RIJPINGSPROCE Primaire geslachtsken = voorplantingskenm - ontwikkeling genital - menstruatie en zaad Secundair geslachtske = zichtbaar - pubaire beharing - borstontwikkeling - stemverlaging Versnelling van de groei en verandering van proportie spieren en organen groeie
MOTORISCHE ONTWIKKELING De baby:
De peuter:
De kleuter:
Grove motoriek Fijne motoriek
Beter gecoördineerde bewegingen (balans) Zelfstandigheid Zindelijkheid Zelfredzaamheid
Bewegingsactiviteiten Evenwicht beter Knippen: fijne motoriek Handvoorkeur
Het basisschoolkind:
Lichaamsbeheersing + ooghandcoödinatie 10 j = volmaakt kind
De adolescent:
Perfecte lichaamsbeheersing Ontwikkeling: spiere uithouding
PERCEPTUELE ONTWIKKELING De baby:
De peuter en kleuter:
ZIEN: voorkeur gezichten, bewegingen lichtgevoelig perceptuele constantie diepteperspectief: visual clif HOREN: voorkeur: moederstem, hoge tonen achtergrondgeluiden en bestemde geluiden zijn moeilijk te onderscheiden RUIKEN EN PROEVEN: voorkeur zoete geuren en smaken VOELEN: gevoelig voor aanraking STIMULERENDE OMGEVING: Reactie op prikkels Oriënterend Defensief Gewenning/habituatie
Voorwerpen herkennen met verschillende zintuigen Globale waarneming Gedifferentieerde waarneming
Het basisschoolkind:
Zelf waarnemingen richten en sturen Gedetailleerder en systematischer Elkind: Perceptuele reorganisatie (figuur en achtergrond kunnen
wisselen) Perceptuele schematisering (delen en gehelen) Perceptuele exploratie (schematisch scannen)
De adolescent:
Concentratievermo stijgt Aandacht gericht op bron of op meerder Mmm-generatie
SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING De baby:
De peuter:
Lacht en praat tegen iedereen Groeiende interactie tussen moeder en kind Hechting en contact is noodzakelijk Moeder = hoofdrol Vreemdenangst + separatieangt Social referencing
De kleuter:
Zelfbewustzijn Transitionele objecten Gevoelens: schaamte, trots, …
Gehechtheid neemt af Nieuwe relaties ontdekken Vriendschap = niet belangrijk
Het basisschoolkind:
Omgaan in groep: leeftijds Ouders = belangrijk Sociale leerschool
POPULARITEIT IN 4 TYPEN
De adolescent:
Individualisatie Separatie van ouder
VERSCHILLENDE OPVOEDINGSSTIJLEN
KOPPIGHEIDSFASE/NEE-PERIODE 1. 2. 3. 4.
GEHECHTSHEIDSPATROON VAN AINSWORTH Type A: vermijdende Type B: veilige Type C: afwerende Type D: gedesoriënteerde
Sterren Vervelende Middenmoot Onzichtbaren
INADEQUATE OMGANGSSTIJL
Persimissief toegeefl Persimissief onversc Autoritaire
Contact met leeftijdsgenoten belangrijk.
Pester Clown Vleier Pseudovolwassen
TAALONTWIKKELING De baby:
De peuter:
De kleuter:
Het basisschoolkind:
De adolescent
PRELINGUALE PERIODE
VROEGLINGUALE PERIODE
LINGUALE PERIODE
LINGUALE PERIODE
LINGUALE PERIODE
START = GEBOORTEKREET (HUILEN)
BETEKENISVOL TAALGEBRUIK
Bedmonologen en
Beheersen volwassentaal
Beheersen volwasse
Communicatie door geluiden Vocaliseren en brabbelen
Volwassenen nazeggen Bedmonologen en tweewoordzinnen
zelfbeschrijving Fonologie: klanken onderscheiden Morfologie: vervoegen woorden Semantiek: betekenis weten Syntaxis: grammaticaal
(nog fouten) Metalinguïstisch bewustzijn = Inzicht in taal en interesse in andere talen
Jongerentaal Sms-chattaal
SPELONTWIKKELING De baby:
De peuter:
De kleuter:
Wereld verkennen met zintuigen Bewegingsspelen : lichamelijke activiteiten
Doen-alsof spelen: rollenspel Constructiespelen Geen samenspel Parralelspel: met hetzelfde naast elkaar
Het basisschoolkind:
Exploratiedrang: leren Doen-alsof Fantasie-realiteit Spelregels = belangrijk Samenspel Associatief (geen doel) Coöperatief (met doel)
De adolescent:
Bewegingsspelen Samenspel stijgt Grote groepen spelen Experimenterenconstrueren
Samenspel: sport Competitief
TEKENONTWIKKELING De peuter en kleuter (2-4 jaar):
De kleuter en het basisschoolkind (4-8 jaar):
Het basisschoolkind en de adolescent (8-15 jaar):
DE KRABBELPERIODE
PERIODE VAN GECODEERDE WERKELIJKHEID
PERIODE ZICHTBARE WERKELIJKHEID
Ritmisch bewegen en onderzoeken Handgreep en tanggreep zijn verworven 1. Willekeurige krassen 2. Opzettelijke krassen (cirkelvormig) 3. Richtingskrassen (kleine tekens vanuit pols en vingers)
MENSFIGUUR:
Zelfbedachte beeldtaal: ideoplastiek Deelaspecten: ruimte, vorm, kleur en textuur
MENSFIGUUR: 3. 4.
Kopvoeter met lijfaanduiding (4,5) Draadfiguur: in één lijn hoofd, lijf, armen en benen (6)
Waarnemingen van wat men ziet: fysioplastiek Realistisch tekenen
1. 2.
Spinnetje: ronde vorm met sprieten (2-3) Kopvoeter: hoofd met armen of benen (3)
5. 6. 7.
Complete pop (6-8) Silhouetfiguur (7-8) Figuur met zijaanzicht (8)
INDIEN DE ONTWIKKELING ANDERS LOOPT Het basisschoolkind:
Onveilige gehechtheid: invloed op reacties en emoties (voelen zich nooit veilig) Leerproblemen of leerstoornissen (welbevinden daalt)
LEERSTOORNISSEN
Dyslexie: leesstoornis/woordblind Dysorthografie: spellen van woorden/foutloos schrijven = verstoord Dyscalculie: rekenstoornissen
De adolescent:
conflicten met personen of maatschappij zichtbaar aan het uiterlijk
= externaliserende problemen (criminaliteit)
innerlijke onrust niet zichtbaar
= internaliserende problemen (deppresiviteit) LEERPROBLEEM
Dysgrafie: motorisch schrijven = verstoord ADHD: Attention defiat hyperactivity disorder = aandachtsprobleem met hyperactiviteit Aandacht nodig Overactiviteit Impulsief alle drie zijn aanwezig bij ADHD ADD: aandachtsprobleem zonder de hyperactiviteit Dromerig en afwezig gedrag
2DE VARIANT: hyperactiviteit zonder aandachtsprobleem
RELATINE EN DE BEERTJES VAN MEICHENBAUM ZIJN HULPMIDDELEN (Het is een stoornis als het kind sociaal uitgesloten wordt en de prestaties dalen).
SCHOOLSE ONTWIKKELING Het basisschoolkind: Omgang van kleuterschool basisschool: schoolrijpheids-voorwaardenonderzoek
ooghandcoördinatie (aanleg) weg van gehechtigheidsfiguur (omgeving) concentreren (zelfbepaling)
In de basisschool leert men 3 schoolse vaardigheden: lezen, schrijven en rekenen....